NAAISTEKEN — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — —
Applicaties
U kunt een applicatie maken door een ander stuk
stof uit te knippen en als decoratie te gebruiken.
a
Speld het uitgeknipte ontwerp op de stof
VOORZICHTIG
Wanneer u lijm gebruikt om een uitgeknipt
ontwerp op zijn plaats te houden op de stof,
breng dan geen lijm aan op stukken die
worden genaaid met de machine. Wanneer
lijm blijft plakken aan de naald of de grijper,
kan de machine beschadigd raken.
b
Bevestig zigzagvoet "J".
c
Selecteer steek
.
d
Naai langs de rand van de stof, terwijl de
naald rechts net naast de rand van de stof valt.
a Applicatiestof
b Naaldpositie
62
e
Verwijder zonodig het rijgwerk.
Memo
Naai rechte verstevigingssteken aan het
begin en eind van de zigzagsteken.
VOORZICHTIG
Pas op dat de naald geen speld raakt tijdens
het naaien. De naald kan dan breken. Zo kunt
u letsel oplopen.
Patchwork (fantasie-quilt)
a
Vouw de rand van het bovenste stuk stof en
plaats deze op het onderste stuk.
b
Naai de twee stukken stof aan elkaar, zodat
het patroon beide stukken omspant.
Aan elkaar zetten
Twee stukken stof aan elkaar naaien heet "aan elkaar
zetten". Knip de stukken stof met een marge van
6,5 mm (1/4 inch).
Naai een rechte patchworksteek 6,5 mm (1/4 inch)
van de linkerkant of de rechterkant van de persvoet.
a
Rijg of speld langs de marge van de stof die u
aan elkaar wilt naaien.
b
Bevestig zigzagvoet "J".
c
Selecteer steek
of
.