Problemen, oorzaak en remedie
De Standaard Controle Module (SCM) gebruiken
De Standard Control Module is een ingekapseld elektronisch apparaat dat is vervaardigd in een 'one size fits
all'-configuratie. De module gebruikt halfgeleider- en mechanische elementen ten behoeve van de controle en
regeling van de standaard elektrische functies die nodig zijn voor een veilig gebruik van het product.
De module controleert inputs zoals neutraalstand, parkeerrem, aftakas, starten, wetten en hoge temperatuur. De
module activeert outputs zoals de solenoïde voor de aftakas, de startmotor en de ETR (activering om te lopen).
De module is verdeeld in inputs en outputs. Inputs en outputs worden aangegeven door groene
LED-controlelampjes die zijn aangebracht op de printplaat.
De input voor het startcircuit wordt geactiveerd door 12 VDC. Alle andere inputs worden geactiveerd als het
circuit wordt gesloten om massa te maken. Elke input heeft een LED die gaat branden als het desbetreffende
circuit wordt geactiveerd. Gebruik de input-LEDs om problemen met het circuit van de schakelaar en de
input te verhelpen.
De output-circuits worden geactiveerd door correcte input-condities. De 3 outputs omvatten Aftakas, ETR en
STARTEN. De output-LEDs controleren de conditie van de relais en geven aan dat er elektrische spanning op
een van de drie contactpunten voor de output is.
De output-circuits stellen niet vast of het output-apparaat correct functioneert, zodat in geval van problemen met
de elektrische functies ook de LEDs en de werking van de gewone apparatuur en de kabelboom moeten worden
gecontroleerd. Meet de impedantie van het losgekoppelde onderdeel, de impedantie door de kabelboom
(loskoppelen bij de SCM), of voer een test uit waarbij het desbetreffende onderdeel tijdelijk wordt geactiveerd.
De SCM is niet aangesloten op een externe computer of een draagbaar apparaat, kan niet opnieuw worden
geprogrammeerd en registreert geen periodieke gegevens over storingen en problemen.
Des sticker op de SCM bevat uitsluitend symbolen. Het output-vak bevat symbolen voor de LEDs van de drie
outputs. Alle andere LEDs zijn inputs. Op de onderstaande tabel staan de symbolen.
1. Inputs
2. Wetten
3. Oververhitting
4. In stoel
5. Aftakasschakelaar
6. Parkeerrem uit
Hier vindt u in logische volgorde de stappen die u moeten nemen op de SCM om problemen te verhelpen.
1.
Stel vast welke output-storing u wilt verhelpen (aftakas, Starten of ETR).
2.
Draai het contactsleuteltje naar de stand A
3.
Beweeg alle input-schakelaars om er zeker van te zijn dat alle LEDs van status veranderen.
4.
Zet de input-apparaten in de juiste stand om de correcte output te verkrijgen. Gebruik de volgende
tabel om de correcte input-conditie te bepalen.
5.
Als een specifieke output-LED brandt zonder de juiste output-functie, moet u de bedrading van de output,
de aansluitingen en het onderdeel controleren. Indien nodig repareren.
Figuur 79
7. Neutraalstand
8. Aftakas
9. Start
10. ETR
11. Hydraulisch bekrachtigd
12. Outputs
en kijk of het rode ledlampje voor het vermogen brandt.
AN
58
g190826