42
9. Reinig de glasplaat met een sopje.
Droog de glasplaat voorzichtig af.
Als u de glasplaten en de ovendeur heeft
schoongemaakt, plaatst u ze terug. Voer
bovenstaande stappen uit in de
omgekeerde volgorde. Plaats de kleinste
glasplaat eerst, daarna de grotere
glasplaten.
Het lampje vervangen
Leg een doek op de bodem van de
binnenkant van het apparaat. Dit voorkomt
schade aan het afdekglas en de
ovenruimte.
WAARSCHUWING! Gevaar
voor elektrocutie! Maak de
zekering los voordat u de lamp
vervangt.
De lamp en het afdekglas
kunnen heet zijn.
PROBLEEMOPLOSSING
WAARSCHUWING! Raadpleeg
de hoofdstukken Veiligheid.
Wat moet u doen als...
Probleem
U kunt de oven niet inscha-
kelen of bedienen.
De oven wordt niet warm.
De oven wordt niet warm.
De oven wordt niet warm.
1. Schakel het apparaat uit.
2. Verwijder de zekeringen in de
zekeringenkast, of schakel de
stroomonderbreker uit.
Het bovenste lampje
1. Draai het afdekglas van de lamp naar
rechts en verwijder het.
2. Verwijder de metalen ring en reinig de
glasafdekking.
3. Vervang de lamp door een geschikte
hittebestendige lamp voor 300°C.
4. Monteer de metalen ring op de
glasafdekking.
5. Plaats het afdekglas terug.
Mogelijke oorzaak
De oven is niet aangesloten
op een stopcontact of is niet
goed geïnstalleerd.
De oven is uitgeschakeld.
De klok is niet ingesteld.
De benodigde kookstanden
zijn niet ingesteld.
Oplossing
Controleer of de oven goed is
aangesloten op het stopcon-
tact (zie het aansluitdiagram
indien beschikbaar).
Schakel de oven in.
Stel de klok in.
Zorg ervoor dat de instellin-
gen correct zijn.