XIV.
SPELING TUSSEN TRIPARM EN
FRICTIESCHIJF
Kijk naar het doseerwiel en controleer of er, wanneer de
triparm door de nok van de twisterkoppeling helemaal naar
achteren is bewogen, een speling (A) van 3 mm (1/8 in.) is
tussen de triparm en de frictieschijf bij (1). De buitenste
komvormige ring is ter verduidelijking verwijderd. Dit biedt
voldoende ruimte voor resetten van de triparm na elke
cyclus, zodat balen van gelijke lengte worden verkregen.
Om deze afstelling te verrichten, doet u het volgende:
1.
Trip de twister.
2.
Draai de twister door het vliegwiel met de hand te
draaien totdat de resetnok van de triparm de triparm
helemaal naar achteren heeft bewogen.
3.
Draai de bouten (2) los, verplaats de steunen van het
doseerwiel om de juiste speling te verkrijgen, en draai
de bouten weer aan.
Zorg dat de as van het doseerwiel hierbij precies
haaks op de balenkamer blijft staan.
XV.
NAALDVERGRENDELING
De naaldvergrendeling is veergeladen en moet zo
afgesteld worden dat hij de naalden beschermt en te vaak
breken van de breekbout van het vliegwiel voorkomt. Stel
de vergrendeling (1) af. De linkerrand van de vergrendeling
moet tot 3 mm (1/8 in.) binnen de buitenrand van het
balenpersframe staan.
Controleer of de vergrendeling onbelemmerd werkt en of
de veer (1) de vergrendeling in de baan van de krukarm
trekt.
Bij (2) is een rubberen kussen geïnstalleerd om het lawaai
te beperken. Inspecteer dit kussen regelmatig en vervang
het naar vereist.
HOOFDSTUK 4 -- ONDERHOUD
86081962
1004439
10004468
4-70
1
A
1
1
150
1
151
1
2
152