Download Print deze pagina

Danfoss VLT 5000 Series Bedieningshandleiding pagina 66

Verberg thumbnails Zie ook voor VLT 5000 Series:

Advertenties

[OK] wordt gebruikt voor het bevestigen
van de wijziging van de geselecteerde
parameter.
[+/-] wordt gebruikt om een parameter te
selecteren en om de gekozen parameter
te wijzigen of om de uitlezing op regel 2 te
wijzigen.
[<>] wordt gebruikt om de groep te
selecteren en om de cursor te verplaatsen
bij het wijzigen van numerieke parameters.
[STOP/RESET] wordt gebruikt om de
aangesloten motor te stoppen of om de
frequentie-omvormer te resetten na een
uitval (trip). Via parameter 014 kan worden
gekozen of deze functie wel of niet actief
moet zijn. Als stop wordt geactiveerd, zal
de 2e regel knipperen en dient [START] te
worden geactiveerd.
[JOG] brengt de uitgangsfrequentie op
een voorgeprogrammeerde frequentie
terwijl de toets ingedrukt wordt gehouden.
Via parameter 015 kan men kiezen of deze
functie wel of niet actief moet zijn.
[FWD / REV] verandert de draairichting
van de motor, hetgeen wordt aangegeven
door de pijl op het display, dit echter alleen
in Local. Via parameter 016 kan worden
gekozen of deze functie wel of niet actief
moet zijn.
[START] wordt gebruikt om de
frequentie-omvormer te starten na een
stop via de 'Stop'-toets. Is altijd actief,
maar kan een stopopdracht die wordt
gegeven via de aansluitstrip, niet opheffen.
NB!:
Indien u heeft ingesteld dat de toetsen voor
lokale bediening actief moeten zijn, zullen
deze actief blijven wanneer de frequentie via
parameter 002 is ingesteld voor zowel Local Control
als Remote Control. Een uitzondering vormt [Fwd/rev],
die alleen actief is bij de Lokale bediening.
NB!:
Als er geen externe stopfunctie is geselecteerd
en de 'Stop'-toets niet als actief is ingesteld,
kan de motor alleen worden gestart en gestopt
door de spanning naar de motor te onderbreken.
66
VLT
Bedieningspaneel - display-uitlezingen
De status van de display-uitlezing kan
veranderd worden, afhankelijk van het feit of
de frequentie-omvormer in normaal bedrijf is of
geprogrammeerd wordt. Zie de onderstaande lijst.
Displaymodus
Bij normaal bedrijf kunnen permanent maximaal
4 verschillende bedieningsvariabelen worden
aangegeven: 1,1 en 1,2 en 1,3 en 2, en in regel 4 de
huidige bedrijfsstatus of alarms en waarschuwingen
die zich hebben voorgedaan.
VAR 1.1 VAR 1.2 VAR 1.3
VAR 2
STATUS
Displaystand - selectie van uitleesstatus
Ten aanzien van de uitlezing in de Display-stand
zijn er drie keuzemogelijkheden - I, II en III. De
keuze van de uitleesstatus bepaalt het aantal
uitgelezen bedrijfsvariabelen.
Uitleesstatus:
I:
Regel 1
Beschrijving
van bedrijfsvari-
abele in regel 2
Onderstaande tabel geeft een overzicht van de
eenheden die zijn verbonden aan de variabelen in de
eerste en tweede regel van het display.
MG.51.A8.10 - VLT is een geregistreerd handelsmerk van Danfoss
®
Serie 5000
SETUP
1
II:
III:
Gegevenswaarde
Beschrijving
voor 3 bedrijfs-
van 3 bedrijfs-
variabelen in
variabelen in
regel 1
regel 1

Advertenties

loading