G021 180
1. Wiel
2. Remstaaf
Remmen afstellen
Als de afstand tussen de remstaaf en de band niet correct is,
moet er afstelling plaatsvinden.
1. Parkeer de maaimachine op een horizontaal oppervlak,
schakel de aftakas uit en stel de parkeerrem in werking.
2. Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje en
wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand
zijn gekomen voordat u de bestuurderspositie verlaat.
3. Stel de parkeerrem vrij; zie
(bladz.
18).
4. Om de rem af te stellen, verwijdert u de borgpen en
de gaffelpen uit de onderste remhendel en de gaffel
(Figuur
63).
5. Stel de gaffel af
(Figuur
Opmerking: De afstand tussen de remstaaf en de
band moet tussen 3 en 6 mm zijn.
Opmerking: Draai de gaffel naar boven om de rem
strakker af te stellen.
Opmerking: Draai de gaffel naar onderen om de rem
minder strak af te stellen.
6. Controleer opnieuw de werking van de rem; zie
parkeerrem controleren (bladz.
7. Bevestig de gaffel aan de onderste remhendel met de
borgpen en de gaffelpen
Figuur 62
3. De speling moet tussen 3
en 6 mm zijn.
4. Meet de kleinste afstand
tussen de staaf en de
band
Parkeerrem vrijzetten
62).
45).
(Figuur
63).
1. Gaffel
2. Gaffelpen
De
46
g013291
Figuur 63
3. Onderste remhendel
4. R-pen