CONTROLEREN
OPMERKING: De linker en rechter bovenwagenkappen zijn open. De linker en rechter chassiskappen werden verwijderd.
- Open de draaibare motorplaat,
- Verwijder de chassiskappen voor en achter.
- Controleer de toestand van alle hydraulische slangen en ga na of er geen lekken zijn.
- Breng de chassiskappen voor en achter weer aan.
- Breng de chassiskappen links en rechts weer aan.
VERVANGEN
OPMERKING: De linker en rechter bovenwagenkappen zijn open. De draaibare
motorplaat is open.
1
- Vervang de riem
,
• Draai de schroeven
• Verwijder de gebruikte riem door de alternator te draaien.
• Breng de nieuwe riem aan.
• Draai de schroeven
- Controleer de spanning van de riem tussen de riemschijven van de krukas en de
alternator:
• Breng een druk aan met de duim = 98 N. De speling
9 mm zijn.
- Stel indien nodig bij:
• Draai de schroeven
• Pas de spanning van de riem aan door de alternator te draaien.
• Draai de schroeven
• Ga de spanning van de riem opnieuw na.
VERVANGEN
Nooit roken of een vlam in de buurt brengen tijdens het vervangen van het brandstofvoorfilter.
OPMERKING: De linker en rechter bovenwagenkappen zijn open. De draaibare
motorplaat is open.
- Lokaliseer het brandstofvoorfilter
- Vervang het brandstofvoorfilter,
• Verwijder het gebruikte brandstofvoorfilter.
• Controleer de toestand van de brandstofslangen en de vastklembeugels.
• Breng het nieuwe brandstofvoorfilter aan. Zorg ervoor dat de vastklembeugels
goed op hun plaats zitten.
OPMERKING: Respecteer de montagerichting van het brandstofvoorfilter die door
een pijl wordt aangegeven.
BELANGRIJK
Gebruik steeds een stuk papier of karton om lekken hydraulische olie op te sporen.
Vervang alle hydraulische slangen die beschadigd zijn.
OCCASIONELE WERKING.
FILTERELEMENTEN EN DRIJFRIEMEN:
2
los.
2
vast.
2
los.
2
vast.
BELANGRIJK
1
en zet er een druipbak onder.
FILTERELEMENTEN EN DRIJFRIEMEN:
Alternator-/ventilatorriem
A
moet tussen de 7 en
Brandstofvoorfilter
3 - 41
Hydraulische slangen
2
A
1
2
1