4.2.1
Messen aanscherpen/
slijpen
Botte messen beïnvloeden het
knipresultaat in negatieve zin en
verhogen het brandstofverbruik.
Voor een optimaal knipresultaat
moeten de messen zijn geslepen.
– Werkhandschoenen dragen
– kans op letsel
De messen mogen niet door het
vlak slijpen van de glijvlakken
worden geslepen omdat dan de
dikte van de messen terugloopt en
de messpeling, die door de bussen
wordt bepaald, te groot wordt – de
mesgeleiding en de knipresultaten
nemen af.
Uitvoeringen HS 46, HS 46 C
Platte aanscherpvijl gebruiken.
– Op de aanscherphoek letten en
de vijl onder de voorgeschreven
hoek ten opzichte van het
mesvlak houden, b 2.5
Alleen de snijkanten aanscherpen
– noch de botte uitsteeksels van de
messen, noch de knipbeveiliging
aanvijlen.
Altijd naar het snijvlak toe vijlen.
De vijl mag alleen in voorwaartse
richting aangrijpen – bij het
terugtrekken oplichten.
– De bramen op het mes met
behulp van een wetsteen
verwijderen
HS 46, HS 46 C, HS 56 C
Uitvoering HS 56
De messen van de HS 56 kunnen
zowel met een platte aanscherpvijl
alsook met behulp van het
slijpapparaat USG worden
aangescherpt/geslepen.
– Op de aanscherphoek/slijphoek
letten, b 2.5
– Messen uitbouwen, b 4.2
A
B
– Het slijpapparaat USG als volgt
instellen
Mesbalklengte
A
B
C links
C rechts
– Messen slijpen, zie handleiding
van het USG-slijpapparaat
Alle uitvoeringen
Slechts weinig materiaal in een keer
wegnemen.
– Na het aanscherpen/slijpen
– vijlsel of slijpsel verwijderen
– De glijvlakken inspuiten met
STIHL harsoplosmiddel, b 12
– Messen inbouwen, b 4.2
4.3
Tandwiel
– Storingstabel, b 3.2
– Messen uitbouwen, b 4.2
Bij een beschadigde vertanding, het
aandrijfrondsel en het tandwiel
controleren, zo nodig beide
vervangen.
1
C
: Tandwiel (1) lostrekken
600 mm
-10°
0
1
+45°
-45°
: Aanloopring (1) wegnemen
– Aandrijfhuis en aandrijfrondsel
controleren – bij een beschadigd
aandrijfrondsel moet de
koppelingstrommel worden
vervangen, b 4.4
– Koppelingstrommel controleren,
zo nodig vervangen, b 4.7
23