Instellingen voor doorsturen
Als u een fax ontvangen heeft, kunt u het ontvangen beeld doorsturen naar andere faxapparaten, computers en
subadres-boxen of kunt u het beeld afdrukken.
Doorsturen instellen
Gebruik de onderstaande procedure om het doorsturen in te stellen.
Doorstuurbestemming registreren
Gebruik de onderstaande procedure om een doorstuurbestemming te registreren.
1
Druk op [Menu].
2
Druk op [▲] of [▼] om het Systeemmenu te selecteren.
3
Druk op [OK].
4
Druk op [▲] of [▼] om FAX te selecteren.
5
Druk op [OK].
6
Druk op [▲] of [▼] om Ontvangst te selecteren.
7
Druk op [OK].
8
Druk op [▲] of [▼] om de Inst.Doorsturen te selecteren.
9
Druk op [OK].
10
Druk op [▲] of [▼] om Doorsturen te selecteren.
Inst.Doorsturen
Doorsturen
11
Druk op [OK].
12
To set Forwarding, press [▲] or [▼] to select On.
Doorsturen
Aan
13
Druk op [OK].
1
Druk op [Menu].
2
Druk op [▲] of [▼] om het Systeemmenu te selecteren.
3
Druk op [OK].
4
Druk op [▲] of [▼] om FAX te selecteren.
5
Druk op [OK].
6
Druk op [▲] of [▼] om Ontvangst te selecteren.
b
b
7-29
Faxbediening