Afdrukken Afdrukken vanaf een computer Afdrukken met een toepassing die u gebruikt (printerstuurprogramma) Afdrukken met het bedieningspaneel van het apparaat Fotogegevens afdrukken De functie Diashow gebruiken Sjabloonformulieren zoals gelinieerd papier of grafiekpapier afdrukken Documenten (PDF-bestanden) afdrukken die zijn opgeslagen op een geheugenkaart Informatie over het afdrukken van disclabels Afdrukken met een webservice Kennisgeving over het afdrukken met een webservice...
Afdrukken met een toepassing die u gebruikt (printerstuurprogramma) Afdrukken met de basisinstellingen Basis Verschillende afdrukmethoden De afdrukkwaliteit wijzigen en afbeeldingsgegevens corrigeren Overzicht van het printerstuurprogramma Beschrijving van het printerstuurprogramma MP Drivers bijwerken...
Afdrukken met de basisinstellingen In dit gedeelte wordt de eenvoudige procedure voor het instellen van het tabblad Snel instellen beschreven, zodat u op de juiste manier kunt afdrukken met dit apparaat. Controleer of het apparaat is ingeschakeld Plaats papier in het apparaat Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma Selecteer een veelgebruikt profiel...
Belangrijk De beschikbare instellingen voor de afdrukkwaliteit zijn afhankelijk van het afdrukprofiel. Controleer de papierbron Controleer of Papierbron (Paper Source) is ingesteld op Cassette. Belangrijk Het hangt van het papierformaat af of de bovenste of onderste cassette wordt gebruikt. De cassette die moet worden gebruikt, wordt weergegeven onder Papierbron (Paper Source).
Voltooi de configuratie Klik op OK. Wanneer u het document afdrukt, worden de gewenste instellingen voor het document gebruikt. Belangrijk Als u het selectievakje Altijd afdrukken met huidige instellingen (Always Print with Current Settings) inschakelt, worden alle instellingen op de tabbladen Snel instellen (Quick Setup), Afdruk (Main), en Pagina-instelling (Page Setup) opgeslagen en kunt u de volgende keer afdrukken met dezelfde instellingen.
Mediumnaam printerstuurprogramma Normaal papier (inclusief Normaal papier (Plain Paper) gerecycled papier) Enveloppen Envelop (Envelope) Origineel Canon-papier (foto's afdrukken) Mediumtype (Media Type) in het Mediumnaam <Modelnummer> printerstuurprogramma Glossy Foto Papier Extra II Glossy Foto Papier Extra II (Photo Paper Plus <PP-201>...
Pagina 12
T-Shirt Transfers <TR-301> T-Shirt Transfers Glossy Foto Papier Extra II (Photo Paper Plus Glossy Fotostickers <PS-101>...
Verschillende afdrukmethoden Een Paginaformaat en Afdrukstand opgeven Instellingen voor aantal en afdrukvolgorde opgeven De nietmarge instellen Afdrukken zonder marges starten Passend op papier afdrukken Afdrukken op schaal Pagina-indeling afdrukken Tegels/poster afdrukken Boekje afdrukken Dubbelzijdig afdrukken Stempel/achtergrond afdrukken Een stempel registreren Afbeeldingsgegevens registreren die u als achtergrond wilt gebruiken Instellingen voor het afdrukken van enveloppen Afdrukken op briefkaarten...
Een Paginaformaat en Afdrukstand opgeven Het papierformaat en de afdrukstand worden in principe bepaald door de toepassing. Als de instellingen voor Paginaformaat (Page Size) en Afdrukstand (Orientation) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) hetzelfde zijn als de instellingen in de toepassing, hoeft u deze niet te wijzigen op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup).
Klik op OK. Het document wordt met het geselecteerde paginaformaat en de geselecteerde afdrukstand afgedrukt. Opmerking Als Normaal formaat (Normal-size) is geselecteerd voor Pagina-indeling (Page Layout), wordt het selectievakje Grote documenten die de printer niet kan afdrukken automatisch verkleinen (Automatically reduce large document that the printer cannot output) weergegeven.
Instellingen voor aantal en afdrukvolgorde opgeven U geeft als volgt het aantal afdrukken en de afdrukvolgorde op: U kunt ook het aantal exemplaren instellen op het tabblad Snel instellen (Quick Setup). Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma Geef het aantal exemplaren op dat u wilt afdrukken Geef bij Aantal (Copies) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) het aantal af te drukken exemplaren op.
Pagina 17
• Vanaf de laatste pagina afdrukken (Print from Last Page): /Sorteren (Collate): • Vanaf de laatste pagina afdrukken (Print from Last Page): /Sorteren (Collate): • Vanaf de laatste pagina afdrukken (Print from Last Page): /Sorteren (Collate): Voltooi de configuratie Klik op OK. Het opgegeven aantal exemplaren wordt in de gekozen volgorde afgedrukt.
Pagina 18
Vanaf de laatste pagina afdrukken (Print from Last Page) is niet beschikbaar voor selectie als Tegels/poster (Tiling/Poster) bij Pagina-indeling (Page Layout) is geselecteerd. Als Boekje (Booklet) is geselecteerd voor Pagina-indeling (Page Layout), zijn Vanaf de laatste pagina afdrukken (Print from Last Page) en Sorteren (Collate) niet beschikbaar voor selectie.
De nietmarge instellen De procedure voor het instellen van de nietzijde en de breedte van de marge is als volgt: Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma Geef op aan welke zijde de nietjes moeten komen Controleer de positie van de nietmarge met Nietmarge (Stapling Side) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup).
Pagina 20
Opmerking Het afdrukgebied wordt automatisch door de printer verkleind, afhankelijk van de positie van de nietmarge. Voltooi de configuratie Klik op OK op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup). Wanneer u een document afdrukt, worden de opgegeven nietzijde en breedte van de marge toegepast.
Afdrukken zonder marges starten Met de functie voor afdrukken zonder marges kunt u gegevens randloos afdrukken door de gegevens te vergroten, zodat ze net buiten de randen van het papier vallen. Standaard blijven de randen rondom het document leeg. Wanneer u echter de functie voor afdrukken zonder marges gebruikt, wordt het document zonder marges afgedrukt.
Klik op OK in het bevestigingsbericht. Wanneer een bericht verschijnt dat aangeeft dat u het mediumtype moet wijzigen, selecteert u een mediumtype in de lijst en klikt u op OK. Controleer het papierformaat Controleer de lijst Paginaformaat (Page Size). Als u het papierformaat wilt wijzigen, selecteert u een ander formaat in de lijst.
Klik op OK. De gegevens worden zonder marges op het papier afgedrukt. Belangrijk Als een paginaformaat is geselecteerd dat niet kan worden gebruikt voor het afdrukken zonder marges, wordt het formaat automatisch gewijzigd in een formaat dat geschikt is voor het afdrukken zonder marges. Als Zonder marges (Borderless) is geselecteerd, zijn de instellingen Papierformaat printer (Printer Paper Size), Dubbelzijdig afdrukken (Duplex Printing) en Nietmarge (Stapling Side) en de knop Stempel/Achtergrond...
Pagina 24
Belangrijk Als de hoeveelheid uitbreiding wordt verminderd, kan een onverwachte marge ontstaan, afhankelijk van het papierformaat. Opmerking Als de schuifregelaar Hoeveelheid uitbreiding (Amount of Extension) helemaal naar links is geschoven, worden de afbeeldingsgegevens volledig afgedrukt. Als u dit instelt wanneer u afdrukt op de adreszijde van een ansichtkaart, wordt de postcode van de afzender afgedrukt op de juiste positie.
Passend op papier afdrukken De procedure voor het afdrukken van een document dat automatisch is verkleind of vergroot in overeenstemming met het paginaformaat, is als volgt: Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma Stel Passend op papier in Selecteer Passend op papier (Fit-to-Page) in de lijst Pagina-indeling (Page Layout) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup).
Pagina 26
Selecteer in de lijst Papierformaat printer (Printer Paper Size) het formaat van het papier dat in het apparaat is geplaatst. Als Papierformaat printer (Printer Paper Size) kleiner is dan het Paginaformaat (Page Size), wordt de afbeelding van de pagina kleiner. Als Papierformaat printer (Printer Paper Size) groter is dan het Paginaformaat (Page Size), wordt de afbeelding van de pagina groter.
Afdrukken op schaal De procedure voor het afdrukken van een document met pagina's die zijn vergroot of verkleind is als volgt: Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma Stel afdrukken op schaal in Selecteer Op schaal (Scaled) in de lijst Pagina-indeling (Page Layout) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup).
Pagina 28
• Selecteer een instelling voor Papierformaat printer (Printer Paper Size) Als het papierformaat voor de printer kleiner is dan het Paginaformaat (Page Size), wordt de afbeelding van de pagina kleiner. Als het papierformaat voor de printer groter is dan het Paginaformaat (Page Size), wordt de afbeelding van de pagina groter.
Pagina 29
Voltooi de configuratie Klik op OK. De afbeelding wordt met de opgegeven schaal afgedrukt. Belangrijk Als de toepassing waarin u het origineel hebt gemaakt een functie heeft voor afdrukken op schaal, geeft u de instelling in deze toepassing op. U hoeft deze instelling dan niet in het printerstuurprogramma op te geven.
Pagina-indeling afdrukken U kunt met de functie voor het afdrukken van een pagina-indeling meer dan een paginabeeld op een enkel vel papier afdrukken. De procedure voor het afdrukken van een pagina-indeling is als volgt: Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma Stel Pagina-indeling afdrukken in Selecteer Pagina-indeling (Page Layout) in de lijst Pagina-indeling (Page Layout) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup).
Pagina 31
Het instellen van de indeling van twee pagina's in het document van links naar rechts is nu voltooid. Stel het aantal af te drukken pagina's op één vel en de paginavolgorde in Klik zo nodig op Opgeven... (Specify...), geef de volgende instellingen op in het dialoogvenster Pagina-indeling afdrukken (Page Layout Printing) en klik op OK.
Tegels/poster afdrukken Met deze functie kunt u de afbeeldingsgegevens vergroten, over meerdere pagina's verdelen en deze pagina's op afzonderlijke vellen papier afdrukken. U kunt de pagina's ook aan elkaar plakken zodat ze één grote afdruk vormen, zoals die van een poster. De procedure voor het afdrukken van tegels/poster is als volgt: Instellingen opgeven voor tegels/poster afdrukken Open het...
Selecteer het papierformaat Selecteer in de lijst Papierformaat printer (Printer Paper Size) het formaat van het papier dat in het apparaat is geplaatst. Hiermee voltooit u de instellingen om het document in tweeën te delen en tegels/ poster af te drukken. Stel het aantal af te drukken beeldscheidingen en het aantal af te drukken pagina's in Klik zo nodig op Opgeven...
Opmerking U kunt ook het afdrukbereik opgeven door op de pagina's in het instellingenvoorbeeld te klikken. Voltooi de configuratie Klik op OK op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup). Het document wordt bij het afdrukken over meerdere pagina's verdeeld. Alleen bepaalde pagina's afdrukken Als de inkt vager wordt of opraakt tijdens het afdrukken, kunt u als volgt alleen bepaalde pagina's opnieuw afdrukken: Stel het afdrukbereik in...
Pagina 35
Voltooi de configuratie Klik op OK wanneer u de gewenste pagina's hebt geselecteerd. Alleen de opgegeven pagina's worden afgedrukt. Belangrijk Omdat het document wordt vergroot bij het afdrukken van tegels/posters, kan het resultaat korrelig zijn.
Boekje afdrukken Met de functie voor boekjes kunt u afbeeldingsgegevens voor een boekje afdrukken. De gegevens worden afgedrukt op beide zijden van het papier. Bij dit afdruktype wordt ervoor gezorgd dat de pagina's in de juiste volgorde liggen (op paginanummer) wanneer het papier in het midden wordt gevouwen en geniet.
Pagina 37
Stel de nietmarge en de breedte van de marge in Klik op Opgeven... (Specify...), geef de volgende instellingen op in het dialoogvenster Boekje afdrukken (Booklet Printing) en klik op OK. Nietmarge (Margin for stapling) Selecteer aan welke zijde de nietmarge moet komen wanneer het boekje wordt voltooid.
Dubbelzijdig afdrukken De procedure voor het afdrukken van gegevens op beide zijden van een vel papier is als volgt: U kunt dubbelzijdig afdrukken ook instellen bij Extra functies (Additional Features) op het tabblad Snel instellen (Quick Setup). Automatisch dubbelzijdig afdrukken U kunt ook dubbelzijdig afdrukken zonder dat u het papier zelf hoeft om te draaien.
Selecteer Normaal formaat (Normal-size), Passend op papier (Fit-to-Page), Op schaal (Scaled) of Pagina-indeling (Page Layout) in de lijst Pagina-indeling (Page Layout). Stel het afdrukgebied in Wanneer u dubbelzijdig afdrukken uitvoert, wordt het afdrukgebied van het document iets kleiner dan normaal en is het mogelijk dat het document niet op één pagina past. Klik op Afdrukgebied instellen...
Stel dubbelzijdig afdrukken in Schakel het selectievakje Dubbelzijdig afdrukken (Duplex Printing) in en schakel het selectievakje Automatisch (Automatic) uit op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup). Selecteer de indeling Selecteer Normaal formaat (Normal-size), Passend op papier (Fit-to-Page), Op schaal (Scaled) of Pagina-indeling (Page Layout) in de lijst Pagina-indeling (Page Layout).
Klik vervolgens op Afdrukken starten (Start Printing) om op de andere kant af te drukken. Belangrijk Wanneer een ander mediumtype dan Normaal papier (Plain Paper), Hagaki A of Hagaki is geselecteerd in de lijst Mediumtype (Media Type) op het tabblad Afdruk (Main), is de optie Dubbelzijdig afdrukken (Duplex Printing) niet beschikbaar voor selectie.
Stempel/achtergrond afdrukken De functie Stempel (Stamp) of Achtergrond (Background) is mogelijk niet beschikbaar als een bepaald printerstuurprogramma of besturingssysteem wordt gebruikt. Met de functie Stempel (Stamp) kunt u een stempel bestaande uit tekst of een bitmap over of achter de documentgegevens afdrukken. Verder kunt u hiermee de datum, tijd en gebruikersnaam afdrukken.
Opmerking Bij het XPS-printerstuurprogramma verandert de knop Stempel/Achtergrond... (Stamp/Background...) in de knop Stempel... (Stamp...) en is alleen de stempelfunctie beschikbaar. Selecteer een stempel Schakel het selectievakje Stempel (Stamp) in en selecteer de gewenste stempel in de lijst. De huidige instellingen worden weergegeven in het instellingenvoorbeeld links op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup).
Semitransparante stempel afdrukken (Print semitransparent stamp) Schakel dit selectievakje in als u een semitransparante stempel op het document wilt afdrukken. Deze functie is alleen beschikbaar als het XPS-printerstuurprogramma wordt gebruikt. Alleen eerste pagina (Stamp first page only) Schakel dit selectievakje in als u de stempel alleen op de eerste pagina wilt afdrukken.
Pagina 45
Voltooi de configuratie Klik op OK op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup). Wanneer u de gegevens afdrukt, worden deze met de opgegeven achtergrond afgedrukt. Belangrijk Als Zonder marges (Borderless) is geselecteerd, is de knop Stempel/ Achtergrond... (Stamp/Background...) (Stempel... (Stamp...)) niet beschikbaar voor selectie.
Een stempel registreren Deze functie is mogelijk niet beschikbaar als een bepaald printerstuurprogramma of besturingssysteem wordt gebruikt. U kunt een nieuwe stempel maken en registreren. U kunt ook bepaalde instellingen van een bestaande stempel wijzigen en opnieuw registreren. Stempels die u niet meer nodig hebt, kunt u op elk gewenst moment verwijderen.
Pagina 47
Opmerking Bij het XPS-printerstuurprogramma verandert de knop Stempel/Achtergrond... (Stamp/Background...) in de knop Stempel... (Stamp...) en is alleen de stempelfunctie beschikbaar. Klik op Stempel definiëren... (Define Stamp...) Het dialoogvenster Stempelinstellingen (Stamp Settings) wordt geopend. Configureer de stempel terwijl u het effect in het voorbeeldvenster bekijkt •...
Pagina 48
• Klik voor Bitmap op Bestand selecteren... (Select File...) en selecteer het te gebruiken bitmapbestand (.bmp). Wijzig zo nodig de instellingen voor Grootte (Size) en Transparant wit gebied (Transparent white area). • Voor Datum/tijd/gebruikersnaam (Date/Time/User Name) worden de aanmaaktijd en -datum en de gebruikersnaam van het afgedrukte object weergegeven in Stempeltekst (Stamp Text).
Klik op OK. Het dialoogvenster Stempel/Achtergrond (Stamp/Background) (Stempel (Stamp)) wordt opnieuw geopend. De geregistreerde naam wordt weergegeven in de lijst Stempel (Stamp). Stempelinstellingen wijzigen en registreren Selecteer de stempel waarvoor u de instellingen wilt wijzigen Klik op het selectievakje Stempel (Stamp) in het dialoogvenster Stempel/ Achtergrond (Stamp/Background) (Stempel (Stamp)).
Pagina 50
Verwijderen (Delete). Klik op OK in het bevestigingsbericht. Voltooi de configuratie Klik op OK. Het dialoogvenster Stempel/Achtergrond (Stamp/Background) (Stempel (Stamp)) wordt opnieuw geopend.
Afbeeldingsgegevens registreren die u als achtergrond wilt gebruiken Deze functie is mogelijk niet beschikbaar als een bepaald printerstuurprogramma of besturingssysteem wordt gebruikt. U kunt een bitmapbestand (.bmp) selecteren en als een nieuwe achtergrond registreren. U kunt ook bepaalde instellingen van een bestaande achtergrond wijzigen en registreren. Achtergronden die u niet meer nodig hebt, kunt u verwijderen.
Pagina 52
Opmerking Bij het XPS-printerstuurprogramma is de knop Stempel/Achtergrond... (Stamp/Background...) vervangen door de knop Stempel... (Stamp...) en is de knop Achtergrond (Background) niet beschikbaar. Klik op Achtergrond selecteren... (Select Background...) Het dialoogvenster Achtergrondinstellingen (Background Settings) wordt geopend. Selecteer de afbeeldingsgegevens die u wilt opslaan op de achtergrond Klik op Bestand selecteren...
U kunt ook de positie van de achtergrond wijzigen door de afbeelding in het voorbeeldscherm te verslepen. Intensiteit (Intensity) Stel de intensiteit van de achtergrond in met de schuifregelaar Intensiteit (Intensity). Wanneer u de schuifregelaar naar rechts schuift, wordt de achtergrond donkerder en wanneer u de schuifregelaar naar links schuift, wordt de achtergrond lichter.
Pagina 54
Klik op Opslaan overschrijven (Save overwrite) op het tabblad Instellingen opslaan (Save settings). Als u de achtergrond onder een andere naam wilt opslaan, voert u deze naam in het vak Naam (Title) in en klikt u op Opslaan (Save). Klik op OK in het bevestigingsbericht. Voltooi de configuratie Klik op OK om terug te keren naar het dialoogvenster Stempel/Achtergrond (Stamp/Background).
Instellingen voor het afdrukken van enveloppen Vervang bij het lezen van deze informatie 'Canon IJ-statusmonitor' door 'Canon IJ XPS- statusmonitor' als u het XPS-printerstuurprogramma gebruikt. De procedure voor het afdrukken op enveloppen is als volgt: Plaats een envelop in het apparaat...
(Do not show this message again) in. Als u de berichten opnieuw wilt weergeven, klikt u op de knop Printerstatus weergeven (View Printer Status) op het tabblad Onderhoud (Maintenance) en start u de Canon IJ-statusmonitor. Klik vervolgens op Envelop afdrukken (Envelope Printing) vanuit Gidsbericht weergeven (Display Guide Message) in het menu Optie (Option) om de instelling in te schakelen.
Afdrukken op briefkaarten In dit gedeelte wordt beschreven hoe u een briefkaart afdrukt. Plaats een briefkaart in het apparaat Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma Selecteer veelgebruikte instellingen Geef het tabblad Snel instellen (Quick Setup) weer en selecteer Standaard (Standard) voor Veelgebruikte instellingen (Commonly Used Settings). Selecteer het mediumtype Selecteer Hagaki A, Ink Jet Hagaki, Hagaki K of Hagaki voor Mediumtype (Media Type).
Pagina 58
Als u de berichten opnieuw wilt weergeven, opent u het tabblad Onderhoud (Maintenance) en klikt u op Printerstatus weergeven (View Printer Status) om de Canon IJ-statusmonitor te starten. Kies Gidsbericht weergeven (Display Guide Message) in het menu Optie (Option) en klik op Hagaki afdrukken (Hagaki Printing) om de instelling in te schakelen.
Afdrukresultaten weergeven vóór het afdrukken Vervang bij het lezen van deze informatie 'Canon IJ-afdrukvoorbeeld' door 'Canon IJ XPS- afdrukvoorbeeld' als u het XPS-printerstuurprogramma gebruikt. U kunt de afdrukresultaten vóór het afdrukken bekijken en controleren. De procedure voor het bekijken van een afdrukvoorbeeld is als volgt: U kunt de weergave van het afdrukresultaat ook instellen op het tabblad Snel instellen (Quick Setup).
Pagina 60
Afdrukvoorbeeld (Preview before printing) niet beschikbaar voor selectie. Verwant onderwerp Canon IJ-afdrukvoorbeeld...
Papierformaat instellen (aangepast formaat) U kunt de hoogte en breedte van het papier opgeven als u het formaat niet kunt selecteren bij Paginaformaat (Page Size). Een dergelijk papierformaat wordt een 'aangepast formaat' genoemd. De procedure voor het opgeven van een aangepast papierformaat is als volgt: U kunt een aangepast formaat ook instellen bij Papierformaat printer (Printer Paper Size) op het tabblad Snel instellen (Quick Setup).
Het dialoogvenster Aangepast papierformaat (Custom Paper Size) wordt geopend. Stel het aangepaste papierformaat in Geef de Eenheden (Units) op en voer de Breedte (Width) en Hoogte (Height) van het te gebruiken papier in. Klik vervolgens op OK. Voltooi de configuratie Klik op OK op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup).
In het Canon IJ XPS-voorbeeldvenster kunt u het afdrukdocument bewerken of de afdrukgeschiedenis van het document weergeven om het opnieuw af te drukken. De procedure voor het gebruiken van het Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld is als volgt: Afdrukken (Print) Documenten combineren (Combine Documents)
Schakel het selectievakje Afdrukvoorbeeld (Preview before printing) in op het tabblad Afdruk (Main). Voltooi de configuratie Klik op OK. Het Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld wordt vóór het afdrukken weergegeven. U kunt hierin de afdrukresultaten zien. Afdrukdocumenten en afdrukpagina’s bewerken • Afdrukdocumenten combineren U kunt meerdere afdrukdocumenten combineren tot één document.
Pagina 65
• Als u de volgorde van afdrukdocumenten wilt wijzigen, gaat u naar de lijst Documentnaam (Document Name) en selecteert u het afdrukdocument dat u wilt verplaatsen. Vervolgens selecteert u in het menu Bewerken (Edit) de optie Documenten (Documents) en dan Document verplaatsen (Move Document), waarna u het gewenste item selecteert.
Bekijk het voorbeeld voordat u een document afdrukt. Afhankelijk van de afdrukinstellingen van het afdrukdocument zijn bepaalde functies mogelijk niet beschikbaar in het Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld. Opmerking U kunt de naam in Documentnaam (Document Name) naar wens aanpassen.
Pagina 67
Belangrijk Als u het aantal registraties in de afdrukgeschiedenis wilt beperken, klikt u op Maximumaantal geschiedenisitems (History Entry Limit) in het menu Bestand (File). Als het maximumaantal registraties wordt overschreden, worden de oudste registraties uit de geschiedenis verwijderd. Een afdrukdocument selecteren Selecteer in de lijst Documentnaam (Document Name) het document dat u wilt afdrukken.
De afdrukkwaliteit wijzigen en afbeeldingsgegevens corrigeren De Afdrukkwaliteit instellen (Aangepast) Een kleurendocument monochroom afdrukken Tint aanpassen Kleurcorrectie opgeven Een optimale foto van afbeeldingsgegevens afdrukken De kleuren aanpassen met het printerstuurprogramma Afdrukken met ICC-profielen Het ICC-profiel interpreteren De kleurbalans aanpassen Kleurbalans aanpassen met voorbeeldpatronen (printerstuurprogramma) De helderheid aanpassen De intensiteit aanpassen Het contrast aanpassen...
De Afdrukkwaliteit instellen (Aangepast) U kunt de afdrukkwaliteit instellen via Aangepast (Custom). De procedure voor het instellen van een afdrukkwaliteit is als volgt: Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma Selecteer de afdrukkwaliteit Selecteer op het tabblad Afdruk (Main) de optie Aangepast (Custom) voor Afdrukkwaliteit (Print Quality) en klik op Instellen...
Belangrijk Bepaalde niveaus voor afdrukkwaliteit kunnen niet worden geselecteerd bij bepaalde instellingen voor Mediumtype (Media Type). Verwante onderwerpen Kleurcorrectie opgeven De kleurbalans aanpassen De helderheid aanpassen De intensiteit aanpassen Het contrast aanpassen...
Een kleurendocument monochroom afdrukken De procedure voor het monochroom afdrukken van een kleurendocument is als volgt: U kunt afdrukken in grijstinten instellen ook bij Extra functies (Additional Features) op het tabblad Snel instellen (Quick Setup). Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma Stel afdrukken in grijstinten in Schakel het selectievakje Afdrukken in grijstinten (Grayscale Printing) op het tabblad Afdruk (Main) in.
Pagina 72
afgedrukte kleuren verschillen van de kleuren in de oorspronkelijke afbeelding. Wanneer u de functie Afdrukken in grijstinten gebruikt om Adobe RGB-gegevens af te drukken, converteert u de gegevens naar sRGB-gegevens in een toepassing. Opmerking Tijdens het Afdrukken in grijstinten (Grayscale Printing) worden zowel grijze inkt, kleureninkt als zwarte inkt gebruikt.
Tint aanpassen Wanneer u zwart-wit foto's afdrukt kunt u koele effecten of koele kleuren en warme effecten of warme kleuren produceren. Koel (Cool) is geselecteerd Standaard is geselecteerd Warm is geselecteerd De procedure voor het aanpassen van de tint is als volgt: Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma Selecteer het mediumtype...
Selecteer Handmatig (Manual) voor Kleur/Intensiteit (Color/Intensity) en klik op Instellen... (Set...). Het dialoogvenster Handmatige kleuraanpassing (Manual Color Adjustment) wordt geopend. Monochrome kleuren aanpassen U kunt de schuifregelaar voor Tint (Tone) (Tone) naar rechts schuiven om de warme kleuren (warme tonen) naar voren te brengen, en u kunt de schuifregelaar naar links schuiven om de koele kleuren (koele tonen) naar voren te brengen.
U kunt de methode voor kleurcorrectie aanpassen aan het type document dat u wilt afdrukken. Normaal gesproken worden de kleuren aangepast met behulp van Canon Digital Photo Color, zodat de gegevens worden afgedrukt met kleurtinten waaraan de meeste mensen de voorkeur geven.
Klik op de tab Afstemming (Matching), selecteer de instelling voor Kleurcorrectie (Color Correction) die overeenkomt met uw doel en klik op OK. Driververgelijking (Driver Matching) Met Canon Digital Photo Color kunt u sRGB-gegevens afdrukken met kleurtinten waaraan de meeste mensen de voorkeur geven. ICM (ICC-profielvergelijking (ICC Profile Matching)) Past de kleuren aan volgens een ICC-profiel tijdens het afdrukken.
Pagina 77
Als het selectievakje Afdrukken in grijstinten (Grayscale Printing) op het tabblad Afdruk (Main) is ingeschakeld, is Kleurcorrectie (Color Correction) niet beschikbaar voor selectie. Verwante onderwerpen Een optimale foto van afbeeldingsgegevens afdrukken De kleuren aanpassen met het printerstuurprogramma Afdrukken met ICC-profielen Het ICC-profiel interpreteren...
In dit gedeelte wordt de procedure beschreven voor het afdrukken van sRGB-gegevens met behulp van de kleurcorrectiefunctie van het printerbesturingsbestand. • Afdrukken met Canon Digital Photo Color De printer drukt gegevens af in kleurtinten waaraan veel mensen de voorkeur geven; de originele kleuren van de afbeelding worden weergegeven en driedimensionale effecten en hoge, scherpe contrasten worden gegenereerd.
Pagina 79
Wanneer de gegevens worden afgedrukt, benadrukt de printer subtiele kleurverschillen tussen donkere en lichte delen, waarbij de donkerste en lichtste gebieden intact blijven. Wanneer de gegevens worden afgedrukt, past de printer het resultaat toe van gedetailleerde aanpassingen die zijn aangebracht met een toepassing, zoals aanpassingen in de helderheid.
U kunt de functie voor kleurcorrectie van het printerstuurprogramma zo instellen dat sRGB- gegevens worden afgedrukt met kleurtinten waaraan de meeste mensen de voorkeur geven door gebruik te maken van Canon Digital Photo Color. Als u afdrukt vanuit een toepassing die ICC-profielen kan identificeren en waarvoor u deze kunt opgeven, gebruikt u een ICC-profiel voor afdrukken in de toepassing en selecteert u instellingen voor kleurbeheer.
Pagina 81
Helderheid (Brightness), Intensiteit (Intensity) en Contrast aan. Klik vervolgens op OK. Voltooi de configuratie Klik op OK op het tabblad Afdruk (Main). De kleuren van de gegevens worden bij het afdrukken aangepast. Verwante onderwerpen De Afdrukkwaliteit instellen (Aangepast) Kleurcorrectie opgeven De kleurbalans aanpassen De helderheid aanpassen De intensiteit aanpassen...
Ook als u afdrukt met een ICC-afdrukprofiel dat u zelf hebt gemaakt of een profiel voor speciaal Canon-papier van de toepassing, moet u de opties voor kleurbeheer selecteren in de toepassing. Raadpleeg de gebruikershandleiding bij de toepassing voor instructies.
Pagina 83
Stel de andere items in Klik zo nodig op het tabblad Kleuraanpassing (Color Adjustment) en pas de kleurbalans (Cyaan (Cyan), Magenta en Geel (Yellow)) en de instellingen voor Helderheid (Brightness), Intensiteit (Intensity) en Contrast aan. Klik vervolgens op OK. Voltooi de configuratie Klik op OK op het tabblad Afdruk (Main).
Pagina 84
Het dialoogvenster Handmatige kleuraanpassing (Manual Color Adjustment) wordt geopend. Selecteer de kleurcorrectie Klik op de tab Afstemming (Matching) en selecteer ICM (ICC-profielvergelijking (ICC Profile Matching)) voor Kleurcorrectie (Color Correction). Selecteer het invoerprofiel Selecteer een Invoerprofiel (Input Profile) dat overeenkomt met de kleurruimte van de afbeeldingsgegevens.
Pagina 85
• Verzadiging (Saturation) Met deze methode worden afbeeldingen nog levendiger gereproduceerd dan met de methode Perceptueel (Perceptual). • Perceptueel (Perceptual) Met deze methode worden afbeeldingen gereproduceerd met kleurtinten die bij de meeste mensen de voorkeur hebben. Selecteer deze method als u foto's wilt afdrukken.
Pagina 86
Verwante onderwerpen De Afdrukkwaliteit instellen (Aangepast) Kleurcorrectie opgeven De kleurbalans aanpassen De helderheid aanpassen De intensiteit aanpassen Het contrast aanpassen...
Het ICC-profiel interpreteren Als u het apparaatprofiel moet opgeven, selecteert u het ICC-profiel voor het papier waarop u gaat afdrukken. Het ICC-profiel dat voor dit apparaat is geïnstalleerd, ziet er als volgt uit. • (1) is de modelnaam van de printer. •...
De kleurbalans aanpassen U kunt de kleurtinten tijdens het afdrukken aanpassen. Aangezien deze functie de kleurbalans van de afdruk aanpast door de inktverhoudingen van elke kleur te wijzigen, wordt de gehele kleurbalans van het document gewijzigd. Gebruik de toepassing als u uitgebreide wijzigingen wilt aanbrengen in de kleurbalans. Gebruik het printerstuurprogramma alleen als u kleine wijzigingen in de kleurbalans wilt aanbrengen.
Pagina 89
Het dialoogvenster Handmatige kleuraanpassing (Manual Color Adjustment) wordt geopend. Pas de kleurbalans aan Er zijn afzonderlijke schuifregelaars voor Cyaan (Cyan), Magenta en Geel (Yellow). Elke kleur wordt krachtiger wanneer u de bijbehorende schuifregelaar naar rechts schuift en zwakker wanneer u de schuifregelaar naar links schuift. Als bijvoorbeeld cyaan zwakker wordt, wordt de kleur rood sterker.
Pagina 90
Belangrijk Verschuif de schuifregelaar langzaam. Voltooi de configuratie Klik op OK op het tabblad Afdruk (Main). Wanneer u het document afdrukt, wordt de aangepaste kleurbalans gebruikt. Belangrijk Wanneer het selectievakje Afdrukken in grijstinten (Grayscale Printing) op het tabblad Afdruk (Main) is ingeschakeld, is de kleurbalans (Cyaan (Cyan), Magenta, Geel (Yellow)) niet beschikbaar voor selectie.
Kleurbalans aanpassen met voorbeeldpatronen (printerstuurprogramma) U kunt de kleurbalans aanpassen op basis van het resultaat van een patroonafdruk. Wanneer u de kleurbalans, de intensiteit of het contrast van een document wijzigt, drukt de functie voor patroonafdruk de resultaten van de aanpassing af in een lijst, samen met de aanpassingswaarden.
Stel patroonafdruk in Wanneer het dialoogvenster Patroonafdruk (Pattern Print) wordt geopend, stelt u de volgende items in en klikt u daarna op OK. Aan te passen parameters (Parameters to Adjust) Selecteer Cyaan/Magenta/Geel (Cyan/Magenta/Yellow). Belangrijk Wanneer het selectievakje Afdrukken in grijstinten (Grayscale Printing) op het tabblad Afdruk (Main) is ingeschakeld, is Cyaan/Magenta/Geel (Cyan/ Magenta/Yellow) niet beschikbaar voor selectie.
Pagina 93
Aantal patrooninstanties (Amount of Pattern Instances) Selecteer Grootst (Largest), Groot (Large) of Klein (Small) om het aantal af te drukken patronen te selecteren. Opmerking Grootst (Largest) en Groot (Large) kunnen niet worden geselecteerd als bepaalde papierformaten of uitvoerpapierformaten zijn geselecteerd. Kleurvariatie tussen instanties (Color Variation Between Instances) Stel de hoeveelheid kleurvariatie tussen aangrenzende patronen in.
Pagina 94
Bekijk de afdrukresultaten en selecteer de afbeelding die u het best bevalt. Geef vervolgens de kleurbalansnummers die onder die afbeelding worden weergegeven op in de velden Cyaan (Cyan), Magenta en Geel (Yellow) op het tabblad Kleuraanpassing (Color Adjustment). Schakel het selectievakje Een patroon afdrukken voor kleuraanpassing (Print a pattern for color adjustment) uit en klik op OK.
Pagina 95
U kunt alleen een patroon afdrukken als de instelling Pagina-indeling (Page Layout) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) Normaal formaat (Normal-size) of Zonder marges (Borderless) is. Als het selectievakje Afdrukken in grijstinten (Grayscale Printing) op het tabblad Afdruk (Main) is ingeschakeld, zijn Cyaan (Cyan), Magenta en Geel (Yellow) niet beschikbaar voor selectie.
De helderheid aanpassen U kunt de helderheid van afbeeldingsgegevens tijdens het afdrukken aanpassen. Puur wit en zwart worden niet veranderd, maar de helderheid van de tussenliggende kleuren wordt wel veranderd. Het volgende voorbeeld toont het afdrukresultaat wanneer de helderheid is aangepast. Normaal (Normal) is Licht (Light) is geselecteerd Donker (Dark) is geselecteerd...
Pagina 97
Het dialoogvenster Handmatige kleuraanpassing (Manual Color Adjustment) wordt geopend. Geef de helderheid op Selecteer Licht (Light), Normaal (Normal) of Donker (Dark) bij Helderheid (Brightness) en klik op OK. De huidige instellingen worden weergegeven in het instellingenvoorbeeld aan de linkerkant van het printerstuurprogramma. Voltooi de configuratie Klik op OK op het tabblad Afdruk (Main).
De intensiteit aanpassen U kunt de kleuren van de beeldgegevens helderder of donkerder maken tijdens het afdrukken. Het volgende voorbeeld laat zien wat er gebeurt wanneer de intensiteit wordt verhoogd: de kleuren van de afbeeldingsgegevens worden donkerder afgedrukt. Geen aanpassing Hogere intensiteit De procedure voor het aanpassen van de intensiteit is als volgt: U kunt de intensiteit ook instellen op het tabblad Snel instellen (Quick Setup) door Foto...
Pagina 99
Pas de intensiteit aan Wanneer u de schuifregelaar Intensiteit (Intensity) naar rechts verplaatst, worden de kleuren donkerder en wanneer u de schuifregelaar naar links verplaatst, worden de kleuren helderder. U kunt ook rechtstreeks een waarde invoeren voor de schuifregelaar. Voer een waarde in tussen -50 en 50.
Het contrast aanpassen U kunt het beeldcontrast tijdens het afdrukken aanpassen. Wanneer u de verschillen tussen de lichte en donkere gebieden van afbeeldingen groter en duidelijker wilt maken, verhoogt u het contrast. Wanneer u echter de verschillen tussen de lichte en donkere gebieden van afbeeldingen kleiner en minder duidelijk wilt maken, verlaagt u het contrast.
Pagina 101
Het dialoogvenster Handmatige kleuraanpassing (Manual Color Adjustment) wordt geopend. Pas het contrast aan Wanneer u de schuifregelaar Contrast naar rechts schuift, wordt het contrast groter en wanneer u de schuifregelaar naar links schuift, wordt het contrast kleiner. U kunt ook rechtstreeks een waarde invoeren voor de schuifregelaar. Voer een waarde in tussen -50 en 50.
Pagina 102
Intensiteit/contrast aanpassen met voorbeeldpatronen (printerstuurprogramma)
Intensiteit/contrast aanpassen met voorbeeldpatronen (printerstuurprogramma) U kunt de intensiteit en het contrast aanpassen op basis van het resultaat van een patroonafdruk. Wanneer u de kleurbalans, de intensiteit of het contrast van een document wijzigt, drukt de functie voor patroonafdruk de resultaten van de aanpassing af in een lijst, samen met de aanpassingswaarden.
Pagina 104
Stel patroonafdruk in Wanneer het dialoogvenster Patroonafdruk (Pattern Print) wordt geopend, stelt u de volgende items in en klikt u daarna op OK. Aan te passen parameters (Parameters to Adjust) Selecteer Intensiteit/Contrast (Intensity/Contrast). Papierformaat printer (Printer Paper Size) Selecteer het papierformaat dat u wilt gebruiken voor de patroonafdruk. Opmerking Afhankelijk van het geselecteerde papierformaat op het tabblad Pagina- instelling (Page Setup) kunt u sommige formaten mogelijk niet selecteren.
Pagina 105
Opmerking Grootst (Largest) en Groot (Large) kunnen niet worden geselecteerd als bepaalde papierformaten of uitvoerpapierformaten zijn geselecteerd. Kleurvariatie tussen instanties (Color Variation Between Instances) Stel de hoeveelheid kleurvariatie tussen aangrenzende patronen in. Opmerking Groot (Large) is ongeveer tweemaal zo groot als Middel (Medium) en Klein (Small) is ongeveer half zo groot als Middel (Medium).
Pagina 106
Schakel het selectievakje Een patroon afdrukken voor kleuraanpassing (Print a pattern for color adjustment) uit en klik op OK. Opmerking U kunt de intensiteit en het contrast ook instellen op het tabblad Snel instellen (Quick Setup) door Foto afdrukken (Photo Printing) te kiezen bij Veelgebruikte instellingen (Commonly Used Settings) en vervolgens Kleur/ intensiteit handmatig aanpassen (Color/Intensity Manual Adjustment) te kiezen bij Extra functies (Additional Features).
Pagina 107
Verwante onderwerpen De kleurbalans aanpassen Kleurbalans aanpassen met voorbeeldpatronen (printerstuurprogramma) De intensiteit aanpassen Het contrast aanpassen...
Overzicht van het printerstuurprogramma Canon IJ-printerstuurprogramma Het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma openen Canon IJ-statusmonitor De inktstatus controleren vanaf uw computer Canon IJ-afdrukvoorbeeld Een ongewenste afdruktaak verwijderen Instructies voor gebruik (printerstuurprogramma)
Canon IJ-printerstuurprogramma Het Canon IJ-printerstuurprogramma (hierna het printerstuurprogramma genoemd) is software die op uw computer wordt geïnstalleerd voor het afdrukken van gegevens met dit apparaat. Het printerstuurprogramma converteert de afdrukgegevens die in de toepassing zijn gemaakt, naar gegevens die de printer begrijpt en stuurt de geconverteerde gegevens naar de printer.
Pagina 110
De handleiding van het printerstuurprogramma weergeven Als u een beschrijving van een tabblad in het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma wilt weergeven, klikt u op de knop Help op dat tabblad. Verwant onderwerp Het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma openen...
Het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma openen U kunt het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma weergeven vanuit de gebruikte toepassing of via het printerpictogram. Het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma via de toepassing openen Volg onderstaande procedure om het afdrukprofiel in te stellen bij het afdrukken. Selecteer de opdracht voor het afdrukken in de toepassing die u gebruikt Meestal doet u dit door Afdrukken (Print) te kiezen in het menu Bestand (File), waardoor het dialoogvenster Afdrukken (Print) wordt weergegeven.
Pagina 112
• Als u Windows Vista gebruikt, selecteert u Start -> Configuratiescherm (Control Panel) -> Hardware en geluiden (Hardware and Sound) -> Printers. • Als u Windows XP gebruikt, selecteert u start -> Configuratiescherm (Control Panel) -> Printers en andere hardware (Printers and Other Hardware) -> Printers en faxapparaten (Printers and Faxes).
De Canon IJ-statusmonitor wordt automatisch gestart wanneer afdrukgegevens naar het apparaat worden gestuurd. De Canon IJ-statusmonitor wordt weergegeven als een knop op de taakbalk. Klik op de knop van de statusmonitor die op de taakbalk wordt weergegeven. De Canon IJ- statusmonitor wordt weergegeven. Opmerking...
Pagina 114
Voer in dergelijke gevallen de beschreven maatregelen uit.
De inktstatus controleren vanaf uw computer Vervang bij het lezen van deze informatie 'Canon IJ-statusmonitor' door 'Canon IJ XPS- statusmonitor' als u het XPS-printerstuurprogramma gebruikt. U kunt het resterende inktniveau en de soorten inkttanks voor uw model bekijken. Open het...
Canon IJ-afdrukvoorbeeld Canon IJ-afdrukvoorbeeld is een toepassing die de afdrukresultaten op het scherm laat zien voordat er daadwerkelijk wordt afgedrukt. Hierbij worden de instellingen gebruikt die in het printerstuurprogramma zijn opgegeven. Op deze manier kunt u de indeling, de afdrukvolgorde en het aantal pagina's van een document controleren.
Een ongewenste afdruktaak verwijderen Vervang bij het lezen van deze informatie 'Canon IJ-statusmonitor' door 'Canon IJ XPS- statusmonitor' als u het XPS-printerstuurprogramma gebruikt. Als de printer niet start met afdrukken, is het mogelijk dat geannuleerde of niet-uitgevoerde afdruktaken in de wachtrij blijven staan.
Instructies voor gebruik (printerstuurprogramma) Voor deze versie van het printerstuurprogramma gelden de volgende beperkingen. Houd bij het gebruik van het printerstuurprogramma rekening met het volgende. Beperkingen van het printerstuurprogramma • In sommige toepassingen is de instelling Aantal (Copies) op het tabblad Pagina- instelling (Page Setup) van het printerstuurprogramma niet beschikbaar voor selectie.
• Start Canon IJ Network Tool niet tijdens het afdrukken. • Druk niet af terwijl Canon IJ Network Tool actief is. • De kaartsleuf van het apparaat kan ontoegankelijk worden. Zet in dat geval het apparaat opnieuw aan of schakel het uit en sluit de USB-kabel opnieuw aan.
Pagina 120
3. Stel de gewenste optie voor Pagina-indeling (Page Layout) in en klik daarna op OK om het venster te sluiten. 4. Sluit het dialoogvenster Afdrukken (Print) zonder het afdrukken te starten. 5. Open in Word opnieuw het dialoogvenster Afdrukken (Print). 6.
Beschrijving van het printerstuurprogramma Beschrijving van het tabblad Snel instellen Beschrijving van het tabblad Afdruk Beschrijving van het tabblad Pagina-instelling Beschrijving van het tabblad Onderhoud Beschrijving van Canon IJ-afdrukvoorbeeld Beschrijving van Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld Beschrijving van Canon IJ-statusmonitor...
Beschrijving van het tabblad Snel instellen Op het tabblad Snel instellen (Quick Setup) worden veelgebruikte afdrukinstellingen geregistreerd. Wanneer u een geregistreerde instelling selecteert, worden de vooraf ingestelde waarden automatisch toegepast op het apparaat. Veelgebruikte instellingen (Commonly Used Settings) De namen en pictogrammen van veelgebruikte afdrukprofielen worden geregistreerd. Wanneer u een afdrukprofiel selecteert op basis van het doel van het document, worden instellingen toegepast die overeenkomen met het doel.
Pagina 123
Als Afdrukstand (Orientation) en Aantal (Copies) zijn ingesteld vanuit de toepassing, hebben die instellingen voorrang. Zakelijk document (Business Document) Selecteer deze instelling wanneer u een algemeen document afdrukt. Als Paginaformaat (Page Size), Afdrukstand (Orientation) en Aantal (Copies) zijn ingesteld vanuit de toepassing, hebben die instellingen voorrang. Papier besparen (Paper Saving) Selecteer deze instelling om papier te besparen wanneer u een algemeen document afdrukt.
Pagina 124
Naam (Name) Voer de naam in voor het afdrukprofiel dat u wilt opslaan. U kunt maximaal 255 tekens invoeren. De naam wordt, samen met het bijbehorende pictogram, weergegeven in de lijst Veelgebruikte instellingen (Commonly Used Settings) op het tabblad Snel instellen (Quick Setup).
Pagina 125
Schakel dit selectievakje in als u een afdrukvoorbeeld wilt zien voordat u gaat afdrukken. Schakel dit selectievakje uit als u geen afdrukvoorbeeld wilt zien. Belangrijk Als u het Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld wilt gebruiken, moet Microsoft .NET Framework 4 Client Profile op uw computer zijn geïnstalleerd. Extra functies (Additional Features)
Pagina 126
Voor sommige functies kunt u gedetailleerde instellingen selecteren op de tabbladen Afdruk (Main) en Pagina-instelling (Page Setup). 2 op 1 afdrukken (2-on-1 Printing) Hiermee drukt u twee pagina's van het document naast elkaar af op één vel papier. Als u de volgorde van de pagina's wilt wijzigen, klikt u op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup), selecteert u Pagina-indeling (Page Layout) voor Pagina-indeling (Page Layout) en klikt u op Opgeven...
Pagina 127
De breedte van het afgedrukte gebied en de hoeveelheid uitbreiding die zijn geconfigureerd in een andere toepassing, worden verticaal en horizontaal omgekeerd. Kleur/intensiteit handmatig aanpassen (Color/Intensity Manual Adjustment) Selecteer deze optie als u de methode voor Kleurcorrectie (Color Correction) en afzonderlijke instellingen zoals Cyaan (Cyan), Magenta, Geel (Yellow), Tint (Tone), Helderheid (Brightness), Intensiteit (Intensity) en Contrast wilt opgeven.
Pagina 128
Afdrukstand (Orientation) Hier selecteert u de afdrukstand. Als de toepassing waarmee het document is gemaakt een vergelijkbare functie heeft, selecteert u dezelfde afdrukstand als in de toepassing. Staand (Portrait) Het document wordt zo afgedrukt dat de boven- en onderkant ongewijzigd zijn ten opzichte van de invoerrichting van het papier.
Cassette Het papierformaat bepaalt welke cassette moet worden gebruikt. De cassette die moet worden gebruikt, wordt weergegeven onder Papierbron (Paper Source). Aantal (Copies) Hier geeft u het aantal exemplaren op dat u wilt afdrukken. U kunt een waarde opgeven tussen 1 en 999. Belangrijk Als de toepassing waarmee het document is gemaakt dezelfde functie heeft, geeft u de instellingen op in het printerstuurprogramma.
Pagina 130
Afdrukresultaten weergeven vóór het afdrukken Papierformaat instellen (aangepast formaat) Een kleurendocument monochroom afdrukken Kleurcorrectie opgeven De kleurbalans aanpassen Kleurbalans aanpassen met voorbeeldpatronen (printerstuurprogramma) De helderheid aanpassen De intensiteit aanpassen Het contrast aanpassen Intensiteit/contrast aanpassen met voorbeeldpatronen (printerstuurprogramma) Een veelgebruikt afdrukprofiel registreren...
Beschrijving van het tabblad Afdruk Op het tabblad Afdruk (Main) kunt u basisafdrukinstellingen opgeven in overeenstemming met het mediumtype. Voor een normale afdruktaak volstaat het instellingen op dit tabblad op te geven. Voorbeeld van instellingen De afbeelding van het vel papier laat zien hoe het origineel eruitziet op een vel papier. Zo kunt u de algemene indeling controleren.
Pagina 132
Afdrukkwaliteit (Print Quality) Hier selecteert u de gewenste afdrukkwaliteit. Selecteer een van de volgende opties om een geschikte afdrukkwaliteit voor het doel in te stellen. Hoog (High) Hiermee krijgt afdrukkwaliteit prioriteit over afdruksnelheid. Standaard (Standard) Hiermee kunt u afdrukken met gemiddelde snelheid en kwaliteit. Klad (Draft) Deze instelling is geschikt voor testafdrukken.
Pagina 133
Kleur/Intensiteit (Color/Intensity) Hier selecteert u de methode voor kleuraanpassing. Automatisch (Auto) Cyaan (Cyan), Magenta, Geel (Yellow), Helderheid (Brightness), Intensiteit (Intensity), Contrast enzovoort worden automatisch aangepast. Handmatig (Manual) Selecteer deze optie als u de methode voor Kleurcorrectie (Color Correction) en afzonderlijke instellingen zoals Cyaan (Cyan), Magenta, Geel (Yellow), Tint (Tone), Helderheid (Brightness), Intensiteit (Intensity) en Contrast wilt opgeven.
Pagina 134
(Portrait), Landschap (Landscape) of Afbeeldingen (Graphics)) selecteren die het beste bij de afdrukresultaten past. Kleurenpatroon weergeven (View Color Pattern) Geeft een controlepatroon weer voor kleurveranderingen door kleuraanpassing. Schakel dit selectievakje in als u een voorbeeldafbeelding met een kleurenpatroon wilt weergeven. Schakel dit selectievakje uit als u de voorbeeldafbeelding met een voorbeeldtype wilt weergeven.
Pagina 135
Helderheid (Brightness) Hier selecteert u de helderheid van de afdruk. U kunt het niveau van puur wit en zwart niet wijzigen. U kunt echter wel de helderheid van de kleuren tussen wit en zwart wijzigen. Intensiteit (Intensity) Hier past u de algehele intensiteit van de afdruk aan. Wanneer u de schuifregelaar naar rechts schuift, neemt de intensiteit toe en wanneer u de schuifregelaar naar links schuift, neemt de intensiteit af.
Pagina 136
Aan te passen parameters (Parameters to Adjust) Selecteer het item dat u wilt controleren met een patroonafdruk. Cyaan/Magenta/Geel (Cyan/Magenta/Yellow) Deze optie drukt een patroon af waarmee u de balans tussen cyaan/ magenta/geel kunt controleren. Intensiteit/Contrast (Intensity/Contrast) Deze optie drukt een patroon af waarmee u de balans tussen intensiteit/contrast kunt controleren.
Pagina 137
(ICC Profile Matching)) of Geen (None), afhankelijk van het doel van de afdrukbewerking. Driververgelijking (Driver Matching) Met Canon Digital Photo Color kunt u sRGB-gegevens afdrukken met kleurtinten waaraan de meeste mensen de voorkeur geven. ICM (ICC-profielvergelijking (ICC Profile Matching)) Past de kleuren aan volgens een ICC-profiel tijdens het afdrukken.
Pagina 138
Opmerking In het XPS-printerstuurprogramma is ICM veranderd in ICC- profielvergelijking (ICC Profile Matching). Invoerprofiel (Input Profile) Hier geeft u op welk invoerprofiel moet worden gebruikt wanneer u ICM (ICC- profielvergelijking (ICC Profile Matching)) selecteert voor Kleurcorrectie (Color Correction). Standaard (Standard) Het standaardprinterprofiel (sRGB), dat de kleurruimte ICM ondersteunt, wordt gebruikt.
Pagina 139
Schakel dit selectievakje in als u een afdrukvoorbeeld wilt zien voordat u gaat afdrukken. Schakel dit selectievakje uit als u geen afdrukvoorbeeld wilt zien. Belangrijk Als u het Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld wilt gebruiken, moet Microsoft .NET Framework 4 Client Profile op uw computer zijn geïnstalleerd.
Pagina 140
Standaard (Defaults) Hiermee herstelt u de standaardwaarden van alle instellingen die u hebt gewijzigd. Als u op deze knop klikt, worden de standaardwaarden (fabrieksinstellingen) hersteld van alle instellingen in het huidige scherm. Functies De Afdrukkwaliteit instellen (Aangepast) De kleurbalans aanpassen De helderheid aanpassen De intensiteit aanpassen Het contrast aanpassen...
Beschrijving van het tabblad Pagina-instelling Op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) kunt u bepalen hoe een document op het papier moet worden geplaatst. Op dit tabblad kunt u ook het aantal afdrukken en de afdrukvolgorde opgeven. Als de toepassing waarmee het document is gemaakt een vergelijkbare functie heeft, geeft u deze instellingen op met de toepassing.
Pagina 142
Papierformaat (Paper Size) Hier geeft u waarden voor Breedte (Width) en Hoogte (Height) voor het aangepaste papier op. De afmetingen worden weergegeven op basis van de eenheid die u hebt opgegeven bij Eenheden (Units). Afdrukstand (Orientation) Hier selecteert u de afdrukstand. Als de toepassing waarmee het document is gemaakt een vergelijkbare functie heeft, selecteert u dezelfde afdrukstand als in de toepassing.
Pagina 143
het document verkleind. Als u een papierformaat selecteert dat groter is dan het Paginaformaat (Page Size), wordt het document vergroot. Pagina-indeling Hier selecteert u het formaat van het document dat u wilt afdrukken en het type afdruk. Normaal formaat (Normal-size) Dit is de normale afdrukmethode.
Pagina 144
Op schaal (Scaled) Documenten kunnen worden vergroot of verkleind tijdens het afdrukken. Geef het formaat op bij Papierformaat printer (Printer Paper Size) of geef een schaalfactor op in het vak Schaling (Scaling). Schaling (Scaling) Hier geeft u een vergrotings- of verkleiningsfactor op voor het document dat u wilt afdrukken.
Pagina 145
Tegels/poster (Tiling/Poster) Met deze functie kunt u de afbeeldingsgegevens vergroten en de vergrote gegevens over meerdere pagina's verdelen en afdrukken. U kunt deze vellen papier ook aan elkaar plakken zodat ze één grote afdruk vormen, zoals een poster. Klik op Opgeven... (Specify...) om het Dialoogvenster Tegels/poster afdrukken (Tiling/ Poster Printing) weer te geven en het aantal pagina's op te geven waarover u de...
Pagina 146
Opmerking Afhankelijk van het type printerstuurprogramma dat u gebruikt en de omgeving is deze functie mogelijk niet beschikbaar. Lijnen "Knippen/Plakken" afdrukken in marges (Print "Cut/Paste" lines in margins) Hier geeft u aan of u kniplijnen wilt afdrukken die fungeren als hulpmiddel wanneer u de pagina's aan elkaar wilt plakken om een poster te maken.
Pagina 147
U kunt de instellingen die u in dit dialoogvenster opgeeft, controleren in het instellingenvoorbeeld van het printerstuurprogramma. Voorbeeldpictogram Hier worden de instellingen weergegeven die u hebt aangebracht in het dialoogvenster Boekje afdrukken (Booklet Printing). U kunt controleren hoe het document eruitziet wanneer het wordt afgedrukt als boekje.
Pagina 148
(Duplex Printing) is ingeschakeld. Schakel dit selectievakje in als u automatisch dubbelzijdig wilt afdrukken. Schakel dit selectievakje uit als u handmatig dubbelzijdig wilt afdrukken. Afdrukgebied instellen... (Print Area Setup...) Hiermee opent u het Dialoogvenster Afdrukgebied instellen (Print Area Setup) waarin u het afdrukgebied voor automatisch dubbelzijdig afdrukken kunt instellen. Deze knop is beschikbaar als automatisch dubbelzijdig afdrukken is ingesteld wanneer Zonder marges (Borderless) niet is geselecteerd.
Pagina 149
Dialoogvenster Marge instellen (Specify Margin) In dit dialoogvenster kunt u de margebreedte opgeven voor de zijde die moet worden geniet. Als een document niet op één pagina past, wordt het document verkleind tijdens het afdrukken. Marge (Margin) Hier geeft u de breedte van de nietmarge op. De breedte van de zijde die is opgegeven bij Nietmarge (Stapling Side) wordt de nietmarge.
Pagina 150
Afdrukopties... (Print Options...) Hiermee opent u het Dialoogvenster Afdrukopties (Print Options). Hier wijzigt u gedetailleerde instellingen voor het printerstuurprogramma voor afdrukgegevens die vanuit toepassingen worden verzonden. Dialoogvenster Afdrukopties (Print Options) Hier brengt u wijzigingen aan in de afdrukgegevens die naar de printer worden gezonden.
Pagina 151
Belangrijk Zelfs als dit selectievakje is ingeschakeld, wordt slechts een deel van de informatie in het kleurprofiel uitgeschakeld en kan het kleurprofiel nog steeds worden gebruikt om af te drukken. Normaal gesproken schakelt u dit selectievakje uit. Papiergroepen opheffen (Ungroup Papers) Hier stelt u de weergavemethode voor Mediumtype (Media Type), Paginaformaat (Page Size) en Papierformaat printer (Printer Paper Size) in.
Pagina 152
afgedrukt, kunt u het resultaat mogelijk verbeteren door dit selectievakje in te schakelen. Belangrijk Normaal gesproken schakelt u dit selectievakje uit. Opmerking Afbeeldingen schalen met behulp van naaste-buur interpolatie (Scale images using nearest-neighbor interpolation) kan alleen worden gebruikt met het XPS-printerstuurprogramma. Verlies van afdrukgegevens voorkomen (Prevention of Print Data Loss) U kunt de omvang van de afdrukgegevens die met de toepassing zijn gemaakt, verkleinen en daarna de gegevens afdrukken.
Pagina 153
gebruikersnaam afdrukken. Met de functie Achtergrond (Background) kunt u een lichte illustratie achter de documentgegevens afdrukken. Opmerking Bij het XPS-printerstuurprogramma verandert de knop Stempel/Achtergrond... (Stamp/Background...) in de knop Stempel... (Stamp...) en is alleen de stempelfunctie beschikbaar. Afhankelijk van het type printerstuurprogramma dat u gebruikt en de omgeving zijn Stempel (Stamp) en Achtergrond (Background) mogelijk niet beschikbaar.
Pagina 154
Stempeltype (Stamp Type) Hier geeft u het type stempel op. Selecteer Tekst (Text) om een stempel met tekens te maken. Selecteer Bitmap om een stempel van een bitmapbestand te maken. Selecteer Datum/tijd/gebruikersnaam (Date/Time/User Name) als u de aanmaakdatum en -tijd en de gebruikersnaam van het afgedrukte document wilt weergeven.
Pagina 155
Als Stempeltype (Stamp Type) is ingesteld op Bitmap Bestand (File) Hier geeft u de naam op van het bitmapbestand dat u als stempel wilt gebruiken. Bestand selecteren... (Select File...) Hiermee opent u het dialoogvenster waarmee u een bestand kunt openen. Klik op deze knop om het bitmapbestand te selecteren dat u als stempel wilt gebruiken.
Pagina 156
waarden invoeren voor de coördinaten X-positie (X-Position) en Y-positie (Y-Position). Afdrukstand (Orientation) Hier geeft u de rotatiehoek voor de stempel op. U kunt de hoek instellen door een waarde in graden in te voeren. Bij negatieve waarden wordt de stempel rechtsom gedraaid. Opmerking Afdrukstand (Orientation) is alleen ingeschakeld als Tekst (Text) of Datum/tijd/gebruikersnaam (Date/Time/User Name) is geselecteerd...
Pagina 157
Stempel over tekst plaatsen (Place stamp over text) Hier stelt u in hoe de stempel wordt afgedrukt op het document. Schakel het selectievakje Stempel (Stamp) in om dit in te schakelen. Schakel dit selectievakje in als u een stempel wilt afdrukken over de afgedrukte documentpagina.
Pagina 158
Klik op Achtergrond selecteren... (Select Background...) om het dialoogvenster Achtergrondinstellingen (Background Settings) te openen, waarna u de details van de achtergrond kunt configureren. Schakel dit selectievakje uit als u geen achtergrond wilt afdrukken. Achtergrond selecteren... (Select Background...) Hiermee opent u het dialoogvenster Achtergrondinstellingen (Background Settings).
Pagina 159
Opmerking Afhankelijk van het type printerstuurprogramma dat u gebruikt en de omgeving is deze functie mogelijk niet beschikbaar. Klik op Standaard (Defaults) om Bestand (File) in te stellen op leeg en Lay-outmethode (Layout Method) op Pagina vullen (Fill page) en om de schuifregelaar Intensiteit (Intensity) in het midden te plaatsen.
Beschrijving van het tabblad Onderhoud Op het tabblad Onderhoud (Maintenance) kunt u onderhoudswerkzaamheden uitvoeren aan het apparaat of de instellingen van het apparaat wijzigen. Reiniging (Cleaning) Hiermee voert u een reiniging van de printkop uit. Bij het reinigen van de printkop worden de spuitopeningen vrijgemaakt. Voer deze reiniging uit wanneer de afdruk vaag is of een bepaalde kleur niet wordt afgedrukt, ook al zijn alle inktniveaus hoog genoeg.
Pagina 161
Inktgroep (Ink Group) Wanneer u klikt op Reiniging (Cleaning) of Diepte-reiniging (Deep Cleaning), wordt het venster Inktgroep (Ink Group) weergegeven. Hier selecteert u de inktgroep waarvoor u de printkop wilt reinigen. Klik op Initiële controle-items (Initial Check Items) om de items te bekijken die u moet controleren voordat u een reiniging of diepte-reiniging uitvoert.
Pagina 162
Uitlijningswaarde afdrukken (Print Alignment Value) Klik op deze knop om de huidige ingestelde waarde voor de positie van de printkop te controleren. De huidige ingestelde waarde voor de positie van de printkop wordt afgedrukt. Dialoogvenster Uitlijning printkop (Print Head Alignment) Als u de positie van de printkop handmatig wilt aanpassen, klikt u op Printkop uitlijnen (Align Print Head) in het dialoogvenster Uitlijning printkop starten (Start Print Head Alignment) en voert u de bewerkingen in de weergegeven...
Pagina 163
Klik op Controleraster afdrukken (Print Check Pattern). Klik in het bevestigingsbericht op OK. Het dialoogvenster Rastercontrole (Pattern Check) wordt weergegeven. linkerbitmap (goed) De spuitopeningen van de printkop zijn niet verstopt. rechterbitmap (slecht) De spuitopeningen van de printkop zijn mogelijk verstopt. Afsluiten (Exit) Hiermee sluit u het dialoogvenster Rastercontrole (Pattern Check) en keert u terug naar het tabblad Onderhoud (Maintenance).
Pagina 164
Reiniging rollen (Roller Cleaning) Hiermee reinigt u de papierinvoerrollen. Het papier wordt mogelijk niet correct ingevoerd als zich stof heeft gehecht op de papierinvoerrollen. Reinig in dat geval de papierinvoerrollen om het afdrukresultaat te verbeteren. Printer uit (Power Off) Hiermee schakelt u de printer uit via het stuurprogramma van het apparaat. Gebruik deze functie om het apparaat uit te schakelen wanneer u niet op de knop AAN (AAN/UIT) op de printer kunt drukken omdat u geen toegang hebt tot het apparaat.
Pagina 165
Kies Inschakelen (Enable) om het apparaat automatisch in te schakelen wanneer afdrukgegevens naar het apparaat worden gestuurd. Printer automatisch uit (Auto Power Off) Hier selecteert u de instelling voor automatisch uitschakelen. Als binnen de opgegeven tijd geen bewerking in het printerstuurprogramma of handeling op het apparaat wordt uitgevoerd, wordt het apparaat uitgeschakeld.
Pagina 166
Ongeacht hoe u de stille modus instelt, wordt de modus toegepast als u bewerkingen uitvoert vanuit het bedieningspaneel van het apparaat of als u afdrukt of scant vanaf de computer. Als u een tijd opgeeft voor Stille modus gebruiken op opgegeven tijden (Use quiet mode during specified hours), wordt de stille modus niet toegepast op bewerkingen (zoals kopiëren of direct afdrukken) die rechtstreeks vanaf het apparaat worden uitgevoerd.
Pagina 167
Schuring van papier voorkomen (Prevent paper abrasion) Bij het gebruik van een hoge dichtheid kan de ruimte tussen de printkop en het papier worden vergroot om schuring van het papier te voorkomen. Schakel dit selectievakje in als u deze functie wilt inschakelen. Schakel dit selectievakje uit als u deze functie wilt uitschakelen.
Pagina 168
Wanneer u de droogtijd verlaagt, verloopt het afdrukken sneller. Afdrukgeschiedenis weergeven (View Print History) Deze functie start het Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld en geeft de afdrukgeschiedenis weer. Opmerking U kunt deze functie alleen gebruiken met het XPS-printerstuurprogramma.
Belangrijk Als het lettertype voor de weergave van de gewenste taal niet op uw systeem is geïnstalleerd, worden onjuiste tekens weergegeven. Functies De printkoppen reinigen vanaf de computer De positie van de printkop uitlijnen vanaf de computer De computer gebruiken om een controleraster voor de spuitopeningen af te drukken De binnenkant van het apparaat reinigen De papierinvoerrollen reinigen vanaf de computer De stroomvoorziening van het apparaat beheren...
Beschrijving van Canon IJ-afdrukvoorbeeld Canon IJ-afdrukvoorbeeld is een toepassing die de afdrukresultaten op het scherm laat zien voordat er daadwerkelijk wordt afgedrukt. Hierbij worden de instellingen gebruikt die in het printerstuurprogramma zijn opgegeven. Op deze manier kunt u de indeling, de afdrukvolgorde en het aantal pagina's van een document controleren.
Pagina 171
Afsluiten (Exit) Hiermee beëindigt u het Canon IJ-afdrukvoorbeeld. Menu Pagina (Page) Dit menu bevat de volgende opdrachten waarmee u de pagina kunt selecteren die u wilt weergeven. Al deze opdrachten, behalve Pagina selecteren, kunnen ook worden geselecteerd via de werkbalk.
Pagina 172
In dit scherm kunt u ook de instellingen voor het mediumtype en de papierbron wijzigen. Menu Help Wanneer u deze menuoptie selecteert, wordt het Help-venster voor Canon IJ- afdrukvoorbeeld weergegeven en kunt u de versie en copyrightinformatie controleren. Knop Afdrukken starten (Start Printing) Hiermee drukt u de geselecteerde documenten in de lijst met documenten af.
Pagina 173
Knop Afdrukken annuleren (Cancel Printing) Hiermee beëindigt u het Canon IJ-afdrukvoorbeeld en annuleert u het afdrukken van het document dat wordt weergegeven in het voorbeeldscherm. U kunt op deze knop klikken terwijl documenten in de wachtrij worden geplaatst. Venster Afdrukinformatie voor pagina's (Print Page Information) Hier wordt links van het voorbeeldscherm informatie over elke pagina weergegeven.
Beschrijving van Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld is een toepassing die de afdrukresultaten op het scherm laat zien voordat er daadwerkelijk wordt afgedrukt. Hierbij worden de instellingen gebruikt die in het printerstuurprogramma zijn opgegeven. Op deze manier kunt u de indeling, de afdrukvolgorde en het aantal pagina's van een document controleren.
Pagina 175
Alle documenten afdrukken (Print All Documents) Hiermee drukt u alle documenten in de documentenlijst af en wordt het Canon IJ XPS- afdrukvoorbeeld gesloten. Afdrukgeschiedenis opslaan (Save Print History) Hiermee bepaalt u of de documenten die vanuit het Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld zijn afgedrukt, worden opgeslagen in de afdrukgeschiedenis.
Pagina 176
Documenten opnieuw instellen (Reset Documents) Hiermee herstelt u de status van het document dat is geselecteerd in de documentenlijst zoals dit was voordat het werd toegevoegd aan het Canon IJ XPS- afdrukvoorbeeld. De gecombineerde documenten worden gescheiden en de originele documenten worden hersteld.
Pagina 177
Afdrukken in grijstinten (Grayscale Printing) Hiermee kunt u de instellingen voor monochroom afdrukken wijzigen. Deze opdracht heeft dezelfde functie als het selectievakje Afdrukken in grijstinten (Grayscale Printing) in het gebied met afdrukinstellingen. Pagina-indeling afdrukken... (Page Layout Printing...) Hiermee opent u het dialoogvenster Pagina-indeling afdrukken (Page Layout Printing).
Pagina 178
Naar eerste (Move to First) Hiermee verplaatst u de geselecteerde pagina naar het begin van het document. Als de geselecteerde pagina de eerste pagina is, is deze opdracht lichtgrijs en kan deze niet worden geselecteerd. Eén vooruit (Move Forward One) Hiermee verplaatst u de geselecteerde pagina één positie naar voren.
Pagina 179
Pagina's (Pages) Gebruik de volgende opdrachten om de pagina te selecteren die u wilt weergeven. Eerste pagina (First Page) Hiermee geeft u de eerste pagina van het document weer. Als de weergegeven pagina de eerste pagina is, is deze opdracht lichtgrijs en kan deze niet worden geselecteerd.
Pagina 180
Afdrukinstellingen weergegeven bij opstarten (Print Settings Displayed at Startup) Hiermee stelt u in welk tabblad in het gebied met afdrukinstellingen wordt weergegeven wanneer het Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld wordt gestart. Selecteer Pagina-informatie (Page Information), Indeling (Layout) of Handmatige kleuraanpassing (Manual Color Adjustment).
Pagina 181
Menu Help Wanneer u deze menuoptie selecteert, wordt het Help-venster voor het Canon IJ XPS- afdrukvoorbeeld weergegeven en kunt u de versie en copyrightinformatie controleren. (Afdrukken) Hiermee drukt u de geselecteerde documenten in de lijst met documenten af. De afgedrukte documenten worden uit de lijst verwijderd en wanneer alle documenten zijn afgedrukt, wordt het Canon IJ-afdrukvoorbeeld gesloten.
Pagina 182
(Eén omhoog) Hiermee verplaatst u het geselecteerde afdrukdocument één positie omhoog. Als het geselecteerde document het eerste document is, is deze opdracht lichtgrijs en kan deze niet worden geselecteerd. (Eén omlaag) Hiermee verplaatst u het geselecteerde afdrukdocument één positie omlaag. Als het geselecteerde document het laatste document is, is deze opdracht lichtgrijs en kan deze niet worden geselecteerd.
Pagina 183
Status Hier wordt de status van de afdrukdocumenten weergegeven. Documenten waarvan de gegevens worden verwerkt, worden weergegeven als Gegevens verwerken (Processing data). Belangrijk Documenten die worden weergegeven als Gegevens verwerken (Processing data), kunnen niet worden afgedrukt of bewerkt. Wacht totdat de gegevensverwerking is voltooid. Gebied met afdrukinstellingen Hier kunt u de afdrukinstellingen van de geselecteerde documenten in de documentenlijst controleren en wijzigen.
Pagina 184
Cyaan (Cyan)/Magenta/Geel (Yellow) Hier past u de sterkte van Cyaan (Cyan), Magenta en Geel (Yellow) aan. Wanneer u de schuifregelaar naar rechts schuift, wordt een kleur sterker en wanneer u de schuifregelaar naar links schuift wordt een kleur zwakker. U kunt ook rechtstreeks een waarde invoeren voor de schuifregelaar. Voer een waarde in tussen -50 en 50.
Pagina 185
Als het aantal afdrukken niet kan worden gewijzigd voor het afdrukdocument, is dit item lichtgrijs en niet beschikbaar. Afsluiten (Exit) Hiermee beëindigt u het Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld. De resterende documenten in de documentenlijst worden uit de lijst verwijderd. Afdrukken (Print) Hiermee drukt u de geselecteerde documenten in de lijst met documenten af.
(waarschuwing over inktniveau). Overzicht van Canon IJ-statusmonitor Met de Canon IJ-statusmonitor kunt u de status van het apparaat en de inkt controleren aan de hand van afbeeldingen en berichten. U kunt informatie over het afgedrukte document en de voortgang van de afdruktaak controleren tijdens het afdrukken.
Pagina 187
: er is een fout opgetreden die service vereist. Inkttank De Canon IJ-statusmonitor toont een pictogram bij een waarschuwing over weinig of geen inkt. Daarnaast toont deze functie de geschatte inktniveaus van de inkttank.
Pagina 188
Altijd op voorgrond (Always Display on Top) Hiermee geeft u de Canon IJ-statusmonitor weer boven andere vensters. Gidsbericht weergeven (Display Guide Message) Er worden aanwijzingen weergegeven voor bewerkingen waarbij het instellen van het papier ingewikkeld is. Envelop afdrukken (Envelope Printing) Geeft een bericht met aanwijzingen weer wanneer het afdrukken van de envelop wordt gestart.
Pagina 189
Hiermee sluit u het dialoogvenster Inktdetails (Ink Details) en keert u terug naar de Canon IJ-statusmonitor. Menu Help Wanneer u deze menuoptie selecteert, wordt het Help-venster voor de Canon IJ- statusmonitor weergegeven en kunt u de versie en copyrightinformatie controleren.
De nieuwste versie van MP Drivers ophalen MP Drivers omvat een printerstuurprogramma en ScanGear (scannerstuurprogramma). Door MP Drivers bij te werken naar de nieuwste versie van MP Drivers, kunt u onopgeloste problemen mogelijk verhelpen. U kunt vanaf onze website de nieuwste MP Drivers voor uw model downloaden. Belangrijk U kunt MP Drivers gratis downloaden, maar de kosten van de internetverbinding zijn voor uw eigen rekening.
Onnodige MP Drivers verwijderen Als u MP Drivers niet meer nodig hebt, kunt u dit verwijderen. Sluit alle actieve toepassingen voordat u MP Drivers gaat verwijderen. De procedure voor het verwijderen van MP Drivers is als volgt: Start het verwijderprogramma •...
Pagina 193
Voer het verwijderprogramma uit Klik op Uitvoeren (Execute). Klik op Ja (Yes) in het bevestigingsbericht. Klik op Voltooien (Complete) wanneer alle bestanden zijn verwijderd. Het verwijderen van MP Drivers is voltooid. Belangrijk Wanneer u MP Drivers verwijdert, worden het printerstuurprogramma, het XPS- printerstuurprogramma en ScanGear (het scannerstuurprogramma) verwijderd.
Voordat u MP Drivers installeert In dit onderwerp worden de items beschreven die u moet controleren voordat u MP Drivers installeert. U moet dit gedeelte ook raadplegen als MP Drivers niet kan worden geïnstalleerd. De apparaatstatus controleren • Schakel het apparaat uit. De instellingen van de computer controleren •...
MP Drivers installeren U kunt vanaf onze website de nieuwste versie van MP Drivers en het XPS- printerstuurprogramma voor uw model downloaden. De procedure voor het installeren van de gedownloade MP Drivers is als volgt: Schakel het apparaat uit Start het installatieprogramma Dubbelklik op het pictogram van het bestand dat u hebt gedownload.
Pagina 196
U kunt MP Drivers en het XPS-printerstuurprogramma gratis downloaden, maar de kosten van de internetverbinding zijn voor uw eigen rekening. Verwijder de oudere versie voordat u de nieuwste versie van MP Drivers installeert. Verwante onderwerpen De nieuwste versie van MP Drivers ophalen Onnodige MP Drivers verwijderen Voordat u MP Drivers installeert...
Afdrukken met het bedieningspaneel van het apparaat Fotogegevens afdrukken De functie Diashow gebruiken Sjabloonformulieren zoals gelinieerd papier of grafiekpapier afdrukken Documenten (PDF-bestanden) afdrukken die zijn opgeslagen op een geheugenkaart Informatie over het afdrukken van disclabels...
Fotogegevens afdrukken Foto's op een geheugenkaart afdrukken Over het menu Geavanc. foto Een foto bijsnijden en afdrukken Items instellen Handige weergavefuncties gebruiken...
Foto's op een geheugenkaart afdrukken U kunt foto's die op een geheugenkaart zijn opgeslagen gemakkelijk afdrukken. In dit gedeelte wordt beschreven hoe u foto's afdrukt in Foto (Photo). 1. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. 2. Plaats fotopapier. 3. Veeg over het HOME-scherm en tik op Foto (Photo).
Pagina 200
Tik in de buurt van het midden van de weergegeven foto om menu's weer te geven. A. Totaal aantal afdrukken Het totale aantal afdrukken wordt weergegeven. Als u tikt, wordt het scherm Contr. totaal aantal kopieën (Check total no. of copies) weergegeven en kunt u het aantal afdrukken voor elke foto opgeven.
Pagina 201
Voor meer informatie: Handige weergavefuncties gebruiken D. Instellingen (Settings) Tik hierop om het scherm Instellingen (Settings) weer te geven. U kunt de instellingen voor het paginaformaat, het mediumtype, de afdrukkwaliteit en dergelijke wijzigen. Meer informatie over de instellingsitems: Items instellen E.
Voor meer informatie: Handige weergavefuncties gebruiken G. Meerdere foto's weergeven Tik hierop om meerdere foto's tegelijk weer te geven. Voor informatie over de weergavemethode: Handige weergavefuncties gebruiken 6. Raak de knop Kleur (Color) aan. Het apparaat begint af te drukken. Opmerking •...
Pagina 203
2. Geef het aantal afdrukken voor elke foto op. Opmerking • Tijdens het afdrukken kunt u de instelling voor Pg.form. (Page size) of Type op het bevestigingsscherm voor afdrukinstellingen niet wijzigen. De instelling is gelijk aan de instelling voor de foto die in de afdruktaak staat. 3.
Over het menu Geavanc. foto De volgende menu's kunnen worden geselecteerd in het menu Geavanc. afdrukken (Advanced print) om foto's af te drukken die op de geheugenkaart zijn opgeslagen. Bijsnijden en afdruk. (Trimming print) U kunt foto's op het aanraakscherm bijsnijden en vervolgens afdrukken. Een foto bijsnijden en afdrukken Diashow (Slide show) U kunt alle foto's die zijn opgeslagen op de geheugenkaart bekijken in een diashow.
Een foto bijsnijden en afdrukken U kunt foto's op het aanraakscherm bijsnijden en vervolgens afdrukken. 1. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. 2. Plaats fotopapier. 3. Veeg over het HOME-scherm en tik op Geavanc. afdrukken (Advanced print). Het bedieningspaneel gebruiken 4.
Pagina 206
A. Tik hierop om de verhouding van het bijsnijdkader aan te passen. B. Sleep om het bijsnijdkader te plaatsen. C. Sleep om het formaat van het bijsnijdkader in te stellen. D. Tik hierop om de selectie van het bijsnijdgebied te voltooien. Als het bij te snijden gedeelte is opgegeven, wordt het bevestigingsscherm voor de afdrukinstellingen weergegeven.
Items instellen U kunt het paginaformaat, het mediumtype, fotocorrectie en dergelijke instellen voor het afdrukken van foto's die zijn opgeslagen op de geheugenkaart. Het scherm Afdrukinstellingen De manier waarop u het scherm voor de afdrukinstellingen weergeeft, varieert naar gelang het afdrukmenu.
Pagina 208
Opmerking • Sommige instellingen kunnen niet worden geselecteerd, afhankelijk van het afdrukmenu. In dit gedeelte worden de instellingen van Foto (Photo) beschreven. De instelling die niet kan worden geselecteerd, wordt grijs of niet weergegeven. • Sommige instellingen kunnen niet worden opgegeven in combinatie met andere instellingen of de afdrukmenu´s.
Pagina 209
6. Corr. rode ogen (Red-EyeCorrection) Hiermee worden rode ogen in portretfoto's gecorrigeerd die worden veroorzaakt door fotograferen met flitser. Afhankelijk van het type foto worden rode ogen mogelijk niet gecorrigeerd of worden andere delen dan de ogen gecorrigeerd. 7. Datum afdrukken (Print date) Hiermee wordt de afdruk van de datum (opnamedatum) op de foto in- of uitgeschakeld.
Handige weergavefuncties gebruiken U kunt meerdere foto's tegelijk weergeven, de datum (datum waarop gegevens voor het laatst zijn gewijzigd) opgeven om foto's te selecteren en wisselen tussen fotogroepen. Meerdere foto's weergeven om een foto te selecteren Een datum opgeven om een foto te selecteren Inzoomen op de foto Schakelen tussen fotogroepen Meerdere foto's weergeven om een foto te selecteren...
De foto's op de opgegeven datum worden weergegeven. Opmerking • De datum wordt weergegeven volgens de instellingen voor Indeling datumweergave (Date display format) bij Gebruikersinstellingen apparaat (Device user settings) onder Apparaatinstellingen (Device settings) onder Instellen (Setup). Gebruikersinstellingen apparaat Inzoomen op de foto Het volgende scherm wordt weergegeven wanneer u tikt op op het fotoselectiescherm.
Foto's afdrukken terwijl u naar de diashow kijkt U kunt alle foto's die zijn opgeslagen op de geheugenkaart bekijken in een diashow. Tijdens de diashow worden de foto's automatisch een voor een weergegeven. Terwijl u naar de diashow kijkt, kunt u uw favoriete foto afdrukken. 1.
Tijdens het afdrukken van een foto Nadat u de diashow hebt gepauzeerd door te tikken op het aanraakscherm, kunt u de weergegeven foto afdrukken. Wanneer u het afdrukken wilt starten, plaatst u papier en raakt u de knop Kleur (Color) aan. Opmerking •...
Sjabloonformulieren zoals gelinieerd papier of grafiekpapier afdrukken U kunt een sjabloonformulier, zoals gelinieerd papier, grafiekpapier of een controlelijst, afdrukken op normaal papier van A4-, B5- of Letter-formaat. Afdrukbare sjabloonformulieren Sjabloonformulieren afdrukken Opmerking • U gebruikt de webservice om het sjabloonformulier te downloaden en af te drukken. Sjabloonformulieren downloaden en afdrukken Afdrukbare sjabloonformulieren De volgende sjablonen zijn beschikbaar:...
Pagina 216
• Muziekpapier U kunt muziekpapier met 10 of 12 notenbalken afdrukken. Instelling op het aanraakscherm: ◦ Muziekpapier 1(10 notenb.) (Staff paper 1 (10 staves)) ◦ Muziekpapier 2(12 notenb.) (Staff paper 2 (12 staves)) • Handschriftpapier U kunt handschriftpapier afdrukken. Instelling op het aanraakscherm: Handschriftpapier (3 lijnen) (Handwriting paper (3 lines)) •...
Pagina 217
4. Tik op Sjabloonafdruk (Template print). 5. Tik op de sjabloon die u wilt afdrukken. Afdrukbare sjabloonformulieren 6. Geef de gewenste instellingen op. 1. Aantal (Copies) Geef het aantal exemplaren op. 2. Pg.form. (Page size) Selecteer het paginaformaat op basis van het geplaatste papier. Opmerking •...
Documenten (PDF-bestanden) afdrukken die zijn opgeslagen op een geheugenkaart U kunt PDF-bestanden die zijn gescand met het bedieningspaneel van het apparaat of die zijn gemaakt met Canon IJ Scan Utility of My Image Garden (software die compatibel is met het apparaat) afdrukken vanaf een geheugenkaart. Opmerking •...
Pagina 219
PDF-bestanden waarop een van de volgende voorwaarden van toepassing is, kunnen niet worden afgedrukt. • PDF-bestanden die zijn opgeslagen met een andere toepassing dan Canon IJ Scan Utility en My Image Garden (software die compatibel is met het apparaat) •...
Pagina 220
• Andere tekens dan de naam van het apparaat, IJ Scan Utility of My Image Garden worden weergegeven bij Gemaakt met (Created with). • De PDF-bestanden die zijn gemaakt met andere software dan Canon IJ Scan Utility en My Image Garden (software die compatibel is met het apparaat), kunnen niet worden afgedrukt, ook al zijn deze opgeslagen met Canon IJ Scan Utility of My Image Garden.
Pagina 221
boven het aantal afdrukbare pagina's worden niet afgedrukt. Doorgaan? (The specified PDF file contains too many pages. The pages exceeding the number of printable pages will not be printed. Continue?) weergegeven op het aanraakscherm. Tik op Ja (Yes) om het afdrukken te starten. Als u meer dan 250 pagina's van een PDF-bestand wilt afdrukken, drukt u deze af vanaf een computer.
De gelabelde kant van een disc kopiëren U kunt het label van een bestaande bd, dvd of cd kopiëren en de kopie afdrukken op een afdrukbare disc. Belangrijk • U kunt niet afdrukken op afdrukbare discs van 8 cm / 3,15 inch. •...
Pagina 224
• Voor meer informatie over bedrukbare schijven neemt u contact op met de fabrikant van de schijven. 5. Tik op een type afdrukbare disc. Opmerking • Als uw afdrukbare disc de aanbevolen disc is, geeft u Aanbevolen disc (Recommended disc) op voor de geschikte afdrukdichtheid.
Pagina 225
8. Stel de afdrukbare disc volgens de instructies op het scherm in. Opmerking • U kunt de procedure voor het instellen van de afdrukbare disc weergeven door te tikken op Plaatsen (How to set). Het volgende scherm wordt weergegeven wanneer u op Volgende (Next) tikt.
Een foto op een geheugenkaart afdrukken op een disclabel U kunt een foto die is opgeslagen op een geheugenkaart afdrukken op een disclabel of op een afdrukbare disc. Belangrijk • U kunt niet afdrukken op afdrukbare discs van 8 cm / 3,15 inch. •...
Pagina 227
A. Tik hierop om de buitenste cirkel op te geven. B. Tik hierop om de binnenste cirkel op te geven. C. Tik hierop om het opgeven van het afdrukgebied af te ronden. Opmerking • Meet de buiten- en binnendiameter van het te bedrukken oppervlak van de bedrukbare disc. Zorg ervoor dat u een waarde instelt die kleiner is dan de gemeten buitendiameter en een waarde die groter is dan de gemeten binnendiameter.
Pagina 228
Als het bij te snijden gedeelte is opgegeven, wordt het bevestigingsscherm voor de afdrukinstellingen weergegeven. 9. Controleer de afdrukinstellingen en raak de knop Kleur (Color) aan. 10. Stel de afdrukbare disc volgens de instructies op het scherm in. Opmerking • U kunt de procedure voor het instellen van de afdrukbare disc weergeven door te tikken op Plaatsen (How to set).
Afdrukken met een webservice Kennisgeving over het afdrukken met een webservice Foto's in een online fotoalbum afdrukken Sjabloonformulieren downloaden en afdrukken Instellingen voor de webservice...
Canon is niet verantwoordelijk voor eventuele schade die uit dergelijke acties voortvloeit. • In geen enkel geval is Canon aansprakelijk voor schade die het gevolg is van het gebruik van de webservices, in welke vorm dan ook.
Auteursrechten en openbaarmakingsrechten Wanneer u afdrukt vanaf de fotodeelsite: • Houd u aan de gebruiksvoorwaarden van de fotodeelsite wanneer u foto´s op de site gebruikt. • Het is onwettig om auteursrechtelijk beschermd werk van anderen te reproduceren of te bewerken zonder toestemming van de houder van het auteursrecht, behalve voor persoonlijk gebruik, gebruik binnenshuis of ander gebruik binnen het beperkte bereik dat wordt gespecificeerd in het auteursrecht.
Foto's in een online fotoalbum afdrukken U kunt via het bedieningspaneel van het apparaat toegang krijgen tot de fotodeelsite op internet en de foto in een online fotoalbum afdrukken (foto's die vanaf apparaten zoals computers zijn geüpload). Belangrijk • Als de firmware van het apparaat is bijgewerkt, zullen het scherm, de bedieningsprocedure en de menufunctie zijn gewijzigd.
Pagina 233
Werk de firmware bij volgens het bericht dat wordt weergegeven. Voor meer informatie over de bediening van het menu Cloud, na de firmware-update raadpleeg: Gebruik de Cloud-functie van het apparaat 4. Tik op de fotodeelsite die u wilt gebruiken. Het apparaat gaat naar de fotodeelsite. Vervolgens worden de online albums op het aanraakscherm weergegeven.
Pagina 234
U kunt de weergegeven foto afdrukken door de knop Kleur (Color) aan te raken. • Het aantal afdrukken of de afdrukinstellingen wijzigen: Tik in de buurt van het midden van de weergegeven foto om menu's weer te geven. A. Totaal aantal afdrukken Het totale aantal afdrukken wordt weergegeven.
Pagina 235
2. Type (Mediumtype) Selecteer het mediumtype van het geplaatste papier. 3. Afdr.kwl. (Print qlty) (Afdrukkwaliteit) Selecteer de afdrukkwaliteit op basis van de foto. 4. Marge (Border) (Met of zonder marge afdrukken) Hiermee selecteert u afdrukken met of zonder rand. 5. Fotocorr. (Photo fix) Als Automat.
Sjabloonformulieren downloaden en afdrukken U kunt de sjabloonformulier die u wilt afdrukken, downloaden van de webservice. Raadpleeg de gebruiksvoorwaarden voordat u de webservice gebruikt. Kennisgeving over het afdrukken met een webservice Belangrijk • Voor het gebruik van deze functie hebt u een LAN-verbinding met het apparaat en een internetverbinding nodig.
Pagina 237
8. Plaats papier op basis van de afdrukinstellingen. 9. Raak de knop Kleur (Color) aan. Het apparaat begint af te drukken.
Instellingen voor de webservice In dit gedeelte worden de instellingen van het apparaat voor de webservice beschreven. Het account op de fotodeelsite registreren De instellingen van de webservice herstellen Raadpleeg de gebruiksvoorwaarden voordat u de webservice gebruikt. Kennisgeving over het afdrukken met een webservice Het account op de fotodeelsite registreren Registreer het account op de fotodeelsite op het apparaat volgens de onderstaande procedure.
Pagina 239
7. Controleer het bericht en tik op Volgende (Next). 8. Wanneer het bevestigingsbericht voor accountbeheer wordt weergegeven, tikt u op Akkoord (Agree). Opmerking • U kunt het bericht voor het accountbeheerbeleid weergeven door op te tikken op Privacybeleid (Privacy Policy). 9.
12. Controleer het bericht om het wachtwoord in te voeren en tik daarna op Wachtwoord (Password). Het scherm voor het invoeren van het wachtwoord wordt weergegeven. 13. Voer het wachtwoord in. Geef het wachtwoord plus de aanmeldingsnaam of het e-mailadres op. Opmerking •...
Afdrukken vanaf een digitale camera Foto's rechtstreeks afdrukken vanaf een PictBridge-compatibel apparaat (draadloos LAN) Informatie over PictBridge-afdrukinstellingen (draadloos LAN)
Foto's rechtstreeks afdrukken vanaf een PictBridge-compatibel apparaat (draadloos LAN) U kunt een PictBridge-compatibel apparaat (draadloos LAN), zoals een digitale camera, een camcorder of een mobiele telefoon, met het apparaat verbinden via een LAN, zodat u opgeslagen foto's rechtstreeks kunt afdrukken zonder daarbij een computer te gebruiken. Apparaten die u kunt aansluiten: PictBridge-compatibel apparaat (draadloos LAN) Indeling afdrukbare beeldgegevens:...
Pagina 243
Opmerking • Raadpleeg de handleiding van het PictBridge-compatibele apparaat (draadloos LAN)voor informatie over het detecteren van het apparaat. 4. Geef de afdrukinstellingen zoals de papiersoort en indeling op. U kunt instellingen opgeven via het menu op het PictBridge-compatibele apparaat (draadloos LAN). Selecteer het papierformaat en de papiersoort die u in het apparaat hebt geplaatst.
Opmerking • In de volgende beschrijving worden de namen van instellingen gebruikt van PictBridge-compatibele apparaten (draadloos LAN) van het merk Canon. De namen van de instellingen kunnen afwijken, afhankelijk van het merk of model van uw apparaat. • Mogelijk zijn niet alle hieronder beschreven instellingen beschikbaar op bepaalde apparaten. In dat geval worden de instellingen van het apparaat gebruikt.
*2 Als u met een PictBridge-compatibel apparaat (draadloos LAN) van het merk Canon items selecteert met de markering 'i', kunt u opnamegegevens (Exif Data) afdrukken in een lijstindeling (20-up) of op de marges van de geselecteerde gegevens (1-up). (Deze functie is mogelijk niet beschikbaar met sommige PictBridge-compatibele apparaten (draadloos LAN) van Canon.)
Pagina 246
Het scherm PictBridge-afdrukinstellingen (PictBridge print settings) wordt weergegeven. Meer informatie over de instellingsitems: PictBridge-afdrukinstellingen Opmerking • Als u Disclabelafdruk instellen (Disc label print setting) selecteert, wordt het scherm Discafdrukgebied instellen (Set disc print area) weergegeven, waarop u de instelling voor het afdrukken van disclabels kunt wijzigen.
Afdrukken met de toegangspuntmodus Als het apparaat schakelt naar de toegangspuntmodus, kunt u afdrukken vanaf een extern apparaat zoals een computer of smartphone, zelfs zonder een toegangspunt. Belangrijk • Voordat u het apparaat met de toegangspuntmodus wilt gebruiken, moet u eerst de naam van het toegangspunt van het apparaat en de beveiligingsinstelling opgeven.
Pagina 248
Opmerking • Raadpleeg de handleiding van het apparaat of de instructiehandleiding van uw toepassing voor meer informatie over afdrukken vanaf een extern apparaat zoals een computer of smartphone via een draadloos LAN. • U kunt ook afdrukken met PIXMA Printing Solutions. 8.
Kopiëren Kopieën maken Basis Voorbeeldweergave weergeven Items instellen Kopieën verkleinen of vergroten Dubbelzijdig kopiëren Over het menu Speciale kopie Twee pagina’s kopiëren op één pagina Vier pagina’s kopiëren op één pagina Dikke originelen, zoals boeken, kopiëren Kopiëren zonder marges Foto's kopiëren...
Kopieën maken Plaats het origineel op de glasplaat als u wilt kopiëren. In dit gedeelte wordt de procedure voor het kopiëren met Kopiëren (Copy) beschreven. 1. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. 2. Plaats papier. 3. Veeg over het HOME-scherm en tik op Kopiëren (Copy).
Pagina 251
C. Tik hierop om de instellingsitems voor afdrukken weer te geven. Meer informatie over de instellingsitems: Items instellen D. Tik om een voorbeeld van de afdruk weer te geven in het voorbeeldscherm. Voor meer informatie: Voorbeeldweergave weergeven E. Tik hierop om het paginaformaat op te geven. 6.
De kopieertaak toevoegen (reservekopie) U kunt de kopieertaak toevoegen tijdens het afdrukken (Reservekopie). Het onderstaande scherm wordt weergegeven wanneer u de kopieertaak toevoegt. Leg het origineel op de glasplaat en raak de dezelfde knop (de knop Kleur (Color) of de knop Zwart (Black)) aan als de knop die u eerder aanraakte.
Voorbeeldweergave weergeven wordt weergegeven op het standby-scherm voor kopiëren, kunt u op tikken om een voorbeeld van de afdruk weer te geven op het voorbeeldscherm. Belangrijk • In de volgende gevallen wordt niet weergegeven wanneer het standby-scherm voor kopiëren wordt weergegeven. •...
Pagina 254
E. Tik hierop om terug te keren naar het stand-byscherm voor kopiëren. F. De momenteel opgegeven vergroting wordt weergegeven. Tik om Passend (Fit to page) te selecteren.
Items instellen U kunt de kopieerinstellingen, zoals vergroting en intensiteit, wijzigen. Het scherm Afdrukinstellingen De manier waarop u het scherm voor de afdrukinstellingen weergeeft, varieert naar gelang het kopieermenu. • Bij Kopiëren (Copy): Het volgende scherm wordt weergegeven wanneer u tikt op Instellingen (Settings) op het stand- byscherm voor kopiëren.
Pagina 256
Opmerking • Sommige instellingen kunnen niet worden geselecteerd, afhankelijk van het kopieermenu. In dit gedeelte worden de instellingen voor Kopiëren (Copy) beschreven. Als een instelling niet kan worden geselecteerd, wordt deze grijs weergegeven. Foto's kopiëren voor meer informatie over de instellingsitems voor Foto kopiëren (Photo copy). •...
Pagina 257
B. Sleep om de intensiteit op te geven. C. Tik om de instelling van de intensiteit te bevestigen. 3. Pg.form. (Page size) Selecteer het paginaformaat van het geplaatste papier. 4. Type (Mediumtype) Selecteer het mediumtype van het geplaatste papier. 5. Afdr.kwl. (Print qlty) (Afdrukkwaliteit) Pas de afdrukkwaliteit aan op basis van het origineel.
Kopieën verkleinen of vergroten U kunt de vergroting optioneel opgeven of een kopie met een vooraf ingestelde verhouding of een kopie passend op het papierformaat selecteren. Het onderstaande scherm wordt weergegeven wanneer u tikt op Instellingen (Settings) in het standby- scherm voor kopiëren en tikt op Vergrot.
Pagina 259
Opmerking • Als u Passend (Fit to page) selecteert, wordt het paginaformaat mogelijk niet bij alle originelen goed herkend. In dat geval selecteert u een andere instelling dan Passend (Fit to page). • Vaste schaal U kunt een van de vaste schalen selecteren om een kopie te verkleinen of te vergroten. Selecteer de juiste verhouding voor de grootte van het origineel en het paginaformaat.
Dubbelzijdig kopiëren Wanneer u Dub.zijdig (2-sided) voor Dub.zijdigInst.afdr. (2-sidedPrintSetting) selecteert bij Kopiëren (Copy), kunt u twee originele pagina's kopiëren naar de twee zijden van één vel papier. Selecteer Dub.zijdig (2-sided) en tik vervolgens op OK. Als u op Geavanceerd (Advanced) tikt terwijl Dub.zijdig (2-sided) is geselecteerd, kunt u de afdrukstand en de nietmarge van het origineel opgeven.
• De instelling voor een dubbelzijdige kopie kan worden gebruikt in combinatie met 2 op 1 kopie (2-on-1 copy) of 4 op 1 kopie (4-on-1 copy) wanneer Standaardkopie (Standard copy) is geselecteerd. Twee pagina’s kopiëren op één pagina Vier pagina’s kopiëren op één pagina •...
Over het menu Speciale kopie De volgende menu's kunnen worden geselecteerd in het menu Geavanc. afdrukken (Advanced print) om originelen te kopiëren. Kopie zonder marges (Borderless copy) U kunt afbeeldingen zo kopiëren dat deze de hele pagina vullen zonder marges. Kopiëren zonder marges Kop.
Twee pagina’s kopiëren op één pagina Wanneer u 2 op 1 kopie (2-on-1 copy) selecteert voor Indeling (Layout) in Kopiëren (Copy) kunt u twee originele pagina's op één vel papier kopiëren door de afbeeldingen te verkleinen. Tik op Instellingen (Settings) op het standby-scherm voor kopiëren om het scherm met afdrukinstellingen weer te geven en selecteer 2 op 1 kopie (2-on-1 copy) voor Indeling (Layout).
Pagina 264
u de afdrukkwaliteit in op Standaard (Standard) en probeert u opnieuw te kopiëren. Als het probleem zich blijft voordoen, stelt u de afdrukkwaliteit in op Klad (Draft) en probeert u opnieuw te kopiëren. • U kunt deze functie gebruiken in combinatie met dubbelzijdig kopiëren. Als u deze functie in combinatie gebruikt, kunt u vier originele pagina's op één vel papier kopiëren.
Pagina 265
Het apparaat begint het tweede vel van het origineel te scannen en te kopiëren. Opmerking • U kunt de kopieertaak toevoegen tijdens het afdrukken. De kopieertaak toevoegen (reservekopie) • Als u deze functie in combinatie met dubbelzijdig kopiëren gebruikt, wordt het bovenstaande scherm weergegeven nadat het scannen van het tweede vel van het origineel is voltooid.
Vier pagina’s kopiëren op één pagina Wanneer u 4 op 1 kopie (4-on-1 copy) selecteert bij Indeling (Layout) in Kopiëren (Copy), kunt u vier originele pagina's op één vel papier kopiëren door de afbeeldingen te verkleinen. Er zijn vier verschillende indelingen beschikbaar.
Pagina 267
Nadat u de volgorde hebt geselecteerd, kunt u selecteren of u het voorbeeldscherm wilt gebruiken. Als u tikt op AAN (ON), wordt het voorbeeldscherm weergegeven, waarin u de afdrukstand kunt controleren. Opmerking • Als tijdens het scannen het bericht Apparaatgeheugen is vol. Proces kan niet worden voortgezet. (Device memory is full.
Pagina 268
A. Tik hierop om het scannen van het origineel te starten. Verwijder na het scannen het origineel van de glasplaat, plaats het volgende vel op de glasplaat en tik op Scannen (Scan). B. Tik hierop om het reeds gescande origineel te kopiëren. Na het scannen van de vierde pagina van het origineel, begint het apparaat met kopiëren.
Dikke originelen, zoals boeken, kopiëren Wanneer u een dik origineel zoals een boek kopieert, kunt u kopiëren zonder zwarte marges rondom het beeld en schaduwen van rugmarges. Met deze functie vermindert u onnodig inktverbruik. 1. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. 2.
Pagina 270
van de schaduw, waardoor het document mogelijk enigszins wordt bijgesneden of een schaduw in de vouw wordt weergegeven.
Kopiëren zonder marges U kunt afbeeldingen zo op fotopapier kopiëren dat deze de hele pagina vullen zonder marges. 1. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. 2. Plaats het fotopapier. 3. Veeg over het HOME-scherm en tik op Geavanc. afdrukken (Advanced print). Het bedieningspaneel gebruiken 4.
Foto's kopiëren U kunt afgedrukte foto's scannen en allemaal tegelijk afdrukken. 1. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. 2. Plaats het fotopapier. 3. Veeg over het HOME-scherm en tik op Geavanc. afdrukken (Advanced print). Het bedieningspaneel gebruiken 4. Tik op Foto kopiëren (Photo copy). 5.
Pagina 273
Hiermee wordt het aantal kopieën opgegeven. 2. Pg.form. (Page size) Selecteer het paginaformaat van het geplaatste papier. 3. Type (Mediumtype) Selecteer het mediumtype van het geplaatste papier. 4. Afdr.kwl. (Print qlty) (Afdrukkwaliteit) Selecteer de afdrukkwaliteit op basis van het origineel. 5.