•
Modellen met stuurknuppel - Drie schakelstanden voor bediening van de boot: vooruit (F), neutraal (N)
en achteruit (R) Stop bij het schakelen altijd in de neutraalstand en wacht tot het motortoerental tot
stationair gedaald is.
•
Modellen met afstandsbediening - Drie schakelstanden voor bediening van de boot: vooruit (F),
neutraal (N) en achteruit (R) Stop bij het schakelen altijd in de neutraalstand en wacht tot het
motortoerental tot stationair gedaald is.
•
Schakel de buitenboordmotor altijd met een soepele beweging.
•
Nadat de buitenboordmotor is geschakeld, zet u de afstandsbedieningshendel naar voren of draait u
de gasgreep op de stuurknuppel om het motortoerental te verhogen.
De motor afzetten
•
Modellen met afstandsbediening - Verminder het motortoerental en zet de buitenboordmotor in de
neutrale stand. Draai de contactsleutel naar OFF (UIT).
nld
BEDIENING
N
F
N
F
OFF
73
R
R
58239
26843
74495