Figuur 59
1. Mes
Maaimessen monteren
1. Monteer het mes op de as (Figuur 60).
Belangrijk: Het gebogen deel van
het mes moet naar de binnenzijde
van de maaikast wijzen om een goede
maaikwaliteit te garanderen.
2. Monteer de veerschijf en de mesbout.
De conus van de veerschijf moet worden
gemonteerd op de boutkop (Figuur 60).
Draai de mesbout vast met een torsie van
115–150 Nm.
Figuur 60
1. Wiek van het mes
2. Mes
3. Veerschijf
2. Mesbalans
4. Mesbout
5. Conus op boutkop
Grasgeleider vervangen
Als een afvoeropening niet is afgesloten, kan
het maaidek voorwerpen in de richting van
de bestuurder of omstanders werpen. Dit
kan ernstig letsel veroorzaken. Daarnaast
kunt u ook in contact komen met het mes.
• Gebruik de maaimachine nooit zonder
afdekplaat, mulchplaat of een grasafvoer
en een grasvanger.
• Controleer of de grasgeleider omlaag
staat.
1. Verwijder de borgmoer, bout, veer en
afstandsstuk waarmee de bevestigingen van
de grasgeleider vastzitten op de draaibeugels
(Figuur 61). Verwijder een beschadigde of
versleten grasgeleider.
2. Plaats een afstandsstuk en de veer op de
grasgeleider. Plaats een eind van de veer achter
de rand van het maaidek.
Opmerking: Zorg ervoor dat het eind van
de veer is gemonteerd achter de rand van het
maaidek voordat u de bout plaatst zoals wordt
aangegeven in Figuur 61.
3. Monteer de bout en de moer. Plaats het eind
van de veer om de grasgeleider (Figuur 61).
Belangrijk: De grasgeleider moet
omlaag in positie kunnen klappen. Til de
grasgeleider omhoog om te controleren of
deze volledig omlaag klapt.
48