Figuur 53
1. Transmissiekleppen omloopleiding
8. De maaimachine staat nu in de vrijloop en kan met een
lage snelheid over een korte afstand worden gesleept.
Opmerking: Verwijder de wielblokken voordat u de
machine sleept.
9. Nadat de maaimachine is gesleept: Om de machine
weer normaal te kunnen gebruiken, moet u de volgende
procedure uitvoeren:
A. Blokkeer de voorwielen.
B. Sluit de omloopklep van de transmissiepomp
door rechtsom te draaien.
10. U stelt de schijfremmen van de voorwielmotor als
volgt in werking:
Opmerking: Zorg ervoor dat de M12 x 40 mm
stelschroeven en ringen verwijderd zijn. Bewaar deze
onder het bestuurderplatform.
A. Ga naar de schijfrem op de rechter voorwielmotor.
B. Draai de stelschroef linksom en verwijder ze
samen met de ring.
C. Plaats de zeskantige plug in de zijkant van de
motor
(Figuur
1
G014450
54).
1. Voorwielmotor
2. Zeskantige plug
D. Ga naar de remschijf op de linker voorwielmotor
g014450
en herhaal bovenstaande procedure.
E. Verwijder de wielblokken.
F. Maak de sleepstang los.
Opmerking: Het remsysteem van de
maaimachine zal nu normaal werken.
WAARSCHUWING
De machine gebruiken zonder remmen kan ernstig
lichamelijk letsel veroorzaken.
Alvorens de maaimachine in gebruik te nemen,
moet u controleren of de remmen correct werken.
Controleer de maaimachine vooraf bij een lage
snelheid. Gebruik de machine niet als de remmen
niet goed werken. Gebruik de machine niet als de
remmen buiten bedrijf zijn gesteld.
46
1
2
3
Figuur 54
3. Ring M12
4. Stelschroef M12 x 40 mm
4
g014451
g014451