NAAISTEKEN — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — —
k
Pas de steekbreedte aan totdat de naald net op
de vouw op de zoomvouw komt.
1
a Naaldpositie
Wanneer u de naaldpositie wijzigt, zet u de
naald omhoog en wijzigt u de steekbreedte.
Steekbreedte
a Dikke stof
b Normale stof
Als de naald te ver op de vouw komt
Als de naald te ver op de zoomvouw komt, past u
de steekbreedte aan zodat de naald net op de
vouw komt. Hiertoe drukt u op de "+" van de
steekbreedtetoets.
<Dikke stof>
<Normale stof>
1
a Achterkant van de stof
50
R
2
b Voorkant van de stof
Als de naald niet op de vouw komt
Als de naald niet op de zoomvouw komt, past u
de steekbreedte aan, zodat de naald net op de
vouw komt. Hiertoe drukt u op de "-" van de
steekbreedtetoets.
<Dikke stof>
<Normale stof>
a Achterkant van de stof
• Meer bijzonderheden over het wijzigen van
de steekbreedte vindt u in "Steken
selecteren" (pagina 37).
l
Naai met de vouw van de zoom tegen de
persvoetgeleider.
m
Verwijder de rijgsteek en draai de stof met de
voorkant naar boven.
1
a Achterkant van de stof
b Voorkant van de stof
2
b Voorkant van de stof