— — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — —
d
Plaats de stof zo dat de opening van de zakken
naar u toe ligt; zet vervolgens de
persvoethendel omlaag, zodat de naald 2 mm
(1/16 inch) voor de zakopening neer komt.
a 2 mm (1/16 inch)
Leid de bovendraad omlaag door het gat in de
persvoet.
• Duw niet tegen de voorkant van de persvoet
wanneer deze omlaag staat, anders wordt de
trens niet in het juiste formaat genaaid.
a Maak de tussenruimte niet kleiner.
e
1
f
g
h
Trek de knoopsgathendel zo ver mogelijk
omlaag.
a Knoopsgathendel
De knoopsgathendel bevindt zich achter het
uitsteeksel op de knoopsgatvoet.
a Knoopsgathendel
b Uitsteeksel
Houd het uiteinde van de bovendraad losjes in
uw linkerhand en begin met naaien.
Wanneer het naaien voltooid is, naait
de machine automatisch
verstevigingssteken en stopt dan.
Zet de naald en de persvoethendel omhoog,
haal de stof weg en knip de draad af.
Zet de knoopsgathendel omhoog in de
oorspronkelijke stand.
Memo
Als de stof niet wordt doorgevoerd
(bijvoorbeeld als deze te dik is), maakt u de
steek langer. Meer bijzonderheden vindt u
in "Steken selecteren" (pagina 37).
3
67