Veiligheid
Algemene informatie met
betrekking tot kinderzitjes
Hoewel PEUGEOT bij het ontwerp van
uw auto veel aandacht heeft besteed aan
veiligheidsvoorzieningen voor uw kinderen, is
hun veiligheid natuurlijk ook afhankelijk van
uzelf.
Volg voor een optimale veiligheid de volgende
adviezen op:
-
conform de Europese wetgeving dienen
kinderen jonger dan 12 jaar of kleiner
dan 1,50 m in gehomologeerde, aan
het lichaamsgewicht aangepaste
kinderzitjes op met veiligheidsgordels of
ISOFIX-bevestigingen uitgeruste plaatsen
te worden vervoerd*.
-
de veiligste plaats voor het vervoeren
van een kind is volgens de statistieken
een plaats op de achterbank van uw
auto,
-
kinderen tot 9 kg moeten zowel voor-
als achterin met de rug in de rijrichting
worden vervoerd.
PEUGEOT adviseert u kinderen op de
buitenste zitplaatsen achter van uw auto te
vervoeren:
-
Tot 3 jaar "met de rug in de rijrichting".
-
Vanaf 3 jaar "met het gezicht in de
rijrichting".
* De regelgeving met betrekking tot het
vervoer van kinderen op de passagiersstoel
vóór is per land verschillend. Raadpleeg de
in uw land geldende regelgeving.
68
Kinderzitje achterin
"Met de rug in de rijrichting"
Schuif als u een kinderzitje "met de rug
in de rijrichting" achterin plaatst de
voorstoel naar voren en zet de rugleuning
van de voorstoel rechtop, zodat het
kinderzitje de voorstoel niet raakt.
"Met het gezicht in de rijrichting"
Schuif als u een kinderzitje "met het gezicht in
de rijrichting" op een zitplaats achter plaatst
de voorstoel naar voren en zet de rugleuning
van de voorstoel rechtop, zodat de benen van
het kind de voorstoel niet raken.
Controleer of de veiligheidsgordel goed is
aangetrokken. Controleer bij kinderzitjes
met een steun of deze steun stabiel op de
vloer staat.