Figuur 62
1. Oliefilter
3.
Smeer een dun laagje schone olie op de pakking
van het nieuwe filter en plaats het oliefilter.
Opmerking:
Draai het filter niet te vast.
4.
Het carter met olie vullen, zie
controleren (bladz.
Het motoroliepeil
42).
Onderhoud
brandstofsysteem
GEVAAR
In bepaalde omstandigheden zijn brandstof
en brandstofdampen uiterst ontvlambaar en
explosief. Brand of explosie van brandstof
kan brandwonden of materiële schade
veroorzaken.
• Vul de brandstoftank in de open lucht
wanneer de motor koud is en uit staat.
Eventueel gemorste brandstof opnemen.
• Vul de brandstoftank niet helemaal. Vul
g008912
de brandstoftank tot 25 mm vanaf de
bovenkant van de tank, niet de vulbuis. Dit
geeft de brandstof in de tank ruimte om uit
te zetten.
• Rook nooit wanneer u met brandstof bezig
bent en houd de brandstof weg van open
vlammen of vonken.
• Bewaar de brandstof in schone, veilige en
goedgekeurde containers en zorg dat de
dop op zijn plaats blijft.
Onderhoud van de
brandstoftank
Onderhoudsinterval: Om de 2 jaar—Brandstoftank
De tank moet worden afgetapt en gereinigd als
het brandstofsysteem vervuild raakt of wanneer de
machine voor langere tijd wordt opgeslagen. Gebruik
schone brandstof om de tank uit te spoelen.
Brandstofleidingen en
-verbindingen controleren
Onderhoudsinterval: Om de 400 bedrijfsuren/Jaar-
De leidingen en aansluitingen controleren op slijtage,
beschadigingen of loszittende verbindingen.
Waterafscheider aftappen
Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks
1.
Plaats een schone opvangbak onder het
brandstoffilter.
44
aftappen en reinigen.
lijks (houd hierbij de kortste periode
aan)