Inbedrijfname
9.7.1.
Meetbereik instellen
Informatie
Instelmodus activeren
Meetbereik instellen
34
Tabel 8: Kort overzicht knopfuncties
Knop
Functie
[S1] + [S2]
→ 5 sec. tegelijkertijd indrukken: Instelmodus activeren
[S1]
→ 3 sec. in de instelmodus indrukken: 4 mA instellen
→ 6 sec. in de instelmodus indrukken: 0 mA instellen
→ 3 sec. in bedrijf indrukken: LED signalering eindstanden in-/uitschakelen
→ in eindstand aantippen: stroomwaarde met 0,02 mA reduceren
[S2]
→ 3 sec. in de instelmodus indrukken: 20 mA instellen
→ 3 sec. in bedrijf indrukken: LED signalering eindstanden in-/uitschakelen
→ in eindstand aantippen: stroomwaarde met 0,02 mA verhogen
Teneinde in te kunnen stellen dient de voedingsspanning op de positioner aanwezig
te zijn.
Er kan zowel een meetbereik van 0/4 – 20 mA alsook een meetbereik van 20
– 0/4 mA (invers bedrijf) worden ingesteld.
Het meetbereik (normaal of invers bedrijf) wordt bij het instellen door middel
van de toewijzing van de knoppen S1/S2 aan de eindstanden bepaald.
Het activeren van de instelmodus wist de instelling in beide eindstanden en
stelt de uitgangsstroom op een waarde van 3,5 mA in. Na het activeren dienen
beide eindwaarden (0/4 en 20 mA) opnieuw te worden ingesteld.
Bij een onbedoeld verkeerde instelling kan op ieder moment door het opnieuw
activeren van de instelmodus (tegelijkertijd indrukken van [S1] en [S2]) de
instelling worden gereset.
1.
Beide knoppen [S1] en [S2]) tegelijkertijd indrukken en ca. 5 seconden lang
ingedrukt houden:
De LED geeft door een pulserend dubbel knipperen aan dat de instelmodus
correct is geactiveerd:
Bij een andere LED-knippervolgorde (enkelvoudig/drievoudig knipperen): Zie
<Fouten bij de inbedrijfstelling>.
2.
Afsluiter in één van de eindstanden (DICHT/OPEN) bewegen.
3.
Gewenste uitgangsstroom (0/4 mA resp. 20 mA) instellen:
voor 4 mA: [S1] ca. 3 seconden ingedrukt houden,
totdat LED langzaam knippert
voor 0 mA: [S1] ca. 6 seconden ingedrukt houden,
totdat LED snel knippert
voor 20 mA: [S2] ca. 3 seconden ingedrukt houden,
totdat LED brandt
4.
Afsluiter in de tegenovergestelde eindstand bewegen.
De in de eindstand ingestelde waarde (0/4 mA resp. 20 mA) wijzigt zich tijdens
de beweging in de instelmodus niet.
5.
Instelling in de 2e eindstand op dezelfde manier uitvoeren.
SQEx 05.2 – SQEx 14.2 / SQREx 05.2 – SQREx 14.2
.
.
.