Werking
1. Oliepeilstok
3.
Steek de oliepeilstok volledig in de mo-
tor en verwijder hem vervolgens op-
nieuw.
4.
Ga na of het oliepeil op de oliepeilstok
zich tussen de bovenste en de onderste
markering
bevindt.
Yamaha-dealer wanneer het oliepeil niet
correct is of wanneer de olie er melkach-
tig of vuil uitziet.
1
1. Oliepeilstok
2. Bovenste peilmarkering
3. Onderste peilmarkering
DMU40412
Buitenboordmotor
Ga na of de buitenboordmotor correct
werd gemonteerd en of de buitenboordmo-
tormontagebouten niet los zitten.
Controleer de propeller op beschadigin-
55
1
ZMU07157
Raadpleeg
2
3
ZMU06918
gen.
Controleer op motorolielekken.
DMU40372
Doorspoelplug
Ga na of de doorspoelplug stevig op het
hulpstuk op de onderkap is gedraaid. OPGE-
LET: Zorg ervoor dat het tuinslangkop-
pelstuk wordt aangesloten op de fitting
op de onderbak en dat het stevig wordt
aangedraaid. Anders zal er koelwater
weglopen tijdens de werking van de mo-
tor, waardoor de motor oververhit zal ra-
ken.
[DCM02292]
2
3
uw
1. Doorspoelplug
2. Tuinslangkoppelstuk
3. Fitting
DMU40752
Installeren van de motorkap
1.
Controleer de rubberen dichting op
schade. Als de rubberen dichting be-
schadigd is, dient u ze te laten vervan-
1
ZMU07158