Probleem
Probleem
Probleem
Lage of geen spuitspanning.
Nog steeds spanning op pistool na
het loslaten van de trekker.
Nog steeds spanning op pistool na
het volgen van de
Procedure voor
het ontladen van vloeistofspanning
en aarding, page
28.
De verf loopt terug naar de
verftoevoer.
Overige problemen
Verfophoping in de steel van de
isolatieklep.
3A8018D
Diagnose
Diagnose
Diagnose
• De aardingsstang (18) komt niet
omhoog.
• De isolatieklep (227) komt niet
omhoog.
• De componenten of de kast (9)
zijn/is vuil.
• De elektrostatische afscherming
(12) is niet aangebracht.
De luchtstroomschakelaar herkent
de pistooltrekker niet en brengt de
aardingsstang niet omhoog.
Incorrecte weergave van de
spanning
Instelling Vertraging aardingsstang.
De aardingsstang (18) gaat niet
omlaag.
Een luchtbel in de vloeistofleiding
isoleert vloeistof vlakbij het pistool.
Probleem met de deurschakelaar.
Defecte inlaatklep en terugslagklep.
1. Vuile reinigingsvloeistof kan
het systeem niet langer naar
behoren reinigen.
2. De u-cup-dichtingen vegen de
steel van de isolatieklep niet
schoon.
3. De O-ring op de steel van de
isolatieklep (222) dicht niet
volledig af.
Probleemoplossing
Oplossing
Oplossing
Oplossing
Zie
Probleemoplossing
spanningsverlies, page 73
Controleer op het statusscherm of het
systeem de pistooltrekker detecteert.
Zie
Statusscherm 1, page 49
Controleer de systeemspanning met
een voeler (236003).
Kalibreer de ontlaadweerstand zoals
beschreven in
De ontlaadweerstand
kalibreren, page
57.
Controleer of vervang het
kV-schakelbord zoals beschreven
in
Een kV-schakelbord vervangen,
page
101.
Stel de instelling Vertraging
aardingsstang af op het
systeemscherm. Zie
Systeemscherm, page 63
Volg de procedure in
De aardingsstang controleren
en smeren, page
67.
Stel de oorzaak vast en corrigeer.
Verwijder de lucht uit de
vloeistofleiding.
Controleer de deurschakelaar zoals
beschreven in
De deurschakelaar
controleren, page
67.
Met de shuttle omlaag test u
de kleppen voor inkomende
shuttlevloeistof, inkomende
pompvloeistof en pompdruk
individueel op onderhoudsscherm A.
Indien er zich vloeistof in de kleppen
bevindt terwijl de pomp onder druk
staat, kan er vloeistof terugstromen
indien er geen terugslagklep
aanwezig is.
Zie
Onderhoud 4: Reset en test
vloeistofklep, page 59
Controleer of de terugslagklep lekt.
1. Voer de stappen in uit.
2. Vervang de u-cups voor
reinigingsvloeistof zoals getoond
in het reparatiehoofdstuk.
3. Vervang de O-ring van
de isolatieklepsteel zoals
beschreven in
De O-ringen van
de isolatieklepsteel vervangen,
page
92.
.
.
.
.
71