NAAISTEKEN — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — —
Werken met de optionele quiltgeleider
Met de quiltgeleider naait u parallelle steken met
even grote tussenruimte.
a
Steek de staaf van de quilter in het gat aan de
achterkant van de boventransportvoethouder
of persvoethouder.
Boventransportvoet
Persvoethouder
b
Stel de staaf van de quilter zo in dat de
quiltgeleider op één lijn staat met de naad die
u reeds hebt genaaid.
64
Fantasiequilts naaien
Bij het naaien van fantasiequilts kunt u de
transporteur omlaag zetten (met de
transporteurstandhendel), zodat u de stof vrij in elke
richting kunt bewegen.
U hebt de optionele quiltvoet nodig om
fantasiequilts te naaien.
a
Verwijder de persvoet en de persvoethouder.
• Meer bijzonderheden vindt u in
"Persvoethouder verwijderen" (pagina 34).
Houd de quiltvoet op één lijn met de linker
b
onderkant van de persvoetstang.
De pen van de quiltvoet moet boven de
naaldklemschroef zitten.
a Pen op quiltvoet
b Persvoethouderschroef
c Naaldklemschroef
c
Houd de quiltvoet op zijn plaats met uw
rechterhand en draai de persvoethouderschroef
aan met de schijfvormige schroevendraaier in
uw linkerhand.
a Persvoethouderschroef
VOORZICHTIG
Draai de schroef stevig vast met de
schijfvormige schroevendraaier. Anders raakt
de naald misschien de persvoet, waardoor de
naald kan verbuigen of breken.