Herstellen van defecten
door een nieuwe met de juiste stroomsterk-
te.
DWM00630
WAARSCHUWING
Gebruik de opgegeven zekering. Een ver-
keerde zekering of een stuk draad zou
kunnen zorgen voor te veel stroomafgif-
te. Dat kan beschadiging van het elektri-
sche systeem of brand veroorzaken.
2
1. Zekeringkast
2. Zekering (80 A × 2, 20 A)
3. Reservezekering (80 A, 20 A )
NOTA:
Raadpleeg uw Yamaha-dealer als de nieu-
we zekering onmiddellijk doorslaat.
DMU29523
De trim- en kantelbekrachtiging werkt
niet
Als de motor niet kan worden omhoog of om-
laag gekanteld met de trim- en kantelbe-
krachtiging omwille van een lege accu of een
storing in de trim- en kantelbekrachtiging-
seenheid, kunt u de motor ook manueel kan-
telen.
1.
Draai de manuele klepschroef los door
ze naar links te draaien tot ze stopt.
75
3
ZMU05314
1. Schroef van de handbediende klep
1
2.
Zet de motor in de gewenste stand en
draai
klepschroef vast door ze naar rechts te
draaien.
DMU29533
De starter werkt niet
Als het startmechanisme niet werkt (de mo-
tor kan niet worden aangezwengeld met de
starter), kan de motor worden gestart met de
noodstartkoord.
DWM01022
WAARSCHUWING
Pas die procedure alleen toe in een
G
noodgeval om naar de dichtstbijzijnde
haven terug te keren voor herstelling.
Wanneer de noodstartkoord wordt ge-
G
bruikt om de motor te starten, werkt de
neutraalstartbeveiliging niet. Zorg er-
voor dat de afstandsbedieningshendel
in neutraal staat. Anders kan de boot
onverwacht beginnen te bewegen, wat
tot ongevallen zou kunnen leiden.
Bevestig de motoruitschakelkoord tij-
G
dens het gebruik van de motor op een
veilige plaats aan uw kleding, of aan uw
arm of been.
Maak de koord niet vast aan kleren die
G
kunnen worden losgetrokken. Zorg er-
voor dat de koord nergens achter ver-
vervolgens
de
1
ZMU03535
manuele