— — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — —
Naald- en persvoetgedeelte
a Naaldinrijger (voor modellen die zijn uitgerust met de
naaldinrijger) (pagina 25)
b Knoopsgathendel
Zet de knoopsgathendel omlaag wanneer u
knoopsgaten en trenssteken naait.
c Persvoethouder
De persvoet wordt geïnstalleerd op de persvoethouder.
d Persvoethouderschroef
De persvoethouderschroef houdt de persvoethouder op
zijn plaats.
Bedieningstoetsen
Met de bedieningstoetsen kunt u allerlei standaard naaiwerkzaamheden gemakkelijk uitvoeren.
De bedieningstoetsen verschillen naar gelang het model naaimachine.
a Achteruit/verstevigingssteektoets
Door op de achteruit/verstevigingssteektoets te drukken
naait u achteruit. U kunt achteruit naaien door de toets
ingedrukt te houden. Meer bijzonderheden vindt u in
"Verstevigingssteken naaien" (pagina 40).
Toetsen op sommige modellen
b Start/stoptoets
met een start/stoptoets)
Door op de start/stoptoets te drukken begint of stopt u
met naaien. Zolang u de knop ingedrukt houdt, naait de
machine op lage snelheid. Wanneer u stopt met naaien,
staat de naald omlaag in de stof. Meer bijzonderheden
vindt u in "Beginnen met naaien" (pagina 39).
(voor modellen die zijn uitgerust
e Persvoet
De persvoet drukt gelijkmatig op de stof tijdens het
naaien. Bevestig de persvoet die het geschiktst is voor
de geselecteerde steek.
f Ontgrendeling steekplaatdeksel
Deze gebruikt u wanneer u de steekplaat verwijdert.
g Steekplaatdeksel
Verwijder het steekplaatdeksel om de grijper te reinigen.
h Transporteur
De transporteur voert de stof in de naairichting.
i Snel verwisselbare spoel (voor modellen die zijn
uitgerust met een snel verwisselbare spoel)
U kunt beginnen met naaien zonder de onderdraad naar
boven te halen.
j Spoelhuisdeksel
Open het spoelhuisdeksel om de spoel te plaatsen.
k Steekplaat
De steekplaat is gemarkeerd om rechte naden te kunnen
naaien.
l Draadgeleider aan naaldstang
Leid de bovendraad door de draadgeleider aan de
naaldstang.
m Persvoethendel
Met de persvoethendel zet u de persvoet omhoog of
omlaag.
n Naaldklemschroef
Met de naaldklemschroef houdt u de naald op zijn
plaats.
c Naaldstandtoets
(voor modellen die zijn uitgerust
met een naaldstandtoets)
U kunt de naald omhoog of omlaag zetten door op de
naaldstandtoets te drukken. Zet de naald omhoog
voordat u deze inrijgt. Deze knop gebruikt u om de
naairichting te wijzigen of om gedetailleerd te naaien
op kleine gebieden. Wanneer u tweemaal op de toets
drukt, naait u één steek.
d Schuifknop voor snelheidsregeling (voor modellen die
zijn uitgerust met een schuifknop voor
snelheidsregeling)
Met de schuifknop voor snelheidsregeling past u de
naaisnelheid aan.
1
9