4.8 Onderhoud en reparaties
Zet het apparaat voorafgaand
aan reinigings-, instel-,
reparatie- en
onderhoudswerkzaamheden op
een stevige, vlakke ondergrond, trek de
handrem aan, schakel de
verbrandingsmotor uit en laat deze
afkoelen en trek de contactsleutel eruit.
Voor werkzaamheden rondom de
verbrandingsmotor, het uitlaatspruitstuk
en de geluiddemper eerst het apparaat
laten afkoelen – ook bij alle
onderhoudswerkzaamheden aan het
maaiwerk. De temperaturen kunnen tot
80° C en meer oplopen. Kans op
brandwonden!
Direct contact met motorolie kan gevaarlijk
zijn; ook mag motorolie niet worden
gemorst.
STIHL adviseert het bijvullen of verversen
van motorolie door een STIHL
vakhandelaar te laten uitvoeren.
Reiniging:
Na het gebruik moeten de complete
zitmaaier en de combi-apparaten worden
gereinigd. Verwijder in elk geval alle
grasresten omdat het vocht in het gras na
verloop van tijd beschadigingen
veroorzaakt.
STIHL raadt het gebruik van een
hogedrukreiniger af. ( 14.2)
Maaiwerk demonteren bij
reinigingswerkzaamheden. Maaiwerk
nooit met waterstralen (b. v. tuinslang) of
door aankoppelen in waterplassen
reinigen.
Rijd voor het reinigen (bijv. van het frame
van de zitmaaier) nooit dicht langs een
rand of een sloot.
192
Om brandgevaar te voorkomen, moet u de
verbrandingsmotor, de koelvinnen, het
accuvak, het gedeelte rondom de tank en
de uitlaat vrij houden van gras, bladeren of
uitstromende olie (vet).
Reinig steeds de grasopvangbox.
Onderhoudswerkzaamheden:
Er mogen alleen
onderhoudswerkzaamheden worden
uitgevoerd die in deze gebruiksaanwijzing
vermeld staan. Alle andere
werkzaamheden dient u door een
vakhandelaar te laten uitvoeren.
Neem altijd contact op met een
vakhandelaar als u niet over de vereiste
kennis en gereedschappen beschikt.
STIHL raadt aan
onderhoudswerkzaamheden en reparaties
uitsluitend door de STIHL vakhandelaar te
laten uitvoeren.
STIHL vakhandelaren volgen regelmatig
cursussen en krijgen voortdurend
technische informatie ter beschikking
gesteld.
Gebruik uitsluitend gereedschappen,
accessoires of combi-apparaten die voor
dit apparaat door STIHL zijn goedgekeurd
of technisch gelijkwaardige onderdelen,
om de kans op ongevallen met letsel of
schade aan het apparaat te voorkomen.
Neem bij vragen contact op met een
vakhandelaar.
Originele STIHL gereedschappen,
accessoires en vervangingsonderdelen
zijn wat betreft hun eigenschappen
optimaal op het apparaat en de behoeften
van de gebruiker afgestemd. Originele
STIHL vervangingsonderdelen zijn
herkenbaar aan het STIHL
onderdeelnummer, het STIHL logo en
eventueel het STIHL symbool op de
onderdelen. Op kleine onderdelen kan ook
alleen het teken staan.
De zitmaaier en alle combi-machines
moeten een keer per jaar door een
vakhandelaar worden geïnspecteerd.
( 14.1)
Houd waarschuwings- en
instructiestickers altijd leesbaar en
schoon. Beschadigde of verloren gegane
stickers moeten via uw STIHL
vakhandelaar door nieuwe originele
stickers worden vervangen. Let er bij het
vervangen van een onderdeel door een
nieuw onderdeel op dat het nieuwe
onderdeel van dezelfde stickers is
voorzien.
Om veiligheidsredenen moeten
brandstofbevattende onderdelen
(brandstofleiding, brandstofkraan,
brandstoftank, tankdop, aansluitingen
enz.) regelmatig op beschadigingen en
lekkages worden geïnspecteerd en indien
nodig door een erkende vakman worden
vervangen (STIHL raadt de STIHL
vakhandelaar aan).
Voorafgaand aan werkzaamheden aan of
in de buurt van elektrische componenten
moet de minkabel (–) op de accu worden
losgekoppeld.
Het apparaat is met talloze
veiligheidsvoorzieningen uitgerust. Deze
voorzieningen mogen niet worden
verwijderd of gemodificeerd (bijv.
overbrugd) en moeten regelmatig worden
geïnspecteerd. Werkzaamheden aan de
veiligheidsvoorzieningen mogen
uitsluitend door een erkende monteur
worden uitgevoerd. STIHL beveelt
hiervoor de STIHL vakhandelaar aan.
0478 193 9905 C - NL