Onderhoud koelsysteem
Luchtinlaatrooster reinigen
Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks
Verwijder vóór elk gebruik aangekoekt gras, vuil of andere
rommel van de cilinder en de koelribben van de cilinderkop,
het luchtinlaatrooster op het uiteinde van het vliegwiel, de
carburateur, de regelhendels en de verbindingen. Dit zal
mede zorgen voor een adequate koeling en een correct
motortoerental en zal de kans verkleinen dat de motor
oververhit raakt en technische schade oploopt.
Het koelsysteem reinigen
Onderhoudsinterval: Om de 100 bedrijfsuren—Controleer
en reinig de koelribben en uitlaatringen.
1. Schakel de aftakas uit en stel de parkeerrem in werking.
2. Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje en
wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand
zijn gekomen voordat u de bestuurderspositie verlaat.
3. Verwijder het luchtinlaatrooster en de
ventilatorbehuizing
4. Verwijder vuil en gras van de machineonderdelen.
5. Monteer het luchtinlaatrooster en de
ventilatorbehuizing
Figuur 61
1. Beschermkap
2. Luchtinlaatrooster
3. Bout
(Figuur
61).
(Figuur
61).
1
2
3
4
5
g017626
4. Ventilatorbehuizing
5. Schroef
Onderhouden remmen
Onderhoud van de rem
Voor elk gebruik moet u de remmen controleren op een
horizontaal oppervlak en een helling.
Stel de parkeerrem altijd in werking wanneer u de machine
stopt of deze onbeheerd achterlaat. Als de parkeerrem niet
goed werkt, moet u deze afstellen.
De parkeerrem controleren
Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks
Belangrijk: Zorg ervoor dat de machine op een
horizontaal oppervlak staat als u de rem gaat controleren
en afstellen.
1. Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak en
schakel de aftakas uit.
2. Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje en
wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand
zijn gekomen voordat u de bestuurderspositie verlaat.
3. Stel de parkeerrem vrij; zie
(bladz.
18).
4. Controleer de bandenspanning; zie
controleren (bladz.
5. Meet aan beide zijden de afstand tussen de remstaaf en
de band terwijl de rem is vrijgesteld.
6. Aan de zijde met de kleinste speling moet de afstand 3
tot 6 mm bedragen zoals afgebeeld op
Remmen afstellen (bladz. 46)
45
Parkeerrem vrijzetten
Bandenspanning
43).
Figuur
als afstelling vereist is.
62; zie