Gebruiksaanwijzing
4.3.7 Bedrijfsproblemen
CODE
OORZAAK
IF01/
De tijd die nodig is om de tank te vullen is over-
Er01
schreden.
De standpijp is niet geplaatst.
De rubbermof van de standpijp dicht niet af tegen
de bodemplaat.
De waterkraan is dicht.
Er02
De machine gebruikte, in vergelijking met de vo-
rige keer, te veel tijd om op te warmen.
Er04
Defecte temperatuursensor.
Er05
Defecte temperatuursensor.
IF06/
De boiler is niet afgekoeld tijdens de eindspoelfa-
Er06
se.
De waterkraan is dicht.
IF09
Alarm voor het verversen van het water.
IF10
Alarm voor het wekelijkse schoonmaken.
Er12
De airgaptank is niet met water gevuld.
Er16
De temperatuur in de boiler is te laag.
Er23
De kap opent niet wanneer de automatische ka-
popener wordt gebruikt.
Er27
De machine is alle ingestelde waardes kwijt.
IF30
Laag waterpeil in de wastank voor het afwassen.
De rubbermof van de standpijp lekt.
Rhima-webshop.nl
Storingsberichten
Wanneer de machine werkt, kunnen verschillende alarm- of informatieberichten
op de displays van het bedieningspaneel verschijnen. Er wordt onderscheid ge-
maakt tussen IF en Er alarmberichten. IF alarmen kunnen gewoonlijk worden ver-
holpen door de operator. Bij een Er-alarm, moet het servicepersoneel worden
gewaarschuwd. Sommige IF alarmen die een aantal keren door de operator zijn
afgehandeld, kunnen uiteindelijk veranderen in ER alarmen, wat betekent dat het
servicepersoneel ernaar moet kijken.
Elk alarm heft een nummer: 01, 02, 03 enz. In het bovenste display staat of IF of
Er. In het onderste display staat het alarmnummer.
WD-7
MAATREGEL
Het alarm kan worden gereset door op het pa-
neel op 0/1 te drukken.
Plaats de standpijp.
Stel de standpijp bij. Controleer of de rubbermof
niet beschadigd is. Vervang de mof indien deze
is beschadigd.
Open de kraan.
Het alarm kan worden gereset door op het pa-
neel op 0/1 te drukken. Neem contact op met het
servicepersoneel als het alarm blijft optreden.
Neem contact op met de servicedienst.
Neem contact op met de servicedienst.
Het alarm kan worden gereset door op het pa-
neel op 0/1 te drukken.
Open de kraan. Sluit de deur.
Ververs het water. Het alarm kan worden gereset
door op het paneel op 0/1 te drukken. Als het
alarm niet is ingesteld om de machine te stop-
pen, kan het afwasprogramma worden voortge-
zet.
De machine moet grondiger worden gereinigd
dan bij de dagelijkse beurt. Het alarm kan wor-
den gereset door op het paneel op 0/1 te druk-
ken.
Het alarm wordt automatisch gereset wanneer
de tank vol is.
Het alarm kan worden gereset door op het pa-
neel op 0/1 te drukken. Neem contact op met de
servicedienst.
Het alarm kan worden gereset door op het pa-
neel op 0/1 te drukken. Neem contact op met het
servicepersoneel als de fout blijft optreden.
Neem contact op met de servicedienst.
Controleer of de standpijp is afgesloten. Het
alarm kan worden gereset door op het paneel op
0/1 te drukken.
Controleer of de rubbermof van de standpijp niet
beschadigd is.
42
Rev. 4.0
Rhima-webshop.nl