Perforator
In het geval van waterflessen moet de
ontluchtingsdop op de perforator worden geopend�
Ontluchtingsdop
De bevochtigingskamer wordt geleidelijk gevuld met
water en het vulniveau blijft constant�
Voordat de patiënt wordt aangesloten op het
beademingscircuit, moet worden gecontroleerd
of het therapieapparaat goed functioneert, of de
therapieparameters juist zijn ingesteld en of het
ademgas ongehinderd uit het beademingscircuit
stroomt�
De volgende afbeelding toont een schematische
weergave van het apparaat�
15