Volg de aanwijzingen van meldingen op het scherm om de papiergegevens op te slaan.
6. Trek het verlengstuk van de uitvoerlade (A) uit en open de papieruitvoersteun (B).
7. Selecteer Afdrukken in de toepassing.
Meestal kunt u het dialoogvenster Afdrukken openen door Afdrukken... (Print...) te selecteren in het
menu Bestand (File).
Opmerking
• Raadpleeg de instructiehandleiding van de toepassing voor meer instructies over de bewerkingen.
8. Selecteer de modelnaam en klik op de lijst Printer.
Klik op Details tonen (Show Details) als u wilt overschakelen naar de gedetailleerde weergave van het
venster.
38