Repareren
14. Met de luchtcilinder (319) naar boven, plaats
het luchtdeksel (320) op de luchtcilinder (319).
Zorg dat de O-ring (318) correct op het deksel
geplaatst is. Smeer de O-ring.
15. Lijn de luchtopening op het luchtdeksel uit met
de voorzijde van de pomp. Deze opening moet
uitgelijnd zijn tussen de vloeistoffittingen op het
vloeistofdeksel (311).
16. Draai de trekstangschroeven (312), borgring
(304) en vlakke sluitring (322) in het luchtdeksel
(320). Haal aan in een kruispatroon tot het goed
vast zit.
17. Draai de pomp op zijn kant om de
trekstangschroeven (312) aan te halen in
een kruispatroon. Draai aan tot 18 Nm (160
in-lb).
18. Sluit de luchtventielconstructie (323-326) aan
op het luchtdeksel (320). Draai aan zodat de
luchtfitting naar links gericht is.
19. Smeer de O-ring aan de basis van de lineaire
sensor (321). Plaats de sensor (321) in de
bovenkant van het luchtdeksel (320). Schroef
aan tot het vast zit.
Figure 52 Deksels uitlijnen met
draineeropeningen
100
De vloeistofregelaar
vloeistofregelaar verwijderen
De
De
vloeistofregelaar
Verwijder de vloeistofregelaar voor een
onderhoudsbeurt. Zie de instructiehandleiding
van de vloeistofdrukregelaar voor informatie
over het onderhoud van de regelaar. Zie de
Bijbehorende handleidingen, page
1. Volg de
Drukontlastingsprocedure, page
2. Volg de Procedure voor het ontladen van
spanning en aarding (
3. Sluit het kogelventiel (39).
4. Ontkoppel de vloeistofleiding van het kniestuk
(75).
5. Ontkoppel de vloeistofslang van de knelkoppeling
(82).
6. Ontkoppel de luchtleiding.
7. Ontkoppel de jumperkabel van de
ontlaadweerstand naar de vloeistofregelaar (21).
8. Verwijder de zes zeskantschroeven (20),
borgringen (22) en vlakke sluitringen (19)
waarmee de vloeistofregelaar (21) is bevestigd
aan de behuizing (9).
9. Verwijder de vloeistofregelaar (21).
De vloeistofregelaar
vloeistofregelaar installeren
De
De
vloeistofregelaar
1. Gebruik zes zeskantschroeven (20), borgringen
(22) en vlakke sluitringen (19) om de
vloeistofregelaar (21) weer te bevestigen aan de
behuizing (9).
2. Verbind de jumperkabel van de ontlaadweerstand
naar de vloeistofregelaar (21). Zie
Bedradingsaansluitingen, page 107
3. De luchtleiding aansluiten. Zie
Pneumatische aansluitingen, page 106
4. Verbind de vloeistofslang met de knelkoppeling
(82).
5. Verbind de vloeistofleiding met het kniestuk (75).
6. Open het kogelventiel (39) (handgreep omhoog).
verwijderen
verwijderen
3.
29.
Aarding, page
16).
installeren
installeren
.
.
3A8018D