Inhoudsopgave
Advertenties
3 Machine- en bedieningselementen
Geleiding van de bowdenkabels
bij een gedraaide stuurdrager op
stand voor koppelen van appara-
ten
Grendelhendel voor drager (B/12) openen en
daarbij de stuurdrager rechtsom 180° draaien.
Bij het draaien van de stuurdrager op de bow-
denkabels letten zodat ze niet gedraaid of ge-
spannen zijn.
Onjuiste plaatsing of onnauwlettendheid
bij het draaien van de stuurdrager kan tot
beschadigingen van de bowdenkabels leiden.
Let daarom altijd op de juiste draairichting bij
de verstelling van de drager:
Draai de stuurdrager voorzichtig rechtsom naar
de stand voor het koppelen van apparaten
(zie het aanzicht van boven op pagina 32).
Om een te sterke buiging van de bowdenkabels
te voorkomen moeten die met de hand naar de
in rijrichting (achter de drager staand) rechter-
kant van de stuurdrager worden geleid.
Grendelhendel van de drager sluiten en in
een gewenste grendelstand aan de stuurdrager
vastklikken.
Schakelstangen weer met de schakelhendels
verbinden en met de splitpennen
Let op: De schakelhendel voor de ver-
snelling bevindt zich nu links en de schakels-
tang van de krachtafnemer rechts aan het
stuur.
De schakelrichting van de krachtafnemer en
het remsysteem voor enkele wielen zijn ook
ondersom.
De zijverstelling van de stuurdrager (ca. 30°) kan
ook in de gedraaide stand worden uitgevoerd.
Stuurdrager terugdraaien
In dezelfde volgorde, echter linksom. Bij uitvoe-
ring 3600 (3+2) schakelstang snelgang weer
monteren.
Draai de stuurdrager voorzichtig linksom terug in
de tweewielige stand. Ondersteun ook hierbij de
bewegingen van de bowdenkabels met de hand.
Eenassige tractor agria 3600
borgen.
31
Advertenties
Inhoudsopgave
