Samenvatting van Inhoud voor Agria Taifun 5900 231
Pagina 1
Handleiding voor Hydrostatische Werktuigdrager Taifun 5900 231 / 232 - 2 Zyl. B&S Vanguard - Elektrische starter 4816 Lees voordat u de machine in gebruik neemt eerst de handleiding. Volg veiligheidsvoorschriften en waarschuwingen nauwkeurig op! Betriebsanleitung Nr. 998 861-A 06.05...
Levering: parkeerrem handleiding werktuigdrager gesloten (vergrendeld) gereedschapsset geopend (ontgrendeld) draaien tegen de klok in - Service = Laat dit draaien met de klok mee uitvoeren door een agria-vakgarage! Hydrostatische werktuigdrager Taifun...
Inhoudsopgave Inhoud pakket ........2 4. Ingebruikname en bediening Eerste ingebruikname ..... 30 Aanbevelingen De motor starten ......32 Smeermiddelen ......... 6 De motor afzetten ......33 Onderhoud en reparatie ....6 Werken met de machine ....34 Brandstof .......... 6 Gevarenzone ........
Voor het onderhoud van de machines Onderhoud en reparatie: en werktuigen adviseren wij biologisch afbreekbare corrosiewerende olie Bij de agria-dealer werken gekwalifi- (niet gebruiken op gelakte uitwendige ceerde monteurs die de machine vak- bekledingen). Het anticorrosiemiddel kundig onderhouden en repareren.
De werktuigdrager mag slechts gebruikt, onderhouden en gerepareerd worden De agria motormaaier Taifun en de door door personen die over de nodige ken- de fabrikant aangeboden aanbouwwerk- nis beschikken en van de risico’s op de tuigen zijn bestemd voor een normaal hoogte zijn.
1. Veiligheidstechnische aanwijzingen Voorzichtig met nalopende werktuigen. Bediening en Wachten tot het werktuig helemaal stil veiligheidsmaatregelen staat! Bij werkzaamheden met elektrische Voor de werkzaamheden werktuigen bestaat de kans op verwon- Zorg ervoor dat u op de hoogte bent van dingen! alle installaties en bedienings- Het is niet toegestaan tijdens de werk- componenten, alsmede van het functio-...
Pagina 9
1. Veiligheidstechnische aanwijzingen Het is niet toegestaan tijdens de werk- Aanbouwwerktuigen zaamheden en het transport op de ma- Koppel de aanbouwwerktuigen uitslui- chine mee te rijden. tend aan bij afgezette motor en uitge- Wanneer het aanbouwwerktuig vast zit, schakelde aandrijving. moet de motor worden afgezet en dient Gebruik passend gereedschap en draag het aanbouwwerktuig met passend ge-...
Gewichten moeten kwalitatief gelijkwaardig zijn en Breng de gewichten altijd aan volgens overeenkomen met de door de firma de voorschriften aan de daarvoor be- agria vastgelegde technische eisen. stemde bevestigingspunten. Na gebruik wegzetten Onderhoud Het parkeren van de werktuigdrager in Pleeg geen onderhouds- en reinigings- ruimtes met open kachels is verboden.
Gebruik alleen originele hydraulische weggooit, eventueel als klein chemisch slangen van agria. afval behandelen. Voorzichtig bij het aftappen van hete olie, er bestaat verbrandingsgevaar. Banden en...
1. Veiligheidstechnische aanwijzingen Let op de juiste bandenspanning bij Beschrijving van de werkzaamheden met extra gewichten. waarschuwingssymbolen Schroeven en moeren van de wielen dienen bij servicewerkzaamheden te Voor reinigings-, worden aangedraaid. onderhouds- en r e p a r a t i e w e r k - zaamheden motor Elektrische installatie afzetten en bou-...
3. Machine- en bedieningselementen De werktuigdrager agria type 5900 Tai- Koeling fun is een basismachine die altijd in com- De motor wordt gekoeld met een venti- binatie met een aanbouwwerktuig wordt lator. Zorg ervoor dat geen vuil of blader- ingezet. Daardoor is hij zowel geschikt...
3. Machine- en bedieningselementen Toerentalhendel Met de toerentalhendel (B/9) aan de stuurstang kan het motortoerental van min. = STATIONAIR tot max. = VOLGAS traploos geregeld worden. Motor-uit-schakelaar Met de elektrische motor-uit-schakelaar (B/3) wordt de ontsteking in- en uitgeschakeld. "I" = in bedrijf "0"...
3. Machine- en bedieningselementen Koppeling Aftakasschakeling De enkelvoudige De versnellingsonafhankelijke aftakas droge plaatkop- (A/22) wordt geschakeld met de schakel- peling wordt be- trekgreep (B/7). Schakeltrekgreep diend door de uitgetrokken, de aftakas is ingeschakeld, koppelingshen- schakeltrekgreep naar voren geduwd, del (B/5). aftakas is uitgeschakeld.
3. Machine- en bedieningselementen Transmissie Uitv. Rijhendelschakeling De rijsnelheid wordt aan de hendel De agria-werktuigdrager is voorzien van (B/12) traploos voor- en achteruit met een hydrostatische rijaandrijving. de duim of wijsvinger ingesteld of ge- wijzigd. Rijschakeling De 0-positie is geschakeld, als de markering op de hendel gelijk staat met Uitv.
3. Machine- en bedieningselementen Duwen Hydraulische besturing De machine kan zonder motoraandrijving Met de hydraulische besturing rijdt het worden geduwd, als de stationaire wiel aan de kant van de binnenbocht schakeling is geopend (positie ‘0’). langzamer tot aan stilstand, het wiel aan de kant van de buitenbocht blijft met De stationaire schakeling (A/3) bevindt gelijke snelheid rijden.
3. Machine- en bedieningselementen Centrale rem Om de machine in heuvelachtig terrein te kunnen afremmen en om hem te kun- nen parkeren, wordt een gecombineerde centrale blokkeerrem gebruikt. Centrale rem Excenterhendel (B/2) naar achteren en boven zwenken – beide wielen worden afgeremd. Bij het loslaten van de excenterhendel zwenkt deze in de uitgangspositie terug –...
3. Machine- en bedieningselementen Bevestigingsgordel De bevestigingsgordel (A/7) is bedoeld voor het transporteren van de machine en voor het inhangen van een veranke- ringskabel bij werkzaamheden op hel- lingen. Hiertoe moet de motorkap wor- den gedemonteerd. Controleer de bevestigingsgordel op beschadigingen, evt.
3. Machine- en bedieningselementen Wielbevestigingsschroeven Uitvoering A wielbout met veerring. Uitvoering B tapeind met veerring en wielmoer. Loctite Tapeind met de korte schroefdraad- kant in de wielnaaf vastdraaien, indien mogelijk met LOCTITE 270 (of iets der- gelijks) verlijmen. Veerring met de bolle kant naar het schijfwiel monteren! Bij nieuwe machines en bij het verwis- Om beschadigen van de rem-...
3. Machine- en bedieningselementen Motorkap Motorkap verwijderen Kap aan de achterzijde optillen kap aan de voorzijde optillen en ver- volgens in z’n geheel wegnemen Motorkap terugplaatsen Kap voor en achter met de klem- rubbers op de kogelkoppen plaatsen oefen lichte druk uit op de motorkap, tot de klemrubbers vastzitten.
3. Machine- en bedieningselementen Portaalasverstelling traploos (Optie Artikel 5939 011) Verstelling naar voren voor zware aanbouwapparaten Stoprem aantrekken Kogelgreephendel loslaten machine handgreep naar achteren trekken Koppeling van de drijfwielen aan het aanbouwapparaat min. 20 mm! Kogelgreephendel vasttrek- Kogelgreephendel mag niet omlaag staan Kogelgreephendel axiaal naar binnen drukken - tot hij losspringt - en...
Pagina 27
3. Machine- en bedieningselementen Verstelling naar achteren voor lichte aanbouwapparaten Stoprem aantrekken Kogelgreephendel loslaten machine handgreep naar voren drukken Koppeling van de drijfwielen aan het aanbouwapparaat min. 20 mm! Kogelgreephendel vasttrek- Kogelgreephendel mag niet omlaag staan Kogelgreephendel axiaal naar binnen drukken - tot hij losspringt - en tegelijkertijd naar boven draaien...
3. Machine- en bedieningselementen Aanhangen en afkoppelen van aanbouwwerktuigen Aanhangen en afkoppelen alleen met stilstaande motor! Aanhangen: De aansluitpunten van de werk- tuigdrager en het aanbouwwerktu- ig moeten schoon zijn Bij aftakasaangedreven werk- tuig: schakelhendel (4) aan het aan- bouwwerktuig op ‘0’ zetten. Machine met de vangtapeinden (2) van onder af in de vanghaken (3) van het aanbouwwerktuig lei-...
3. Machine- en bedieningselementen Uitv. elektrische starter Accu Vanwege het feit dat de accu in de nieuwe machine of de nieuwe aanhanger niet droog is voorgeladen, moet deze na het vullen met accuzuur vol geladen worden (laadstroomsterkte = 1/10 van de accucapaciteit). zie bijlage van de batterijfabrikant Startschakelaar De startschakelaar (33) voor de elektrische...
4. Ingebruikname en bediening De levensduur en de bedrijfsveiligheid van de motor hangt grotendeels af van het rijgedrag tijdens de inrijperiode. Laat een koude motor altijd eerst een paar minu- ten warm draaien en belast de motor niet direct tot het maximum. Laat de motor tijdens de eerste 20 bedrijfsuren (inrijperiode) nooit op volle toeren draaien.
Pagina 31
4. Ingebruikname en bediening Voordat de motor gestart wordt Beide bougiekap plaatsen ? ok Voldoende brandstof in de tank? Luchtfilter schoon? ? ok Motoroliepeil controleren ? ok •Transmissieoliepeil controleren ? ok Bouten en moeren regelmatig con- troleren, eventueel natrekken. Ga alleen met de machine aan ? ok werk wanneer...
4. Ingebruikname en bediening Starten van de benzinemotor Brandstofkraan (C/13) opendraaien. koude motor: CHOKE (C/20) in positie ‘CHOKE’ brengen. warme motor: CHOKE in normale bedrijfspositie laten. Motor-uit-schakelaar (B/3) in bedrijfspositie ('I') brengen. Toerentalhendel (B/9) op ca. 1/3 gas zetten. Koppelingshendel (B/5) aantrekken en vergrendeling (B/6) laten vastklikken (startpositie).
4. Ingebruikname en bediening Afzetten van de benzinemotor 30 sec. Toerentalhendel in positie neutraal zetten en de motor ca. 30 seconden sta- tionair laten draaien. Motor-uit-schakelaar in positie ‘0’ brengen. Contactsleutel in positie ‘0’ terug- draaien – laadcontrolelampje gaat uit. Brandstofkran sluiten.
4. Inbetriebnahme und Bedienung Werken met de machine Gehoorbescherming gebruiken en draag altijd stevige schoenen Motor starten Controleer het functioneren van de veiligheidsschakeling - machine alleen in gebruik nemen wanneer veiligheidsschakeling functioneert! Bij werkzaamheden met aftakasaangedreven werktuigen: met de schakeltrekgreep (B/7) aftakas inschakelen.
4. Inbetriebnahme und Bedienung Aanwijzing bij het maaien Na het beëindigen van de maai- "0" werkzaamheden of als de maaimachine verstopt is: Rijaandrijving in ''neutrale' positie, "0" De machine blijft staan maar het mes blijft in beweging; daardoor wordt de maaibalk vrijgemaakt.
5. Onderhoud en reparatie Benzinemotor Behalve het opvolgen van de bedieningsvoorschriften is het bovendien van groot belang dat u aandacht besteed aan de volgende aanwijzingen omtrent onderhoud en reparatie. Let op: voer onderhouds- en reparatiewerkzaamheden alleen uit met een afgezette motor en wanneer de contactsleutel verwijderd Motor A;...
Pagina 37
5. Onderhoud en reparatie Benzinemotor Motoroliefilter vervangen 100 h De oliefilter (C/8) na iedere 100 bedrijfsuren of na elk seizoen vervangen, al naargelang welk geval zich het eerst voordoet. Vooraleer de nieuwe filter geïnstalleerd wordt, de filterpakking licht met verse, zuivere motorolie bevochtigen.
5. Onderhoud en reparatie Benzinemotor Droge luchtfilter Reinig de lucht-voorfilter (V) en laateste om de 25 bedrijfsuren, of in geval van zeer stoffige omstandigheden na een paar uur. Reinig de luchtfilter-patroon (P) en laateste om de 25 bedrijfsuren, of in geval van zeer stoffige omstandigheden na een paar uur.
5. Onderhoud en reparatie Benzinemotor Luchtfilter-patroon reinigen 100 h lucht-voorfilter reinigen Grijpmoer en plaat verwijderen. De patroon er voorzichtig afnemen om te verhinderen dat er vreemde voorwerpen in de carburateur dringen. De patroon voorzichtig op een effen oppervlakte afkloppen om hem te reini- gen.
5. Onderhoud en reparatie Benzinemotor Reiniging van het koelsysteem Na langere werkzaamheden kan het koelsysteem door plantenresten en stof verstopt raken. Wanneer met een verstopt koelsysteem wordt doorgere- den, wordt de motor te heet en kan deze defect raken. De motor niet met water afspuiten, maar een borstel of perslucht gebruiken.
5. Onderhoud en reparatie Benzinemotor Carburateur Begininstelling Vrijloopmengschroef in de richting van de wijzers van de klok draaien tot ze bevestigd is. Geen geweld gebruiken. De schroef 1 1/4 draaiing tegen de klok in draaien. (Door deze instelling kan de motor starten.) Vrijloopmengschroef De eindinstelling wordt uitgevoerd met draaiende 1 1/4...
5. Onderhoud en reparatie Klepspeling instellen Na iedere 50 bedrijfsuren moet de klep- speling worden ingesteld. Uitlaatklep en inlaatklep 0,1 - 0,16 mm bij koude motor. - - - - - Service Cilinderkop reinigen Na iedere 400 bedrijfsuren cilinderkop afnemen en de koolafzettingen aan cilinderkop en uitlaat met een draad- borstel verwijderen.
5. Onderhoud en reparatie Het transmissieoliepeil moet voor iedere Machine ingebruikname en steeds na 8 bedrijfs- uren gecontroleerd worden (oliepeilstok Transmissie en olievulhals (A/1)). Het oliepeil moet bij Transmissieolie is tegelijker- horizontaal staande machine tussen de tijd hydraulische olie streepjes max. en min. staan. Bij de overstap op bio-hydraulische Oliepeilstok uitdraaien, met een schone olie HEES eerst alle oude olie aftap-...
5. Onderhoud en reparatie Stuurstangbouten Wielen Stuurstangbouten Bij de eerste ingebruikname en bij J / B op de smeernippel iedere wisseling van de wielen moe- af en toe smeren ten de wielbouten en -moeren na de eer- met bio-smeervet. ste 2 bedrijfsuren met 100 Nm (10 kpm) Ten minste eens worden nagetrokken.
5. Onderhoud en reparatie Veiligheidsschakeling Koppelingshendel Speling of instellingen voor iedere ingebruik- Controleer voor iedere ingebruik- name controleren en eventueel corrigeren name en bij iedere onderhouds- (vooral tijdens de inrijperiode na de eerste en reparatiebeurt. ingebruikname of na het verwisselen van de Wanneer de koppelings- of remvoering).
5. Onderhoud en reparatie Draaihendelschakeling Algemeen Werking en instelling bij elk onderhoud Let op het ver- controleren en eventueel bijregelen liezen van brand- Instelling stof en olie, even- tueel opruimen. De draaihendel- schakeling met de bowdenkabel stel- schroeven zonder Schroeven en speling instellen en moeren regelma- ervoor zorgen dat...
Motor in conditie houden lucht onder belas- Brandstof volledig aftappen of ting staan. brandstoftank voltanken en stabilisator- d) Koppeling vloeistof (agria-nr. 799 09) in de brandstoftank gieten. Werktuigdrager altijd met aangetrokken - Kijk in de gebruiksaanwijzing, koppelingshendel motor ca. 1 minuut laten lopen.
6. Storingen opsporen en verhelpen Let op de veiligheidsaanwijzingen! Laat grotere problemen aan de machine of de motor altijd oplos- sen door de agria-vakgararage, deze beschikt over het juiste gereedschap. Ondeskundige hulp kan grote schade veroorzaken. storing mogelijke oorzaak oplossing...
Pagina 49
- Koppelingsplaat versleten Koppelingsplaat vervangen Geen voor- - Koppelingshendel niet gekoppeld met koppelingshendel koppelen aandrijving - Duwpositie ingeschakeld op hydraulisch bedrijf omschakelen Teveel - Bevestigingsbouten zijn los Bevestigingsbouten natrekken vibratie = Laat dit uitvoeren door een agria-vakgarage! Hydrostatische werktuigdrager Taifun...
Smeerschema 200 h (50 h) 25 h 600 h (50 h) 50 h (25 h) 100 h eens per jaar en na iedere reinigingsbeurt met een hogedrukreiniger Hydrostatische werktuigdrager Taifun...
Wikkelbescherming Wikkelbescherming Optie: Kit 760 58 Montage: A Wikkelbeschermdrager (1) aan de spanschroeven van de wielmotoren vastklikken B Wikkelbeschermbuizen (2) over de wielmotoren schuiven - Uitsparing voor remhendel in acht nemen. Met de schroeven (4) en schijven (3) bevestigen Hydrostatische werktuigdrager Taifun...
J = minstens eens per jaar K = controle- en onderhoudswerkzaamheden kunnen door de bestuurder zelf worden uitgevoerd W = servicewerkzaamheden moeten worden uitgevoerd door een vakkundige garage F = servicewerkzaamheden moeten worden uitgevoerd door een agria-vakgarage * = na 2 jaar Hydrostatische werktuigdrager Taifun...