6 In bedrijf nemen met de geïntegreerde aanwijs- en bedieningseenheid
Meetplaats - meetgroot-
heid
Meetplaats - inregeling
22
Bij de aansluiting van HART-sensoren van andere leveranciers
staan onder andere de keuzemogelijkheden PV (primary value) en
SV (Secondary Value ter beschikking). Voorwaarde hiervoor is de
ondersteuning van de HART-commando's 0, 1, 3 en 15. Deze info en
welke meetwaarden hierbij worden overgedragen, is opgenomen in
de gebruiksaanwijzing van de betreffende sensorleverancier.
Voer uw instellingen uit via de betreffende toetsen en sla deze op met
[OK].
De meetgrootheid definieert de meettaak van de meetplaats, de
volgende instellingen zijn afhankelijk van de aangesloten sensor
beschikbaar.
•
Niveau
•
Procesdruk
•
Universeel
•
Temperatuur
•
Scheidingslaag
•
Debiet (alleen na activeren via PACTware resp. DTM)
Voer uw instellingen uit via de betreffende toetsen en sla deze op met
[OK].
Via de inregeling wordt de ingangswaarde van de aangesloten sensor
in een procentuele waarde omgerekend. Deze omrekening maakt
het mogelijk iedere willekeurig ingangswaardebereik op een relatief
bereik (0 tot 100%) af te beelden.
Voor de inregeling kan de gewenste inregeleenheid worden gekozen.
Bij de ingangskeuze " Analoog" is de inregeleenheid altijd " mA".
Wanneer de HART-ingang is geactiveerd, dan hangt de beschik-
bare eenheid af van het type sensor. Bij radar, ultrasoon en geleide
microgolf is dit altijd de afstand in meter of feet " m(d)" resp. " ft(d)", bij
drukmeetversterkers bijv. " bar" of " psi".
De volgende afbeeldingen en voorbeelden zijn gerelateerd aan de
min./max.-inregeling van een radarsensor met HART-communicatie.
VEGAMET 391 • 4 ... 20 mA/HART