OPNIEUW MONTEREN
a
OPGELET
Controleer alvorens het wiel opnieuw te
monteren of de steunplaat (8) van de
remklauw (9) correct geplaatst is; de
gleuf van de plaat moet in de voorziene
aanslagpen (10) aan de binnenkant van
de rechterpoot van de achtervork pas-
sen.
Breng de schijf voorzichtig in de rem-
klauw.
N
Breng een laag smeervet aan over de
volledige lengte van de wielas (3), zie
pag. 90 (SMEERMIDDELENTABEL).
N
Plaats de rechter (6) en linker (7) ketting-
spanners in hun zittingen op de achter-
vorkarmen.
N
Plaats het wiel tussen de achtervorkpo-
ten op de steun (2).
N
Draai het wiel door en leg de transmis-
sieketting (4) rond het achtertandwiel (5).
a
WAARSCHUWING
Gevaar voor letsel.
Gebruik nooit uw vingers om de gaten
uit te lijnen.
N
Beweeg het wiel naar achteren tot het
gat in het midden van het wiel en de ga-
ten op de achtervork op één lijn staan.
N
Draai de steunplaat (8), met de rem-
klauw (9) en de draaipen op de aanslag-
pen (10), tot ze is uitgelijnd met de ga-
ten.
N
Steek de wielas (3) volledig in langs de
linkerzijde.
a
OPGELET
Controleer of de wielas (3) volledig en
met de kop in de voorziene zitting op de
linker kettingspanner (7) is ingestoken.
N
Breng de afdichtingsring aan en draai de
moer (1) met de hand vast.
N
Controleer
de
kettingspanning,
pag. 64 (TRANSMISSIEKETTING).
N
Draai de moer (1) vast.
Aanhaalmoment voor wielmoer (1):
120 Nm (12 kgm).
N
Vergewis u ervan dat de volgende on-
derdelen niet vuil zijn:
– band;
– wiel;
– remschijven.
a
OPGELET
Controleer de uitlijning van het wiel.
Laat het aanhaalmoment, de uitlijning
en de uitbalancering van het wiel nakij-
ken door uw officiële APRILIA-dealer, om
ongelukken te voorkomen die ernstige
letsels bij uzelf of bij anderen zouden
kunnen veroorzaken.
gebruik en onderhoud SL mille
zie
63