Pagina 1
MB2100 series Online handleiding Printerfuncties Overzicht Afdrukken Scannen Faxen Problemen oplossen Nederlands (Dutch)
Pagina 2
Voordat u Canon Inkjet Cloud Printing Center gebruikt........
Pagina 3
Het venster Canon Inkjet Cloud Printing Center........
Pagina 4
Onderhoud........... . . 204 Als afdrukken vaag of ongelijkmatig zijn.
Pagina 5
Controleer of de printer is ingeschakeld..........265 Het apparaat in- en uitschakelen.
Pagina 6
Printerinstellingen wijzigen via de webbrowser......... . . 332 Instellingen wijzigen via de webbrowser.
Pagina 7
De menu's van het IJ Network Device Setup Utility........391 Het menu Printer.
Pagina 8
Wachtwoord en cookie......... . . Het serienummer van uw printer vinden.
Pagina 9
Beschrijving van Canon IJ-afdrukvoorbeeld........
Pagina 10
Afdrukken via het bedieningspaneel......... 635 Fotogegevens afdrukken.
Pagina 11
Meerdere documenten tegelijk scannen vanuit de ADF (automatische documentinvoer)..702 Opslaan na controle van de scanresultaten......... Schermen van IJ Scan Utility.
Pagina 12
Tabblad Kleurinstellingen........... . 860 Originelen plaatsen (scannen vanaf een computer).
Pagina 13
De telefoonlijn aansluiten............939 Het telefoonlijntype instellen.
Pagina 14
Faxen ontvangen met behulp van handige functies........1015 Ontvangen faxen automatisch opslaan op een USB-flashstation.
Pagina 15
Controle 3: Kan het apparaat niet vinden in het scherm Printerinstellingen controleren tijdens de instelling van het draadloze LAN......... . 1080 Controle 4: Kan het apparaat niet vinden in het scherm Printerinstellingen controleren tijdens de instelling van het draadloze LAN.
Pagina 16
Lijnen zijn onvolledig of ontbreken (Windows)........1134 Afbeeldingen zijn onvolledig of ontbreken (Windows).
Pagina 17
Foutberichten van ScanGear (scannerstuurprogramma)........1175 Faxproblemen............1178 Problemen met het verzenden van faxen.
Pagina 18
Lijst met ondersteuningscodes voor fouten......1228 Lijst met ondersteuningscodes voor fouten (papierstoringen)....1230 1300.
Pagina 22
Deze online handleiding gebruiken Symbolen in dit document Gebruikers van aanraakgevoelige apparaten (Windows) Symbolen in dit document Waarschuwing Instructies die u moet volgen om te voorkomen dat er als gevolg van een onjuiste bediening van het apparaat gevaarlijke situaties ontstaan die mogelijk tot ernstig lichamelijk letsel of zelfs de dood kunnen leiden.
Pagina 23
Adobe Systems Incorporated in de Verenigde Staten en/of andere landen. • Bluetooth is een handelsmerk van Bluetooth SIG, Inc., V.S. en gebruiksrecht van dit product is verleend aan Canon Inc. Opmerking • De officiële naam van Windows Vista is Microsoft Windows Vista-besturingssysteem.
Pagina 24
Version 2.0, January 2004 http://www.apache.org/licenses/ TERMS AND CONDITIONS FOR USE, REPRODUCTION, AND DISTRIBUTION 1. Definitions. "License" shall mean the terms and conditions for use, reproduction, and distribution as defined by Sections 1 through 9 of this document. "Licensor" shall mean the copyright owner or entity authorized by the copyright owner that is granting the License.
Pagina 25
3. Grant of Patent License. Subject to the terms and conditions of this License, each Contributor hereby grants to You a perpetual, worldwide, non-exclusive, no-charge, royalty-free, irrevocable (except as stated in this section) patent license to make, have made, use, offer to sell, sell, import, and otherwise transfer the Work, where such license applies only to those patent claims licensable by such Contributor that are necessarily infringed by their Contribution(s) alone or by combination of their Contribution(s) with the Work to which such Contribution(s) was submitted.
Pagina 26
appropriateness of using or redistributing the Work and assume any risks associated with Your exercise of permissions under this License. 8. Limitation of Liability. In no event and under no legal theory, whether in tort (including negligence), contract, or otherwise, unless required by applicable law (such as deliberate and grossly negligent acts) or agreed to in writing, shall any Contributor be liable to You for damages, including any direct, indirect, special, incidental, or consequential damages of any character arising as a result of this License or out of the use or inability to use the Work (including but not limited to damages for loss of...
Pagina 27
* Redistributions in binary form must reproduce the above copyright notice, this list of conditions and the following disclaimer in the documentation and/or other materials provided with the distribution. * Neither the name of the Networks Associates Technology, Inc nor the names of its contributors may be used to endorse or promote products derived from this software without specific prior written permission.
Pagina 28
Sun, Sun Microsystems, the Sun logo and Solaris are trademarks or registered trademarks of Sun Microsystems, Inc. in the U.S. and other countries. Redistribution and use in source and binary forms, with or without modification, are permitted provided that the following conditions are met: * Redistributions of source code must retain the above copyright notice, this list of conditions and the following disclaimer.
Pagina 29
Copyright (c) 2004, Cisco, Inc and Information Network Center of Beijing University of Posts and Telecommunications. All rights reserved. Redistribution and use in source and binary forms, with or without modification, are permitted provided that the following conditions are met: * Redistributions of source code must retain the above copyright notice, this list of conditions and the following disclaimer.
Pagina 30
IN ANY WAY OUT OF THE USE OF THIS SOFTWARE, EVEN IF ADVISED OF THE POSSIBILITY OF SUCH DAMAGE. Het volgende is alleen van toepassing op producten die Wi-Fi ondersteunen. (c) 2009-2013 by Jeff Mott. All rights reserved. Redistribution and use in source and binary forms, with or without modification, are permitted provided that the following conditions are met: * Redistributions of source code must retain the above copyright notice, this list of conditions, and the following disclaimer.
Pagina 31
Typ trefwoorden in het zoekvenster en klik op (Zoeken). U kunt zoeken naar doelpagina's in deze handleiding. Voorbeeld: '(modelnaam van uw product) papier plaatsen' Zoektips U kunt in het zoekvenster trefwoorden invoeren om te zoeken naar doelpagina's. Belangrijk • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar in sommige landen/regio's. Opmerking •...
Pagina 32
Opmerking • Het weergegeven scherm hangt af van uw product. • Zoeken naar toepassingsfuncties Voer de naam van uw toepassing in plus een trefwoord voor de functie waarover u informatie zoekt Voorbeeld: als u wilt weten hoe u collages kunt afdrukken met My Image Garden Voer in het zoekvenster "My Image Garden collage"...
Pagina 33
Het apparaat gebruiken Documenten afdrukken vanaf uw computer (Windows) Documenten afdrukken vanaf uw computer (Mac OS) Kopiëren Faxen...
Pagina 34
Documenten afdrukken vanaf uw computer (Windows) Druk documenten als volgt af via toepassingen op een computer of andere apparaten. 1. Trek de cassette naar buiten. 2. Plaats papier met de afdrukzijde NAAR BENEDEN. 3. Lijn de papiergeleiders uit met de papierlengte en -breedte. 4.
Pagina 35
Volg de aanwijzingen van meldingen op het scherm om de papiergegevens op te slaan. 6. Trek het verlengstuk van de uitvoerlade (A) uit en open de papieruitvoersteun (B). 7. Selecteer Afdrukken in de toepassing. Meestal kunt u het dialoogvenster Afdrukken (Print) openen door Afdrukken (Print) te selecteren in het menu Bestand (File).
Pagina 36
10. Zodra de afdrukinstellingen zijn ingevoerd, klikt u op OK om af te drukken. Opmerking • Verschillende afdrukinstellingen kunnen met het printerstuurprogramma worden geconfigureerd. Afdrukken vanuit toepassingssoftware (Windows-printerstuurprogramma)
Pagina 37
Documenten afdrukken vanaf uw computer (Mac OS) Druk documenten als volgt af via toepassingen op een computer of andere apparaten. 1. Trek de cassette naar buiten. 2. Plaats papier met de afdrukzijde NAAR BENEDEN. 3. Lijn de papiergeleiders uit met de papierlengte en -breedte. 4.
Pagina 38
Volg de aanwijzingen van meldingen op het scherm om de papiergegevens op te slaan. 6. Trek het verlengstuk van de uitvoerlade (A) uit en open de papieruitvoersteun (B). 7. Selecteer Afdrukken in de toepassing. Meestal kunt u het dialoogvenster Afdrukken openen door Afdrukken... (Print...) te selecteren in het menu Bestand (File).
Pagina 39
9. Selecteer het papierformaat. Selecteer bij Papierformaat (Paper Size) het papierformaat dat u wilt gebruiken. 10. Selecteer Kwaliteit en media (Quality & Media) in het pop-upmenu.
Pagina 40
11. Selecteer het mediumtype. Selecteer bij Mediumtype (Media Type) hetzelfde mediumtype dat in het apparaat is geplaatst. 12. Zodra de afdrukinstellingen zijn ingevoerd, klikt u op Afdrukken (Print) om af te drukken. Opmerking • Verschillende afdrukinstellingen kunnen met het printerstuurprogramma worden geconfigureerd. Afdrukken vanuit toepassingssoftware (Mac OS-printerstuurprogramma)
Pagina 41
Kopiëren Plaats originelen en kopieer deze als volgt op gewoon papier. 1. Trek de cassette naar buiten. 2. Plaats papier met de afdrukzijde NAAR BENEDEN. 3. Lijn de papiergeleiders uit met de papierlengte en -breedte. 4. Plaats de cassette. Nadat u de cassette hebt geplaatst, wordt een registratiescherm voor papiergegevens voor de cassette weergegeven op het LCD-scherm.
Pagina 42
Volg de aanwijzingen van meldingen op het scherm om de papiergegevens op te slaan. 6. Trek het verlengstuk van de uitvoerlade (A) uit en open de papieruitvoersteun (B). 7. Druk op de knop HOME (C). 8. Selecteer Kopiëren (Copy) (D) en druk daarna op de knop OK. 9.
Pagina 43
Opmerking • Om meerdere originelen achtereenvolgens te kopiëren, gebruikt u de ADF (automatische documentinvoer). 11. Sluit de documentklep. 12. Controleer de papierinstellingen en druk vervolgens op de knop Zwart (Black) of Kleur (Color) (G). Belangrijk • Wacht met het openen van de documentklep totdat het kopiëren is voltooid. Opmerking •...
Pagina 44
Faxen Fax meerdere documenten in zwart-wit als volgt. 1. Open de documentlade (A). 2. Plaats de documenten met de afdrukzijde OMHOOG. 3. Pas indien nodig de documentgeleiders aan. 4. Druk op de knop HOME (B). 5. Selecteer FAX (C) en druk daarna op de knop OK.
Pagina 45
6. Gebruik het toetsenblok om het faxnummer (D) in te voeren. 7. Druk op de knop Zwart (Black) (E). Opmerking • Er zijn nog veel meer handige faxfuncties. Faxen...
Pagina 46
De printer handig beheren met de Quick Utility Toolbox Beschikbare verbindingsmethoden Originelen scannen die groter zijn dan de glasplaat Meerdere originelen tegelijk scannen PIXMA/MAXIFY Cloud Link gebruiken Eenvoudig afdrukken vanaf een smartphone of tablet met Canon PRINT Inkjet/ SELPHY Afdrukken met Windows RT Integratiefunctie voor online opslag...
Pagina 47
Afdrukken met een AirPrint-compatibele printer Afdrukken met een AirPrint-compatibele printer vanaf een Mac Afdrukken met een AirPrint-compatibele printer vanaf een iOS-apparaat...
Pagina 48
Afdrukken met een AirPrint-compatibele printer vanaf een Mac U kunt AirPrint gebruiken om af te drukken vanaf uw iPhone, iPad, iPod touch of Mac. AirPrint maakt het mogelijk foto's, e-mails, webpagina's en documenten af te drukken vanaf een iPhone, iPad, iPod touch of Mac zonder dat u stuurprogramma's moet installeren of apps of software moet downloaden.
Pagina 49
Afdrukken met AirPrint vanaf een Mac Zorg dat de printer is ingeschakeld. Opmerking • Als de functie Automatisch inschakelen van de printer is ingeschakeld, wordt de printer automatisch ingeschakeld wanneer afdrukgegevens worden ontvangen. Plaats papier. 3. Druk af met de toepassingssoftware. Het dialoogvenster Afdrukken wordt weergegeven.
Pagina 50
Afdrukken met een AirPrint-compatibele printer vanaf een iOS- apparaat U kunt AirPrint gebruiken om af te drukken vanaf uw iPhone, iPad, iPod touch of Mac. AirPrint maakt het mogelijk foto's, e-mails, webpagina's en documenten af te drukken vanaf een iPhone, iPad, iPod touch of Mac zonder dat u stuurprogramma's moet installeren of apps of software moet downloaden.
Pagina 51
4. Tik op Druk af (Print) via de menuopties. 5. Selecteer de naam van uw model voor Printer bij Printeropties (Printer Options). Belangrijk • Omdat niet alle toepassingen AirPrint ondersteunen, wordt Printeropties (Printer Options) mogelijk niet weergegeven. Als u in een toepassing de printeropties niet kunt gebruiken, dan kunt u vanuit die toepassing niet afdrukken.
Pagina 52
Opmerking • De Printeropties (Printer Options) kunnen verschillen, afhankelijk van de toepassing die u gebruikt. 6. Wanneer u een bestand met meerdere pagina's afdrukt, zoals een PDF-bestand, tikt u op Bereik (Range) en vervolgens op Alle pagina's (All Pages) of selecteert u het af te drukken paginabereik.
Pagina 53
Enveloppen afdrukken Raadpleeg het onderstaande als u wilt afdrukken op enveloppen vanaf een iOS-apparaat met AirPrint. Afdrukresultaat Stand van afdrukgegevens Stand van geplaatste envelop Plaats de envelop verticaal met de adreszijde naar beneden ge- richt, zodat de gevouwen klep van de envelop omhoog is gericht en zich aan de rechterkant bevindt.
Pagina 54
Een afdruktaak verwijderen Afdruktaken kunnen met AirPrint op de volgende twee manieren worden verwijderd: • Vanaf de printer: Gebruik de knop Stoppen (Stop) om de afdruktaak te annuleren. • Vanaf een iOS-apparaat: druk tweemaal op de Home-knop op het iOS-apparaat om de Multitasking- modus in te schakelen en veeg daarna naar rechts.
Pagina 55
Draadloos verbinden met een 'directe verbinding' De printer ondersteunt een 'directe verbinding', waarbij u draadloos verbinding kunt maken met de printer vanaf een computer of smartphone zonder een draadloze router. Schakel naar de 'directe verbinding' als u draadloos wilt afdrukken of scannen. Het apparaat met de directe verbinding gebruiken...
Pagina 56
U kunt premium inhoud eenvoudig downloaden via Easy-PhotoPrint+. Premium inhoud die u hebt gedownload, kunt u rechtstreeks afdrukken met Easy-PhotoPrint+. Als u premium inhoud wilt downloaden, zorg dat voor alle kleuren originele Canon-inkttanks/-inktpatronen zijn geïnstalleerd in een ondersteunde printer. Opmerking •...
Pagina 57
Items afdrukken met Easy-PhotoPrint+ (webtoepassing) U kunt altijd en overal eenvoudig persoonlijke items, zoals agenda's en collages, maken en afdrukken door vanaf een computer of tablet Easy-PhotoPrint+ op internet te openen. Met Easy-PhotoPrint+ kunt u in de allernieuwste omgeving en zonder iets te moeten installeren items maken.
Pagina 58
De printer handig beheren met de Quick Utility Toolbox Quick Utility Toolbox is een snelmenu dat met één klik toegang biedt tot de functies die u nodig hebt. Wanneer u hulpprogramma's installeert die compatibel zijn met Quick Utility Toolbox, worden ze aan dit menu toegevoegd.
Pagina 59
Beschikbare verbindingsmethoden De volgende verbindingsmethoden zijn beschikbaar op de printer. Draadloze verbinding • Met een draadloze router • Zonder een draadloze router USB-verbinding Draadloze verbinding Er zijn twee methoden om de printer te verbinden met uw apparaat (zoals een smartphone of tablet). Met de ene methode maakt u verbinding via een draadloze router en met de andere methode maakt u verbinding zonder draadloze router.
Pagina 60
◦ Verbind de printer en een apparaat via een draadloze router. ◦ De verbindingsmethoden hangen af van het type draadloze router. ◦ U kunt de netwerkinstellingen, zoals het SSID en het beveiligingsprotocol, op de printer wijzigen. ◦ Als de verbinding tussen een apparaat en een draadloze router tot stand is gebracht en (Wi- Fi-pictogram) op het scherm van het apparaat wordt weergegeven, kunt u het apparaat via de draadloze router met de printer verbinden.
Pagina 61
Originelen scannen die groter zijn dan de glasplaat Met de samenvoegfunctie van IJ Scan Utility kunt u de linker- en rechterhelft scannen van een item dat groter is dan de glasplaat en deze vervolgens tot één afbeelding samenvoegen. Items scannen die maximaal ongeveer twee keer zo groot zijn dan de glasplaat worden ondersteund.
Pagina 62
Meerdere originelen tegelijk scannen Met IJ Scan Utility kunt u twee of meer foto's (kleine items) die op de glasplaat zijn geplaatst tegelijk scannen en elke afbeelding apart opslaan. Ga naar de volgende pagina's voor meer informatie. Meerdere originelen tegelijk scannen (Windows) Meerdere originelen tegelijk scannen (Mac OS)
Pagina 63
PIXMA/MAXIFY Cloud Link gebruiken Als u PIXMA/MAXIFY Cloud Link gebruikt, kunt u uw printer verbinden met een cloudservice, zoals CANON iMAGE GATEWAY, Evernote of Twitter, en de volgende functies gebruiken zonder dat u een computer nodig heeft: • Afbeeldingen afdrukken vanaf een fotodeelservice •...
Pagina 64
Canon is niet verantwoordelijk voor eventuele schade die uit dergelijke acties voortvloeit. • In geen enkel geval is Canon aansprakelijk voor schade die het gevolg is van het gebruik van de webservices, in welke vorm dan ook.
Pagina 65
2. Alle materialen van de afdrukservices voor websjablonen kunnen vrij worden gebruikt voor persoonlijke en niet-commerciële doeleinden.
Pagina 66
PIXMA/MAXIFY Cloud Link gebruiken vanaf uw printer Voordat u PIXMA/MAXIFY Cloud Link gebruikt Printergegevens registreren bij PIXMA/MAXIFY Cloud Link PIXMA/MAXIFY Cloud Link gebruiken Problemen met de Cloud oplossen...
Pagina 67
◦ Uw printer ondersteunt de scanfunctie mogelijk niet. ◦ De printer moet Canon Inkjet Cloud Printing Center ondersteunen. Raadpleeg 'Modellen die Canon Inkjet Cloud Printing Center ondersteunen' als u wilt controleren of uw model deze functie ondersteunt. • Netwerkomgeving De printer moet zijn verbonden met een LAN en met internet.
Pagina 68
* Redistributions in binary form must reproduce the above copyright notice, this list of conditions and the following disclaimer in the documentation and/or other materials provided with the distribution. * Neither the name of the University of Cambridge nor the name of Google Inc. nor the names of their contributors may be used to endorse or promote products derived from this software without specific prior written permission.
Pagina 69
Als de Beveiligingscode (Security code) incorrect is, gebruikt u uw smartphone, tablet of computer om de instelling te wijzigen via Mijn account (My account) van Canon Inkjet Cloud Printing Center. 3. Wanneer het scherm over het voltooien van de voorbereiding van de registratie wordt weergegeven, selecteert u OK 4.
Pagina 70
<Privacyverklaring (Privacy statement)> Opmerking • Als u Niet akk. (Do not agree) selecteert, wordt een bevestigingsscherm weergegeven waarin wordt gevraagd of u Mijn account regist. (Register My account) wilt annuleren. Als u Ja (Yes) selecteert, wordt Mijn account regist. (Register My account) geannuleerd en keert u terug naar het startscherm.
Pagina 71
De registratie van de printergegevens is voltooid en een lijst met apps wordt weergegeven. Klik hier voor een beschrijving van het scherm met de lijst met apps. Nadat u de registratie hebt voltooid, kunt u foto's en documenten afdrukken die zijn geüpload naar apps in de gekoppelde cloudservice en apps toevoegen/verwijderen/sorteren.
Pagina 72
Belangrijk • Met Selecteer het beheer (Select how to manage) kunt u wijzigen welke gebruikers deze service kunnen gebruiken. 'Het venster Canon Inkjet Cloud Printing Center' voor meer informatie. Apps toevoegen U kunt uw favoriete apps toevoegen aan de printer.
Pagina 73
5. Selecteer de app die u wilt registreren in de weergegeven lijst met apps Opmerking • Beschrijving van de weergegeven pictogrammen : Kan alleen worden gebruikt met originele Canon-inkt. Als u een G3000 series-model gebruikt, kunt u deze service niet gebruiken omdat het model niet wordt ondersteund.
Pagina 74
: Kan niet worden gebruikt omdat de app nog niet is uitgebracht of uw regio, model of taal niet ondersteunt. : Kan alleen worden gebruikt met originele Canon-inkt. Als u een G3000 series-model gebruikt, kunt u deze service niet gebruiken omdat het model niet wordt ondersteund.
Pagina 75
Nadat het verwijderen is voltooid, is de app verwijderd uit de lijst met apps in het hoofdscherm. Herhaal de procedure vanaf stap 4 als u nog een app wilt verwijderen. Als u het verwijderen van apps wilt beëindigen, selecteert u Terug (Back) en keert u terug naar het hoofdscherm van de cloud.
Pagina 76
: Kan niet worden gebruikt omdat de app nog niet is uitgebracht of uw regio, model of taal niet ondersteunt. : Kan alleen worden gebruikt met originele Canon-inkt. Als u een G3000 series-model gebruikt, kunt u deze service niet gebruiken omdat het model niet wordt ondersteund.
Pagina 77
PIXMA/MAXIFY Cloud Link gebruiken In dit gedeelte de beschreven hoe u foto's afdrukt, waarbij CANON iMAGE GATEWAY als voorbeeld wordt gebruik. Belangrijk • De beschikbare functies hangen af van de app. • De afdrukprocedure hangt af van de app. • U moet van tevoren een account aanmaken en foto- en andere gegevens registreren.
Pagina 78
3. Selecteer het album van uw keuze in de weergegeven lijst met albums 4. Selecteer de afbeelding die u wilt afdrukken in de weergegeven lijst met afbeeldingen en selecteer daarna Volgende (Next) 5. Selecteer de benodigde afdrukinstellingen en selecteer daarna Kleur (Color) Er wordt een bericht weergegeven met de melding dat de afdruktaak is verzonden en het afdrukken begint.
Pagina 79
Belangrijk • Als een afdruktaak niet wordt afgedrukt binnen 24 uur nadat de afdruktaak is gemaakt, verloopt de afdruktaak en kan deze niet worden afgedrukt. • Bij premium apps waarbij het aantal afdruktaken beperkt is, tellen afdruktaken die niet kunnen worden afgedrukt omdat ze zijn verlopen of om andere redenen, ook mee bij het aantal afdrukken.
Pagina 80
Belangrijk • Met Selecteer het beheer (Select how to manage) kunt u wijzigen welke gebruikers deze service kunnen gebruiken. 'Het venster Canon Inkjet Cloud Printing Center' voor meer informatie. Wanneer u Cloud selecteert in het startscherm van de printer, wordt het hoofdscherm van de cloud weergegeven.
Pagina 81
: Kan niet worden gebruikt omdat de app nog niet is uitgebracht of uw regio, model of taal niet ondersteunt. : Kan alleen worden gebruikt met originele Canon-inkt. Als u een G3000 series-model gebruikt, kunt u deze service niet gebruiken omdat het model niet wordt ondersteund.
Pagina 82
Taken beheren (Manage jobs) In het venster Statuslijst (Status list) kunt u de status van een taak controleren. Instellingen (Settings) Hiermee stelt u de Tijdzone (Time zone) in. Selecteer uw regio in de lijst. Voor sommige regio's kunt u instellen of u de zomertijd wilt toepassen. Belangrijk •...
Pagina 83
Problemen met de Cloud oplossen Als u niet kunt afdrukken Controleer het volgende als u niet kunt afdrukken. • Controleer of de printer is verbonden met internet. • Controleer of de printer is verbonden met een LAN en of het LAN verbinding heeft met internet. •...
Pagina 84
PIXMA/MAXIFY Cloud Link gebruiken vanaf uw smartphone, tablet of computer Voordat u Canon Inkjet Cloud Printing Center gebruikt Gebruikersinformatie registreren bij Canon Inkjet Cloud Printing Center Canon Inkjet Cloud Printing Center gebruiken Een printer toevoegen Een PIXMA/MAXIFY Cloud Link-gebruiker toevoegen...
Pagina 85
Voordat u Canon Inkjet Cloud Printing Center gebruikt Canon Inkjet Cloud Printing Center is een service die is gekoppeld aan de cloudfunctie van de printer en die u de mogelijkheid biedt bewerkingen uit te voeren zoals apps registreren en beheren vanaf uw smartphone of tablet en de afdrukstatus, afdrukfouten en inktstatus van de printer controleren.
Pagina 86
Vereisten voor het gebruik van Canon Inkjet Cloud Printing Center Computer Processor x86 of x64 van 1,6 GHz of sneller 2 GB of meer Resolutie van 1024 x 768 pixels of meer Beeldscherm Aantal schermkleuren 24 bits (hoge kleuren) of meer...
Pagina 87
• In een interne netwerkomgeving moet poort 5222 worden vrijgegeven. Neem voor instructies contact op met de netwerkbeheerder.
Pagina 88
Gebruikersinformatie registreren bij Canon Inkjet Cloud Printing Center Als u Canon Inkjet Cloud Printing Center wilt gebruiken, moet u de onderstaande stappen uitvoeren en gegevens voor Mijn account (My account) registreren. Als uw model een kleuren-LCD-monitor heeft Als uw model een monochrome LCD-monitor heeft...
Pagina 89
Gebruikersinformatie registreren bij Canon Inkjet Cloud Printing Center (kleuren-LCD-monitor) Als u Canon Inkjet Cloud Printing Center wilt gebruiken, moet u de onderstaande stappen uitvoeren en gegevens voor Mijn account (My account) registreren. Registreren vanaf de printer 1. Controleer of de printer is verbonden met internet 2.
Pagina 90
Selecteer Afsluiten (Exit) om terug te keren naar het hoofdscherm van de cloud. Opmerking • U moet een speciale app gebruiken om QR-codes te kunnen lezen met uw smartphone of tablet. Als uw smartphone of tablet geen app bevat die QR-codes kan lezen, installeert u er een vanuit de App Store of Google Play.
Pagina 91
Voer in het weergegeven scherm het E-mailadres (E-mail address) in dat u wilt registreren en selecteer daarna Doorgaan met registratie (Continue registration). Opmerking • Als u een e-mailadres invoert dat al is geregistreerd, ontvangt u een e-mail met de melding 'reeds geregistreerd'.
Pagina 92
9. Volg de aanwijzingen op het scherm en selecteer OK De URL van de registratiepagina wordt verzonden naar het geregistreerde e-mailadres. Naar de URL in de e-mail gaan, de gegevens registreren en de gebruikersregistratie voltooien 1. Controleer of de e-mail met de URL is verzonden naar het geregistreerde e-mailadres en ga naar de URL...
Pagina 93
2. Lees de meldingen in de vensters Licentieovereenkomst (License agreement) en Privacyverklaring (Privacy statement) van Canon Inkjet Cloud Printing Center en selecteer Akkoord (Agree) als u akkoord gaat 3. Registreer een wachtwoord voor aanmelding bij Canon Inkjet Cloud Printing Center...
Pagina 94
Voer in het scherm voor registratie van uw account het wachtwoord dat u wilt registreren in bij Wachtwoord (Password) en Wachtwoord (bevestiging) (Password (Confirmation)) en selecteer Volgende (Next). Belangrijk • De onderstaande beperkingen gelden voor het Wachtwoord (Password). • Het wachtwoord moet tussen 8 en 32 tekens lang zijn en bestaan uit enkel-byte alfanumerieke tekens en symbolen (!"#$%&'()*+,-./:;<=>?@[¥]^_`{|}~).
Pagina 95
Belangrijk • De volgende beperkingen gelden voor het invoerveld voor de gebruikersnaam: • De gebruikersnaam moet tussen 1 en 20 tekens lang zijn en bestaan uit enkel-byte alfanumerieke tekens en symbolen (!"#$%&'()*+,-./:;<=>?@[¥]^_`{|}~). (Letters zijn hoofdlettergevoelig.) 5. Stel de Tijdzone (Time zone) in en selecteer Gereed (Done) Selecteer uw regio in de lijst.
Pagina 96
Voer het geregistreerde E-mailadres (E-mail address) en Wachtwoord (Password) in en klik op Aanmelden (Log in) voor Canon Inkjet Cloud Printing Center. Canon Inkjet Cloud Printing Center gebruiken...
Pagina 97
Gebruikersinformatie registreren bij Canon Inkjet Cloud Printing Center (monochrome LCD-monitor) Als u Canon Inkjet Cloud Printing Center wilt gebruiken, moet u de onderstaande stappen uitvoeren en gegevens voor Mijn account (My account) registreren. Registratiegegevens afdrukken vanaf de printer 1. Selecteer de knop Instellingen (Setup) op het bedieningspaneel van de printer en selecteer daarna Webservice instel.
Pagina 98
1. Gebruik de webbrowser op uw pc, smartphone, tablet of een ander apparaat om naar de verificatie-URL te gaan 2. Wanneer het scherm voor printerregistratie wordt weergegeven, selecteert u Nieuw account maken (Create new account) 3. Geef het E-mailadres (E-mail address) en de Printerregistratie-ID (Printer registration ID) van de printereigenaar op en selecteer daarna OK De URL van de registratiepagina wordt verzonden naar het opgegeven e-mailadres.
Pagina 99
1. Controleer of de e-mail met de URL is verzonden naar het opgegeven e-mailadres en ga naar de URL 2. Lees de meldingen in de vensters Licentieovereenkomst (License agreement) en Privacyverklaring (Privacy statement) van Canon Inkjet Cloud Printing Center en selecteer Akkoord (Agree) als u akkoord gaat...
Pagina 100
3. Registreer een wachtwoord voor aanmelding bij Canon Inkjet Cloud Printing Center Voer in het scherm voor registratie van uw account het wachtwoord dat u wilt registreren in bij Wachtwoord (Password) en Wachtwoord (bevestiging) (Password (Confirmation)) en selecteer Volgende (Next).
Pagina 101
Belangrijk • De onderstaande beperkingen gelden voor het Wachtwoord (Password). • Het wachtwoord moet tussen 8 en 32 tekens lang zijn en bestaan uit enkel-byte alfanumerieke tekens en symbolen (!"#$%&'()*+,-./:;<=>?@[¥]^_`{|}~). (Letters zijn hoofdlettergevoelig.) 4. Voer de Bijnaam (Nickname) in Voer de gewenste gebruikersnaam in die u wilt gebruiken. Belangrijk •...
Pagina 102
• De gebruikersnaam moet tussen 1 en 20 tekens lang zijn en bestaan uit enkel-byte alfanumerieke tekens en symbolen (!"#$%&'()*+,-./:;<=>?@[¥]^_`{|}~). (Letters zijn hoofdlettergevoelig.) 5. Stel de Tijdzone (Time zone) in en selecteer Gereed (Done) Selecteer uw regio in de lijst. Als uw regio niet in de lijst staat, selecteert u de regio die het dichtst bij uw regio ligt.
Pagina 103
Voer het geregistreerde E-mailadres (E-mail address) en Wachtwoord (Password) in en klik op Aanmelden (Log in) voor Canon Inkjet Cloud Printing Center. Canon Inkjet Cloud Printing Center gebruiken...
Pagina 104
Belangrijk • Sommige modellen ondersteunen deze functie niet. Als u een printer wilt toevoegen met behulp van Canon Inkjet Cloud Printing Center, hebt u een Printerregistratie-ID (Printer registration ID) nodig. Druk de URL van de verificatiesite en uw Printerregistratie-ID (Printer registration ID) af via het bedieningspaneel van de printer.
Pagina 105
Als uw model een monochrome LCD-monitor heeft 2. Selecteer de knop Instellingen (Setup) op het bedieningspaneel van de printer en selecteer daarna Webservice instel. (Web service setup) -> Verbinding instellen (Connection setup) -> IJCloudPrintingCtr -> Registrer. b. service (Register w/ service) 3.
Pagina 106
Gebruikersinformatie registreren bij Canon Inkjet Cloud Printing Center (geen LCD-monitor/met PRO-1000 series of PRO-500 series) Als u Canon Inkjet Cloud Printing Center wilt gebruiken, moet u de onderstaande stappen uitvoeren en gegevens voor Mijn account (My account) registreren. Registreren vanaf een smartphone, tablet of computer 1.
Pagina 107
Opmerking • Wanneer u Lege e-mail verzenden (Send blank e-mail) selecteert, wordt automatisch de mailer 'invoer van bestemming voltooid' gestart. Nadat de lege e-mail is gemaakt, verzendt u die e-mail zonder wijzigingen aan te brengen. Als u een ander e-mailadres wilt registreren, selecteert u Niet verzenden (Do not send) om het invoerscherm voor het E-mailadres (E-mail address) weer te geven.
Pagina 108
mails van 'noreply@mail.cs.c-ij.com' kunnen worden ontvangen. Er wordt geen fout weergegeven als u de e-mail niet kunt ontvangen vanwege de instelling van het spamfilter of als u een onjuist e-mailadres hebt ingevoerd. 6. Controleer of u een lege e-mail hebt ontvangen en selecteer Ja (Yes) 7.
Pagina 109
1. Controleer of de e-mail met de URL is verzonden naar het geregistreerde e-mailadres en ga naar de URL 2. Lees de meldingen in de vensters Licentieovereenkomst (License agreement) en Privacyverklaring (Privacy statement) van Canon Inkjet Cloud Printing Center en selecteer Akkoord (Agree) als u akkoord gaat...
Pagina 110
3. Registreer een wachtwoord voor aanmelding bij Canon Inkjet Cloud Printing Center Voer in het scherm voor registratie van uw account het wachtwoord dat u wilt registreren in bij Wachtwoord (Password) en Wachtwoord (bevestiging) (Password (Confirmation)) en selecteer Volgende (Next).
Pagina 111
4. Voer de Bijnaam (Nickname) in Voer de gewenste gebruikersnaam in die u wilt gebruiken. Belangrijk • De volgende beperkingen gelden voor het invoerveld voor de gebruikersnaam: • De gebruikersnaam moet tussen 1 en 20 tekens lang zijn en bestaan uit enkel-byte alfanumerieke tekens en symbolen (!"#$%&'()*+,-./:;<=>?@[¥]^_`{|}~).
Pagina 112
Wanneer u de knop OK selecteert in het bericht, wordt het aanmeldingsscherm weergegeven. Voer het geregistreerde E-mailadres (E-mail address) en Wachtwoord (Password) in en klik op Aanmelden (Log in) voor Canon Inkjet Cloud Printing Center. Canon Inkjet Cloud Printing Center gebruiken...
Pagina 113
Canon Inkjet Cloud Printing Center gebruiken Nadat de gebruikersregistratie is voltooid, kunt u zich aanmelden bij Canon Inkjet Cloud Printing Center en de service gebruiken. 1. Ga vanaf uw pc, smartphone of tablet naar de aanmeldings-URL van de service (http://cs.c- ij.com/)
Pagina 114
Voor schermbeschrijvingen en bedieningsinstructies raadpleegt u 'Het venster Canon Inkjet Cloud Printing Center'. Afdrukprocedure In dit gedeelte de beschreven hoe u foto's afdrukt, waarbij CANON iMAGE GATEWAY als voorbeeld wordt gebruik. Belangrijk • De beschikbare functies hangen af van de app.
Pagina 115
3. Selecteer het album van uw keuze in de weergegeven lijst met albums 4. Selecteer de afbeelding die u wilt afdrukken in de weergegeven lijst met afbeeldingen en selecteer daarna Volgende (Next) 5. Selecteer de benodigde afdrukinstellingen en selecteer daarna Afdrukken (Print)
Pagina 116
6. Er wordt een bericht over het voltooien van de afdruktaak weergegeven en het afdrukken begint Als u het afdrukken wilt vervolgen, selecteert u Doorgaan (Continue) en voert u de bewerking uit vanaf stap 3. U beëindigt het afdrukken door Apps te selecteren. De lijst met apps wordt opnieuw weergegeven. Belangrijk •...
Pagina 117
Het venster Canon Inkjet Cloud Printing Center In dit gedeelte worden de schermen van Canon Inkjet Cloud Printing Center beschreven die worden weergegeven op een smartphone, tablet of computer. Beschrijving van het aanmeldingsscherm Beschrijving van het hoofdscherm Beschrijving van het aanmeldingsscherm In dit gedeelte wordt het aanmeldingsscherm van Canon Inkjet Cloud Printing Center beschreven.
Pagina 118
De licentie-informatie van Canon Inkjet Cloud Printing Center wordt weergegeven. Beschrijving van het hoofdscherm Wanneer u zich aanmeldt bij Canon Inkjet Cloud Printing Center, wordt het hoofdscherm weergegeven. Als u een smartphone of tablet gebruikt, kunt u ook foto's en documenten afdrukken.
Pagina 119
Beheren per groep (voor kantoorgebruikers) (Manage by group (for office users)). Scherm Printer beh. (Mng. printer) Vanuit het scherm Printer beh. (Mng. printer) kunt u de printergegevens die zijn geregistreerd in Canon Inkjet Cloud Printing Center controleren of bijwerken, apps kopiëren,...
Pagina 120
• Als Selecteer het beheer (Select how to manage) is ingesteld, kunt u deze functie alleen gebruiken wanneer u Appbeschikbaarheid beheren op printer (Manage app availability by printer) selecteert. 'Tips voor het gebruik van Canon Inkjet Cloud Printing Center (op het werk)' voor meer informatie.
Pagina 121
Wanneer u het eigendom van de printer overgeeft, selecteert u De gegevens wissen die op de printer zijn opgeslagen (Clear the information saved on the printer). • Printers toevoegen Selecteer deze knop om printers toe te voegen die worden gebruikt in Canon Inkjet Cloud Printing Center. U hebt een Printerregistratie-ID (Printer registration ID) nodig als u een printer wilt toevoegen.
Pagina 122
Scherm Gebruikers beheren (Manage users) Vanuit het scherm Gebruikers beheren (Manage users) kunt u de gebruikersgegevens controleren die zijn geregistreerd in Canon Inkjet Cloud Printing Center, gebruikers verwijderen, gebruikers toevoegen de instellingen voor Beheerder (Administrator) en Standaardgebr. (Standard user) wijzigen.
Pagina 123
Scherm Groepsbeheer (Group management) Via het scherm Groepsbeheer (Group management) kunt u functies gebruiken om groepsgegevens te controleren die zijn geregistreerd bij Canon Inkjet Cloud Printing Center, groepen te wijzigen, groepen te verwijderen, groepen toe te voegen en gebruikers, printers en apps in te stellen die deel uitmaken van elke groep.
Pagina 124
Als u wilt schakelen tussen apps registreren/verwijderen, selecteert u Webservices (Web services) Geeft de extern gekoppelde service weer. U kunt het gebruik beperken van andere webservices die Canon Inkjet Cloud Printing Center- accounts gebruiken, zoals Easy-PhotoPrint+. Als u wilt schakelen tussen gekoppelde/vrijgegeven services, selecteert u wordt weergegeven voor items waarvoor niets is geselecteerd.
Pagina 125
• Dubbele groepsnamen kunnen niet in hetzelfde domein worden geregistreerd. • Een groep verwijderen Als u een groep wilt verwijderen uit Canon Inkjet Cloud Printing Center, selecteert u Als u alle groepen verwijdert, moet u een nieuwe maken. Als u een andere beheermethode wilt instellen, stelt u de doelmethode in via het scherm Selecteer het beheer (Select how to manage).
Pagina 126
Scherm Geavanceerd beheer (Advanced management) In het scherm Geavanceerd beheer (Advanced management) kunt u de beheermethode instellen voor printergebruikers en apps die kunnen worden gebruikt. Selecteer om naar het configuratiescherm te gaan. • Beveiligingscode eisen (Require security code) Elke gebruiker kan een Beveiligingscode (Security code) instellen, de app starten en afdrukken en andere bewerkingen uit te voeren.
Pagina 127
Appbeschikbaarheid beheren op gebruiker (Manage app availability by user) Als één printer wordt gebruikt, kunt u de bruikbare apps per gebruiker beheren. 'Tips voor het gebruik van Canon Inkjet Cloud Printing Center (thuis/als u een PRO-1000 series of PRO-500 series gebruikt)' voor voorbeelden van het gebruik.
Pagina 128
(2) Printer selecteren (Select printer) Selecteer de en selecteer vervolgens een printer in het scherm Printer selecteren (Select printer). Als u een computer gebruikt, kunt u rechtstreeks een printer selecteren in het keuzemenu. Opmerking • Printers met instellingen die hun gebruik beperken worden niet weergegeven. (3) Gebied met printernaam De geregistreerde naam van de geselecteerde printer wordt weergegeven.
Pagina 129
Via het scherm Mijn account (My account) kunt u het scherm Toegestane services (Permitted services) weergeven en instellingen voor gekoppelde services wissen. • Help/jurid. kennis. (Help/legal notices) De beschrijving van het scherm van Canon Inkjet Cloud Printing Center en verschillende herinneringen worden weergegeven. • Afmelden (Log out)
Pagina 130
(5) Weergavegebied De weergave verandert op basis van het geselecteerde menu. (6) Menugebied De volgende 4 menuknoppen worden weergegeven: • Apps Hiermee geeft u de lijst met geregistreerde apps weer in het Weergavegebied. • Configuratie (Config) Hiermee geeft u het scherm Geregistreerde apps weer in het Weergavegebied. U kunt de weergave wisselen tussen Geregistreerd (Registered) en Apps zoeken (Search apps).
Pagina 131
In het scherm Apps zoeken (Search apps) worden de apps die u kunt registreren met Canon Inkjet Cloud Printing Center weergegeven op categorie. ◦ Wanneer u selecteert, worden de gegevens van de app weergegeven. kunt u aangeven of u de app wilt registreren of de registratie ongedaan wilt...
Pagina 132
: Kan niet worden gebruikt omdat de app nog niet is uitgebracht of uw regio, model of taal niet ondersteunt. : Kan alleen worden gebruikt met originele Canon-inkt. Als u een G3000 series-model gebruikt, kunt u deze service niet gebruiken omdat het model niet wordt ondersteund.
Pagina 133
Als de vader de printer registreert bij Canon Inkjet Cloud Printing Center, wordt alleen de vader beheerd door de service en kunnen de moeder en het kind de service niet gebruiken, tenzij de vader hen het E- mailadres (E-mail address) en Wachtwoord (Password) voor aanmelding geeft.
Pagina 134
3. De vader selecteert Gebruiker toevoegen (Add user) en registreert de moeder en het kind als gebruikers door de aanwijzingen op het scherm te volgen. Nadat deze registratie is voltooid, kunnen de moeder en het kind de service afzonderlijk gebruiken.
Pagina 135
Nadat de Beheerder (Administrator) (vader) instellingen heeft opgegeven aan de hand van de onderstaande procedure, kunnen de vader, de moeder en het kind apps afzonderlijk beheren. 1. Als Beheerder (Administrator) meldt de vader zich aan bij Canon Inkjet Cloud Printing Center en selecteert hij Geavanceerd beheer (Advanced management) via...
Pagina 136
3. De vader stelt Appbeschikbaarheid beheren op gebruiker (Manage app availability by user) in en selecteert OK 4. Het scherm voor het controleren van de wijziging van de beheermethode verschijnt...
Pagina 137
Selecteer OK om de configuratie te voltooien en terug te keren naar het venster Geavanceerd beheer (Advanced management). Alle geregistreerde gebruikers kunnen apps naar wens registreren en verwijderen.
Pagina 138
Tips voor het gebruik van Canon Inkjet Cloud Printing Center (op het werk) Met de functie Groepsbeheer (Group management) kunt u gebruikmaken van de vele nuttige functies van de service voor kantoorgebruik. In dit gedeelte wordt een voorbeeld gegeven waarin twee printers worden gebruikt, de Beheerder (Administrator) is de administratief medewerker en de andere leden zijn de directeur van het bedrijf, de afdelingsmanager en een nieuwe werknemer.
Pagina 139
4. De medewerker selecteert Geavanceerd beheer (Advanced management) via 5. Voor Selecteer het beheer (Select how to manage) selecteert de administratief medewerker Instellen (Set)
Pagina 140
6. De administratief medewerker stelt Beheren per groep (voor kantoorgebruikers) (Manage by group (for office users)) in en selecteert OK Opmerking • Als Groepsbeheer (Group management) al is ingesteld, raadpleegt u stap 10 en de eropvolgende stappen. 7. De administratief medewerker controleert de weergegeven informatie in het scherm voor het controleren van wijzigingen in de beheermethode en selecteert OK.
Pagina 141
Dit wordt alleen weergegeven als de geselecteerde modus Groepsbeheer (Group management) is. Selecteer OK om de configuratie te voltooien en het scherm Groepsbeheer (Group management) weer te geven. Opmerking • Bij de standaardinstellingen heeft de groep 'groep1'. • Bij de standaardinstellingen maken alle geregistreerde gebruikers deel uit van dezelfde groep. 8.
Pagina 142
10. Selecteer Instellingen (Settings) en controleer in het instelscherm voor de groep of alle gebruikers op het tabblad Gebruikers (Users) zijn geselecteerd 11. Controleer op het tabblad Printers of alle printers zijn geselecteerd 12. Stel op het tabblad Apps alleen de app Evernote in op...
Pagina 143
Als u wilt schakelen tussen apps registreren/verwijderen, selecteert u Selecteer Sluiten (Close) om terug te gaan naar het scherm Groepsbeheer (Group management). Hiermee is de configuratie van de groep voor gebruik door het hele kantoor beëindigd. Opmerking • In het configuratiescherm voor de groep worden alle gebruikers en printers weergegeven die in het domein zijn geregistreerd.
Pagina 144
1. Selecteer Groepsbeheer (Group management) via Opmerking • Dit wordt alleen weergegeven als Beheren per groep (voor kantoorgebruikers) (Manage by group (for office users)) is ingesteld op Geavanceerd beheer (Advanced management). 2. Selecteer Groep toevoegen (Add group) in het weergegeven scherm...
Pagina 145
3. De administratief medewerker voert de Groepsnaam (Group name) in en selecteert OK Typ in dit veld 'Directeur' omdat u voor deze groep alleen apps instelt die de directeur mag gebruiken. Belangrijk • De volgende beperkingen gelden voor het invoeren van de Groepsnaam (Group name). •...
Pagina 146
5. Selecteer alleen de directeur op het tabblad Gebruikers (Users) 6. Selecteer op het tabblad Printers de printer die moet worden gebruikt. 7. Stel op het tabblad Apps de apps Evernote en Facebook in op...
Pagina 147
Als u wilt schakelen tussen apps registreren/verwijderen, selecteert u Selecteer Sluiten (Close) om terug te gaan naar het scherm Groepsbeheer (Group management). Via de bovenstaande procedure kunt u apps instellen die alleen de directeur kan gebruiken. Opmerking • In het configuratiescherm voor de groep worden alle gebruikers en printers weergegeven die in het domein zijn geregistreerd.
Pagina 148
Opmerking • Dit wordt alleen weergegeven als Beheren per groep (voor kantoorgebruikers) (Manage by group (for office users)) is ingesteld op Geavanceerd beheer (Advanced management). 2. Selecteer Instellingen (Settings) voor Beschikbare apps op printers die geen beveiligingscode vereisen (Apps available on printers that do not require a security code)
Pagina 149
3. Stel op het tabblad Apps alleen de app Evernote in op Als u wilt schakelen tussen apps registreren/verwijderen, selecteert u Selecteer Sluiten (Close) om terug te gaan naar het scherm Groepsbeheer (Group management). In de bovenstaande procedure wordt Evernote ingesteld als enige app die alle gebruikers op de printer kunnen gebruiken.
Pagina 150
2. Selecteer Instellen (Set) voor Beveiligingscode eisen (Require security code). 3. Selecteer de printer waarvoor u een Beveiligingscode (Security code) wilt instellen. Beveiligingscodes identificeren afzonderlijke gebruikers wanneer meerdere gebruikers een printer gebruiken.
Pagina 151
Opmerking • Op modellen waarop de instellingen niet kunnen worden gewijzigd, kan deze functie niet worden geselecteerd. Sommige modellen ondersteunen deze functie niet. Raadpleeg 'Modellen die beveiligingscodes ondersteunen' als u wilt controleren of uw model deze functie ondersteunt. 4. Stel een Beveiligingscode (Security code) in Als er gebruikers zijn die geen Beveiligingscode (Security code) hebben ingesteld, wordt er een scherm weergegeven waarin u kunt aangeven of u een e-mail wilt verzenden naar die gebruikers waarin wordt gevraagd of ze een Beveiligingscode (Security code) willen instellen.
Pagina 152
Belangrijk • De volgende beperkingen gelden voor het invoeren van de Beveiligingscode (Security code): • Maximaal 8 alfanumerieke tekens Het wijzigen van de Beveiligingscode (Security code) is beëindigd en het voltooiingsbericht voor de wijziging wordt weergegeven. Selecteer OK in het berichtscherm om terug te keren naar het hoofdscherm. 5.
Pagina 153
Opmerking • Als u nog geen Beveiligingscode (Security code) hebt ingesteld, stelt u een Beveiligingscode (Security code) in via Mijn account (My account) en klikt u op Aanmelden (Log in). 8. Selecteer de app Facebook Alleen de directeur kan de app Facebook gebruiken vanaf de printer. Beperken welke printers afzonderlijke gebruikers kunnen gebruiken Als voorbeeld wordt in dit gedeelte beschreven hoe u één printer instelt voor de directeur en een andere printer voor alle gebruikers.
Pagina 154
1. Selecteer Groepsbeheer (Group management) via Opmerking • Dit wordt alleen weergegeven als Beheren per groep (voor kantoorgebruikers) (Manage by group (for office users)) is ingesteld op Geavanceerd beheer (Advanced management). 2. Selecteer Instellingen (Settings) voor de groep met alle gebruikers...
Pagina 155
3. Schakel op het tabblad Printers de printer uit die was ingesteld voor de directeur Selecteer Sluiten (Close) om terug te gaan naar het scherm Groepsbeheer (Group management). Belangrijk • Als een gebruiker wordt beheerd in meerdere groepen en een app wordt verwijderd of de doelprinter wordt gewijzigd voor een van die groepen, kan de gebruiker die app of printer nog steeds gebruiken als dit in een van de andere groepen is toegestaan.
Pagina 156
• Deze code is alleen geldig wanneer u MAXIFY Cloud Link gebruikt via het bedieningspaneel van de printer. U kunt deze code niet gebruiken wanneer u naar het Canon Inkjet Cloud Printing Center gaat vanaf uw smartphone, tablet of computer.
Pagina 157
Een printer toevoegen Met één account kunt u de services van Canon Inkjet Cloud Printing Center op meerdere printers gebruiken. De procedure voor het toevoegen van een printer is als volgt: Als uw model een kleuren-LCD-monitor heeft Als uw model een monochrome LCD-monitor heeft...
Pagina 158
2. Voer de gegevens in aan de hand van de instructies in het verificatiescherm en selecteer daarna Aanmelden (Log in) 3. Wanneer het bericht over het voltooien van het toevoegen van de printer wordt weergegeven, selecteert u OK Het toevoegen van de printer is gereed en het hoofdscherm van Canon Inkjet Cloud Printing Center verschijnt.
Pagina 159
Opmerking • Als u Annuleren (Cancel) selecteert, verandert de selectiestatus van de printer niet en verschijnt het hoofdscherm van Canon Inkjet Cloud Printing Center. Een PIXMA/MAXIFY Cloud Link-gebruiker toevoegen...
Pagina 160
Een PIXMA/MAXIFY Cloud Link-gebruiker toevoegen Eén printer kan door meerdere mensen worden gebruikt. In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u gebruikers toevoegt en worden de gebruikersrechten beschreven. Een gebruiker toevoegen 1. Selecteer Gebruikers beheren (Manage users) via in het scherm van de service. 2.
Pagina 161
Opmerking • Wanneer u Gebruiker toevoegen (Add user) selecteert, controleert de service eerst of het maximumaantal gebruikers is bereikt. Als nieuwe gebruikers kunnen worden toegevoegd, verschijnt het scherm voor gebruikersregistratie. • U kunt maximaal 20 gebruikers toevoegen voor 1 printer. 3.
Pagina 162
6. Registreer een wachtwoord voor aanmelding bij Canon Inkjet Cloud Printing Center. Voer op het scherm voor registratie van uw account het gewenste wachtwoord in bij Wachtwoord (Password) en Wachtwoord (bevestiging) (Password (Confirmation)) en selecteer Volgende (Next). Belangrijk • De onderstaande beperkingen gelden voor het Wachtwoord (Password).
Pagina 163
7. Voer de Bijnaam (Nickname) in Voer de gewenste gebruikersnaam in die u wilt gebruiken. Belangrijk • De volgende beperkingen gelden voor het invoerveld voor de gebruikersnaam: • De gebruikersnaam moet tussen 1 en 20 tekens lang zijn en bestaan uit enkel-byte alfanumerieke tekens en symbolen (!"#$%&'()*+,-./:;<=>?@[¥]^_`{|}~).
Pagina 164
Een Standaardgebr. (Standard user) kan printergegevens controleren en apps starten. Voor informatie over de functies die elke gebruiker kan gebruiken raadpleegt u 'Het venster Canon Inkjet Cloud Printing Center'. Als u MAXIFY Cloud Link gebruikt vanaf de printer, selecteert u Multi-user modus (Multiuser mode) in Scherm Printer beh.
Pagina 165
• Als u alleen een meldingsmail wilt verzenden naar gebruikers zonder Beveiligingscode (Security code) en Multi-user modus (Multiuser mode) wilt instellen, selecteert u OK. • Als u Multi-user modus (Multiuser mode) wilt instellen zonder een meldingsmail te verzenden, selecteert u Annuleren (Cancel). Problemen met Canon Inkjet Cloud Printing Center oplossen...
Pagina 166
Als de gegevens nog steeds niet worden bijgewerkt, controleert u of het product is verbonden met internet. Als u de registratie-e-mail niet ontvangt U hebt mogelijk een ander e-mailadres ingevoerd tijdens de gebruikersregistratie van Canon Inkjet Cloud Printing Center.
Pagina 167
Als u printergegevens wilt weergeven, gaat u naar de startpagina van de Online handleiding en raadpleegt u 'De printergegevens controleren' voor uw model. Nadat u de printer opnieuw hebt ingesteld, voert u de registratie van Canon Inkjet Cloud Printing Center uit vanaf het begin.
Pagina 168
Het afdrukken wordt gestart, ook al hebt u niets gedaan De services van Canon Inkjet Cloud Printing Center worden mogelijk gebruikt door een onbevoegde gebruiker. Als uw model een kleuren-LCD-monitor heeft...
Pagina 169
Als u printergegevens wilt weergeven, gaat u naar de startpagina van de Online handleiding en raadpleegt u 'De printergegevens controleren' voor uw model. Nadat u de printer opnieuw hebt ingesteld, voert u de registratie van Canon Inkjet Cloud Printing Center uit vanaf het begin.
Pagina 170
Eenvoudig afdrukken vanaf een smartphone of tablet met Canon PRINT Inkjet/SELPHY Gebruik de toepassing Canon PRINT Inkjet/SELPHY om foto's die u op een smartphone of tablet (iOS of Android) hebt opgeslagen eenvoudig draadloos af te drukken. U kunt ook gescande gegevens (PDF of JPEG) rechtstreeks op een smartphone of tablet ontvangen zonder een computer te gebruiken.
Pagina 171
Voor informatie over verbinding met het netwerk raadpleegt u de configuratie-URL (http://www.canon.com/ ijsetup) voor gebruik van dit product vanaf uw computer, smartphone of tablet. Nadat de verbinding is voltooid, wordt de Canon Inkjet Print Utility-software waarmee u gedetailleerde afdrukinstellingen kunt selecteren, automatisch gedownload.
Pagina 172
Integratiefunctie voor online opslag De printer kan worden geïntegreerd met online opslagservices zoals Evernote. Integratie met het online notitieprogramma 'Evernote' Als een Evernote-clienttoepassing op uw computer is geïnstalleerd, kunt u gescande afbeeldingen importeren in de toepassing en uploaden naar de server van Evernote. Vanaf bijvoorbeeld andere computers of smartphones kan door de geüploade afbeeldingen worden gebladerd.
Pagina 173
Omgaan met papier, originelen, inkttanks, enz. Papier plaatsen Papierbronnen Normaal papier/fotopapier plaatsen Enveloppen plaatsen Originelen plaatsen Waar moeten originelen worden geplaatst? Originelen op de glasplaat plaatsen Documenten in de ADF (automatische documentinvoer) plaatsen Plaatsing op basis van gebruik Ondersteunde originelen Een USB-flashstation plaatsen Een USB-flashstation plaatsen Een USB-flashstation verwijderen...
Pagina 174
Papier plaatsen Papierbronnen Normaal papier/fotopapier plaatsen Enveloppen plaatsen...
Pagina 175
Papierbronnen De cassette aanpassen aan het gebruikte papierformaat De cassette kan worden aangepast aan drie lengtes. Als u de cassette wilt uittrekken, drukt u de vergrendeling (A) omlaag terwijl u de voorkant naar u toe trekt. B: Vergrendelingspositie voor het opbergen van de cassette Stel in op positie B wanneer het apparaat een tijd niet wordt gebruikt of voordat het wordt verscheept.
Pagina 176
Opmerking • Selecteer voor het afdrukken de juiste papierformaten en -types. Onjuist paginaformaat en onjuiste mediumtype-instellingen kunnen leiden tot een slechte afdrukkwaliteit. Raadpleeg deze gedeelten voor instructies over het plaatsen van papier in de cassette. Normaal papier/fotopapier plaatsen Enveloppen plaatsen...
Pagina 177
Normaal papier/fotopapier plaatsen Plaats papier in de cassette. Belangrijk • Papier kan vastlopen als u afdrukken test door normaal papier in kleinere stukken te knippen, zoals 10 x 15 cm (4 x 6 inch) of 13 x 18 cm (5 x 7 inch). Opmerking •...
Pagina 178
3. Verschuif de papiergeleiders aan de voorzijde (A) en aan de rechterzijde (B) om ruimte te maken voor het papier. 4. Plaats de stapel papier met de afdrukzijde naar beneden in het midden van de cassette. Belangrijk • Plaats papier altijd in de lengterichting (C). Wanneer u papier in de breedterichting (D) plaatst, kan het papier vastlopen.
Pagina 179
• Lijn de papierstapel, zoals weergegeven, uit met de rand van de cassette. Er kunnen invoerproblemen optreden als het papier het uitstekende deel (E) raakt. • Als u papier van 13 x 18 cm (5 x 7 inch) of kleiner wilt plaatsen, trekt u het lipje (F) op de papiergeleider omhoog.
Pagina 180
Schuif de papiergeleiders niet te hard tegen het papier, want dat kan invoerproblemen veroorzaken. Opmerking • Plaats het papier niet hoger dan de markering voor de maximumcapaciteit (H). • Zorg dat de stapel lager is dan de tabs (I) van de papiergeleiders. 7.
Pagina 181
8. Selecteer het formaat en type papier in de cassette bij Pg.form. (Page size) en Type en druk daarna op de knop OK. Volg de aanwijzingen van meldingen op het scherm om de papiergegevens op te slaan. Papierinstellingen 9. Trek het verlengstuk van de uitvoerlade (J) uit en open de papieruitvoersteun (K). Opmerking •...
Pagina 182
Enveloppen plaatsen Als u het printerstuurprogramma juist hebt ingesteld, worden adressen automatisch gedraaid en afgedrukt conform de richting van de envelop. Belangrijk • De volgende enveloppen kunt u niet gebruiken. Dit soort enveloppen kunnen vastlopen of storingen in het apparaat veroorzaken. •...
Pagina 183
3. Verschuif de papiergeleiders aan de voorzijde (A) en aan de rechterzijde (B) om ruimte te maken voor het papier. 4. Plaats de enveloppen met de afdrukzijde NAAR BENEDEN, in het midden van de cassette. De klep is, zoals hieronder wordt weergegeven, naar boven gericht. Er kunnen maximaal 10 enveloppen tegelijk worden geplaatst.
Pagina 184
5. Lijn de papiergeleider (A) aan de voorzijde uit met de rand van de enveloppen. 6. Verschuif de rechterpapiergeleider (B) om de rechter- en linkergeleider uit te lijnen met beide randen van de enveloppen. Schuif de papiergeleiders niet te hard tegen de enveloppen, want dat kan invoerproblemen veroorzaken. Opmerking •...
Pagina 185
8. Selecteer het formaat en type enveloppen in de cassette bij Pg.form. (Page size) en Type en druk daarna op de knop OK. Papierinstellingen 9. Trek het verlengstuk van de uitvoerlade (F) uit en open vervolgens de papieruitvoersteun (G). Opmerking •...
Pagina 186
Originelen plaatsen Waar moeten originelen worden geplaatst? Originelen op de glasplaat plaatsen Documenten in de ADF (automatische documentinvoer) plaatsen Plaatsing op basis van gebruik Ondersteunde originelen...
Pagina 187
Waar moeten originelen worden geplaatst? Plaats originelen op de glasplaat of in de ADF (automatische documentinvoer). Als u moet beslissen waar u de originelen moet plaatsen, moet u kijken naar het formaat en type origineel en naar het beoogde gebruik. Ondersteunde originelen Originelen, foto's of boeken op de glasplaat plaatsen Meerdere documenten met hetzelfde formaat en dezelfde dikte in de ADF...
Pagina 188
Originelen op de glasplaat plaatsen 1. Open de documentklep. Belangrijk • Raak bij het openen of sluiten van de documentklep de knoppen of het LCD-scherm op het bedieningspaneel niet aan. Dat kan leiden tot een onverwachte werking. 2. Plaats het origineel met de afdrukzijde NAAR BENEDEN op de glasplaat. Ondersteunde originelen Plaatsing op basis van gebruik Belangrijk...
Pagina 189
Documenten in de ADF (automatische documentinvoer) plaatsen Opmerking • Voor de beste resultaten plaatst u documenten op de glasplaat. 1. Haal originelen die op de glasplaat zijn achtergelaten, weg. 2. Open de documentlade. 3. Duw het document in de documentlade tot het apparaat gaat piepen. Plaats documenten met de afdrukzijde NAAR BOVEN in de documentlade.
Pagina 190
Plaatsing op basis van gebruik Plaats originelen op de juiste manier voor het doel waarvoor ze worden gebruikt. Originelen die onjuist zijn geplaatst, kunnen scanproblemen veroorzaken. Lijn originelen uit met behulp van de positiemarkering • Wanneer u originelen plaatst om te kopiëren of te faxen •...
Pagina 191
Plaats meerdere originelen op de glasplaat • Wanneer u Doc.type > Foto (Photo) bij Scannen (Scan) selecteert en Scanfrmt (Scan size) > Autom. multi-scan (Auto multi scan) opgeeft om meerdere originelen te scannen • Wanneer u meerdere foto's, ansichtkaarten of visitekaartjes scant vanaf een computer Plaats de originelen met de afdrukzijde NAAR BENEDEN.
Pagina 192
Ondersteunde originelen Op de glasplaat Item Details Type origineel - Document, tijdschrift of krant - Foto, ansichtkaart, visitekaartje of schijf (bd, dvd of cd) - Documenten niet geschikt voor de ADF Grootte (breedte x hoogte) Maximaal 216 x 297 mm (8,5 x 11,7 inch) Aantal Eén of meer vellen* Dikte...
Pagina 193
• Documenten met gaten • Gelijmde documenten • Documenten met plaknotities • Documenten op carbonpapier • Documenten op gecoat papier • Documenten op overtrekpapier of ander dun papier • Foto's of bijzonder dikke documenten...
Pagina 194
Een USB-flashstation plaatsen Een USB-flashstation plaatsen Een USB-flashstation verwijderen...
Pagina 195
Een USB-flashstation plaatsen Ondersteunde afbeeldingsbestanden • Kan afbeeldingen afdrukken die zijn gemaakt met camera's die voldoen aan DCF-specificaties (Design rule for Camera File-systeem), evenals TIFF-bestanden. Beide type afbeeldingen moeten voldoen aan Exif 2.2/2.21/2.3. Andere typen afbeeldingen of films, zoals RAW-afbeeldingen, kunnen niet worden afgedrukt.
Pagina 196
Een USB-flashstation verwijderen 1. Controleer voordat u een USB-flashstation verwijdert, of het apparaat geen gegevens leest of schrijft. Tijdens deze bewerkingen wordt een bericht weergegeven op het LCD-scherm. Belangrijk • Verwijder een USB-flashstation niet en zet het apparaat niet uit terwijl het apparaat gegevens leest of schrijft.
Pagina 197
Inkttanks vervangen Inkttanks vervangen De inktstatus op het LCD-scherm controleren...
Pagina 198
Inkttanks vervangen Bij waarschuwingen of fouten als gevolg van weinig inkt verschijnen er meldingen op het LCD-scherm om u daarvan op de hoogte te stellen. Reageer, indien nodig, op de melding. Er wordt een bericht weergegeven Opmerking • Zie Onderhoudsprocedure als de afdrukken vaag zijn of als er witte strepen verschijnen terwijl de inkttanks toch voldoende inkt bevatten.
Pagina 199
Opmerking • Als er een waarschuwing verschijnt dat de inkttank moet worden vervangen, controleert u de melding en drukt u op de knop OK. 2. Wanneer op het LCD-scherm wordt aangegeven dat een inkttank moet worden vervangen, drukt u de uitwerphendel voor de inkttank (B) omhoog. De inkttank wordt uitgeworpen.
Pagina 200
4. Plaats de nieuwe inkttank en lijn deze uit met de geleiders (E) in het apparaat. Belangrijk • De inkttank past niet in de verkeerde stand. Controleer het label onder de installatiepositie en plaats de inkttank vervolgens op de juiste positie. 5.
Pagina 201
Om de volgende inkttank te vervangen, drukt u op de rechter Functie (Function)-knop en herhaalt u deze procedure vanaf stap 2. Als u geen inkttanks meer wilt vervangen, drukt u net zo lang op de rechter Functie (Function)-knop tot Afsluiten (Exit) wordt weergegeven. De printkophouder schuift naar de stand-bypositie.
Pagina 202
• Het apparaat kan lawaai maken tijdens deze bewerkingen, maar dat duidt niet op een probleem. Opmerkingen over inkttanks Belangrijk • Plaats meteen vervangende inkttanks. Laat het apparaat nooit staan zonder inkttanks erin. • Vervang lege inkttanks door nieuwe. De spuitopeningen kunnen verstopt raken als u gebruikte inkttanks plaatst.
Pagina 203
De inktstatus op het LCD-scherm controleren Opmerking • Als één of meerdere inktkleuren opraken, verandert op het HOME-scherm. Wanneer verschijnt, controleert u welke inkt (of meerdere) op is aan de hand van de volgende procedure. 1. Controleer of het apparaat is ingeschakeld en geef het HOME-scherm weer. Als het HOME-scherm niet wordt weergegeven, drukt u op de knop HOME om het scherm weer te geven.
Pagina 204
Onderhoud Als afdrukken vaag of ongelijkmatig zijn Onderhoudsfuncties uitvoeren vanaf de computer (Windows) Onderhoudsfuncties uitvoeren vanaf de computer (Mac OS) Reiniging...
Pagina 205
Als afdrukken vaag of ongelijkmatig zijn Onderhoudsprocedure Controleraster voor de spuitopeningen afdrukken Controleraster voor de spuitopeningen bekijken De printkop reinigen Dieptereiniging van de printkop De Printkop uitlijnen De printkop handmatig uitlijnen...
Pagina 206
Onderhoudsprocedure Volg deze stappen om de afdrukkwaliteit te herstellen als de afdrukken vaag of ongelijkmatig worden, kleuren onjuist zijn of de afdrukresultaten niet naar wens zijn (zoals wanneer evenwijdige lijnen niet evenwijdig worden afgedrukt). Opmerking • Als u de afdrukkwaliteit hoger instelt in het printerstuurprogramma, krijgt u waarschijnlijk betere resultaten.
Pagina 207
Vanaf de computer De printkoppen reinigen (Windows) De printkoppen reinigen (Mac OS) Opmerking • Als de afdrukproblemen ook na stap 4 nog aanhouden, zet u het apparaat uit, wacht u minstens 24 uur en voert u nogmaals een dieptereiniging van de printkop uit. Laat de stekker van het apparaat erin nadat u het hebt uitgezet.
Pagina 208
Controleraster voor de spuitopeningen afdrukken Druk het controleraster voor de spuitopeningen af om te bepalen of de inkt op de juiste wijze uit de spuitopeningen van printkop wordt gespoten. Opmerking • Wanneer de inkt opraakt tijdens het afdrukken van het controleraster voor de spuitopeningen, wordt er een foutbericht weergegeven op het LCD-scherm.
Pagina 209
6. Trek het verlengstuk van de uitvoerlade uit en open de papieruitvoersteun. 7. Selecteer Ja (Yes) en druk daarna op de knop OK. Nadat het controleraster voor de spuitopeningen is afgedrukt, worden twee bevestigingsschermen weergegeven. Bekijk het controleraster voor de spuitopeningen.
Pagina 210
Controleraster voor de spuitopeningen bekijken Controleer het controleraster voor de spuitopeningen en reinig zo nodig de printkop. 1. Controleer of er lijnen ontbreken in raster C en controleer of raster D horizontale witte strepen bevat. A: Geen ontbrekende lijnen en geen horizontale witte strepen B: Een paar ontbrekende lijnen en horizontale witte strepen E: Aantal pagina's dat tot nog toe is afgedrukt 2.
Pagina 211
Controleer het bericht en druk op de knop OK. Het Onderhoud (Maintenance)-scherm wordt nu opnieuw weergegeven. Bij B (een paar ontbrekende lijnen of horizontale witte strepen) in één van de rasters (C of D) of in beide rasters: De reiniging is vereist. Selecteer Ook B (Also B) en druk daarna op de knop OK. Een bevestigingsscherm voor reiniging wordt weergegeven.
Pagina 212
De printkop reinigen De printkop moet worden gereinigd als er in het controleraster voor de spuitopeningen lijnen ontbreken of horizontale witte strepen staan. Door een reiniging uit te voeren worden de spuitopeningen vrij gemaakt en de staat van de printkop verbeterd. Aangezien het reinigen van de printkop echter inkt kost, is het raadzaam dit alleen indien nodig te doen.
Pagina 213
Naderhand wordt een bevestigingsscherm weergegeven voor het afdrukken van een controleraster voor de spuitopeningen. 6. Plaats een vel normaal papier van A4- of Letter-formaat in de cassette. Belangrijk • Het scherm voor het registreren van paginaformaat en mediumtype wordt niet weergegeven tijdens de bewerkingen die op het Onderhoud (Maintenance)-scherm staan.
Pagina 214
Dieptereiniging van de printkop Als de afdrukkwaliteit niet is verbeterd na de normale reiniging van de printkop, probeer dan een dieptereiniging van de printkop. Aangezien dieptereiniging van de printkop echter meer inkt kost, is het raadzaam dit alleen indien nodig te doen. Opmerking •...
Pagina 215
Naderhand wordt een bevestigingsscherm weergegeven voor het afdrukken van een controleraster voor de spuitopeningen. 6. Plaats een vel normaal papier van A4- of Letter-formaat in de cassette. Belangrijk • Het scherm voor het registreren van paginaformaat en mediumtype wordt niet weergegeven tijdens de bewerkingen die op het Onderhoud (Maintenance)-scherm staan.
Pagina 216
De Printkop uitlijnen Als de afgedrukte afbeeldingen vervormd lijken, zoals wanneer evenwijdige lijnen niet evenwijdig worden afgedrukt, lijn de printkop dan uit. Opmerking • Wanneer de inkt opraakt tijdens het afdrukken van het uitlijningsblad voor de printkop, wordt er een foutbericht weergegeven op het LCD-scherm.
Pagina 217
afdrukken uitgevoerd, zelfs als ander papier dan normaal papier van A4- of Letter-formaat is geplaatst. 6. Trek het verlengstuk van de uitvoerlade uit en open de papieruitvoersteun. 7. Selecteer Ja (Yes) en druk daarna op de knop OK. Het uitlijningsblad voor de printkop wordt afgedrukt, en de printkop wordt automatisch uitgelijnd. Dit proces duurt 3–4 minuten.
Pagina 218
De printkop handmatig uitlijnen Lijn de printkop handmatig uit als de afdrukresultaten na automatische uitlijning niet naar wens zijn, bijvoorbeeld als evenwijdige lijnen niet evenwijdig worden afgedrukt. Opmerking • Voor meer informatie over automatische uitlijning van de printkop raadpleegt u De Printkop uitlijnen.
Pagina 219
afdrukken uitgevoerd, zelfs als ander papier dan normaal papier van A4- of Letter-formaat is geplaatst. 6. Trek het verlengstuk van de uitvoerlade uit en open de papieruitvoersteun. 7. Selecteer Ja (Yes) en druk daarna op de knop OK. Het uitlijningsraster voor de printkop wordt afgedrukt. 8.
Pagina 220
Opmerking • Als alle rasters er anders uitzien, kiest u het raster met de minst waarneembare verticale strepen. A: Subtiele verticale strepen B: Duidelijk zichtbare verticale strepen 10. Herhaal deze stappen totdat u klaar bent met het invoeren van rasternummers voor kolommen B tot en met M, en druk vervolgens op de knop OK.
Pagina 221
Opmerking • Als alle rasters er anders uitzien, kiest u het raster met de minst waarneembare horizontale strepen. C: Subtiele horizontale strepen D: Duidelijk zichtbare horizontale strepen 13. Herhaal deze stappen totdat u klaar bent met het invoeren van rasternummers voor kolommen O tot en met T, en druk vervolgens op de knop OK.
Pagina 222
Onderhoudsfuncties uitvoeren vanaf de computer (Windows) De printkoppen reinigen De positie van de printkop uitlijnen Een controleraster voor de spuitopeningen afdrukken...
Pagina 223
De printkoppen reinigen Met de functie voor het reinigen van de printkop kunt u verstopte spuitopeningen van de printkop weer vrijmaken. Reinig de printkoppen wanneer de afdruk vaag is of een bepaalde kleur niet wordt afgedrukt, ook al is er genoeg inkt. De procedure voor het reinigen van de printkop is als volgt: Reiniging (Cleaning) 1.
Pagina 224
Diepte-reiniging (Deep Cleaning) Diepte-reiniging (Deep Cleaning) is grondiger dan een normale reiniging. U gebruikt deze functie als een probleem met de printkop niet is opgelost nadat u de functie Reiniging (Cleaning) tweemaal hebt uitgevoerd. 1. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma 2.
Pagina 225
De positie van de printkop uitlijnen Bij het uitlijnen van de printkop worden de installatieposities van de printkop gecorrigeerd waardoor kleuren en lijnen beter worden afgedrukt. Op deze printer worden twee methoden voor het uitlijnen van de printkop ondersteund: automatische uitlijning en handmatige uitlijning.
Pagina 226
De positie van de printkop handmatig uitlijnen Bij het uitlijnen van de printkop worden de installatieposities van de printkop gecorrigeerd waardoor kleuren en lijnen beter worden afgedrukt. Op deze printer worden twee methoden voor het uitlijnen van de printkop ondersteund: automatische uitlijning en handmatige uitlijning.
Pagina 227
Belangrijk • Open de voorklep niet terwijl er een afdruktaak wordt uitgevoerd. 8. Controleer het afgedrukte patroon Voer de nummers van de patronen met de minst zichtbare strepen in de bijbehorende vakken in. Als u klikt op de patronen met de minst zichtbare strepen in het voorbeeldvenster, worden de nummers automatisch in de bijbehorende vakken geplaatst.
Pagina 228
Zelfs als u op de patronen met de minst zichtbare strepen of lijnen klikt in het voorbeeldvenster, worden de nummers automatisch in de bijbehorende vakken geplaatst. Klik op OK nadat u alle benodigde waarden hebt ingevoerd. Opmerking • Als het moeilijk is het beste raster te kiezen, kiest u de instelling waarbij de horizontale strepen het minst duidelijk zichtbaar zijn.
Pagina 229
Een controleraster voor de spuitopeningen afdrukken Met de functie voor controle van de spuitopeningen kunt u controleren of de printkop goed functioneert door een controleraster af te drukken. Druk een controleraster af wanneer de afdruk vaag is of een bepaalde kleur niet wordt afgedrukt.
Pagina 230
Reiniging De buitenkanten reinigen De glasplaat en de documentklep reinigen De ADF (automatische documentinvoer) reinigen Papierinvoerrollen reinigen De binnenkant van het apparaat reinigen (reiniging onderste plaat) Cassettekussentjes reinigen...
Pagina 231
De buitenkanten reinigen Veeg met een zachte, droge doek, bijvoorbeeld een brillendoekje, de oppervlakken voorzichtig schoon. Strijk eventuele kreukels in de doek glad voordat u begint. Belangrijk • Schakel voor het reinigen het apparaat uit en weer in. • Het apparaat kan niet worden uitgeschakeld terwijl een fax wordt verzonden of ontvangen, of als er niet-verzonden faxen in het apparaatgeheugen zijn opgeslagen.
Pagina 232
De glasplaat en de documentklep reinigen Belangrijk • Schakel voor het reinigen het apparaat uit en weer in. • Het apparaat kan niet worden uitgeschakeld terwijl een fax wordt verzonden of ontvangen, of als er niet-verzonden faxen in het apparaatgeheugen zijn opgeslagen. Zorg ervoor dat het apparaat klaar is met het verzenden of ontvangen van faxen, voordat u het uitzet.
Pagina 233
De ADF (automatische documentinvoer) reinigen Gebruik een zachte, droge doek die schoon en pluisvrij is om de ADF (automatische documentinvoer) te reinigen. Belangrijk • Schakel voor het reinigen het apparaat uit en weer in. • Het apparaat kan niet worden uitgeschakeld terwijl een fax wordt verzonden of ontvangen, of als er niet-verzonden faxen in het apparaatgeheugen zijn opgeslagen.
Pagina 234
3. Gebruik de doek om papierstof van de binnenkant van de klep van de documentinvoer (A) te vegen. 4. Als u klaar bent, drukt u de klep van de documentinvoer dicht totdat deze vastklikt. 5. Sluit de documentlade.
Pagina 235
Papierinvoerrollen reinigen Stoffige of vieze papierinvoerrollen kunnen juiste invoer voorkomen. Reinig in dat geval de papierinvoerrollen. Maar als u de papierinvoerrol reinigt, slijt deze. Reinig de rol daarom alleen als dat nodig is. U hebt nodig: drie vellen gewoon papier van A4- of Letter-formaat 1.
Pagina 236
Belangrijk • Het scherm voor het registreren van paginaformaat en mediumtype wordt niet weergegeven tijdens de bewerkingen die op het Onderhoud (Maintenance)-scherm staan. Daarom wordt het afdrukken uitgevoerd, zelfs als ander papier dan normaal papier van A4- of Letter-formaat is geplaatst.
Pagina 237
De binnenkant van het apparaat reinigen (reiniging onderste plaat) Verwijder vlekken aan de binnenkant van het apparaat als volgt. Reinig regelmatig op dezelfde manier, omdat stof of te veel inkt uit het apparaat op uw afdrukken terecht kan komen. U hebt nodig: een vel gewoon papier van A4- of Letter-formaat* * Gebruik een nieuw vel papier.
Pagina 238
9. Plaats alleen dit vel papier met de rug van de vouwen naar boven gericht in de cassette, waarbij de rand van de helft zonder vouw van u af is gericht. Belangrijk • Het scherm voor het registreren van paginaformaat en mediumtype wordt niet weergegeven tijdens de bewerkingen die op het Onderhoud (Maintenance)-scherm staan.
Pagina 239
Belangrijk • Schakel voor het reinigen het apparaat uit en weer in. • Het apparaat kan niet worden uitgeschakeld terwijl een fax wordt verzonden of ontvangen, of als er niet-verzonden faxen in het apparaatgeheugen zijn opgeslagen. Zorg ervoor dat het apparaat klaar is met het verzenden of ontvangen van faxen, voordat u het uitzet.
Pagina 240
Cassettekussentjes reinigen Als het kussentje in een cassette vuil wordt of besmeurd is geraakt met papierstof, kunnen meerdere vellen papier tegelijk worden uitgevoerd. Reinig cassettekussentjes als volgt. U hebt nodig: wattenstaafje 1. Trek de cassette eruit en verwijder het papier. 2.
Pagina 241
Overzicht Veiligheid Veiligheidsvoorschriften Informatie over regelgeving WEEE (EU EN EEA) Hoofdonderdelen en hun gebruik Hoofdonderdelen Stroomvoorziening LCD en bedieningspaneel Cijfers, letters en symbolen invoeren Instellingen wijzigen Printerinstellingen vanaf de computer wijzigen (Windows) Printerinstellingen vanaf de computer wijzigen (Mac OS) Instellingen wijzigen vanaf het bedieningspaneel Printerinstellingen wijzigen via de webbrowser Netwerkverbinding Tips voor de netwerkverbinding...
Pagina 242
Tips voor netwerkcommunicatie Zorgen voor optimale afdrukresultaten Inkttips Afdruktips Controleer de papierinstellingen voordat u gaat afdrukken Stel de papiergegevens voor de cassette in nadat u papier hebt geplaatst Afdruktaken annuleren Een hoge afdrukkwaliteit handhaven Uw apparaat vervoeren Juridische beperkingen bij scannen/kopiëren Specificaties...
Pagina 243
Veiligheid Veiligheidsvoorschriften Informatie over regelgeving WEEE (EU&EEA)
Pagina 244
Veiligheidsvoorschriften Een locatie kiezen • Installeer de printer op een stabiele plaats die vrij van trillingen is. • Installeer de printer niet op een plaats die zeer vochtig of stoffig is en niet in direct zonlicht, buitenshuis of dicht bij een warmtebron. U kunt het risico van brand of elektrische schokken beperken door de printer te gebruiken in de werkingsomgeving die staat aangegeven in de Specificaties.
Pagina 245
Informatie over regelgeving Environmental Information Reducing your environmental impact Power Consumption and Operational Modes The amount of electricity a device consumes depends on the way the device is used. This product is designed and set in a way to allow you to reduce the power consumption. After the last print it switches to Ready Mode.
Pagina 246
For more information about where you can drop off your waste equipment for recycling, please contact your local city office, waste authority, approved WEEE scheme or your household waste disposal service. For more information regarding return and recycling of WEEE products, please visit www.canon- europe.com/weee.
Pagina 247
U kunt ook het schema voor de afvoer van afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (AEEA) raadplegen. Ga voor meer informatie over het inzamelen en recyclen van afgedankte elektrische en elektronische apparatuur naar www.canon- europe.com/weee.
Pagina 248
Si desea más información acerca de la devolución y reciclado de RAEE, visite la web www.canon-europe.com/weee. Només per a la Unió Europea i a l’Espai Econòmic Europeu (Noruega, Islàndia i Liechtenstein) Aquest símbol indica que aquest producte no s’ha de llençar a les escombraries de la llar, d’acord amb la...
Pagina 249
Yderligere oplysninger om, hvor du kan bortskaffe dit elektronikaffald med henblik på genanvendelse, får du hos de kommunale renovationsmyndigheder. Yderligere oplysninger om returnering og genanvendelse af affald af elektrisk og elektronisk udstyr får du ved at besøge www.canon- europe.com/weee.
Pagina 250
Du kan få mer informasjon om hvor du kan avhende utrangert utstyr til resirkulering ved å kontakte lokale myndigheter, et godkjent WEEE-program eller husholdningens renovasjonsselskap. Du finner mer informasjon om retur og resirkulering av WEEE-produkter på www.canon-europe.com/weee. Vain Euroopan unionin sekä ETA:n (Norja, Islanti ja Liechtenstein) alueelle.
Pagina 251
úřad vaší obce, správní orgán vykonávající dozor nad likvidací odpadu, sběrny OEEZ nebo služba pro odvoz komunálního odpadu. Další informace týkající se vracení a recyklace OEEZ naleznete na adrese www.canon-europe.com/weee. Csak az Európai Unió és az EGT (Norvégia, Izland és Liechtenstein) országaiban...
Pagina 252
WEEE lub skontaktować się z przedsiębiorstwem zajmującym się wywozem odpadów domowych. Więcej informacji o zwracaniu i recyklingu zużytego sprzętu elektrycznego i elektronicznego znajduje się w witrynie www.canon-europe.com/weee. Platí len pre štáty Európskej únie a EHP (Nórsko, Island a Lichtenštajnsko) Tento symbol znamená, že podľa Smernice 2012/19/EÚ...
Pagina 253
į savo miesto valdžios institucijas, atliekų tvarkymo organizacijas, patvirtintų EEĮ atliekų sistemų arba jūsų buitinių atliekų tvarkymo įstaigų atstovus. Išsamesnės informacijos apie EEĮ atliekų grąžinimo ir perdirbimo tvarką galite rasti apsilankę tinklalapyje www.canon- europe.com/weee. Samo za Evropsko unijo in EGP (Norveška, Islandija in Lihtenštajn)
Pagina 254
OEEO. Če želite več informacij o vračanju in recikliranju izdelkov v skladu z direktivo OEEO, obiščite www.canon-europe.com/weee. Само за Европейския съюз и ЕИП (Норвегия, Исландия и Лихтенщайн) Този...
Pagina 255
şi reciclarea produselor DEEE, vizitaţi www.canon-europe.com/ weee. Samo za Europsku uniju i EEZ (Norveška, Island i Lihtenštajn) Ovaj simbol pokazuje da se ovaj proizvod ne smije odlagati s kućnim otpadom sukladno WEEE Direktivi (2012/19/EC) i vašem nacionalnom zakonu. Ovaj proizvod je potrebno predati na posebno mjesto za sakupljanje otpada, npr.
Pagina 256
Hoofdonderdelen en hun gebruik Hoofdonderdelen Stroomvoorziening LCD en bedieningspaneel Cijfers, letters en symbolen invoeren...
Pagina 257
Hoofdonderdelen Vooraanzicht Achteraanzicht Binnenaanzicht Bedieningspaneel...
Pagina 258
Vooraanzicht (1) bedieningspaneel Wordt gebruikt om de instellingen aan te passen of het apparaat te bedienen. Bedieningspaneel (2) ADF (automatische documentinvoer) Plaats hier documenten. Documenten die in de documentlade worden geplaatst, worden automatisch pagina na pagina gescand. Documenten in de ADF (automatische documentinvoer) plaatsen (3) klep van documentinvoer Openen om vastgelopen documenten te verwijderen.
Pagina 259
(11) papieruitvoersteun Open het verlengstuk ter ondersteuning van uitgeworpen papier. (12) USB-flashstation Plaats de USB-flashstations hier. Waarschuwing • Sluit geen andere apparaten dan USB-flashstations aan op de poort voor USB-flashstations van het apparaat. Doet u dat wel, dan kan dit brand, elektrische schokken of schade aan het apparaat veroorzaken.
Pagina 260
Achteraanzicht (1) achterklep Openen om vastgelopen papier te verwijderen. (2) netsnoeraansluiting Sluit het meegeleverde netsnoer aan. (3) telefoonaansluiting Sluit de telefoonkabel aan. (4) aansluiting voor extern apparaat Sluit een telefoon of antwoordapparaat aan. (5) USB-poort Sluit de USB-kabel aan voor een directe verbinding met een computer. Belangrijk •...
Pagina 261
Binnenaanzicht (1) uitwerphendel voor inkttank Duw omhoog om inkttanks te verwijderen. (2) printkophouder De printkop is vooraf geïnstalleerd. Opmerking • Zie Inkttanks vervangen voor instructies over het vervangen van inkttanks.
Pagina 262
Bedieningspaneel * Ter illustratie branden hier alle lampjes op het bedieningspaneel. (1) AAN/UIT (POWER)-lampje Blijft branden na het knipperen wanneer het apparaat is ingeschakeld. (2) Knop AAN (ON) Hiermee kunt u het apparaat aan- of uitzetten. Het apparaat in- en uitschakelen (3) Knop HOME Wordt gebruikt om het scherm HOME weer te geven.
Pagina 263
(12) Knop OK Hiermee bevestigt u uw selectie van menu- of instellingsitems. Deze knop wordt ook gebruikt om foutmeldingen te negeren of documenten uit de ADF (automatische documentinvoer) uit te voeren. (13) Knop Terug (Back) Hiermee keert u terug naar het vorige scherm. (14) Functie (Function)-knoppen Deze knoppen worden gebruikt om functiemenu-items onder aan het LCD-scherm te selecteren.
Pagina 264
Stroomvoorziening Controleer of de printer is ingeschakeld Het apparaat in- en uitschakelen De stekker/het netsnoer controleren. Het apparaat loskoppelen...
Pagina 265
Controleer of de printer is ingeschakeld Het AAN/UIT (POWER)-lampje brandt wanneer het apparaat is ingeschakeld. Zolang het AAN/UIT (POWER)-lampje brandt, is de machine ingeschakeld, zelfs als het LCD-scherm uit is. Opmerking • Nadat u het apparaat hebt ingeschakeld, moet het nog ongeveer 20 seconden opwarmen voordat u het kunt gebruiken.
Pagina 266
Het apparaat in- en uitschakelen Het apparaat inschakelen 1. Druk op de knop AAN (ON) om het apparaat in te schakelen. Het AAN/UIT (POWER)-lampje knippert en blijft branden. Controleer of de printer is ingeschakeld Opmerking • Nadat u het apparaat hebt ingeschakeld, moet het nog ongeveer 20 seconden opwarmen voordat u het kunt gebruiken.
Pagina 267
Opmerking • Vergeet niet dat u geen faxen kunt verzenden of ontvangen als het apparaat is uitgeschakeld. • Het apparaat kan niet worden uitgeschakeld terwijl een fax wordt verzonden of ontvangen, of als er niet-verzonden faxen in het apparaatgeheugen zijn opgeslagen. •...
Pagina 268
De stekker/het netsnoer controleren. Controleer de stekker/het netsnoer eenmaal per maand om er zeker van te zijn dat die niet te lijden heeft onder deze problemen. • Oververhit • Verroest • Verbogen • Versleten • Gebarsten of gespleten Let op •...
Pagina 269
Het apparaat loskoppelen Volg altijd deze stappen wanneer u het apparaat loskoppelt. Belangrijk • Trek de stekker pas uit het apparaat nadat u op de knop AAN (ON) hebt gedrukt en hebt gecontroleerd of het AAN/UIT (POWER)-lampje uit is. Als u het apparaat ontkoppelt, terwijl de AAN/UIT (POWER)- lamp nog brandt, kan de printkop uitdrogen of verstopt raken, en dat kan de afdrukkwaliteit beïnvloeden.
Pagina 270
LCD en bedieningspaneel Het bedieningspaneel heeft een LCD-scherm en knoppen. Selecteer pictogrammen in het HOME-scherm om menu's voor kopiëren, faxen of scannen te kiezen. Het HOME-scherm bestaat uit drie delen. Normaal gebruik van het bedieningspaneel Gebruik de knoppen (A) om een menu of optie op een scherm te selecteren en druk daarna op de knop OK (B).
Pagina 271
Druk op de linker Functie (Function)-knop (E) om het scherm LAN wijzigen (Change LAN) weer te geven. Vanaf hier kunt u draadloze-LAN-instellingen wijzigen. Druk op de middelste Functie (Function)-knop (F) om het scherm Huidige geschatte inktniveaus (Current estimated ink levels) weer te geven. Vanaf hier kunt u de actuele inktniveaus controleren. Druk op de rechter Functie (Function)-knop (G) om het scherm Papierinfo cassette registreren (Register cassette paper info) weer te geven.
Pagina 273
Cijfers, letters en symbolen invoeren Gebruik de numerieke toets om de namen van gebruikers of ontvangers en andere gegevens in te voeren of te wijzigen. De invoermodus wijzigen Het apparaat heeft invoermodi voor kleine letters, hoofdletters en cijfers. Om tussen modi te schakelen, drukt u op de knop (A).
Pagina 274
Cijfers, letters en symbolen invoeren Druk herhaaldelijk op dezelfde numerieke toets totdat het gewenste teken wordt weergegeven in het invoerveld. Voer gegevens als volgt in. • Het invoegpunt (cursorpositie) verplaatsen in het invoerveld Druk op de knop (B). • Een ingevoerd teken verwijderen Plaats de cursor naar het teken dat u wilt verwijderen, en druk daarna op de middelste Functie (Function)-knop (C) om te selecteren.
Pagina 275
tuvüúùû TUVÜÚÙÛ wxyzý WXYZÝ . @ - _ SP*1 # ! " , ; : ^ ` = / | ' ? $ % & + ( ) [ ] { } < > \*2 ~*2 Wijzigt de invoermodus *1 SP': Hiermee wordt een spatie ingevoerd. *2 Alleen beschikbaar wanneer netwerkinstellingen worden ingevoerd.
Pagina 276
Instellingen wijzigen Printerinstellingen vanaf de computer wijzigen (Windows) Printerinstellingen vanaf de computer wijzigen (Mac OS) Instellingen wijzigen vanaf het bedieningspaneel Printerinstellingen wijzigen via de webbrowser...
Pagina 277
Printerinstellingen vanaf de computer wijzigen (Windows) Afdrukopties wijzigen Een veelgebruikt afdrukprofiel registreren De stroomvoorziening van de Printer beheren Het geluid van de Printer reduceren De bedieningsmodus van de Printer aanpassen...
Pagina 278
Afdrukopties wijzigen U kunt de gedetailleerde instellingen van het printerstuurprogramma wijzigen voor afdrukgegevens die worden verzonden vanuit een toepassing. Geef deze optie aan als u te maken hebt met afdrukproblemen, zoals een deel van beeldgegevens dat wordt afgesneden. De procedure voor het wijzigen van de afdrukopties is als volgt: 1.
Pagina 279
Wijzig desgewenst de instelling van elk item en klik op OK. Het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) wordt opnieuw weergegeven.
Pagina 280
Een veelgebruikt afdrukprofiel registreren U kunt een veelgebruikt afdrukprofiel registreren bij Veelgebruikte instellingen (Commonly Used Settings) op het tabblad Snel instellen (Quick Setup). Afdrukprofielen die u niet meer nodig hebt, kunt u op elk gewenst moment verwijderen. De procedure voor het opslaan van een afdrukprofiel is als volgt: Een afdrukprofiel registreren 1.
Pagina 281
4. Sla de instellingen op Geef een naam op in het veld Naam (Name). Klik zo nodig op Opties... (Options...) om opties in te stellen en klik vervolgens op OK. Klik in het dialoogvenster Veelgebruikte instellingen opslaan (Save Commonly Used Settings) op OK om de afdrukinstellingen op te slaan en terug te keren naar het tabblad Snel instellen (Quick Setup).
Pagina 282
De stroomvoorziening van de Printer beheren Met deze functie kunt u de stroomvoorziening van de printer vanuit het printerstuurprogramma beheren. De procedure voor het beheren van de stroomvoorziening van de printer is als volgt: Printer uit (Power Off) Met de functie Printer uit (Power Off) schakelt u de printer uit. Wanneer u deze functie gebruikt, kunt u de printer niet inschakelen vanuit het printerstuurprogramma.
Pagina 283
Het geluid van de Printer reduceren Met de stille functie kunt u ervoor zorgen dat de printer minder geluid maakt. Selecteer deze functie als u wilt dat de printer 's nachts of in andere omstandigheden minder geluid maakt. Wanneer u deze functie selecteert, kan het afdrukken langzamer verlopen. De procedure voor het gebruiken van de stille modus is als volgt: Stille instellingen (Quiet Settings) 1.
Pagina 284
Opmerking • De stille modus kan minder effect hebben, afhankelijk van de instellingen voor afdrukkwaliteit.
Pagina 285
De bedieningsmodus van de Printer aanpassen Indien nodig kunt u schakelen tussen verschillende bedieningsmodi van de printer. De procedure voor het configureren van de Aangepaste instellingen (Custom Settings) is als volgt: Aangepaste instellingen (Custom Settings) 1. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma 2.
Pagina 286
Niet-overeenkomende pap.instel. niet detect. bij afdr. vanaf comp. (Don't detect mismatch of paper settings when printing from computer) Als u documenten afdrukt vanaf uw computer en de papierinstellingen in het printerstuurprogramma en de papiergegevens van de cassette die op de printer zijn geregistreerd niet overeenkomen, schakelt deze instelling de berichtweergave uit en kunt u doorgaan met afdrukken.
Pagina 287
Instellingen wijzigen vanaf het bedieningspaneel Instellingen wijzigen vanaf het bedieningspaneel Items instellen op het bedieningspaneel Faxinstellingen Afdrukinstellingen LAN-instellingen Gebruikersinstellingen apparaat Taal kiezen Firmware bijwerken Cassette-instellingen Wachtwoord beheerder instellen Bedieningsbeperkingen Instelling herstellen Webservice instellen Systeeminformatie ECO-instellingen Stille instelling Favoriete instellingen (aangepaste profielen) registreren Controleren hoe vaak het apparaat in totaal is gebruikt...
Pagina 288
Instellingen wijzigen vanaf het bedieningspaneel In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de instellingen in het scherm Apparaatinstellingen (Device settings) wijzigt. Daarbij worden de stappen voor het opgeven van de optie Papierschuring voorkomen (Prevent paper abrasion) als voorbeeld genomen. Zorg dat de printer is ingeschakeld. 2.
Pagina 289
Voor meer informatie over het instellen van items op het bedieningspaneel: Items instellen op het bedieningspaneel...
Pagina 290
Items instellen op het bedieningspaneel Opmerking • Het beheerderswachtwoord is vereist om bepaalde instellingen te wijzigen als dit wachtwoord is ingeschakeld voor het wijzigen van instellingen met het bedieningspaneel. Meer informatie over instellingsitems waarvoor het beheerderswachtwoord is vereist: Het beheerderswachtwoord instellen op het bedieningspaneel Items voor beveiliging Wachtwoord beheerder instellen Bedieningsbeperkingen...
Pagina 291
Faxinstellingen Belangrijk • Deze instelling is bedoeld voor de beheerder. In dit gedeelte worden de instellingen van Faxinstellingen (FAX settings) beschreven. Gebruikersinstellingen FAX (FAX user settings) Geavanc. FAX-instellingen (Advanced FAX settings) Automatische afdrukinstellingen (Auto print settings) Instellingen automatisch opslaan (Auto save setting) Beveiligingsbeheer (Security control) Handmatige instelling (Easy setup) Opmerking...
Pagina 292
Opmerking • Deze instelling is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van het land of de regio van aankoop. • Instellingen pauzeduur (Pause time settings) Hiermee stelt u de wachttijd in voor elke keer dat u op de knop 'P' (Pauze) drukt. •...
Pagina 293
Als de telefoonlijn of verbinding slecht is, kunt u ontvangstproblemen verhelpen door een lagere startsnelheid voor ontvangst te selecteren. Automatische afdrukinstellingen (Auto print settings) • Ontvangen documenten (Received documents) Selecteer of de ontvangen fax automatisch na ontvangst moet worden afgedrukt. Als u Niet afdrukken (Do not print) selecteert, wordt de ontvangen fax opgeslagen in het printergeheugen.
Pagina 294
Ontvangen faxen automatisch opslaan op een USB-flashstation Ontvangen faxen automatisch doorsturen naar een gedeelde map op de computer Beveiligingsbeheer (Security control) • Faxnummer opnieuw invoeren (FAX number re-entry) Als u AAN (ON) selecteert, stelt u de printer zo in dat u faxnummers tweemaal moet invoeren met de numerieke toetsen voordat de printer de fax verzendt.
Pagina 296
Afdrukinstellingen Selecteer dit instellingsitem via Apparaatinstellingen (Device settings) bij Instellen (Setup). • Papierschuring voorkomen (Prevent paper abrasion) Gebruik deze instelling alleen als er vlekken op het afdrukoppervlak ontstaan. Belangrijk • Stel dit item na het afdrukken weer in op UIT (OFF), omdat dit tot een lagere afdruksnelheid of - kwaliteit kan leiden.
Pagina 297
LAN-instellingen Selecteer dit instellingsitem via Apparaatinstellingen (Device settings) bij Instellen (Setup). Belangrijk • Het beheerderswachtwoord is vereist om instellingen te wijzigen als dit wachtwoord is ingeschakeld voor het wijzigen van instellingen met het bedieningspaneel. • LAN wijzigen (Change LAN) Hiermee schakelt u draadloos LAN of de directe verbinding in/uit. •...
Pagina 298
Netwerkinstellingen afdrukken Belangrijk • De afdruk van de netwerkinstellingen bevat belangrijke informatie over uw netwerk. Bewaar deze zorgvuldig. ◦ Lijst instellingen draadl. LAN (WLAN setting list) De lijst met draadloze LAN-instellingen van deze printer wordt weergegeven op het LCD-scherm. De volgende items worden weergegeven. (Sommige instellingen worden niet weergegeven, afhankelijk van de printerinstellingen.) Items Instelling...
Pagina 300
■ Apparaatnaam wijzigen (Change device name) Hiermee wijzigt u de naam van de printer die wordt weergegeven op een Wi-Fi Direct- compatibel apparaat. ■ Verbindingsverzoek bevestigen (Connection request confirmation) Als u Ja (Yes) selecteert, wordt het bevestigingsscherm weergegeven wanneer een Wi-Fi Direct-compatibel apparaat verbinding maakt met de printer.
Pagina 301
Hiermee geeft u de Bonjour-servicenaam op. U kunt maximaal 48 tekens voor de naam invoeren. Opmerking • U kunt niet dezelfde servicenaam gebruiken als een naam die in gebruik is voor andere op het LAN aangesloten apparaten. ◦ LPR-protocolinstelling (LPR protocol setting) Schakelt de LPR-instelling in/uit.
Pagina 302
Gebruikersinstellingen apparaat Selecteer dit instellingsitem via Apparaatinstellingen (Device settings) bij Instellen (Setup). Belangrijk • Het beheerderswachtwoord is vereist om instellingen te wijzigen als dit wachtwoord is ingeschakeld voor het wijzigen van instellingen met het bedieningspaneel. • Instelling datum/tijd (Date/time setting) Hiermee kunt u de huidige datum en tijd instellen.
Pagina 303
LCD-scherm wijzigt, het zoompercentage instelt etc. • Instelling verz. apparaatinfo (Device info sending setting) Hier selecteert u of de gebruiksgegevens van de printer naar Canon worden verzonden. De informatie die naar Canon is verzonden, wordt gebruikt om betere producten te ontwikkelen. Selecteer Akkoord (Agree) om de gebruiksgegevens van de printer naar Canon te verzenden.
Pagina 304
kunt u toestaan dat de printer automatisch wordt ingeschakeld wanneer een scanopdracht van een computer of afdrukgegevens naar de printer worden gestuurd. ◦ Planning inschakelen (Enable scheduling) Hier geeft u de tijd op waarop de printer automatisch op elke dag wordt in-/uitgeschakeld. ◦...
Pagina 305
Lijst met tijdzones Tijdzone Land of regio (UTC-12:00) Bakereiland, Howlandeiland (UTC-11:00) Amerikaans Samoa, Niue (UTC-10:00) Hawaï, Westelijk deel van de Aleoeten (UTC-9:00) Alaska (UTC-8:00) V.S./Canada/Mexico (Pacific Time) (UTC-7:00) V.S./Canada/Mexico (Mountain Time) (UTC-6:00) V.S./Canada/Mexico (Central Time) (UTC-5:00) V.S./Canada/Mexico (Eastern Time), Cuba, Peru (UTC-4:30) Venezuela (UTC-4:00)
Pagina 306
(UTC+11:00) Russia (Vladivostok), Salomonseilanden, Nieuw-Caledonië (UTC+12:00) Russia (Magadan), Nieuw-Zeeland, Fiji, Kiribati (Gilberteilanden) (UTC+12:45) Nieuw-Zeeland (Chathameilanden) (UTC+13:00) Tonga, Kiribati (Phoenixeilanden), Samoa (Vanaf 31-12-2011), Tokelau (Vanaf 31-12-2011) (UTC+14:00) Kiribati (Line-eilanden)
Pagina 307
Taal kiezen Selecteer dit instellingsitem via Apparaatinstellingen (Device settings) bij Instellen (Setup). Belangrijk • Het beheerderswachtwoord is vereist om instellingen te wijzigen als dit wachtwoord is ingeschakeld voor het wijzigen van instellingen met het bedieningspaneel. Hiermee wijzigt u de taal voor berichten en menu's op het LCD-scherm.
Pagina 308
Firmware bijwerken Selecteer dit instellingsitem via Apparaatinstellingen (Device settings) bij Instellen (Setup). Belangrijk • Het beheerderswachtwoord is vereist om instellingen te wijzigen als dit wachtwoord is ingeschakeld voor het wijzigen van instellingen met het bedieningspaneel. U kunt de firmware van de printer bijwerken, de firmwareversie controleren of instellingen selecteren voor een meldingsscherm, een DNS-server en een proxyserver.
Pagina 309
• DNS-server instellen (DNS server setup) Selecteer instellingen voor een DNS-server. Selecteer Automatisch instellen (Auto setup) of Handmatige instelling (Manual setup). Als u Handmatige instelling (Manual setup) selecteert, volgt u de aanwijzingen op het LCD-scherm om de instellingen uit te voeren. •...
Pagina 310
Cassette-instellingen Selecteer dit instellingsitem via Apparaatinstellingen (Device settings) bij Instellen (Setup). Door het papierformaat en het mediumtype van het in de cassette geplaatste papier te registreren, kunt u voorkomen dat de printer onjuiste afdrukken produceert. In dit geval wordt, voordat het afdrukken begint, een bericht weergegeven als het papierformaat of het mediumtype van het geplaatste papier afwijkt van de afdrukinstellingen.
Pagina 311
Wachtwoord beheerder instellen Selecteer dit instellingsitem via Apparaatinstellingen (Device settings) bij Instellen (Setup). Belangrijk • Het beheerderswachtwoord is vereist om instellingen te wijzigen als dit wachtwoord is ingeschakeld voor het wijzigen van instellingen met het bedieningspaneel. U kunt het beheerderswachtwoord opgeven of uitschakelen. Als u het beheerderswachtwoord invoert, selecteert u het bereik en voert u het beheerderswachtwoord in.
Pagina 312
Het beheerderswachtwoord instellen op het bedieningspaneel U kunt het beheerderswachtwoord opgeven of uitschakelen. Om het beheerderswachtwoord in te stellen, dient u een wachtwoord in te voeren om de items te kunnen gebruiken of de onderstaande instellingen te kunnen wijzigen. • Webservice instellen (Web service setup) •...
Pagina 313
6. Selecteer Wachtwoord beheerder wijzigen (Change administrator password) en druk op de knop OK. Als u geen beheerderswachtwoord opgeeft, selecteert u Wachtw. beheerder verwijderen (Remove administrator password). Als u Ja (Yes) selecteert en op de knop OK drukt, wordt het bericht opnieuw weergegeven.
Pagina 314
Bedieningsbeperkingen Selecteer dit instellingsitem via Apparaatinstellingen (Device settings) bij Instellen (Setup). Belangrijk • Het beheerderswachtwoord is vereist om instellingen te wijzigen als dit wachtwoord is ingeschakeld voor het wijzigen van instellingen met het bedieningspaneel. U kunt afdruk-, kopieer- en faxbediening beperken of het gebruik van een USB-flashstation of een gedeelde map op de computer beperken.
Pagina 315
De bediening van het apparaat beperken U kunt afdruk-, kopieer- en faxbediening beperken of het gebruik van een USB-flashstation of een gedeelde map op de computer beperken. Beperkingen kunnen tijdelijk worden uitgeschakeld. Bedieningsbeperkingen tijdelijk uitschakelen Als u deze functie wilt inschakelen, stelt u het beheerderswachtwoord in voor het wijzigen van instellingen op het bedieningspaneel.
Pagina 316
Scannen (e-mail direct van app.) (Scan (E-mail direct from device)) Hiermee beperkt u het verzenden van e-mails waaraan gescande gegevens zijn toegevoegd vanaf de printer. E-mailadresboek (E-mail address book) Hiermee beperkt u bewerkingen met betrekking tot het e-mailadresboek van de printer. Faxoverdracht (FAX transmission) Hiermee beperkt u het verzenden van faxen vanaf de printer.
Pagina 317
4. Selecteer Bedieningsbeperkingen (Operation restrictions) en druk op de knop OK. 5. Voer het beheerderswachtwoord in. 6. Selecteer Wachtw. voor overschr. instellen (Override password setting) op het weergegeven scherm en druk op de knop OK. 7. Selecteer Ja (Yes) op het weergegeven scherm en druk op de knop OK. 8.
Pagina 318
• Alleen instell. verz. apparaatinfo (Device info sending setting only) Hiermee past u de instelling toe om apparaatgegeven niet naar Canon te verzenden. • Alleen items in e-mailadresboek (E-mail address book entries only) Hiermee verwijdert u alle geregistreerde e-mailadressen.
Pagina 319
• De huidige positie van de printkop • Het land dat of de regio die is geselecteerd voor Land of regio (Country or region) • Het totaal aantal kopieer-, scan- en faxgebeurtenissen dat bij Gebruiksgegevens (Records of use) is vastgelegd •...
Pagina 320
◦ IJ Cloud Printing Center instellen (IJ Cloud Printing Center setup) Registreert/verwijdert de printer bij/van Canon Inkjet Cloud Printing Center. ◦ Webservice-instel. controleren (Check Web service setup) Controleer of de printer is geregistreerd bij Google Cloud Print of het Canon Inkjet Cloud Printing Center. • DNS-server instellen (DNS server setup) Selecteer instellingen voor een DNS-server.
Pagina 321
Systeeminformatie Selecteer dit instellingsitem via Systeeminformatie (System information) bij Instellen (Setup). • Huidige versie (Current version) Hier wordt de huidige firmwareversie weergegeven. • Printernaam (Printer name) Hier wordt de huidige printernaam weergegeven. • Serienummer (Serial number) Hier wordt het serienummer van de printer weergegeven. •...
Pagina 322
ECO-instellingen Selecteer dit item op het HOME-scherm. Via deze instelling kunt u de volgende functies gebruiken. • Automatisch dubbelzijdig afdrukken om papier te besparen Dubbelzijdig afdrukken gebruiken • De printer automatisch inschakelen wanneer u afdrukt of scant vanaf een apparaat of de printer automatisch uitschakelen nadat de opgegeven tijd is verstreken om elektriciteit te besparen De printer automatisch in-/uitschakelen •...
Pagina 323
1. Kopiëren (Copy) Hiermee stelt u dubbelzijdig afdrukken als standaard in. 2. PDF-bestand afdruk. (PDF file print) Hiermee stelt u in dat PDF-bestanden die zijn opgeslagen op een USB-flashstation standaard dubbelzijdig worden afgedrukt. 3. FAX-afdruk (FAX print) Selecteer dubbelzijdig afdrukken van verzonden/ontvangen faxen, rapporten of lijsten als standaardinstelling.
Pagina 324
1. Automatisch uit (Auto power off) Hiermee geeft u op na hoeveel tijd de printer automatisch moet worden uitgeschakeld wanneer gedurende een bepaalde periode geen bewerkingen zijn uitgevoerd of geen afdrukgegevens naar de printer zijn gestuurd. 2. Automatisch aan (Auto power on) Als u AAN (ON) selecteert, kan de printer automatisch worden ingeschakeld wanneer een scanopdracht van een computer of afdrukgegevens naar de printer worden gestuurd.
Pagina 325
1. Selecteer Instellingen automatisch AAN (Auto ON timer settings) en druk op de knop 2. Selecteer Inschakelen (Enable) op het weergegeven scherm en druk op de knop OK. Het onderstaande scherm wordt weergegeven. 3. Gebruik de numerieke toetsen om de tijd op te geven waarop de printer moet worden ingeschakeld.
Pagina 326
3. Controleer het bericht en druk op de knop OK. Het onderstaande scherm wordt weergegeven. 4. Gebruik de numerieke toetsen om de tijd op te geven waarop de printer moet worden uitgeschakeld. U kunt de uren opgeven van 0 tot 24 en de minuten met stappen van 10 minuten. 5.
Pagina 327
Stille instelling Selecteer dit item op het HOME-scherm. Schakel deze functie in als u het geluidsniveau van de printer wilt beperken, bijvoorbeeld wanneer u 's nachts afdrukt. Bovendien kunt u de tijdsduur opgeven voor het verminderen van het geluid van het apparaat.
Pagina 328
U kunt het geluid van de printer verminderen tijdens de opgegeven tijden. Het bevestigingsscherm wordt weergegeven en het pictogram wordt weergegeven als pictogram voor het menu Stille instelling (Quiet setting). Belangrijk • De werkingssnelheid is lager dan wanneer Stille modus niet gebruiken (Do not use quiet mode) is geselecteerd.
Pagina 329
Favoriete instellingen (aangepaste profielen) registreren U kunt de favoriete kopieer-, scan- en faxinstellingen registreren deze vanaf het HOME-scherm openen. U kunt maximaal 20 instellingen registreren. De instelling registeren De geregistreerde instelling openen De geregistreerde instelling bewerken/verwijderen De instelling registeren Druk op de linker Functie (Function)-knop op elk stand-byscherm of op het scherm dat wordt weergegeven nadat de instellingen zijn opgegeven.
Pagina 330
De geregistreerde instelling bewerken/verwijderen Volg de onderstaande procedure om de geregistreerde instelling te bewerken of te verwijderen. Zorg dat de printer is ingeschakeld. 2. Selecteer Aangep. profielen (Custom profiles) in het HOME-scherm. LCD en bedieningspaneel 3. Druk op de linker Functie (Function)-knop. U kunt de volgorde of de naam van de geregistreerde instellingen wijzigen en de instellingen verwijderen.
Pagina 331
Controleren hoe vaak het apparaat in totaal is gebruikt U kunt controleren hoe vaak de printer in totaal is gebruikt (bijvoorbeeld hoe vaak er in totaal is afgedrukt, gekopieerd of gescand en hoe vaak er faxen zijn verzonden of ontvangen). Zorg dat de printer is ingeschakeld.
Pagina 332
Printerinstellingen wijzigen via de webbrowser Instellingen wijzigen via de webbrowser Instelbare items configureren via de webbrowser Wachtwoord instellen E-mailserver instellen E-mailinstellingen opgeven voor het verzenden van gescande gegevens De printerstatus per e-mail ontvangen...
Pagina 333
Instellingen wijzigen via de webbrowser U kunt de printerstatus controleren en de printerinstellingen wijzigen via de webbrowser op uw smartphone, tablet of computer. Als u de printerstatus wilt controleren en als u printerinstellingen wilt wijzigen, geeft u "Externe UI" weer in de webbrowser.
Pagina 334
5. Controleer IPv4-adres (IPv4 address). 3. Open de webbrowser op uw smartphone, tablet of computer en voer het IP-adres in. Voer het volgende in het veld URL van de webbrowser in. http://XXX.XX.X.XXX Voer het IP-adres in als "XXX.XX.X.XXX". Wanneer u naar deze pagina gaat, wordt de externe UI weergegeven in de webbrowser op uw smartphone, tablet of computer.
Pagina 335
7. Controleer de printerstatus en wijzig de printerinstellingen. Zie hieronder voor informatie over het configureren van instelbare items. Instelbare items configureren via de webbrowser 8. Selecteer Afmelden (Log off) nadat u de printerstatus hebt gecontroleerd en de printerinstellingen hebt gewijzigd. 9.
Pagina 336
Het basiscertificaat van de printer bij de webbrowser registreren Als het basiscertificaat van de printer niet is geregistreerd bij de webbrowser, kan een bericht worden weergegeven waarin wordt vermeld dat een veilige verbinding niet kan worden gegarandeerd. Wanneer u de externe UI voor het eerst op uw smartphone, tablet of computer weergeeft, downloadt u het basiscertificaat en registreert u het bij de webbrowser.
Pagina 337
7. Selecteer Vertrouwde basiscertificeringsinstanties (Trusted Root Certification Authorities) en OK. 8. Selecteer Volgende (Next) in het venster Wizard Certificaat importeren (Certificate Import Wizard). 9. Als De wizard Certificaat importeren (Completing the Certificate Import Wizard) wordt weergegeven, selecteert u Voltooien (Finish). Het scherm Beveiligingwaarschuwing (Security Warning) wordt weergegeven.
Pagina 338
5. Als de vingerafdruk in de certificaatgegevens overeenkomt met de vingerafdruk van de printer, selecteert u Vertrouw altijd (Always Trust). De registratie van het basiscertificaat is voltooid. Opmerking • Als op uw apparaat een wachtwoord is ingesteld, moet u mogelijk een wachtwoord opgeven. Voor Chrome in Android 1.
Pagina 339
3. Controleer of de vingerafdruk in het scherm met certificaatgegevens overeenkomt met de vingerafdruk van de printer. Voor de vingerafdruk van de printer drukt u op de knop HOME, selecteert u Instellen (Setup) -> Apparaatinstellingen (Device settings) -> LAN-instell. (LAN settings) -> LAN-instellingen bevestigen (Confirm LAN settings) en controleert u Vingerafdruk hoofdcert.
Pagina 340
Instelbare items configureren via de webbrowser Opmerking • De volgorde van de items die hier worden beschreven en de items die in de webbrowser worden weergegeven, kan verschillend zijn. • Welke items kunnen worden gebruikt, is verschillend in de beheerdersmodus en de standaardgebruikersmodus .
Pagina 341
Items voor de printer Apparaatinstellingen (Device settings) Met deze functie kunt u de printerinstellingen wijzigen, zoals de stille instelling, de energiebesparingsinstellingen en de afdrukinstellingen. Daarnaast kunt u met deze functie de e-mailinstellingen wijzigen en informatie over de printerstatus ontvangen, zoals het resterende inktniveau en de fout. E-mailserver instellen E-mailinstellingen opgeven voor het verzenden van gescande gegevens De printerstatus per e-mail ontvangen...
Pagina 342
Wachtwoord instellen Het wachtwoord voor de beheerder en voor de standaardgebruiker kan worden ingesteld. Wanneer u zich aanmeldt met het wachtwoord voor de beheerder, kunt u alle instellingen wijzigen. Wanneer u zich aanmeldt met het wachtwoord voor de standaardgebruiker, kunt u sommige instellingen wijzigen.
Pagina 343
6. Voer een wachtwoord in en selecteer vervolgens OK. Belangrijk • Voor het wachtwoord gelden de volgende beperkingen: • Stel een wachtwoord in van 4 tot 32 tekens. • Toegestane tekens zijn alfanumerieke enkel-byte tekens. • Uit veiligheidsoverwegingen raden we u aan 6 of meer alfanumerieke tekens te gebruiken. 7.
Pagina 344
E-mailserver instellen Als u de e-mailfunctie wilt gebruiken, moet u de instellingen voor de e-mailserver opgeven. Opmerking • Als u de tijdzone niet hebt ingesteld met het bedieningspaneel van de printer, wordt een bericht weergegeven om u te informeren dat mogelijk niet de juiste tijd wordt weergegeven in de verzonden e- mail.
Pagina 345
Geef het wachtwoord voor verzending op om de verificatie te kunnen uitvoeren. POP voor SMTP (POP before SMTP) Selecteer deze optie als u e-mail met POP voor SMTP-verificatie wilt verzenden. Daarna kunt u de volgende instellingen opgeven. • Server inkomende mail (POP3) (Incoming mail server (POP3)) Voer het adres van uw POP-server in.
Pagina 346
E-mailinstellingen opgeven voor het verzenden van gescande gegevens U kunt e-mailinstellingen opgeven om gescande gegevens van de printer via e-mail te verzenden. In dit gedeelte worden de e-mailinstellingen beschreven, zoals de titel van de e-mail, de aanvankelijke hoofdtekst en de bestandsgrootte. Opmerking •...
Pagina 348
De printerstatus per e-mail ontvangen U ontvangt de printerstatus zoals het resterende inktniveau en de fout vanaf de printer. Opmerking • Geef van tevoren de instellingen van de e-mailserver op. E-mailserver instellen • Als u de datum en tijd niet hebt ingesteld met het bedieningspaneel van de printer, worden de datum en tijd mogelijk niet correct weergegeven in de verzonden e-mail.
Pagina 349
3. Selecteer OK. De instelling voor opnieuw verzenden is voltooid.
Pagina 350
Netwerkverbinding Tips voor de netwerkverbinding...
Pagina 351
Tips voor de netwerkverbinding Standaardnetwerkinstellingen Er is een andere printer gevonden met dezelfde naam Verbinding maken met een andere computer via een LAN/De verbinding wijzigen van USB in LAN Netwerkinstellingen afdrukken Methode voor verbinding met draadloos LAN wijzigen...
Pagina 353
*1 'ab' wordt willekeurig toegewezen en 'XX' staat voor de laatste twee cijfers van het MAC-adres van de printer. (De waarde wordt opgegeven wanneer de printer de eerste keer wordt ingeschakeld.) *2 Het wachtwoord wordt automatisch opgegeven wanneer de printer de eerste keer wordt ingeschakeld. *3 "ZZZZZZ"...
Pagina 354
Er is een andere printer gevonden met dezelfde naam Wanneer de printer tijdens de installatie wordt gevonden, worden mogelijk andere printers met dezelfde naam weergegeven in het venster met detectieresultaten. Selecteer een printer waarbij u de printerinstellingen vergelijkt met die in het venster met detectieresultaten. •...
Pagina 355
USB in LAN, voert u de installatie uit met behulp van de installatie-cd-rom of volgt u de instructies op de Canon-website. Voor Mac OS: Als u een extra computer wilt verbinden met de printer via een LAN of als u de verbinding wilt wijzigen van USB in LAN, volgt u de instructies op de Canon-website.
Pagina 356
Netwerkinstellingen afdrukken Gebruik het bedieningspaneel om de huidige netwerkinstellingen van de printer af te drukken. Belangrijk • De afdruk van de netwerkinstellingen bevat belangrijke informatie over uw netwerk. Bewaar deze zorgvuldig. Zorg dat de printer is ingeschakeld. Plaats twee vellen een normaal papier van A4- of Letter-formaat. 3.
Pagina 357
MAC Address MAC-adres XX:XX:XX:XX:XX:XX Infrastructure Infrastructuur Enable/Disable Connection Verbindingsstatus Active/Inactive SSID SSID SSID van draadloos LAN Channel *1 Kanaal XX (1 t/m 11) Encryption Coderingsmethode None/WEP/TKIP/AES WEP Key Length WEP-sleutellengte (bits) Inactive/128/64 Authentication Verificatiemethode None/auto/open/shared/WPA-PSK/WPA2- Signal Strength Signaalsterkte 0 tot 100 [%] TCP/IPv4 TCP/IPv4 Enable...
Pagina 359
Printer Name Printernaam Printernaam (maximaal 15 alfanumerieke te- kens) Direct Conn. DevName Apparaatnaam voor directe verbin- Apparaatnaam voor directe verbinding ding (max. 32 tekens) WSD Printing Instelling voor WSD afdrukken Enable/Disable WSD Timeout Time-out 1/5/10/15/20 [min] LPD Printing Instelling voor LPD afdrukken Enable/Disable RAW Printing Instelling voor RAW afdrukken...
Pagina 360
Voer een van onderstaande procedures uit om de methode voor verbinding met een draadloos LAN te wijzigen (infrastructuur of directe verbinding). • Voor Windows: ◦ Gebruik de installatie-cd-rom of volg de instructies op de Canon-website om de installatie opnieuw uit te voeren. ◦ Selecteer instellingen op het scherm Protocolinstellingen (Protocol Settings) in IJ Network Device Setup Utility.
Pagina 361
Netwerkinstellingen (IJ Network Device Setup Utility) (Windows) IJ Network Device Setup Utility IJ Network Device Setup Utility starten Het scherm IJ Network Device Setup Utility Netwerkinstellingen uitvoeren Netwerkstatus controleren De menu's van het IJ Network Device Setup Utility Overige netwerkinformatie...
Pagina 362
IJ Network Device Setup Utility Met IJ Network Device Setup Utility kan een netwerk- of printerbeheerder de printers in een netwerk beheren. Wanneer u een printersetup uitvoert, wordt de utility ook geïnstalleerd. Gebruik IJ Network Device Setup Utility om: • Zoeken naar printers in het netwerk en de aanvankelijke netwerkconfiguratie voor gedetecteerde printers uitvoeren •...
Pagina 363
Start het IJ Network Device Setup Utility zoals hieronder aangegeven. • Klik in Windows 10 op de Start-knop en selecteer alle apps (All apps), Canon Utilities en vervolgens IJ Network Device Setup Utility. Als IJ Network Device Setup Utility niet wordt weergegeven, zoekt u naar "IJ Network Device Setup Utility"...
Pagina 364
Het scherm IJ Network Device Setup Utility Items in het venster IJ Network Device Setup Utility Menu's van het venster IJ Network Device Setup Utility Items op de werkbalk van het venster IJ Network Device Setup Utility De items in het venster IJ Network Device Setup Utility Het onderstaande scherm wordt weergegeven wanneer u IJ Network Device Setup Utility start.
Pagina 365
Beschikbaar (Available) Geeft aan dat de printer beschikbaar is. Installatie voltooid (Setup Completed) Wordt weergegeven nadat de netwerkconfiguratie is uitgevoerd en de gebruiker op Instellen (Set) heeft geklikt om het venster te sluiten. Niet verbonden (Not Connected) Geeft aan dat de printer een configuratie voor een draadloos LAN moet uitvoeren. Instellingen voor draadloos LAN uitvoeren/wijzigen Niet ingesteld (Not Set) Geeft aan dat de printer niet kan worden gebruikt op het netwerk.
Pagina 366
• Als de printer beide LAN-verbindingsopties ondersteunt, wordt de printer herkent als twee printers en worden ze apart weergegeven. • Als de printer bedraad LAN niet ondersteunt, wordt deze niet weergegeven. • Als u IJ Network Device Setup Utility op de computer gebruikt die draadloos LAN niet ondersteunt, wordt deze niet weergegeven.
Pagina 367
De menu's in het venster IJ Network Device Setup Utility In deze sectie worden de menu's in het venster IJ Network Device Setup Utility beschreven. 1. Menu Printer Het menu Printer 2. Menu Beeld (View) Het menu Beeld 3. Menu Optie (Option) Het menu Optie 4.
Pagina 368
3. Het stopt het detecteren van printers. Opmerking • Dit item heeft dezelfde functie als Annuleren in het menu Beeld (View). 4. Hiermee wisselt u de printerlijst. (IPv4, IPv6, of USB-printers) Opmerking • Dit item heeft dezelfde functie als IPv4/IPv6/USB schakelen in het menu Beeld (View).
Pagina 369
Netwerkinstellingen uitvoeren Instellingen voor bedraad LAN uitvoeren/wijzigen Instellingen voor draadloos LAN uitvoeren/wijzigen Printerinformatie toewijzen Netwerkinstellingen initialiseren Beheerderswachtwoord wijzigen Criteria opgeven om naar een printer te zoeken/Een specifieke printer zoeken Als het venster WEP-details wordt weergegeven Als het venster WPA/WPA2-details wordt weergegeven...
Pagina 370
Instellingen voor bedraad LAN uitvoeren/wijzigen Voer de onderstaande procedure uit om de instellingen voor een bedraad LAN uit te voeren of te wijzigen. Opmerking • Bij sommige modellen kunt u netwerkconfiguratie uitvoeren voor een via USB verbonden printer met de IJ Network Device Setup Utility.
Pagina 371
1. IPv4-adres gebruiken (Use IPv4 address) Deze optie is altijd geselecteerd. (grijs weergegeven) 2. IP-adres automatisch verkrijgen (Get IP address automatically) Selecteer deze optie als u een IP-adres wilt gebruiken dat automatisch wordt toegewezen door een DHCP-server. DHCP-serverfunctionaliteit moet zijn ingeschakeld in uw router. 3.
Pagina 372
1. IPv6-adres gebruiken (Use IPv6 address) Selecteer deze optie wanneer u de printer gebruikt in een IPv6-omgeving. 2. Stateless adres gebruiken: (Use Stateless Address:) Selecteer deze optie als u een automatisch toegewezen IP-adres gebruikt. Gebruik een router die compatibel is met IPv6. Opmerking •...
Pagina 373
Instellingen voor draadloos LAN uitvoeren/wijzigen Voer de onderstaande procedure uit om de instellingen voor een draadloos LAN uit te voeren of te wijzigen. Belangrijk • Schakel draadloze setup in voordat u de printersetup uitvoert. (Niet nodig als u het IP-adres wijzigt.) Zoek voor meer informatie naar "NR049"...
Pagina 374
1. Netwerktype: (Network Type:) Selecteer de modus Draadloos LAN. Infrastructuur (Infrastructure) Hiermee kunt u de printer met een draadloos LAN verbinden via een draadloze router. Direct Hiermee sluit u de printer zonder een draadloze router aan op draadloze communicatieapparaten. Opmerking •...
Pagina 375
Instellen (Set) om het instellingenscherm voor WPA/WPA2 of WEP voor een draadloze router weer te geven. Als het venster WEP-details wordt weergegeven Als het venster WPA/WPA2-details wordt weergegeven 4. Coderingsmethode: (Encryption Method:) Hiermee kunt u de coderingsmethode selecteren die wordt gebruikt op het draadloze LAN. •...
Pagina 376
Opmerking • Wanneer USB is geselecteerd in het vervolgkeuzemenu op de werkbalk, kunt u de IPv6- instellingen niet configureren. • De onderstaande items zijn alleen beschikbaar wanneer Infrastructuur (Infrastructure) is geselecteerd bij Netwerktype: (Network Type:). Als Direct is geselecteerd, worden onderstaande instellingen grijs weergegeven. 1.
Pagina 377
Opmerking • Dit item is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van de printer die u gebruikt. 6. Klik op Instellen (Set).
Pagina 378
Printerinformatie toewijzen Volg de onderstaande procedure om de naam van een printerlocatie of een apparaat weer te geven. De namen worden weergegeven bij Apparaatnaam: (Device Name:) en Locatie: (Location:) in het venster IJ Network Device Setup Utility Opmerking • Dit item is niet beschikbaar als USB is geselecteerd in het vervolgkeuzemenu op de werkbalk. Start IJ Network Device Setup Utility.
Pagina 379
Netwerkinstellingen initialiseren Volg de onderstaande procedure om de netwerkinstellingen van de printer te initialiseren. Start IJ Network Device Setup Utility. De gedetecteerde printers worden vermeld. 2. Selecteer printer om instellingen te initialiseren. Selecteer de printer waarvoor Beschikbaar (Available) wordt weergegeven bij Status. 3.
Pagina 380
Beheerderswachtwoord wijzigen Volg de onderstaande procedure om het beheerderswachtwoord te wijzigen. Start IJ Network Device Setup Utility. De gedetecteerde printers worden vermeld. 2. Selecteer printer om het wachtwoord te wijzigen. Selecteer de printer waarvoor Beschikbaar (Available) wordt weergegeven bij Status. 3.
Pagina 381
Criteria opgeven om naar een printer te zoeken/Een specifieke printer zoeken U kunt de criteria opgeven voor het zoeken naar een printer wanneer u IJ Network Device Setup Utility start of de printerzoekopdracht bijwerkt. U kunt ook naar een specifieke printer zoeken. Als u deze instellingen wijzigt, wordt de gewenste printer mogelijk gedetecteerd, als deze eerder niet was gedetecteerd Opmerking...
Pagina 382
Een specifieke printer zoeken Start IJ Network Device Setup Utility. 2. Selecteer Opgegeven zoeken... (Specified Searching...) in het menuOptie (Option). Het venster Opgegeven zoeken (Specified Searching) wordt weergegeven. 3. Selecteer het item dat u wilt opgeven en typ een waarde. 1.
Pagina 383
Als het venster WEP-details wordt weergegeven Als u een draadloze router aanpast om te verbinden met de printer, voert u het wachtwoord in volgens de coderingsmethode van de draadloze router. 1. Voer onderstaande items in als het venster WEP-details (WEP Details) verschijnt. 1.
Pagina 384
Als het venster WPA/WPA2-details wordt weergegeven Als u een draadloze router aanpast om te verbinden met de printer, voert u het wachtwoord in volgens de coderingsmethode van de draadloze router. 1. Voer de wachtwoordzin in als het venster WPA/WPA2-details (WPA/WPA2 Details) verschijnt.
Pagina 385
Netwerkstatus controleren Controleer de status van het draadloze netwerk Computernetwerkinformatie weergeven Printernetwerkinformatie weergeven De verbindingsstatus tussen de printer en de draadloze router controleren Het verschil tussen netwerkinstellingen controleren...
Pagina 386
Controleer de status van het draadloze netwerk Volg de onderstaande procedure om de status van het draadloze netwerk (signaalsterkte) tussen de printer en de computer te controleren. Controleer de netwerkstatus in dit menu als er een probleem is met de draadloze LAN-verbinding. Start IJ Network Device Setup Utility.
Pagina 387
Computernetwerkinformatie weergeven Volg de onderstaande procedure om de netwerkinformatie te zien van de computer waarmee de printer die is geselecteerd in het venster IJ Network Device Setup Utility is verbonden en waarop IJ Network Device Setup Utility is geïnstalleerd. Start IJ Network Device Setup Utility. 2.
Pagina 388
Printernetwerkinformatie weergeven Volg de onderstaande procedure om de printernetwerkinformatie weer te geven. Start IJ Network Device Setup Utility. De gedetecteerde printers worden vermeld. 2. Selecteer printer om netwerkinformatie uit de printerlijst weer te geven. Selecteer de printer waarvoor Beschikbaar (Available) wordt weergegeven bij Status. 3.
Pagina 389
De verbindingsstatus tussen de printer en de draadloze router controleren Volg de onderstaande procedure om de door de printer gedetecteerde informatie over de draadloze router te controleren. Zo worden de draadloze routers in de omgeving van de printer gedetecteerd en worden de gedetecteerde routers vermeld.
Pagina 390
Het verschil tussen netwerkinstellingen controleren Als u een eerder in het netwerk gebruikte printer niet kunt gebruiken, vergelijkt u de actuele netwerkstatus met de status van de laatste keer dat u de printer hebt gebruikt om te zien wat het verschil is. Start IJ Network Device Setup Utility.
Pagina 391
De menu's van het IJ Network Device Setup Utility Het menu Printer Het menu Beeld Het menu Optie Het menu Help...
Pagina 392
Het menu Printer In dit gedeelte worden de items beschreven die worden weergegeven in het menu Printer. 1. Protocolinstellingen... (Protocol Settings...) Hiermee stelt u een bedraad of draadloos LAN in. Instellingen voor bedraad LAN uitvoeren/wijzigen Instellingen voor draadloos LAN uitvoeren/wijzigen 2.
Pagina 393
Besturingssysteem: Windows Vista SP2 of hoger Webbrowser: Internet Explorer 9 of hoger, Google Chrome 41.0.2272.118m of hoger, Mozilla Firefox 37.0.1 of hoger 7. Afsluiten (Exit) Hiermee sluit u IJ Network Device Setup Utility af.
Pagina 394
Het menu Beeld In dit gedeelte worden de items beschreven die worden weergegeven in het menuBeeld (View). 1. Computernetwerkinformatie (Computer Network Information) Controleer de computernetwerkinformatie. Computernetwerkinformatie weergeven 2. Printernetwerkinformatie (Printer Network Information) Controleer de printernetwerkinformatie. Printernetwerkinformatie weergeven 3. Status van verbinding tussen printer en draadloze router (Status of Printer and Wireless Router Connection) Hiermee zoekt u draadloze routers en controleert u de informatie (draadloos kanaal, communicatiestatus en signaalsterkte) van de draadloze router die door de printer is gedetecteerd.
Pagina 395
Hiermee annuleert u het zoeken naar de printer. Opmerking • Hiermee kunt u zoeken naar de printer ook annuleren door te klikken op het pictogram 8. Bijwerken (Update) Hiermee zoekt u nogmaals naar de printers. Opmerking • U kunt ook nogmaals naar de printers zoeken door te klikken op het pictogram...
Pagina 396
Het menu Optie In dit gedeelte worden de items beschreven die worden weergegeven in het menuOptie (Option). 1. Zoekinstellingen... (Search Settings...) Hiermee geeft u criteria op voor het zoeken naar de printer. Criteria opgeven om naar een printer te zoeken 2.
Pagina 397
Het menu Help In dit gedeelte worden de items beschreven die worden weergegeven in het menuHelp. 1. Online handleiding (Online Manual) Hiermee geeft u deze handleiding weer. 2. Let op bij verbinding met een draadloos LAN (Caution when Connecting to Wireless LAN) Hiermee wordt het waarschuwingsbericht voor een draadloze LAN-verbinding weergegeven.
Pagina 398
Overige netwerkinformatie Technische termen Beperkingen Firewall...
Pagina 399
Technische termen In dit gedeelte worden de technische termen beschreven die in de handleiding worden gebruikt. • Toegangspuntmodus (Access point mode) De printerwordt als een toegangspunt gebruikt om externe draadloze communicatieapparaten (zoals computers, smartphones of tablets) te verbinden in een omgeving waar geen toegangspunt (draadloze router) beschikbaar is.
Pagina 400
Voor WPA/WPA2 is de verificatiemethode PSK. • Bonjour Een service die in het besturingssysteem Mac OS X is ingebouwd en die automatisch de apparaten detecteert die u met een netwerk kunt verbinden. • Instellen zonder kabel Hiermee geeft u direct instellingen voor een draadloze router op met gebruik van een apparaat (zoals een smartphone), maar zonder gebruik te maken van een draadloze router.
Pagina 401
• DNS-server Een server die apparaatnamen omzet in IP -adressen. Als u handmatig een IP-adres opgeeft, moet u het adres opgeven van zowel een primaire server als een secundaire server. • Firewall Dit is een systeem dat ongeautoriseerde toegang tot de computer in het netwerk voorkomt. Om dergelijke toegang te voorkomen, kunt u de firewallfunctie van een breedbandrouter, de beveiligingssoftware of het besturingssysteem van de computer gebruiken.
Pagina 402
• IPv4/IPv6 Dit zijn internetwerk-protocollen die worden gebruikt op internet. IPv4 maakt gebruik van 32-bits adressen en IPv6 maakt gebruik van 128-bits adressen. • Sleutelindeling (Key Format) Selecteer ASCII of Hex als indeling voor de WEP-sleutel. Welke tekens voor de WEP-sleutel kunnen worden gebruikt, is afhankelijk van de geselecteerde sleutelindelingen.
Pagina 403
• Werkingsstatus (Operation Status) Hiermee wordt de status van de printer aangegeven. • Prefixlengte Het aantal bits in het netwerkgedeelte van een IP-adres. Dat aantal varieert van 8 tot 24 bits voor IPv4 en 64 bits voor IPv6. • Proxyserver Een server die een via een LAN verbonden computer verbindt met internet.
Pagina 404
• Stateless adres Een voorlopig IPv6-adres dat automatisch is gegenereerd met gebruik van een prefix dat is opgenomen in RA (Router Advertisement) en een MAC-adres. Een IPv6-adres wordt gegenereerd in een omgeving waarin een DHCP-server niet beschikbaar is. • Subnetmasker Een IP-adres bestaat uit twee delen: het netwerkadres en het hostadres.
Pagina 405
• Wi-Fi Internationale instelling die het samenwerken van draadloze LAN-producten certificeert op basis van de IEEE 802.11-specificatie. Deze printer is een door Wi-Fi geautoriseerd product. • Draadloos LAN Een netwerk dat in plaats van met fysieke snoeren, is aangesloten met een draadloze technologie zoals Wi-Fi.
Pagina 406
PBC (Push button configuration; drukknop): een drukknop op de hardware of een virtuele drukknop in de software.
Pagina 407
Beperkingen Als u een printer gebruikt via het draadloze LAN, herkent de printer mogelijk draadloze systemen in de buurt. U moet daarom een netwerksleutel (WEP of WPA/WPA2) instellen voor het toegangspunt om draadloze verzending te coderen. Draadloze communicatie met een product dat niet voldoet aan de Wi-Fi- standaard kan niet worden gegarandeerd.
Pagina 408
Firewall Een firewall is een functie van de beveiligingssoftware die op de computer is geïnstalleerd of van het besturingssysteem van de computer. Deze functie voorkomt toegang tot het netwerk door onbevoegden. Voorzorgsmaatregelen wanneer de firewallfunctie is ingeschakeld • Een firewallfunctie kan de communicatie tussen een printer en een computer beperken. Hierdoor kunnen de printerinstallatie en -communicatie worden uitgeschakeld.
Pagina 409
Zorgen voor optimale afdrukresultaten Inkttips Afdruktips Controleer de papierinstellingen voordat u gaat afdrukken Stel de papiergegevens voor de cassette in nadat u papier hebt geplaatst Afdruktaken annuleren Een hoge afdrukkwaliteit handhaven Uw apparaat vervoeren...
Pagina 410
Inkt wordt soms gebruikt om de optimale afdrukkwaliteit te behouden. Om de printerprestaties op peil te houden, wordt er op basis van de printerconditie door de Canon-printer een automatische reiniging uitgevoerd. Tijdens deze automatische reiniging wordt een kleine hoeveelheid inkt verbruikt.
Pagina 411
Afdruktips De status voorafgaand aan het afdrukken controleren • Bevindt de printkop zich in een goede staat? Als de spuitopeningen van de printkop verstopt raken, worden afdrukken vager, waardoor de afdrukkwaliteit negatief wordt beïnvloed en er papier wordt verspild. Als u de printkop wilt controleren, drukt u het controleraster voor de spuitopeningen af.
Pagina 412
Controleer de papierinstellingen voordat u gaat afdrukken Wijzig de papierinstellingen op het bedieningspaneel of van de computer voordat u gaat afdrukken. Er zijn vele soorten papier. Er is papier dat speciaal is gecoat voor foto-afdrukken van hoge kwaliteit, en ander papier is weer bestemd voor documenten. Elk papiertype heeft specifieke vooraf ingestelde instellingen die details, zoals de toepassing en het gebruik van inkt en de afstand vanaf de spuitopeningen, bepalen waardoor optimale afdrukkwaliteit voor het papier wordt gegarandeerd.
Pagina 413
Stel de papiergegevens voor de cassette in nadat u papier hebt geplaatst Als u een cassette plaatst nadat u papier hebt geplaatst, wordt een scherm voor het instellen van het type en formaat papier weergegeven. Stel de papiergegevens voor de cassette in, en geef het type en formaat van het geplaatste papier aan.
Pagina 414
Afdruktaken annuleren Druk niet op de knop AAN (ON) als u afdruktaken wilt annuleren. Als u op de AAN (ON)-knop drukt om het apparaat uit te schakelen tijdens het afdrukken, kan het apparaat het afdrukken soms niet hervatten, zelfs als de afdruktaken intern niet zijn gewist. Druk op de knop Stoppen (Stop) als u het afdrukken wilt annuleren.
Pagina 415
Een hoge afdrukkwaliteit handhaven Voor een optimale afdrukkwaliteit is het belangrijk dat de printkop niet uitdroogt of verstopt raakt. Voor een optimale afdrukkwaliteit volgt u deze tips. Opmerking • Op sommige typen papier kan de inkt uitlopen als u er met een markeerstift op waterbasis overheen gaat, of als water of transpiratievocht in contact komt met het afdrukgebied.
Pagina 416
Uw apparaat vervoeren Neem deze voorzorgsmaatregelen wanneer u het apparaat vervoert omdat u gaat verhuizen of het apparaat moet laten repareren. Belangrijk • Plaats het apparaat rechtop in een stevige doos in en gebruik voldoende beschermend materiaal voor een veilig transport. •...
Pagina 417
7. Plak alle kleppen op het apparaat vast zodat ze niet open kunnen, en de cassette er tijdens het vervoer niet uitkomt. Zet het apparaat vervolgens in een plastic zak. 8. Verpak het apparaat ter bescherming in de doos met beschermend materiaal.
Pagina 418
Juridische beperkingen bij scannen/kopiëren Scannen, afdrukken, kopiëren of wijzigen van exemplaren van het volgende kan wettelijk strafbaar zijn. Deze lijst is niet volledig. Raadpleeg in geval van twijfel een plaatselijke jurist. • Papiergeld • Postwissels • Stortingsbewijzen • Postzegels (gestempeld of ongestempeld) •...
Pagina 419
Specificaties Algemene specificaties Afdrukresolutie (dpi) 600 (horizontaal) x 1200 (verticaal) Interface USB-poort: Hi-Speed USB *1 Poort voor USB-flashstation: USB-flashstation LAN-poort: Draadloos LAN: IEEE802.11n / IEEE802.11g / IEEE802.11b *2 *1 Een computer die voldoet aan de Hi-Speed USB-standaard is vereist. Aan- gezien de Hi-Speed USB-interface volledig opwaarts compatibel is met USB 1.1, kan deze worden gebruikt met USB 1.1.
Pagina 420
* Met geplaatste printkop en inkttanks. Printkop/inkt 4352 spuitopeningen in totaal (BK 1280 spuitopeningen, C/M/Y 512 x 6 spuit- openingen) ADF-capaciteit A4- of Letter-formaat: maximaal 50 vellen (papier van 75 g /m / 20 lb), tot een hoogte van 5 mm / 0,20 inch Legal-formaat: maximaal 10 vellen (papier van 75 g /m / 20 lb), tot een hoog- te van 1 mm / 0,04 inch...
Pagina 421
(op basis van ITU-T No.1 chart voor VS-specificaties en Canon FAX Standard chart No.1 voor anderen, allebei in standaardmodus) Kleur: ongeveer 1 minuut per pagina met een snelheid van 33,6 kbps (op basis van Canon COLOR FAX TEST SHEET) Gradatie...
Pagina 422
De benodigde hoeveelheid vasteschijfruimte kan zonder kennisgeving wor- den gewijzigd. Beeldscherm XGA 1024 x 768 Overige ondersteunde besturingssystemen Sommige functies zijn mogelijk niet beschikbaar bij elk besturingssysteem. Raadpleeg de website van Canon voor meer informatie over het gebruik met iOS, Android en Windows RT.
Pagina 423
Mogelijkheid tot mobiel afdrukken Apple AirPrint Google Cloud Print MAXIFY Cloud Link • Een internetverbinding is vereist om Easy-WebPrint EX en de hele Online handleiding te kunnen gebruiken. • Windows: de werking kan alleen worden gegarandeerd op een computer waarop Windows 10, Windows 8.1, Windows 8, Windows 7 of Windows Vista is geïnstalleerd.
Pagina 424
Informatie over papier Ondersteunde mediumtypen Maximaal aantal vellen Niet-ondersteunde mediumtypen Omgaan met papier Afdrukgebied Afdrukgebied Standaardformaten Enveloppen...
Pagina 425
• Ga naar de Canon-website voor meer informatie over paginaformaten en mediumtypen. • Origineel Canon-papier is in sommige landen of regio's niet verkrijgbaar. Merk op dat Canon-papier in de Verenigde Staten niet op modelnummer wordt verkocht. Daar koopt u het papier op naam.
Pagina 426
• Minimumformaat: 89,0 x 127,0 mm (3,50 x 5,00 inch) • Maximumformaat: 216,0 x 355,6 mm (8,50 x 14,00 inch) Papiergewicht U kunt papier met het volgende gewicht gebruiken. • 64 tot 105 g /m (17 tot 28 lb) (ander normaal papier dan origineel Canon-papier)
Pagina 427
Mediumnaam <Modelnummer> Cassette Papieruitvoerlade Canon Red Label Superior <WOP111> Ongeveer 250 vel Ongeveer 75 vel Canon Océ Office Colour Paper <SAT213> Ongeveer 200 vel Ongeveer 75 vel High Resolution Paper <HR-101N> 65 vellen 65 vellen Papier voor het afdrukken van foto's: Opmerking •...
Pagina 428
*3 Voor de beste resultaten met doorlopend afdrukken verwijdert u afgedrukte papier of enveloppen uit de papieruitvoerlade om vlekken of verkleuringen te voorkomen.
Pagina 429
Niet-ondersteunde mediumtypen Het volgende papier kunt u niet gebruiken. Niet alleen is de afdrukkwaliteit dan slecht, maar het papier kan ook vastlopen of de werking van het apparaat verstoren. • Papier dat is gevouwen, gekruld of gekreukt • Papier dat vochtig is •...
Pagina 430
Omgaan met papier • Zorg bij het hanteren van alle soorten papier dat u niet over het oppervlak wrijft of krast. • Houd het papier zo dicht mogelijk bij de rand vast en probeer het afdrukoppervlak niet aan te raken. De afdrukkwaliteit kan achteruit gaan als het afdrukoppervlak wordt besmeurd met zweet of vet afkomstig van uw handen.
Pagina 431
Afdrukgebied Afdrukgebied Standaardformaten Enveloppen...
Pagina 432
Afdrukgebied Om de afdrukkwaliteit te handhaven laat het apparaat een marge langs de randen van het papier vrij. Het afdrukgebied bevindt zich binnen deze marge. (aanbevolen afdrukgebied): druk, indien mogelijk, binnen dit gebied af. (afdrukgebied): u kunt ook in dit gebied afdrukken. De precisie van de papierinvoer of afdrukkwaliteit kan negatief worden beïnvloed.
Pagina 433
Standaardformaten Formaat Afdrukgebied (breedte x hoogte) Letter 203,2 x 271,4 mm (8,00 x 10,69 inch) Legal 203,2 x 347,6 mm (8,00 x 13,69 inch) Executive 177,4 x 258,7 mm (6,98 x 10,19 inch) 98,2 x 140,0 mm (3,87 x 5,51 inch) 141,2 x 202,0 mm (5,56 x 7,95 inch) 203,2 x 289,0 mm (8,00 x 11,38 inch) 175,2 x 249,0 mm (6,90 x 9,80 inch)
Pagina 434
Letter, Legal, Foolscap C: 3,0 mm (0,12 inch) D: 5,0 mm (0,20 inch) E: 6,4 mm (0,25 inch) F: 6,3 mm (0,25 inch) Legal (India) C: 3,0 mm (0,12 inch) D: 5,0 mm (0,20 inch) E: 5,9 mm (0,23 inch) F: 5,9 mm (0,23 inch) Oficio C: 3,0 mm (0,12 inch)
Pagina 435
Enveloppen Formaat Aanbevolen afdrukgebied (breedte x hoogte) COM10-envelop 93,5 x 215,9 mm (3,68 x 8,50 inch) DL-envelop 98,8 x 194,6 mm (3,88 x 7,67 inch) Envelop C5 150,8 x 203,6 mm (5,94 x 8,02 inch) Envelop Monarch 87,2 x 165,1 mm (3,43 x 6,50 inch) Aanbevolen afdrukgebied A: 12,7 mm (0,5 inch) B: 12,7 mm (0,5 inch)
Pagina 436
Beheerdersinstellingen De printer delen in een netwerk...
Pagina 437
De printer delen in een netwerk Wanneer meerdere computers in een netwerkomgeving worden gebruikt, kunnen documenten worden afgedrukt vanaf meerdere computers die één printer delen. • Een gedeelde printer instellen In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de afdrukserver en de client instelt. Opmerking •...
Pagina 438
Een gedeelde printer instellen Stel het delen van het printerstuurprogramma in op de afdrukserver. Stel vervolgens de verbinding met de afdrukserver in vanaf de client. Installeer het printerstuurprogramma op het afdrukserversysteem 2. Voer een van de onderstaande stappen uit: • Als u Windows 10, Windows 8.1, Windows 8, Windows 7, Windows Server 2012 R2, Windows Server 2012 of Windows Server 2008 R2 gebruikt, selecteert u Configuratiescherm (Control Panel) ->...
Pagina 439
1. Geef het venster Apparaten en printers (Devices and Printers), Printers of Printers en faxapparaten (Printers and Faxes) weer. 2. Voer een van de onderstaande stappen uit: • Als u Windows 10, Windows 8.1, Windows 8, Windows 7, Windows Server 2012 R2, Windows Server 2012 of Windows Server 2008 R2 gebruikt, selecteert u het printerpictogram, klikt u op Eigenschappen van afdrukserver (Print server properties) en selecteert u het tabblad Stuurprogramma's (Drivers)
Pagina 440
Beperkingen bij het delen van printers Vervang bij het lezen van deze informatie 'Canon IJ-afdrukvoorbeeld' door 'Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld' als u het XPS-printerstuurprogramma gebruikt. Bij het gebruik van een printer in een netwerk gelden bepaalde beperkingen. Lees de beperkingen voor de omgeving waarin u werkt.
Pagina 441
• Als er een fout optreedt wanneer u een document vanaf een client afdrukt op een gedeelde printer, wordt het foutbericht van de Canon IJ-statusmonitor zowel op de client als op de afdrukserver weergegeven. Als een document normaal wordt afgedrukt, wordt de Canon IJ-statusmonitor alleen op...
Pagina 442
Beheerderswachtwoord Afhankelijk van de gebruikte printer is er bij aankoop mogelijk al een beheerderswachtwoord ingesteld. Het wachtwoord is 'canon' of het serienummer van de printer als dit is opgegeven. Modellen waarbij het beheerderswachtwoord is ingesteld op 'canon': MG7500 series, MG6700 series, MG6600 series, MG5600 series...
Pagina 443
Voor meer informatie over het initialiseren van de printer zoekt u naar 'UG067' of 'UG505' in de online handleiding van de printer en raadpleegt u de instructies aldaar.
Pagina 444
Wachtwoord en cookie Wachtwoord Cookie Wachtwoord Voer het wachtwoord in wanneer het verificatiescherm wordt weergegeven. Beheerderswachtwoord U moet de gebruikersnaam en het wachtwoord invoeren, afhankelijk van de gebruikte printer. Zie de bovenstaande koppeling voor meer informatie over de gebruikersnaam. Belangrijk •...
Pagina 445
Browser: Safari 5.1 of hoger • Windows-apparaten: Besturingssysteem: Windows Vista SP2 of hoger Browser: Internet Explorer 9 of hoger / Google Chrome 41.0.2272.118m of hoger / Mozilla Firefox 37.0.1 of hoger...
Pagina 446
Het serienummer van uw printer vinden Het serienummer staat op een witte sticker op de printer. Het serienummer bestaat uit 9 alfanumerieke tekens (4 letters gevolgd door 5 cijfers). Voorbeeld: Opmerking • Afhankelijk van de gebruikte printer kunt u het serienummer controleren door de netwerkinstellingen van de printer af te drukken.
Pagina 447
Het basiscertificaat bij de webbrowser registreren Wanneer u de Externe UI (Remote UI) voor het eerst op uw smartphone, tablet of computer weergeeft, downloadt u het basiscertificaat en registreert u het bij de webbrowser. De veilige verbinding wordt bevestigd en er wordt geen bericht weergegeven. Zoek voor meer informatie naar 'AF111' in de online handleiding van de printer en raadpleeg de instructies aldaar.
Pagina 448
Afdrukken Afdrukken vanaf een computer Afdrukken vanaf een smartphone/tablet Afdrukken via het bedieningspaneel Papierinstellingen...
Pagina 449
Afdrukken vanaf een computer Afdrukken vanuit toepassingssoftware (Windows-printerstuurprogramma) Afdrukken vanuit toepassingssoftware (Mac OS-printerstuurprogramma) Afdrukken met Canon-toepassingen Afdrukken via een webservice Afdrukken met een AirPrint-compatibele printer vanaf een Mac...
Pagina 450
Afdrukken vanuit toepassingssoftware (Windows- printerstuurprogramma) Afdrukken met de basisinstellingen Basis Verschillende afdrukmethoden De afdrukkwaliteit wijzigen en afbeeldingsgegevens corrigeren Overzicht van het printerstuurprogramma Beschrijving van het printerstuurprogramma MP Drivers bijwerken...
Pagina 451
Afdrukken met de basisinstellingen In dit gedeelte wordt de eenvoudige procedure voor het instellen van het tabblad Snel instellen (Quick Setup) beschreven, zodat u op de juiste manier kunt afdrukken met deze printer. Afdrukken met de basisinstellingen Controleer of de printer is ingeschakeld Plaats papier in de printer 3.
Pagina 452
Belangrijk • De beschikbare instellingen voor de afdrukkwaliteit zijn afhankelijk van het afdrukprofiel. 6. Voltooi de configuratie Klik op OK. Wanneer u het document afdrukt, worden de gewenste instellingen voor het document gebruikt. Belangrijk • Als u het selectievakje Altijd afdrukken met huidige instellingen (Always Print with Current Settings) inschakelt, worden alle instellingen op de tabbladen Snel instellen (Quick Setup), Afdruk...
Pagina 453
(Main), en Pagina-instelling (Page Setup) opgeslagen en kunt u de volgende keer afdrukken met dezelfde instellingen. • Klik in het venster Veelgebruikte instellingen (Commonly Used Settings) op Opslaan... (Save...) de aangebrachte instellingen op te slaan. Opmerking • Als de papierinstellingen in het printerstuurprogramma verschillen van de papiergegevens voor de cassette die op de printer zijn geregistreerd, kan er een fout optreden.
Pagina 454
• Als communicatie met de printer is uitgeschakeld, wordt Gegevens over printermedia... (Printer Media Information...) niet weergegeven of kunnen geen gegevens over printermedia worden opgehaald bij de printer.
Pagina 455
Origineel Canon-papier (documenten afdrukken) Mediumtype (Media Type) in het Papierinformatie die is geregi- Mediumnaam <Modelnummer> printerstuurprogramma streerd op de printer Canon Red Label Superior <WOP111> Normaal papier (Plain Paper) Normaal papier Canon Océ Office Colour Paper Normaal papier (Plain Paper) Normaal papier <SAT213>...
Pagina 457
Papierinstellingen in het printerstuurprogramma en op de printer (papierformaat) Wanneer u deze printer gebruikt, krijgt u het beste afdrukresultaat als u een papierformaat selecteert dat overeenkomt met het soort afdruk. U kunt de volgende papierformaten gebruiken met deze printer. Papierformaat printer (Printer Paper Size) in het printerstuurpro- Papierinformatie die is geregistreerd gramma op de printer...
Pagina 459
Verschillende afdrukmethoden Een Paginaformaat en Afdrukstand opgeven Instellingen voor aantal en afdrukvolgorde opgeven De nietmarge instellen Passend op papier afdrukken Afdrukken op schaal Pagina-indeling afdrukken Tegels/poster afdrukken Boekje afdrukken Dubbelzijdig afdrukken Stempel/achtergrond afdrukken Een stempel registreren Afbeeldingsgegevens registreren die u als achtergrond wilt gebruiken Instellingen voor het afdrukken van enveloppen Afdrukken op briefkaarten Afdrukresultaten weergeven vóór het afdrukken...
Pagina 460
Een Paginaformaat en Afdrukstand opgeven Het papierformaat en de afdrukstand worden in principe bepaald door de toepassing. Als de instellingen voor Paginaformaat (Page Size) en Afdrukstand (Orientation) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) hetzelfde zijn als de instellingen in de toepassing, hoeft u deze niet te wijzigen op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup).
Pagina 461
Opmerking • Als Normaal formaat (Normal-size) is geselecteerd voor Pagina-indeling (Page Layout), wordt het selectievakje Grote documenten die de printer niet kan afdrukken automatisch verkleinen (Automatically reduce large document that the printer cannot output) weergegeven. Gewoonlijk kunt u het selectievakje ingeschakeld laten. Als u niet wilt dat grote documenten die de printer niet kan afdrukken automatisch worden verkleind, kunt u tijdens het printen het selectievakje uitschakelen.
Pagina 462
Instellingen voor aantal en afdrukvolgorde opgeven U geeft als volgt het aantal afdrukken en de afdrukvolgorde op: U kunt ook het aantal exemplaren instellen op het tabblad Snel instellen (Quick Setup). 1. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma 2. Geef het aantal exemplaren op dat u wilt afdrukken Geef bij Aantal (Copies) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) het aantal af te drukken exemplaren op.
Pagina 463
• Vanaf de laatste pagina afdrukken (Print from Last Page): /Sorteren (Collate): • Vanaf de laatste pagina afdrukken (Print from Last Page): /Sorteren (Collate): 4. Voltooi de configuratie Klik op OK. Het opgegeven aantal exemplaren wordt in de gekozen volgorde afgedrukt. Belangrijk •...
Pagina 464
De nietmarge instellen De procedure voor het instellen van de nietzijde en de breedte van de marge is als volgt: 1. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma 2. Geef op aan welke zijde de nietjes moeten komen Controleer de positie van de nietmarge met Nietmarge (Stapling Side) op het tabblad Pagina- instelling (Page Setup).
Pagina 465
Opmerking • Het afdrukgebied wordt automatisch door de printer verkleind, afhankelijk van de positie van de nietmarge. 4. Voltooi de configuratie Klik op OK op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup). Wanneer u een document afdrukt, worden de opgegeven nietzijde en breedte van de marge toegepast. Belangrijk •...
Pagina 466
Passend op papier afdrukken De procedure voor het afdrukken van een document dat automatisch is verkleind of vergroot in overeenstemming met het paginaformaat, is als volgt: 1. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma 2. Stel Passend op papier in Selecteer Passend op papier (Fit-to-Page) in de lijst Pagina-indeling (Page Layout) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup).
Pagina 467
Als Papierformaat printer (Printer Paper Size) kleiner is dan het Paginaformaat (Page Size), wordt de afbeelding van de pagina kleiner. Als Papierformaat printer (Printer Paper Size) groter is dan het Paginaformaat (Page Size), wordt de afbeelding van de pagina groter. De huidige instellingen worden weergegeven in het instellingenvoorbeeld aan de linkerkant van het printerstuurprogramma.
Pagina 468
Afdrukken op schaal De procedure voor het afdrukken van een document met pagina's die zijn vergroot of verkleind is als volgt: 1. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma 2. Stel afdrukken op schaal in Selecteer Op schaal (Scaled) in de lijst Pagina-indeling (Page Layout) op het tabblad Pagina- instelling (Page Setup).
Pagina 469
Als het papierformaat voor de printer kleiner is dan het Paginaformaat (Page Size), wordt de afbeelding van de pagina kleiner. Als het papierformaat voor de printer groter is dan het Paginaformaat (Page Size), wordt de afbeelding van de pagina groter. •...
Pagina 470
Belangrijk • Als de toepassing waarin u het origineel hebt gemaakt een functie heeft voor afdrukken op schaal, geeft u de instelling in deze toepassing op. U hoeft deze instelling dan niet in het printerstuurprogramma op te geven. Opmerking • Als u Op schaal (Scaled) selecteert, wordt het afdrukgebied van het document gewijzigd.
Pagina 471
Pagina-indeling afdrukken U kunt met de functie voor het afdrukken van een pagina-indeling meer dan een paginabeeld op een enkel vel papier afdrukken. De procedure voor het afdrukken van een pagina-indeling is als volgt: 1. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma 2.
Pagina 472
4. Stel het aantal af te drukken pagina's op één vel en de paginavolgorde in Klik zo nodig op Opgeven... (Specify...), geef de volgende instellingen op in het dialoogvenster Pagina- indeling afdrukken (Page Layout Printing) en klik op OK. Pagina-indeling (Page Layout) Als u het aantal pagina’s dat op één vel moet worden afgedrukt wilt wijzigen, selecteert u het gewenste aantal pagina's in de lijst.
Pagina 473
Tegels/poster afdrukken Met deze functie kunt u de afbeeldingsgegevens vergroten, over meerdere pagina's verdelen en deze pagina's op afzonderlijke vellen papier afdrukken. U kunt de pagina's ook aan elkaar plakken zodat ze één grote afdruk vormen, zoals die van een poster. De procedure voor het afdrukken van tegels/poster is als volgt: Instellingen opgeven voor tegels/poster afdrukken 1.
Pagina 474
Selecteer in de lijst Papierformaat printer (Printer Paper Size) het formaat van het papier dat in de printer is geplaatst. 4. Stel het aantal af te drukken beeldscheidingen en het aantal af te drukken pagina's in Klik zo nodig op Opgeven... (Specify...), geef de volgende instellingen op in het dialoogvenster Tegels/poster afdrukken (Tiling/Poster Printing) en klik op OK.
Pagina 475
1. Stel het afdrukbereik in Klik in het instellingenvoorbeeld links op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) achtereenvolgens op de pagina's die u niet wilt afdrukken. De pagina's waarop u hebt geklikt, worden verborgen en alleen de af te drukken pagina's worden weergegeven.
Pagina 476
Boekje afdrukken Met de functie voor boekjes kunt u afbeeldingsgegevens voor een boekje afdrukken. De gegevens worden afgedrukt op beide zijden van het papier. Bij dit afdruktype wordt ervoor gezorgd dat de pagina's in de juiste volgorde liggen (op paginanummer) wanneer het papier in het midden wordt gevouwen en geniet. De procedure voor het afdrukken van een boekje is als volgt: 1.
Pagina 477
Klik op Opgeven... (Specify...), geef de volgende instellingen op in het dialoogvenster Boekje afdrukken (Booklet Printing) en klik op OK. Nietmarge (Margin for stapling) Selecteer aan welke zijde de nietmarge moet komen wanneer het boekje wordt voltooid. Lege pagina invoegen (Insert blank page) Als u één bladzijde leeg wilt laten, schakelt u het selectievakje in en selecteert u de pagina die u leeg wilt laten.
Pagina 478
Dubbelzijdig afdrukken De procedure voor het afdrukken van gegevens op beide zijden van een vel papier is als volgt: U kunt dubbelzijdig afdrukken ook instellen bij Extra functies (Additional Features) op het tabblad Snel instellen (Quick Setup). Automatisch dubbelzijdig afdrukken U kunt ook dubbelzijdig afdrukken zonder dat u het papier zelf hoeft om te draaien.
Pagina 479
4. Stel het afdrukgebied in Wanneer u dubbelzijdig afdrukken uitvoert, wordt het afdrukgebied van het document iets kleiner dan normaal en is het mogelijk dat het document niet op één pagina past. Klik op Afdrukgebied instellen... (Print Area Setup...), selecteer een van de volgende verwerkingsmethoden en klik daarna op OK.
Pagina 480
3. Selecteer de indeling Selecteer Normaal formaat (Normal-size), Passend op papier (Fit-to-Page), Op schaal (Scaled) of Pagina-indeling (Page Layout) in de lijst Pagina-indeling (Page Layout). 4. Geef op aan welke zijde de nietjes moeten komen De beste Nietmarge (Stapling Side) wordt automatisch geselecteerd in de instellingen voor Afdrukstand (Orientation) en Pagina-indeling (Page Layout).
Pagina 481
• Als Tegels/poster (Tiling/Poster) of Boekje (Booklet) is geselecteerd in de lijst Pagina-indeling (Page Layout), zijn Dubbelzijdig afdrukken (Duplex Printing) en Nietmarge (Stapling Side) niet beschikbaar voor selectie. • Dubbelzijdig afdrukken (Duplex Printing) kan alleen worden toegepast als een van de volgende papierformaten is geselecteerd voor Paginaformaat (Page Size) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup).
Pagina 482
Stempel/achtergrond afdrukken De functie Stempel (Stamp) of Achtergrond (Background) is mogelijk niet beschikbaar als een bepaald printerstuurprogramma of besturingssysteem wordt gebruikt. Met de functie Stempel (Stamp) kunt u een stempel bestaande uit tekst of een bitmap over of achter de documentgegevens afdrukken.
Pagina 483
Opmerking • Bij het XPS-printerstuurprogramma verandert de knop Stempel/Achtergrond... (Stamp/ Background...) in de knop Stempel... (Stamp...) en is alleen de stempelfunctie beschikbaar. 3. Selecteer een stempel Schakel het selectievakje Stempel (Stamp) in en selecteer de gewenste stempel in de lijst. De huidige instellingen worden weergegeven in het instellingenvoorbeeld links op het tabblad Pagina- instelling (Page Setup).
Pagina 484
Het dialoogvenster Stempel/Achtergrond (Stamp/Background) wordt geopend. 3. Selecteer de achtergrond Schakel het selectievakje Achtergrond (Background) in en selecteer de gewenste achtergrond in de lijst. De huidige instellingen worden weergegeven in het instellingenvoorbeeld links op het tabblad Pagina- instelling (Page Setup). 4.
Pagina 485
Een stempel registreren Deze functie is mogelijk niet beschikbaar als een bepaald printerstuurprogramma of besturingssysteem wordt gebruikt. U kunt een nieuwe stempel maken en registreren. U kunt ook bepaalde instellingen van een bestaande stempel wijzigen en opnieuw registreren. Stempels die u niet meer nodig hebt, kunt u op elk gewenst moment verwijderen.
Pagina 486
Opmerking • Bij het XPS-printerstuurprogramma verandert de knop Stempel/Achtergrond... (Stamp/ Background...) in de knop Stempel... (Stamp...) en is alleen de stempelfunctie beschikbaar. 3. Klik op Stempel definiëren... (Define Stamp...) Het dialoogvenster Stempelinstellingen (Stamp Settings) wordt geopend. 4. Configureer de stempel terwijl u het effect in het voorbeeldvenster bekijkt •...
Pagina 487
Selecteer de stempelpositie in de lijst Positie (Position). U kunt ook Aangepast (Custom) in de lijst Positie (Position) selecteren en de coördinaten opgeven voor X-positie (X-Position) en Y- positie (Y-Position). Daarnaast kunt u de stempelpositie wijzigen door de stempel naar het voorbeeldscherm te slepen.
Pagina 488
5. Voltooi de configuratie Klik op OK. Het dialoogvenster Stempel/Achtergrond (Stamp/Background) (Stempel (Stamp)) wordt opnieuw geopend. De geregistreerde naam wordt weergegeven in de lijst Stempel (Stamp). Een stempel verwijderen 1. Klik op Stempel definiëren... (Define Stamp...) in het dialoogvenster Stempel/ Achtergrond (Stamp/Background) (Stempel (Stamp)) Het dialoogvenster Stempelinstellingen (Stamp Settings) wordt geopend.
Pagina 489
Afbeeldingsgegevens registreren die u als achtergrond wilt gebruiken Deze functie is mogelijk niet beschikbaar als een bepaald printerstuurprogramma of besturingssysteem wordt gebruikt. U kunt een bitmapbestand (.bmp) selecteren en als een nieuwe achtergrond registreren. U kunt ook bepaalde instellingen van een bestaande achtergrond wijzigen en registreren. Achtergronden die u niet meer nodig hebt, kunt u verwijderen.
Pagina 490
Opmerking • Bij het XPS-printerstuurprogramma is de knop Stempel/Achtergrond... (Stamp/ Background...) vervangen door de knop Stempel... (Stamp...) en is de knop Achtergrond (Background) niet beschikbaar. 3. Klik op Achtergrond selecteren... (Select Background...) Het dialoogvenster Achtergrondinstellingen (Background Settings) wordt geopend. 4. Selecteer de afbeeldingsgegevens die u wilt opslaan op de achtergrond Klik op Bestand selecteren...
Pagina 491
Opmerking • Spaties, tabs en regeleinden kunnen niet aan het begin of einde van een titel worden ingevoerd. 7. Voltooi de configuratie Klik op OK, waarna u terugkeert naar het dialoogvenster Stempel/Achtergrond (Stamp/ Background). De geregistreerde naam wordt weergegeven in de lijst Achtergrond (Background). Achtergrondinstellingen wijzigen en registreren 1.
Pagina 492
(Delete). Klik op OK in het bevestigingsbericht. 3. Voltooi de configuratie Klik op OK, waarna u terugkeert naar het dialoogvenster Stempel/Achtergrond (Stamp/ Background).
Pagina 493
Instellingen voor het afdrukken van enveloppen De procedure voor het afdrukken op enveloppen is als volgt: Plaats enveloppen in de printer 2. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma 3. Selecteer het mediumtype Selecteer Envelop (Envelope) bij Veelgebruikte instellingen (Commonly Used Settings) op het tabblad Snel instellen (Quick Setup).
Pagina 494
Als u de berichten opnieuw wilt weergeven, klikt u op de knop Printerstatus weergeven (View Printer Status) op het tabblad Onderhoud (Maintenance) en start u de Canon IJ-statusmonitor. Klik vervolgens op Envelop afdrukken (Envelope Printing) vanuit Gidsbericht weergeven (Display Guide Message) in het menu Optie (Option) om de instelling in te schakelen.
Pagina 495
Afdrukken op briefkaarten In dit gedeelte wordt beschreven hoe u een briefkaart afdrukt. Plaats briefkaarten in de printer 2. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma 3. Selecteer veelgebruikte instellingen Geef het tabblad Snel instellen (Quick Setup) weer en selecteer Standaard (Standard) voor Veelgebruikte instellingen (Commonly Used Settings).
Pagina 496
Als u de berichten opnieuw wilt weergeven, opent u het tabblad Onderhoud (Maintenance) en klikt u op Printerstatus weergeven (View Printer Status) om de Canon IJ-statusmonitor te starten. Kies Gidsbericht weergeven (Display Guide Message) in het menu Optie (Option) en klik op Hagaki afdrukken (Hagaki Printing) om de instelling in te schakelen.
Pagina 497
Afdrukresultaten weergeven vóór het afdrukken Vervang bij het lezen van deze informatie 'Canon IJ-afdrukvoorbeeld' door 'Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld' als u het XPS-printerstuurprogramma gebruikt. U kunt de afdrukresultaten vóór het afdrukken bekijken en controleren. De procedure voor het bekijken van een afdrukvoorbeeld is als volgt: U kunt de weergave van het afdrukresultaat ook instellen op het tabblad Snel instellen (Quick Setup).
Pagina 498
Papierformaat instellen (aangepast formaat) U kunt de hoogte en breedte van het papier opgeven als u het formaat niet kunt selecteren bij Paginaformaat (Page Size). Een dergelijk papierformaat wordt een 'aangepast formaat' genoemd. De procedure voor het opgeven van een aangepast papierformaat is als volgt: U kunt een aangepast formaat ook instellen bij Papierformaat printer (Printer Paper Size) op het tabblad Snel instellen (Quick Setup).
Pagina 499
4. Voltooi de configuratie Klik op OK op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup). Wanneer u de gegevens afdrukt, worden deze met het opgegeven papierformaat afgedrukt. Belangrijk • Als de toepassing waarmee het document is gemaakt een functie heeft voor het opgeven van de hoogte en breedte, geeft u de waarden op met de toepassing.
Pagina 500
Deze functie is niet beschikbaar als het standaard IJ-printerstuurprogramma wordt gebruikt. In het Canon IJ XPS-voorbeeldvenster kunt u het afdrukdocument bewerken of de afdrukgeschiedenis van het document weergeven om het opnieuw af te drukken. De procedure voor het gebruiken van het Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld is als volgt:...
Pagina 501
Schakel het selectievakje Afdrukvoorbeeld (Preview before printing) in op het tabblad Afdruk (Main). 3. Voltooi de configuratie Klik op OK. Het Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld wordt vóór het afdrukken weergegeven. U kunt hierin de afdrukresultaten zien. 4. Afdrukdocumenten en afdrukpagina’s bewerken • Afdrukdocumenten combineren U kunt meerdere afdrukdocumenten combineren tot één document.
Pagina 502
Bekijk het voorbeeld voordat u een document afdrukt. • Afhankelijk van de afdrukinstellingen van het afdrukdocument zijn bepaalde functies mogelijk niet beschikbaar in het Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld. Opmerking • U kunt de naam in Documentnaam (Document Name) naar wens aanpassen.
Pagina 503
Opnieuw afdrukken vanuit de afdrukgeschiedenis Wanneer u op Afdrukgeschiedenis opslaan (Save Print History) klikt in het menu Bestand (File) om de instelling in te schakelen, wordt het document dat via het voorbeeldvenster is afgedrukt, opgeslagen, zodat u het opnieuw kunt afdrukken met dezelfde instellingen. 1.
Pagina 504
De afdrukkwaliteit wijzigen en afbeeldingsgegevens corrigeren Een kleurendocument monochroom afdrukken Kleurcorrectie opgeven Een optimale foto van afbeeldingsgegevens afdrukken De kleuren aanpassen met het printerstuurprogramma Afdrukken met ICC-profielen De kleurbalans aanpassen Kleurbalans aanpassen met voorbeeldpatronen (printerstuurprogramma) De helderheid aanpassen De intensiteit aanpassen Het contrast aanpassen Intensiteit/contrast aanpassen met voorbeeldpatronen (printerstuurprogramma)
Pagina 505
Een kleurendocument monochroom afdrukken De procedure voor het monochroom afdrukken van een kleurendocument is als volgt: U kunt afdrukken in grijstinten instellen ook bij Extra functies (Additional Features) op het tabblad Snel instellen (Quick Setup). 1. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma 2.
Pagina 506
verschillen van de kleuren in de oorspronkelijke afbeelding. Wanneer u de functie Afdrukken in grijstinten gebruikt om Adobe RGB-gegevens af te drukken, converteert u de gegevens naar sRGB-gegevens in een toepassing. Opmerking • Bij Afdrukken in grijstinten (Grayscale Printing) kan naast zwarte inkt ook andere inkt worden gebruikt.
Pagina 507
U kunt de methode voor kleurcorrectie aanpassen aan het type document dat u wilt afdrukken. Normaal gesproken worden de kleuren aangepast met behulp van Canon Digital Photo Color, zodat de gegevens worden afgedrukt met kleurtinten waaraan de meeste mensen de voorkeur geven. Deze methode is geschikt voor het afdrukken van sRGB-gegevens.
Pagina 508
Past de kleuren aan volgens een ICC-profiel tijdens het afdrukken. Geen (None) Er wordt geen kleurcorrectie uitgevoerd door het printerbesturingsbestand. Selecteer deze instelling als u een afzonderlijk gemaakt ICC-afdrukprofiel of een profiel voor speciaal Canon-papier in een toepassing gebruikt om gegevens af te drukken. 4. Voltooi de configuratie Klik op OK op het tabblad Afdruk (Main).
Pagina 509
In dit gedeelte wordt de procedure beschreven voor het afdrukken van sRGB-gegevens met behulp van de kleurcorrectiefunctie van het printerbesturingsbestand. • Afdrukken met Canon Digital Photo Color De printer drukt gegevens af in kleurtinten waaraan veel mensen de voorkeur geven; de originele kleuren van de afbeelding worden weergegeven en driedimensionale effecten en hoge, scherpe contrasten worden gegenereerd.
Pagina 510
U kunt de functie voor kleurcorrectie van het printerstuurprogramma zo instellen dat sRGB-gegevens worden afgedrukt met kleurtinten waaraan de meeste mensen de voorkeur geven door gebruik te maken van Canon Digital Photo Color. Als u afdrukt vanuit een toepassing die ICC-profielen kan identificeren en waarvoor u deze kunt opgeven, gebruikt u een ICC-profiel voor afdrukken in de toepassing en selecteert u instellingen voor kleurbeheer.
Pagina 511
Klik op OK op het tabblad Afdruk (Main). De kleuren van de gegevens worden bij het afdrukken aangepast. Verwante onderwerpen Kleurcorrectie opgeven De kleurbalans aanpassen De helderheid aanpassen De intensiteit aanpassen Het contrast aanpassen...
Pagina 512
Wanneer u het resultaat afdrukt van bewerkingen en verbeteringen die zijn aangebracht met Adobe Photoshop, Canon Digital Photo Professional of een andere toepassing waarin u ICC-profielen voor invoer en afdrukken kunt opgeven, kunt u bij het afdrukken effectief gebruikmaken van de kleurruimte van het ICC-invoerprofiel dat in de beeldgegevens is opgegeven.
Pagina 513
4. Stel de andere items in Klik zo nodig op het tabblad Kleuraanpassing (Color Adjustment) en pas de kleurbalans (Cyaan (Cyan), Magenta en Geel (Yellow)) en de instellingen voor Helderheid (Brightness), Intensiteit (Intensity) en Contrast aan. Klik vervolgens op OK. 5.
Pagina 514
4. Stel de andere items in Klik zo nodig op het tabblad Kleuraanpassing (Color Adjustment) en pas de instellingen voor Cyaan (Cyan), Magenta, Geel (Yellow), Helderheid (Brightness), Intensiteit (Intensity) en Contrast aan. Klik vervolgens op OK. 5. Voltooi de configuratie Klik op OK op het tabblad Afdruk (Main).
Pagina 515
De kleurbalans aanpassen U kunt de kleurtinten tijdens het afdrukken aanpassen. Aangezien deze functie de kleurbalans van de afdruk aanpast door de inktverhoudingen van elke kleur te wijzigen, wordt de gehele kleurbalans van het document gewijzigd. Gebruik de toepassing als u uitgebreide wijzigingen wilt aanbrengen in de kleurbalans.
Pagina 516
Het dialoogvenster Handmatige kleuraanpassing (Manual Color Adjustment) wordt geopend. 3. Pas de kleurbalans aan Er zijn afzonderlijke schuifregelaars voor Cyaan (Cyan), Magenta en Geel (Yellow). Elke kleur wordt krachtiger wanneer u de bijbehorende schuifregelaar naar rechts schuift en zwakker wanneer u de schuifregelaar naar links schuift.
Pagina 517
4. Voltooi de configuratie Klik op OK op het tabblad Afdruk (Main). Wanneer u het document afdrukt, wordt de aangepaste kleurbalans gebruikt. Belangrijk • Wanneer het selectievakje Afdrukken in grijstinten (Grayscale Printing) op het tabblad Afdruk (Main) is ingeschakeld, is de kleurbalans (Cyaan (Cyan), Magenta, Geel (Yellow)) niet beschikbaar voor selectie.
Pagina 518
Kleurbalans aanpassen met voorbeeldpatronen (printerstuurprogramma) U kunt de kleurbalans aanpassen op basis van het resultaat van een patroonafdruk. Wanneer u de kleurbalans, de intensiteit of het contrast van een document wijzigt, drukt de functie voor patroonafdruk de resultaten van de aanpassing af in een lijst, samen met de aanpassingswaarden. Hieronder wordt de procedure beschreven voor het aanpassen van de kleurbalans aan de hand van het patroon.
Pagina 519
4. Stel patroonafdruk in Wanneer het dialoogvenster Patroonafdruk (Pattern Print) wordt geopend, stelt u de volgende items in en klikt u daarna op OK. Aan te passen parameters (Parameters to Adjust) Selecteer Cyaan/Magenta/Geel (Cyan/Magenta/Yellow). Belangrijk • Wanneer het selectievakje Afdrukken in grijstinten (Grayscale Printing) op het tabblad Afdruk (Main) is ingeschakeld, is Cyaan/Magenta/Geel (Cyan/Magenta/Yellow) niet beschikbaar voor selectie.
Pagina 520
Opmerking • Grootst (Largest) en Groot (Large) kunnen niet worden geselecteerd als bepaalde papierformaten of uitvoerpapierformaten zijn geselecteerd. Kleurvariatie tussen instanties (Color Variation Between Instances) Stel de hoeveelheid kleurvariatie tussen aangrenzende patronen in. Opmerking • Groot (Large) is ongeveer tweemaal zo groot als Middel (Medium) en Klein (Small) is ongeveer half zo groot als Middel (Medium).
Pagina 521
Opmerking • U kunt de kleurbalans ook instellen op het tabblad Snel instellen (Quick Setup) door Foto afdrukken (Photo Printing) te kiezen onder Veelgebruikte instellingen (Commonly Used Settings) en vervolgens Kleur/intensiteit handmatig aanpassen (Color/Intensity Manual Adjustment) te kiezen onder Extra functies (Additional Features). 7.
Pagina 522
De intensiteit aanpassen Het contrast aanpassen Intensiteit/contrast aanpassen met voorbeeldpatronen (printerstuurprogramma)
Pagina 523
De helderheid aanpassen U kunt de helderheid van afbeeldingsgegevens tijdens het afdrukken aanpassen. Puur wit en zwart worden niet veranderd, maar de helderheid van de tussenliggende kleuren wordt wel veranderd. Het volgende voorbeeld toont het afdrukresultaat wanneer de helderheid is aangepast. Licht (Light) is geselecteerd Normaal (Normal) is geselecteerd Donker (Dark) is geselecteerd De procedure voor het aanpassen van de helderheid is als volgt: U kunt de helderheid ook instellen op het tabblad Snel instellen (Quick Setup) door Foto afdrukken...
Pagina 524
3. Geef de helderheid op Selecteer Licht (Light), Normaal (Normal) of Donker (Dark) bij Helderheid (Brightness) en klik op OK. De huidige instellingen worden weergegeven in het instellingenvoorbeeld aan de linkerkant van het printerstuurprogramma. 4. Voltooi de configuratie Klik op OK op het tabblad Afdruk (Main). De opgegeven helderheid wordt bij het afdrukken gebruikt.
Pagina 525
De intensiteit aanpassen U kunt de kleuren van de beeldgegevens helderder of donkerder maken tijdens het afdrukken. Het volgende voorbeeld laat zien wat er gebeurt wanneer de intensiteit wordt verhoogd: de kleuren van de afbeeldingsgegevens worden donkerder afgedrukt. Geen aanpassing Hogere intensiteit De procedure voor het aanpassen van de intensiteit is als volgt: U kunt de intensiteit ook instellen op het tabblad Snel instellen (Quick Setup) door Foto afdrukken (Photo...
Pagina 526
Wanneer u de schuifregelaar Intensiteit (Intensity) naar rechts verplaatst, worden de kleuren donkerder en wanneer u de schuifregelaar naar links verplaatst, worden de kleuren helderder. U kunt ook rechtstreeks een waarde invoeren voor de schuifregelaar. Voer een waarde in tussen -50 en 50.
Pagina 527
Het contrast aanpassen U kunt het beeldcontrast tijdens het afdrukken aanpassen. Wanneer u de verschillen tussen de lichte en donkere gebieden van afbeeldingen groter en duidelijker wilt maken, verhoogt u het contrast. Wanneer u echter de verschillen tussen de lichte en donkere gebieden van afbeeldingen kleiner en minder duidelijk wilt maken, verlaagt u het contrast.
Pagina 528
3. Pas het contrast aan Wanneer u de schuifregelaar Contrast naar rechts schuift, wordt het contrast groter en wanneer u de schuifregelaar naar links schuift, wordt het contrast kleiner. U kunt ook rechtstreeks een waarde invoeren voor de schuifregelaar. Voer een waarde in tussen -50 en 50.
Pagina 529
Intensiteit/contrast aanpassen met voorbeeldpatronen (printerstuurprogramma) U kunt de intensiteit en het contrast aanpassen op basis van het resultaat van een patroonafdruk. Wanneer u de kleurbalans, de intensiteit of het contrast van een document wijzigt, drukt de functie voor patroonafdruk de resultaten van de aanpassing af in een lijst, samen met de aanpassingswaarden. Hieronder wordt de procedure beschreven voor het aanpassen van de intensiteit en het contrast aan de hand van het patroon.
Pagina 530
4. Stel patroonafdruk in Wanneer het dialoogvenster Patroonafdruk (Pattern Print) wordt geopend, stelt u de volgende items in en klikt u daarna op OK. Aan te passen parameters (Parameters to Adjust) Selecteer Intensiteit/Contrast (Intensity/Contrast). Papierformaat printer (Printer Paper Size) Selecteer het papierformaat dat u wilt gebruiken voor de patroonafdruk. Opmerking •...
Pagina 531
Opmerking • Groot (Large) is ongeveer tweemaal zo groot als Middel (Medium) en Klein (Small) is ongeveer half zo groot als Middel (Medium). 5. Controleer de afdrukresultaten van de patroonafdruk Selecteer OK op het tabblad Kleuraanpassing (Color Adjustment) om het dialoogvenster Handmatige kleuraanpassing (Manual Color Adjustment) te sluiten.
Pagina 532
Opmerking • U kunt de intensiteit en het contrast ook instellen op het tabblad Snel instellen (Quick Setup) door Foto afdrukken (Photo Printing) te kiezen bij Veelgebruikte instellingen (Commonly Used Settings) en vervolgens Kleur/intensiteit handmatig aanpassen (Color/Intensity Manual Adjustment) te kiezen bij Extra functies (Additional Features). 7.
Pagina 533
Overzicht van het printerstuurprogramma Canon IJ-printerstuurprogramma Het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma openen Canon IJ-statusmonitor De inktstatus controleren vanaf uw computer Canon IJ-afdrukvoorbeeld Een ongewenste afdruktaak verwijderen Instructies voor gebruik (printerstuurprogramma)
Pagina 534
Canon IJ-printerstuurprogramma Het Canon IJ-printerstuurprogramma (hierna het printerstuurprogramma genoemd) is software die op uw computer wordt geïnstalleerd voor het afdrukken van gegevens met deze printer. Het printerstuurprogramma converteert de afdrukgegevens die in de toepassing zijn gemaakt, naar gegevens die de printer begrijpt en stuurt de geconverteerde gegevens naar de printer.
Pagina 535
Het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma openen U kunt het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma weergeven vanuit de gebruikte toepassing of via het printerpictogram. Het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma via de toepassing openen Volg onderstaande procedure om het afdrukprofiel in te stellen bij het afdrukken. 1.
Pagina 536
Windows 7) of Eigenschappen (Properties) (Windows Vista), worden tabbladen met Windows-functies weergegeven, zoals het tabblad Poorten (Ports) (of Geavanceerd (Advanced)). Deze tabbladen verschijnen niet wanneer u het printerstuurprogramma opent via Voorkeursinstellingen voor afdrukken (Printing preferences) of een toepassing. Raadpleeg de gebruikershandleiding bij Windows voor meer informatie over de tabbladen met Windows- functies.
Pagina 537
Canon IJ-statusmonitor De Canon IJ-statusmonitor is een toepassing die de status van de printer en de voortgang van het afdrukken weergeeft. U kunt aan de hand van de afbeeldingen, pictogrammen en berichten zien wat de status van de printer is.
Pagina 538
De Canon IJ-statusmonitor wordt geopend en een afbeelding van de inktstatus wordt weergegeven. Opmerking • De informatie die in de Canon IJ-statusmonitor wordt weergegeven, kan afwijken naargelang het land of de regio waarin u de printer gebruikt. 3. Klik zo nodig op Inktdetails (Ink Details) U kunt de informatie over inkt bekijken.
Pagina 539
Canon IJ-afdrukvoorbeeld Canon IJ-afdrukvoorbeeld is een toepassing die de afdrukresultaten op het scherm laat zien voordat er daadwerkelijk wordt afgedrukt. Hierbij worden de instellingen gebruikt die in het printerstuurprogramma zijn opgegeven. Op deze manier kunt u de indeling, de afdrukvolgorde en het aantal pagina's van een document controleren. U kunt ook de instellingen voor het mediumtype wijzigen.
Pagina 540
Een ongewenste afdruktaak verwijderen Vervang bij het lezen van deze informatie 'Canon IJ-statusmonitor' door 'Canon IJ XPS-statusmonitor' als u het XPS-printerstuurprogramma gebruikt. Als de printer niet start met afdrukken, is het mogelijk dat geannuleerde of niet-uitgevoerde afdruktaken in de wachtrij blijven staan.
Pagina 541
• De optie ICM uitschakelen in de toepassingssoftware vereist (Disable ICM required from the application software) kan niet worden gebruikt als het XPS-printerstuurprogramma wordt gebruikt. • Start Canon IJ Network Tool niet tijdens het afdrukken. • Druk niet af terwijl Canon IJ Network Tool actief is.
Pagina 542
Opmerkingen over toepassingen met beperkingen • Voor Microsoft Word (Microsoft Corporation) gelden de volgende beperkingen. ◦ Als Microsoft Word dezelfde afdrukfuncties heeft als het printerstuurprogramma, stelt u deze in Word in. ◦ Als Passend op papier (Fit-to-Page), Op schaal (Scaled) of Pagina-indeling (Page Layout) is ingesteld voor Pagina-indeling (Page Layout) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) van het printerstuurprogramma, wordt het document mogelijk niet correct afgedrukt in bepaalde versies van Word.
Pagina 543
Beschrijving van het printerstuurprogramma Beschrijving van het tabblad Snel instellen Beschrijving van het tabblad Afdruk Beschrijving van het tabblad Pagina-instelling Beschrijving van het tabblad Onderhoud Beschrijving van Canon IJ-afdrukvoorbeeld Beschrijving van Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld Beschrijving van Canon IJ-statusmonitor...
Pagina 544
Beschrijving van het tabblad Snel instellen Op het tabblad Snel instellen (Quick Setup) worden veelgebruikte afdrukinstellingen geregistreerd. Wanneer u een geregistreerde instelling selecteert, worden de vooraf ingestelde waarden automatisch toegepast op de printer. Veelgebruikte instellingen (Commonly Used Settings) De namen en pictogrammen van veelgebruikte afdrukprofielen worden geregistreerd. Wanneer u een afdrukprofiel selecteert op basis van het doel van het document, worden instellingen toegepast die overeenkomen met het doel.
Pagina 545
Schakel dit selectievakje in als u een afdrukvoorbeeld wilt zien voordat u gaat afdrukken. Schakel dit selectievakje uit als u geen afdrukvoorbeeld wilt zien. Belangrijk • Als u het Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld wilt gebruiken, moet Microsoft .NET Framework 4 Client Profile op uw computer zijn geïnstalleerd. Extra functies (Additional Features)
Pagina 546
Wanneer u de muisaanwijzer beweegt in de buurt van een functie die kan worden gewijzigd, wordt een beschrijving van die functie weergegeven. Als u een functie wilt inschakelen, schakelt u het bijbehorende selectievakje in. Voor sommige functies kunt u gedetailleerde instellingen selecteren op de tabbladen Afdruk (Main) en Pagina-instelling (Page Setup).
Pagina 547
Wanneer u 2 op 1 afdrukken (2-on-1 Printing) of 4 op 1 afdrukken (4-on-1 Printing) instelt bij Extra functies (Additional Features), kunt u het papierformaat handmatig instellen met Paginaformaat (Page Size) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup). Als u een papierformaat selecteert dat kleiner is dan het Paginaformaat (Page Size), wordt het document verkleind.
Pagina 548
Altijd afdrukken met huidige instellingen (Always Print with Current Settings) Documenten worden de volgende keer afgedrukt met de huidige instellingen. Als u deze functie selecteert en daarna het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma sluit, worden de gegevens die u hebt ingesteld op de tabbladen Snel instellen (Quick Setup), Afdruk (Main) en Pagina-instelling (Page Setup) opgeslagen en kunt u de volgende keer afdrukken met dezelfde instellingen.
Pagina 549
Pictogram (Icon) Hier selecteert u het pictogram voor het afdrukprofiel dat u wilt opslaan. Het geselecteerde pictogram wordt, samen met de naam, weergegeven in de lijst Veelgebruikte instellingen (Commonly Used Settings) op het tabblad Snel instellen (Quick Setup). Papierformaat opslaan (Save the paper size setting) Hiermee slaat u het papierformaat op in het afdrukprofiel in Veelgebruikte instellingen (Commonly Used Settings).
Pagina 550
Papierbron (Paper Source) Controleer de instelling of selecteer een nieuwe papierbron. Mediumtype (Media Type) Hier wordt het Mediumtype (Media Type) weergegeven dat momenteel in de printer is geplaatst. Als u de weergegeven instelling wilt toepassen op het printerstuurprogramma, klikt u op Instellen (Set).
Pagina 551
Beschrijving van het tabblad Afdruk Op het tabblad Afdruk (Main) kunt u basisafdrukinstellingen opgeven in overeenstemming met het mediumtype. Voor een normale afdruktaak volstaat het instellingen op dit tabblad op te geven. Voorbeeld van instellingen De afbeelding van het vel papier laat zien hoe het origineel eruitziet op een vel papier. Zo kunt u de algemene indeling controleren.
Pagina 552
Laat zien hoe het afdrukresultaat eruitziet voordat u de gegevens daadwerkelijk afdrukt. Schakel dit selectievakje in als u een afdrukvoorbeeld wilt zien voordat u gaat afdrukken. Belangrijk • Als u het Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld wilt gebruiken, moet Microsoft .NET Framework 4 Client Profile op uw computer zijn geïnstalleerd. Standaard (Defaults) Hiermee herstelt u de standaardwaarden van alle instellingen die u hebt gewijzigd.
Pagina 553
Opmerking • De afbeelding is monochroom als het selectievakje Afdrukken in grijstinten (Grayscale Printing) is ingeschakeld. Kleurenpatroon weergeven (View Color Pattern) Geeft een controlepatroon weer voor kleurveranderingen door kleuraanpassing. Schakel dit selectievakje in als u een voorbeeldafbeelding met een kleurenpatroon wilt weergeven. Cyaan (Cyan) / Magenta / Geel (Yellow) Hier past u de sterkte van Cyaan (Cyan), Magenta en Geel (Yellow) aan.
Pagina 554
Dialoogvenster Patroonafdruk (Pattern Print) wordt geopend, zodat u instellingen voor de patroonafdruk kunt selecteren. Dialoogvenster Patroonafdruk (Pattern Print) Hier kunt u instellingen selecteren voor het afdrukken van patronen waarmee u de kleurbalans, de intensiteit en het contrast van documenten kunt controleren. Aan te passen parameters (Parameters to Adjust) Selecteer het item dat u wilt controleren met een patroonafdruk.
Pagina 555
• Als Afdrukken in grijstinten (Grayscale Printing) is geselecteerd op het tabblad Afdruk (Main), is Kleurcorrectie (Color Correction) lichtgrijs en niet beschikbaar voor selectie. Driververgelijking (Driver Matching) Met Canon Digital Photo Color kunt u sRGB-gegevens afdrukken met kleurtinten waaraan de meeste mensen de voorkeur geven. ICM (ICC-profielvergelijking (ICC Profile Matching)) Past de kleuren aan volgens een ICC-profiel tijdens het afdrukken.
Pagina 556
Kleurbalans aanpassen met voorbeeldpatronen (printerstuurprogramma) Intensiteit/contrast aanpassen met voorbeeldpatronen (printerstuurprogramma) Kleurcorrectie opgeven De kleuren aanpassen met het printerstuurprogramma Afdrukken met ICC-profielen Een kleurendocument monochroom afdrukken Afdrukresultaten weergeven vóór het afdrukken...
Pagina 557
Beschrijving van het tabblad Pagina-instelling Op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) kunt u bepalen hoe een document op het papier moet worden geplaatst. Op dit tabblad kunt u ook het aantal afdrukken en de afdrukvolgorde opgeven. Als de toepassing waarmee het document is gemaakt een vergelijkbare functie heeft, geeft u deze instellingen op met de toepassing.
Pagina 558
orientation is [Landscape]) te gebruiken. Als u het document tijdens het afdrukken 90 graden naar links wilt draaien, schakelt u het selectievakje 90 graden naar links roteren als afdrukstand [Liggend] is (Rotate 90 degrees left when orientation is [Landscape]) in. 180 graden roteren (Rotate 180 degrees) Het document wordt afgedrukt waarbij het 180 graden wordt gedraaid ten opzichte van de invoerrichting van het papier.
Pagina 559
Tegels/poster (Tiling/Poster) Met deze functie kunt u de afbeeldingsgegevens vergroten en de vergrote gegevens over meerdere pagina's verdelen en afdrukken. U kunt deze vellen papier ook aan elkaar plakken zodat ze één grote afdruk vormen, zoals een poster. Opgeven... (Specify...) Hiermee opent u het Dialoogvenster Tegels/poster afdrukken (Tiling/Poster Printing).
Pagina 560
Belangrijk • Als de toepassing waarmee het document is gemaakt een vergelijkbare functie heeft, geeft u het aantal afdrukken op in de toepassing en niet hier. Vanaf de laatste pagina afdrukken (Print from Last Page) Schakel dit selectievakje in als u wilt dat bij het afdrukken met de laatste pagina wordt begonnen. Als u dit doet, hoeft u de pagina's na het afdrukken niet meer in de juiste volgorde te leggen.
Pagina 561
Papierformaat (Paper Size) Hier geeft u waarden voor Breedte (Width) en Hoogte (Height) voor het aangepaste papier op. De afmetingen worden weergegeven op basis van de eenheid die u hebt opgegeven bij Eenheden (Units). Dialoogvenster Pagina-indeling afdrukken (Page Layout Printing) In dit dialoogvenster kunt u het aantal documentpagina's selecteren dat op één vel papier moet worden geplaatst, de paginavolgorde instellen en aangeven of een paginarand moet worden afgedrukt rondom elke documentpagina.
Pagina 562
Opmerking • Afhankelijk van het type printerstuurprogramma dat u gebruikt en de omgeving is deze functie mogelijk niet beschikbaar. Lijnen "Knippen/Plakken" afdrukken in marges (Print "Cut/Paste" lines in margins) Hier geeft u aan of u kniplijnen wilt afdrukken die fungeren als hulpmiddel wanneer u de pagina's aan elkaar wilt plakken om een poster te maken.
Pagina 563
In dit dialoogvenster kunt u instellen of een pagina bij het afdrukken moet worden verkleind, zodat het document op één pagina past. Afdrukken op normaal formaat (Use normal-size printing) Hiermee worden de documentpagina's afgedrukt zonder dat ze worden verkleind. Dit is de standaardinstelling.
Pagina 564
printerstuurprogramma, kan het afdrukresultaat onverwachte kleuren bevatten. Als dit gebeurt, kunt u het probleem mogelijk oplossen door dit selectievakje in te schakelen. Belangrijk • Zelfs als dit selectievakje is ingeschakeld, wordt slechts een deel van de informatie in het kleurprofiel uitgeschakeld en kan het kleurprofiel nog steeds worden gebruikt om af te drukken. •...
Pagina 565
Opmerking • Afbeeldingen schalen met behulp van naaste-buur interpolatie (Scale images using nearest-neighbor interpolation) kan alleen worden gebruikt met het XPS- printerstuurprogramma. Verlies van afdrukgegevens voorkomen (Prevention of Print Data Loss) U kunt de omvang van de afdrukgegevens die met de toepassing zijn gemaakt, verkleinen en daarna de gegevens afdrukken.
Pagina 566
Schakel dit selectievakje in als u een stempel wilt afdrukken over de afgedrukte documentpagina. De afgedrukte gegevens worden mogelijk verborgen door de stempel. Schakel dit selectievakje uit als u de documentgegevens wilt afdrukken over de stempel. De afgedrukte gegevens worden niet verborgen door de stempel. De delen van de stempel die worden overlapt door het document, kunnen echter verborgen zijn.
Pagina 567
als u de aanmaakdatum en -tijd en de gebruikersnaam van het afgedrukte document wilt weergeven. De instellingsitems op het tabblad Stempel (Stamp) kunnen veranderen, afhankelijk van het geselecteerde type. Als Stempeltype (Stamp Type) is ingesteld op Tekst (Text) of Datum/tijd/gebruikersnaam (Date/ Time/User Name) Stempeltekst (Stamp Text) Hier geeft u de tekst van de stempel op.
Pagina 568
Opmerking • Klik op Standaard (Defaults) om Stempeltype (Stamp Type) in te stellen op tekst, Stempeltekst (Stamp Text) op leeg, TrueType-lettertype (TrueType Font) op Arial, Stijl (Style) op Normaal, Grootte (Size) op 36 punten, Contour (Outline) op uitgeschakeld en Kleur (Color) op grijs met de RGB-waarden (192, 192, 192).
Pagina 569
Opslaan (Save)/Opslaan overschrijven (Save overwrite) Hiermee slaat u de stempel op. Geef een titel op bij Titel (Title) en klik daarna op deze knop. Verwijderen (Delete) Hiermee verwijdert u een overbodige stempel. Selecteer de titel van de overbodige stempel in de lijst Stempels (Stamps) en klik daarna op deze knop.
Pagina 570
Opmerking • Spaties, tabs en regeleinden kunnen niet aan het begin of einde van een titel worden ingevoerd. Achtergronden (Backgrounds) Hier ziet u een lijst met geregistreerde achtergronden. Selecteer een titel om de betreffende achtergrond weer te geven bij Titel (Title). Opslaan (Save)/Opslaan overschrijven (Save overwrite) Hiermee slaat u de afbeeldingsgegevens op als achtergrond.
Pagina 571
Beschrijving van het tabblad Onderhoud Op het tabblad Onderhoud (Maintenance) kunt u onderhoudswerkzaamheden uitvoeren aan de printer of de instellingen van de printer wijzigen. Reiniging (Cleaning) Hiermee voert u een reiniging van de printkop uit. Bij het reinigen van de printkop worden de spuitopeningen vrijgemaakt. Voer deze reiniging uit wanneer de afdruk vaag is of een bepaalde kleur niet wordt afgedrukt, ook al zijn alle inktniveaus hoog genoeg.
Pagina 572
Uitlijning printkop (Print Head Alignment) Bij het uitlijnen van de printkoppen worden de installatieposities van de printkop gecorrigeerd waardoor kleuren en lijnen beter worden afgedrukt. Lijn de printkop direct uit nadat u de printkop hebt geplaatst. Wanneer u klikt op Uitlijning printkop (Print Head Alignment), wordt het Dialoogvenster Uitlijning printkop starten (Start Print Head Alignment) weergegeven.
Pagina 573
Als dit gebeurt, klikt u op OK om de meest recente instellingen op de computer weer te geven. Afdrukgeschiedenis weergeven (View Print History) Deze functie start het Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld en geeft de afdrukgeschiedenis weer. Opmerking • U kunt deze functie alleen gebruiken met het XPS-printerstuurprogramma.
Pagina 574
• Controleer de resterende hoeveelheid inkt in de tank. • Zorg dat u de inkttank goed aandrukt totdat u een klik hoort. • Als oranje tape is bevestigd op de inkttank, verwijdert u deze helemaal. Als er tape achterblijft, kan deze de inktuitvoer blokkeren. •...
Pagina 575
• Zorg dat u de inkttank goed aandrukt totdat u een klik hoort. • Als oranje tape is bevestigd op de inkttank, verwijdert u deze helemaal. Als er tape achterblijft, kan deze de inktuitvoer blokkeren. • Controleer of de inkttanks op de juiste posities zijn geplaatst. Dialoogvenster Stille instellingen (Quiet Settings) Wanneer u klikt op Stille instellingen (Quiet Settings), wordt het dialoogvenster Stille instellingen (Quiet Settings) weergegeven.
Pagina 576
90 graden naar links roteren als afdrukstand [Liggend] is (Rotate 90 degrees left when orientation is [Landscape]) Op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) kunt u de draairichting van de optie Liggend (Landscape) bij Afdrukstand (Orientation) wijzigen. Als u het document tijdens het afdrukken 90 graden naar links wilt draaien, schakelt u het selectievakje in.
Pagina 577
Verwante onderwerpen De printkoppen reinigen De positie van de printkop uitlijnen Een controleraster voor de spuitopeningen afdrukken De stroomvoorziening van de Printer beheren Het geluid van de Printer reduceren De bedieningsmodus van de Printer aanpassen...
Pagina 578
Beschrijving van Canon IJ-afdrukvoorbeeld Canon IJ-afdrukvoorbeeld is een toepassing die de afdrukresultaten op het scherm laat zien voordat er daadwerkelijk wordt afgedrukt. Hierbij worden de instellingen gebruikt die in het printerstuurprogramma zijn opgegeven. Op deze manier kunt u de indeling, de afdrukvolgorde en het aantal pagina's van een document controleren. U kunt ook de instelling voor het mediumtype en de papierbron wijzigen.
Pagina 579
Opmerking • Als de pagina's in de wachtrij worden geplaatst, wordt de laatste pagina in de wachtrij de laatste pagina. • Als de instelling Pagina-indeling (Page Layout) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) is ingesteld op Pagina-indeling (Page Layout), Tegels/poster (Tiling/Poster) of Boekje (Booklet), is het aantal pagina's het aantal vellen dat wordt gebruikt om af te drukken en niet het aantal pagina's in het originele document dat is gemaakt met de toepassing.
Pagina 580
Canon IJ-afdrukvoorbeeld gesloten. Knop Afdrukken annuleren (Cancel Printing) Hiermee beëindigt u het Canon IJ-afdrukvoorbeeld en annuleert u het afdrukken van het document dat wordt weergegeven in het voorbeeldscherm. U kunt op deze knop klikken terwijl documenten in de wachtrij worden geplaatst.
Pagina 581
Beschrijving van Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld is een toepassing die de afdrukresultaten op het scherm laat zien voordat er daadwerkelijk wordt afgedrukt. Hierbij worden de instellingen gebruikt die in het printerstuurprogramma zijn opgegeven. Op deze manier kunt u de indeling, de afdrukvolgorde en het aantal pagina's van een document controleren. Via dit voorbeeld kunt u ook het afgedrukte document of de afgedrukte pagina's bewerken, de afdrukinstellingen wijzigen en andere functies uitvoeren.
Pagina 582
Afdrukgeschiedenis opslaan (Save Print History) Hiermee bepaalt u of de documenten die vanuit het Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld zijn afgedrukt, worden opgeslagen in de afdrukgeschiedenis. Maximumaantal geschiedenisitems (History Entry Limit) Hiermee wijzigt u het maximumaantal registraties in de afdrukgeschiedenis. Selecteer 10 items (10 Entries), 30 items (30 Entries) of 100 items (100 Entries).
Pagina 583
Als het geselecteerde document het eerste document is, is deze opdracht lichtgrijs en kan deze niet worden geselecteerd. Eén omhoog (Move Up One) Hiermee verplaatst u het geselecteerde afdrukdocument één positie omhoog. Als het geselecteerde document het eerste document is, is deze opdracht lichtgrijs en kan deze niet worden geselecteerd.
Pagina 584
Pagina herstellen (Restore Page) Hiermee herstelt u de pagina's die zijn verwijderd met de functie Pagina verwijderen (Delete Page). Als u pagina's wilt herstellen, schakelt u het selectievakje Verwijderde pagina's weergeven (View Deleted Pages) in het menu Optie (Option) in en geeft u de verwijderde pagina's weer als miniaturen.
Pagina 585
Pagina's (Pages) Gebruik de volgende opdrachten om de pagina te selecteren die u wilt weergeven. Opmerking • Als de instelling Pagina-indeling (Page Layout) in het printerstuurprogramma is ingesteld op Tegels/poster (Tiling/Poster) of Boekje (Booklet), is het aantal pagina's het aantal vellen dat wordt gebruikt om af te drukken en niet het aantal pagina's in het originele document dat is gemaakt met de toepassing.
Pagina 586
Selecteer Pagina-informatie (Page Information), Indeling (Layout) of Handmatige kleuraanpassing (Manual Color Adjustment). Menu Help Wanneer u deze menuoptie selecteert, wordt het Help-venster voor het Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld weergegeven en kunt u de versie en copyrightinformatie controleren. (Afdrukken) Hiermee drukt u de geselecteerde documenten in de lijst met documenten af.
Pagina 587
(Miniaturen weergeven) Hiermee verkleint u alle pagina's in het document dat is geselecteerd in de documentenlijst en geeft u ze onder het voorbeeldvenster weer. Als u de afdrukpagina's wilt verbergen, klikt u nogmaals op Miniaturen weergeven (View Thumbnails). (Naar eerste) Hiermee verplaatst u het geselecteerde afdrukdocument naar het begin van de documentenlijst.
Pagina 588
Status Hier wordt de status van de afdrukdocumenten weergegeven. Documenten waarvan de gegevens worden verwerkt, worden weergegeven als Gegevens verwerken (Processing data). Belangrijk • Documenten die worden weergegeven als Gegevens verwerken (Processing data), kunnen niet worden afgedrukt of bewerkt. Wacht totdat de gegevensverwerking is voltooid. Gebied met afdrukinstellingen Hier kunt u de afdrukinstellingen van de geselecteerde documenten in de documentenlijst controleren en wijzigen.
Pagina 589
999. Als het aantal afdrukken niet kan worden gewijzigd voor het afdrukdocument, is dit item lichtgrijs en niet beschikbaar. Afsluiten (Exit) Hiermee beëindigt u het Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld. De resterende documenten in de documentenlijst worden uit de lijst verwijderd.
Pagina 590
Afdrukken (Print) Hiermee drukt u de geselecteerde documenten in de lijst met documenten af. De afgedrukte documenten worden uit de lijst verwijderd en wanneer alle documenten zijn afgedrukt, wordt het Canon IJ-afdrukvoorbeeld gesloten.
Pagina 591
Overzicht van Canon IJ-statusmonitor Met de Canon IJ-statusmonitor kunt u de status van de printer en de inkt controleren aan de hand van afbeeldingen en berichten. U kunt informatie over het afgedrukte document en de voortgang van de afdruktaak controleren tijdens het afdrukken.
Pagina 592
Menu Optie (Option) Als u Statusmonitor inschakelen (Enable Status Monitor) selecteert wanneer een bericht met betrekking tot de printer wordt weergegeven, wordt de Canon IJ-statusmonitor gestart. Als Statusmonitor inschakelen (Enable Status Monitor) is geselecteerd, zijn de volgende opdrachten beschikbaar.
Pagina 593
Sluiten (Close) Hiermee sluit u het dialoogvenster Inktdetails (Ink Details) en keert u terug naar de Canon IJ-statusmonitor. Menu Help Wanneer u deze menuoptie selecteert, wordt het Help-venster voor de Canon IJ-statusmonitor weergegeven en kunt u de versie en copyrightinformatie controleren.
Pagina 594
MP Drivers bijwerken De nieuwste versie van MP Drivers ophalen Onnodige MP Drivers verwijderen Voordat u MP Drivers installeert MP Drivers installeren...
Pagina 595
De nieuwste versie van MP Drivers ophalen MP Drivers omvat een printerstuurprogramma, ScanGear (een scannerstuurprogramma) en een faxstuurprogramma. Door MP Drivers bij te werken naar de nieuwste versie van MP Drivers, kunt u onopgeloste problemen mogelijk verhelpen. U kunt vanaf onze website de nieuwste MP Drivers voor uw model downloaden. Belangrijk •...
Pagina 596
Onnodige MP Drivers verwijderen Als u MP Drivers niet meer nodig hebt, kunt u dit verwijderen. Sluit alle actieve toepassingen voordat u MP Drivers gaat verwijderen. De procedure voor het verwijderen van MP Drivers is als volgt: 1. Start het verwijderprogramma Selecteer Configuratiescherm (Control Panel) ->...
Pagina 597
Voordat u MP Drivers installeert In dit onderwerp worden de items beschreven die u moet controleren voordat u MP Drivers installeert. U moet dit gedeelte ook raadplegen als MP Drivers niet kan worden geïnstalleerd. De printerstatus controleren • Zet de printer uit. De instellingen van de computer controleren •...
Pagina 598
MP Drivers installeren U kunt vanaf onze website de nieuwste versie van MP Drivers en het XPS-printerstuurprogramma voor uw model downloaden. De procedure voor het installeren van de gedownloade MP Drivers is als volgt: 1. Zet de printer uit 2. Start het installatieprogramma Dubbelklik op het pictogram van het bestand dat u hebt gedownload.
Pagina 599
Afdrukken via een webservice PIXMA/MAXIFY Cloud Link gebruiken Afdrukken met Google Cloud Print...
Pagina 600
PIXMA/MAXIFY Cloud Link gebruiken Als u PIXMA/MAXIFY Cloud Link gebruikt, kunt u uw printer verbinden met een cloudservice, zoals CANON iMAGE GATEWAY, Evernote of Twitter, en de volgende functies gebruiken zonder dat u een computer nodig heeft: • Afbeeldingen afdrukken vanaf een fotodeelservice •...
Pagina 601
Afdrukken met Google Cloud Print De printer is compatibel met Google Cloud Print™ (Google Cloud Print is een service die wordt aangeboden door Google Inc.). Met Google Cloud Print kunt u vanaf elke locatie afdrukken met toepassingen of services die Google Cloud Print ondersteunen.
Pagina 602
De printer verwijderen uit Google Cloud Print Een LAN-verbinding met de printer en een internetverbinding zijn vereist om de printer uit Google Cloud Print te verwijderen. Aan de internetverbinding zijn de gebruikelijke kosten verbonden.
Pagina 603
Een Google-account maken Als u wilt afdrukken met Google Cloud Print, hebt u een Google-account nodig en moet u de printer eerst registreren bij Google Cloud Print. Opmerking • Als u al een Google-account hebt, registreert u de printer bij Google Cloud Print. De printer registreren bij Google Cloud Print Ga naar Google Cloud Print met de webbrowser op de computer of het mobiele apparaat en registreer de gevraagde gegevens.
Pagina 604
6. Selecteer Beheren (Manage) voor Google Cloud Print. 7. Als Canon MB2100 series en de knop Printers toevoegen (Add printers) worden weergegeven, selecteert u Printers toevoegen (Add printers). 8. Wanneer het bevestigingsbericht voor de registratie van de printer wordt weergegeven, selecteert u OK.
Pagina 605
Registratie vanaf de printer Belangrijk • Afhankelijk van het bereik van het beheerderswachtwoord kan het nodig zijn om het beheerderswachtwoord in te voeren. Zorg dat de printer is ingeschakeld. 2. Selecteer Instellen (Setup) op het HOME-scherm. LCD en bedieningspaneel 3. Selecteer Webservice instellen (Web service setup) en druk op de knop OK.
Pagina 606
• Als de tijdlimiet van het verificatieproces is verstreken, wordt er een foutbericht weergegeven op het LCD-scherm. Druk op de knop OK. Wanneer het bevestigingsbericht over het afdrukken van de verificatie-URL wordt weergegeven, probeert u het opnieuw vanaf stap 7. Opmerking •...
Pagina 607
Afdrukken vanaf een computer of smartphone met Google Cloud Print Wanneer u afdrukgegevens verzendt met Google Cloud Print, ontvangt de printer deze afdrukgegevens en worden deze automatisch afgedrukt. Wanneer u afdrukt vanaf een smartphone, tablet, computer of ander apparaat met behulp van Google Cloud Print, moet u van tevoren papier plaatsen in de printer.
Pagina 608
3. Selecteer Aanmelden bij Chrome... (Sign in to Chrome...) via (Chrome-menu). 4. Meld u aan bij uw Google-account. 5. Selecteer Afdrukken... (Print...) via (Chrome-menu). 6. Selecteer Wijzigen... (Change...) bij Bestemming (Destination). 7. Selecteer Canon MB2100 series in Google Cloud Print. 8. Selecteer Afdrukken (Print).
Pagina 609
Wanneer de voorbereiding voor het afdrukken met Google Cloud Print is voltooid, ontvangt de printer de afdrukgegevens en worden deze automatisch afgedrukt. Als u rechtstreeks wilt afdrukken vanuit Google Cloud Print Als de printer de afdrukgegevens niet kan ontvangen of als u direct wilt beginnen met afdrukken, controleert u of er een afdruktaak in Google Cloud Print aanwezig is en start u het afdrukken handmatig.
Pagina 610
3. Selecteer Aanmelden bij Chrome... (Sign in to Chrome...) via (Chrome-menu). 4. Meld u aan bij uw Google-account. 5. Selecteer Afdrukken... (Print...) via (Chrome-menu). 6. Selecteer Wijzigen... (Change...) bij Bestemming (Destination). 7. Selecteer Canon MB2100 series bij Lokale bestemmingen (Local Destinations). 8. Selecteer Afdrukken (Print).
Pagina 611
Wanneer de voorbereiding voor het afdrukken met Google Cloud Print is voltooid, ontvangt de printer de afdrukgegevens en worden deze automatisch afgedrukt.
Pagina 612
6. Selecteer Beheren (Manage) voor Google Cloud Print. 7. Selecteer Beheren (Manage) naast Canon MB2100 series in de lijst met apparaten. 8. Selecteer Verwijderen (Delete). 9. Wanneer het bevestigingsbericht voor het verwijderen van de printer wordt weergegeven, selecteert u OK.
Pagina 613
2. Selecteer Instellen (Setup) op het HOME-scherm. LCD en bedieningspaneel 3. Selecteer Webservice instellen (Web service setup) en druk op de knop OK. 4. Selecteer Webserviceverbinding instellen (Web service connection setup) -> Google Cloud Print instellen (Google Cloud Print setup) -> Verwijder uit Google Cloud Print (Delete from Google Cloud Print).
Pagina 614
Afdrukken met een AirPrint-compatibele printer vanaf een Mac U kunt AirPrint gebruiken om af te drukken vanaf uw iPhone, iPad, iPod touch of Mac. AirPrint maakt het mogelijk foto's, e-mails, webpagina's en documenten af te drukken vanaf een iPhone, iPad, iPod touch of Mac zonder dat u stuurprogramma's moet installeren of apps of software moet downloaden.
Pagina 615
Afdrukken met AirPrint vanaf een Mac Zorg dat de printer is ingeschakeld. Opmerking • Als de functie Automatisch inschakelen van de printer is ingeschakeld, wordt de printer automatisch ingeschakeld wanneer afdrukgegevens worden ontvangen. Plaats papier. 3. Druk af met de toepassingssoftware. Het dialoogvenster Afdrukken wordt weergegeven.
Pagina 616
Afdrukken vanaf een apparaat met Windows 10 Mobile U kunt afdrukken vanaf een apparaat met Windows 10 Mobile. Met deze functie kunt u foto's, e-mails, webpagina's en documenten afdrukken vanuit Windows 10 zonder dat u stuurprogramma's moet installeren of apps of software moet downloaden. Controleer uw omgeving Controleer eerst uw omgeving.
Pagina 617
Afdrukken vanaf een smartphone/tablet Direct afdrukken vanaf een smartphone/tablet Afdrukken via een webservice...
Pagina 618
Direct afdrukken vanaf een smartphone/tablet Afdrukken met Android Afdrukken met een AirPrint-compatibele printer vanaf een iOS-apparaat Afdrukken vanaf een apparaat met Windows 10 Mobile Het apparaat met de directe verbinding gebruiken...
Pagina 619
De afdrukplug-in installeren • Canon Print Service installeren Canon Print Service is een afdrukplug-in voor Android 4.4.2 of later die gratis beschikbaar is op Google Play. Installeer de plug-in en activeer deze. Afdrukken met Canon Print Service • Mopria Print Service installeren Mopria Print Service is een plug-in waarmee u kunt afdrukken op een printer met Mopria-verificatie vanuit Android 4.0 of hoger.
Pagina 620
Wanneer u afdrukt, gebruikt de printer de opgegeven instellingen. Afdrukken met Mopria Print Service Belangrijk • Deze bewerking hangt af van uw Android-apparaat en de toepassing. • Activeer de plug-in nadat u deze op het Android-apparaat hebt geïnstalleerd. Na de installatie is de service niet direct ingeschakeld.
Pagina 621
Afdrukken met een AirPrint-compatibele printer vanaf een iOS- apparaat U kunt AirPrint gebruiken om af te drukken vanaf uw iPhone, iPad, iPod touch of Mac. AirPrint maakt het mogelijk foto's, e-mails, webpagina's en documenten af te drukken vanaf een iPhone, iPad, iPod touch of Mac zonder dat u stuurprogramma's moet installeren of apps of software moet downloaden.
Pagina 622
4. Tik op Druk af (Print) via de menuopties. 5. Selecteer de naam van uw model voor Printer bij Printeropties (Printer Options). Belangrijk • Omdat niet alle toepassingen AirPrint ondersteunen, wordt Printeropties (Printer Options) mogelijk niet weergegeven. Als u in een toepassing de printeropties niet kunt gebruiken, dan kunt u vanuit die toepassing niet afdrukken.
Pagina 623
Opmerking • De Printeropties (Printer Options) kunnen verschillen, afhankelijk van de toepassing die u gebruikt. 6. Wanneer u een bestand met meerdere pagina's afdrukt, zoals een PDF-bestand, tikt u op Bereik (Range) en vervolgens op Alle pagina's (All Pages) of selecteert u het af te drukken paginabereik.
Pagina 624
Enveloppen afdrukken Raadpleeg het onderstaande als u wilt afdrukken op enveloppen vanaf een iOS-apparaat met AirPrint. Afdrukresultaat Stand van afdrukgegevens Stand van geplaatste envelop Plaats de envelop verticaal met de adreszijde naar beneden ge- richt, zodat de gevouwen klep van de envelop omhoog is gericht en zich aan de rechterkant bevindt.
Pagina 625
Een afdruktaak verwijderen Afdruktaken kunnen met AirPrint op de volgende twee manieren worden verwijderd: • Vanaf de printer: Gebruik de knop Stoppen (Stop) om de afdruktaak te annuleren. • Vanaf een iOS-apparaat: druk tweemaal op de Home-knop op het iOS-apparaat om de Multitasking- modus in te schakelen en veeg daarna naar rechts.
Pagina 626
Het apparaat met de directe verbinding gebruiken U kunt apparaten (zoals een smartphone of tablet) op de volgende twee manieren met de printer verbinden. • Draadloze verbinding (apparaten verbinden via een draadloze router) • Directe draadloze verbinding (apparaten verbinden met een directe verbinding) In dit gedeelte wordt de directe verbinding beschreven, waarbij u kunt afdrukken of scannen door de apparaten rechtstreeks met de printer te verbinden.
Pagina 627
5. Selecteer LAN wijzigen (Change LAN) en druk op de knop OK. 6. Selecteer Directe verbind. activeren (Activate direct connect.) en druk op de knop 7. Selecteer Ja (Yes) en druk op de knop OK. De identificatie (SSID) voor de directe verbinding wordt weergegeven. Het apparaat herkent de printer aan de identificatie (SSID).
Pagina 628
• Raadpleeg de handleiding van uw apparaat of toepassing voor meer informatie over afdrukken of scannen vanaf een apparaat via een draadloos LAN. • U kunt afdrukken/scannen vanaf een smartphone of tablet door Canon PRINT Inkjet/SELPHY te installeren. U kunt dit downloaden in de App Store en op Google Play.
Pagina 629
4. Selecteer LAN wijzigen (Change LAN) en druk op de knop OK. 5. Selecteer Draadloos LAN activeren (Activate wireless LAN) en druk op de knop OK. Als u de printer niet via een draadloos LAN gebruikt, selecteert u LAN uitschakelen (Disable LAN).
Pagina 630
• De printernaam wijzigen die wordt weergegeven op het Wi-Fi Direct-compatibele apparaat Wanneer u B selecteert en op de knop OK drukt, wordt een scherm weergegeven waarin u de apparaatnaam kunt opgeven. Volg de onderstaande procedure om de naam te wijzigen. 1.
Pagina 631
Afdrukken via een webservice PIXMA/MAXIFY Cloud Link gebruiken Afdrukken met Google Cloud Print...
Pagina 632
PIXMA/MAXIFY Cloud Link gebruiken Als u PIXMA/MAXIFY Cloud Link gebruikt, kunt u uw printer verbinden met een cloudservice, zoals CANON iMAGE GATEWAY, Evernote of Twitter, en de volgende functies gebruiken zonder dat u een computer nodig heeft: • Afbeeldingen afdrukken vanaf een fotodeelservice •...
Pagina 633
Afdrukken met Google Cloud Print De printer is compatibel met Google Cloud Print™ (Google Cloud Print is een service die wordt aangeboden door Google Inc.). Met Google Cloud Print kunt u vanaf elke locatie afdrukken met toepassingen of services die Google Cloud Print ondersteunen.
Pagina 634
De printer verwijderen uit Google Cloud Print Een LAN-verbinding met de printer en een internetverbinding zijn vereist om de printer uit Google Cloud Print te verwijderen. Aan de internetverbinding zijn de gebruikelijke kosten verbonden.
Pagina 635
Afdrukken via het bedieningspaneel Fotogegevens afdrukken Documenten (PDF-bestanden) afdrukken die zijn opgeslagen op een USB- flashstation...
Pagina 636
Fotogegevens afdrukken Foto's op een USB-flashstation afdrukken Items instellen voor foto's afdrukken met het bedieningspaneel Handige weergavefuncties gebruiken...
Pagina 637
Foto's op een USB-flashstation afdrukken U kunt foto's die op een USB-flashstation zijn opgeslagen gemakkelijk afdrukken. Zorg dat de printer is ingeschakeld. Plaats fotopapier. Plaats het USB-flashstation in de poort voor het USB-flashstation. Belangrijk • Als u het USB-flashstation al hebt geplaatst om de ontvangen faxen automatisch op te slaan, kunt u de foto's niet afdrukken, zelfs niet als het USB-flashstation met de fotogegevens is ingesteld.
Pagina 638
1. Aantal kopieën Geef het aantal op met de numerieke toetsen. 2. Foto selecteren Selecteer de foto die u wilt afdrukken met de knop 3. Afdrukinstellingen (Print settings) Wanneer u op de rechter Functie (Function)knop drukt, wordt het bevestigingsscherm met afdrukinstellingen weergegeven.
Pagina 639
Opmerking • Als u het afdrukken wilt annuleren, drukt u op de knop Stoppen (Stop). • U kunt de afdruktaak toevoegen door tijdens het afdrukken op de rechter Functie (Function)knop te drukken. De afdruktaak toevoegen De afdruktaak toevoegen U kunt de afdruktaak toevoegen (fotoafdruk reserveren) terwijl foto's worden afgedrukt. Volg de onderstaande procedure om de afdruktaak toe te voegen.
Pagina 640
Opmerking • Tijdens het afdrukken kunt u het HOME-scherm niet weergeven, het afdrukmenu niet wijzigen en niet afdrukken vanaf de computer of andere apparaten. • De foto in de andere groep is tijdens het afdrukken niet geselecteerd. • Als u op de knop Stoppen (Stop) drukt tijdens het afdrukken, wordt het scherm voor het selecteren van een methode om het reserveren te annuleren weergegeven.
Pagina 641
Items instellen voor foto's afdrukken met het bedieningspaneel U kunt het paginaformaat, het mediumtype, fotocorrectie en dergelijke instellen voor het afdrukken van foto's die zijn opgeslagen op het USB-flashstation. Selecteer de gewenste instelling met de knoppen en wijzig de instelling met de knoppen Opmerking •...
Pagina 642
Handige weergavefuncties gebruiken U kunt de methode wijzigen die wordt gebruikt om foto's op het USB-flashstation weer te geven en de datum (waarop gegevens voor het laatst zijn gewijzigd) opgeven om foto's te selecteren. De weergavemethode wijzigen Een datum opgeven om een foto te selecteren De weergavemethode wijzigen Als u op de linker Functie (Function)knop op het fotoselectiescherm drukt, wordt het selectiescherm voor een weergavemethode geopend.
Pagina 643
Opmerking • De datum wordt weergegeven volgens de instellingen van Indeling datumweergave (Date display format) bij Gebruikersinstellingen apparaat (Device user settings) onder Apparaatinstellingen (Device settings) onder Instellen (Setup). Gebruikersinstellingen apparaat...
Pagina 644
• PDF-bestanden die op een USB-flashstation zijn opgeslagen tijdens de ontvangst van faxen Een document in het printergeheugen opslaan op een USB-flashstation Ontvangen faxen automatisch opslaan op een USB-flashstation • PDF-bestanden die zijn gemaakt met Canon IJ Scan Utility Voor Windows: Documenten scannen...
Pagina 645
• Andere tekens dan de naam van de printer of IJ Scan Utility worden weergegeven bij Gemaakt met (Created with). • PDF-bestanden die zijn gemaakt met andere software dan Canon IJ Scan Utility (software die compatibel is met de printer) kunnen niet worden afgedrukt, ook al zijn deze opgeslagen met Canon IJ Scan Utility.
Pagina 646
1. Aantal kopieën Gebruik de numerieke toetsen om het aantal exemplaren op te geven. 2. Paginaformaat (Page size) Selecteer het paginaformaat op basis van het geplaatste papier. Opmerking • Alleen paginaformaten die u kunt selecteren via het bedieningspaneel worden weergegeven. 3.
Pagina 647
• Bestanden die zijn gescand met het bedieningspaneel van de printer en die zijn opgeslagen op een USB-flashstation waarbij Indeling (Format) is ingesteld op iets anders dan PDF of Compacte PDF (Compact PDF) • Bestanden die zijn gemaakt met Canon IJ Scan Utility en waarop een van de volgende punten van toepassing is -Versleutelde gegevens...
Pagina 648
Papierinstellingen Door het papierformaat en het mediumtype van het in de cassette geplaatste papier te registreren, kunt u voorkomen dat de printer onjuiste afdrukken produceert. In dit geval wordt, voordat het afdrukken begint, een bericht weergegeven als het papierformaat of het mediumtype van het geplaatste papier afwijkt van de afdrukinstellingen.
Pagina 649
• Voor Mac OS: Papierinstellingen in het printerstuurprogramma en op de printer (mediumtype) Papierinstellingen in het printerstuurprogramma en op de printer (papierformaat) Opmerking • Afhankelijk van de geregistreerde papiergegevens van de cassette wordt er mogelijk een scherm weergegeven waarin u wordt gevraagd te bevestigen dat u de geregistreerde gegevens wilt toepassen op de papierinstellingen voor kopiëren.
Pagina 650
Controleer het bericht en druk op de knop OK. Wanneer het scherm voor het selecteren van de bewerking wordt weergegeven, selecteert u een van onderstaande opties. Opmerking • Afhankelijk van de instellingen van het apparaat worden onderstaande opties misschien niet weergegeven.
Pagina 651
• Voor meer informatie over de juiste combinatie van papierinstellingen die u kunt opgeven via het printerstuurprogramma of op het LCD-scherm: • Voor Windows: Papierinstellingen in het printerstuurprogramma en op de printer (mediumtype) Papierinstellingen in het printerstuurprogramma en op de printer (papierformaat) •...
Pagina 652
Kopiëren Kopieën maken Basisbeginselen Kopieën verkleinen/vergroten Dubbelzijdig kopiëren Het menu Speciale kopie...
Pagina 653
Kopieën maken In dit gedeelte wordt de procedure beschreven voor het kopiëren met Standaardkopie (Standard copy). Zorg dat de printer is ingeschakeld. Plaats papier. 3. Selecteer Kopiëren (Copy) op het HOME-scherm. LCD en bedieningspaneel Het stand-byscherm voor kopiëren wordt weergegeven. Plaats een origineel document op de glasplaat of in de ADF.
Pagina 654
Favoriete instellingen (aangepaste profielen) registreren 6. Druk op de knop Kleur (Color) als u in kleur wilt kopiëren of op de knop Zwart (Black) als u in zwart-wit wilt kopiëren. De printer begint met kopiëren. Verwijder het origineel van de glasplaat of uit de documentuitvoersleuf nadat het kopiëren is voltooid. Belangrijk •...
Pagina 655
• Als u op de knop Stoppen (Stop) drukt terwijl reservekopieën worden gemaakt, wordt het scherm voor het selecteren van de methode om het kopiëren te annuleren weergegeven. Als u Alle reserveringen annuleren (Cancel all reservations) selecteert en op de knop OK drukt, kunt u het kopiëren van alle gescande gegevens annuleren.
Pagina 656
Voorbeeldweergave weergeven Wanneer u op de middelste Functie (Function)-knop drukt, kunt u een voorbeeld van de afdruk weergeven op het voorbeeldscherm. Belangrijk • Het voorbeeldscherm is niet beschikbaar als u het origineel in de ADF plaatst. • In de volgende gevallen kunt u de middelste Functie (Function)-knop niet gebruiken wanneer het standby-scherm voor kopiëren wordt weergegeven.
Pagina 657
Items voor kopiëren instellen Het volgende scherm wordt weergegeven wanneer u op de rechterknop Functie (Function) op het stand- byscherm voor kopiëren drukt. Selecteer de gewenste instelling met de knoppen en wijzig de instelling met de knoppen Opmerking • Sommige instellingen kunnen niet worden opgegeven in combinatie met de instelling van andere instellingsitems of het kopieermenu.
Pagina 658
Opmerking • Wanneer Auto is geselecteerd, plaatst u het origineel op de glasplaat. In dat geval kunt u de ADF niet gebruiken. 3. Paginaformaat (Page size) Selecteer het paginaformaat van het geplaatste papier. Opmerking • Alleen paginaformaten die u kunt selecteren via het bedieningspaneel worden weergegeven. 4.
Pagina 659
Wanneer u een dik origineel zoals een boek kopieert, kunt u kopiëren zonder zwarte marges rondom het beeld en schaduwen van rugmarges. Dikke originelen, zoals boeken, kopiëren...
Pagina 660
Kopieën verkleinen/vergroten U kunt de vergroting optioneel opgeven of een kopie met een vooraf ingestelde verhouding of een kopie passend op het papierformaat selecteren. Het onderstaande scherm wordt weergegeven wanneer u in het standby-scherm voor kopiëren op de rechter Functie (Function)-knop drukt. Selecteer de methode voor vergroten/verkleinen bij Vergrot. (Magnif.).
Pagina 661
• Kopiëren met een opgegeven percentage U kunt de kopieerschaal opgeven als een percentage om kopieën te vergroten of te verkleinen. Als u een andere optie selecteert dan Passend (Fit to page) en op de rechter Functie (Function)knop drukt, wordt het scherm Vergroting (Magnification) weergegeven. Gebruik de knop om de vergroting op te geven.
Pagina 662
Dubbelzijdig kopiëren Wanneer u Dub.zijdig (2-sided) voor Dub.zijdigInst.afdr. (2-sidedPrintSetting) selecteert bij Standaardkopie (Standard copy), kunt u twee originele pagina's kopiëren naar de twee zijden van één vel papier. Druk op de rechter Functie (Function)-knop om de afdrukstand en de nietmarge te selecteren. •...
Pagina 663
Opmerking • De instelling voor een dubbelzijdige kopie kan worden gebruikt in combinatie met 2 op 1-kopie (2-on-1 copy) of 4 op 1-kopie (4-on-1 copy). Twee pagina’s kopiëren op één pagina Vier pagina’s kopiëren op één pagina • Als u kopieert in zwart-wit kan de afdrukintensiteit van de dubbelzijdige kopie afwijken van die van een enkelzijdige kopie.
Pagina 664
Verwijder na het scannen het origineel van de glasplaat, plaats het volgende vel op de glasplaat en druk op de knop OK. Opmerking • Als u niets meer wilt scannen, drukt u op de linker Functie (Function)knop. De printer begint met kopiëren.
Pagina 665
Het menu Speciale kopie Twee pagina’s kopiëren op één pagina Vier pagina’s kopiëren op één pagina Dikke originelen, zoals boeken, kopiëren Een identiteitskaart kopiëren op één pagina Gesorteerd kopiëren...
Pagina 666
Twee pagina’s kopiëren op één pagina Wanneer u 2 op 1-kopie (2-on-1 copy) selecteert voor Indeling (Layout) in Standaardkopie (Standard copy) kunt u twee originele pagina's op één vel papier kopiëren door de afbeeldingen te verkleinen. Druk op de rechter Functie (Function)-knop op het stand-byscherm voor kopiëren om het scherm met afdrukinstellingen weer te geven en selecteer 2 op 1-kopie (2-on-1 copy) voor Indeling (Layout).
Pagina 667
Als u deze functie in combinatie gebruikt, kunt u vier originele pagina's op één vel papier kopiëren. In dit geval worden twee originele pagina's op elke zijde van het papier gekopieerd. Als u deze functie in combinatie gebruikt, selecteert u Dub.zijdig (2-sided) voor Dub.zijdigInst.afdr. (2-sidedPrintSetting) en selecteert u vervolgens de afdrukstand en de nietmarge van het afdrukpapier in het scherm Afdrukinstellingen.
Pagina 668
Verwijder het eerste vel van het origineel van de glasplaat, plaats het tweede vel op de glasplaat en druk op de knop OK. De printer begint het tweede vel van het origineel te scannen en te kopiëren. Opmerking • Als u niets meer wilt scannen, drukt u op de linker Functie (Function)knop. De printer begint met kopiëren.
Pagina 669
Vier pagina’s kopiëren op één pagina Wanneer u 4 op 1-kopie (4-on-1 copy) selecteert bij Indeling (Layout) in Standaardkopie (Standard copy), kunt u vier originele pagina's op één vel papier kopiëren door de afbeeldingen te verkleinen. Er zijn vier verschillende indelingen beschikbaar. Druk op de rechter Functie (Function)-knop om de afdrukstand en de geavanceerde indeling op te geven.
Pagina 670
Nadat u de indeling hebt gekozen en op de knop OK hebt gedrukt, kunt u selecteren of u het voorbeeldscherm wilt gebruiken. Als u Ja (Yes) selecteert, wordt het voorbeeldscherm weergegeven, waarin u de afdrukstand kunt controleren. Opmerking • U kunt deze functie gebruiken in combinatie met dubbelzijdig kopiëren. Als u deze functie in combinatie gebruikt, kunt u acht originele pagina's op één vel papier kopiëren.
Pagina 671
Verwijder het eerste vel van het origineel van de glasplaat, plaats het tweede vel op de glasplaat en druk op de knop OK. De printer begint het tweede vel van het origineel te scannen en te kopiëren. Opmerking • Als u niets meer wilt scannen, drukt u op de linker Functie (Function)knop. De printer begint met kopiëren.
Pagina 672
Dikke originelen, zoals boeken, kopiëren Wanneer AAN (ON) is geselecteerd voor Kop. kader wissen (Frame erase copy) bij Standaardkopie (Standard copy) en u een dik origineel zoals een boek kopieert, kunt u kopiëren zonder zwarte marges rondom het beeld en schaduwen van rugmarges. Met deze functie vermindert u onnodig inktverbruik. Opmerking •...
Pagina 673
Een identiteitskaart kopiëren op één pagina Als u ID-kaart kopiëren (ID card copy) selecteert voor Indeling (Layout) bij Standaardkopie (Standard copy), kunt u een officieel document, zoals een identiteitskaart, op één vel papier kopiëren. Druk op de rechter Functie (Function)-knop op het stand-byscherm voor kopiëren om het scherm met afdrukinstellingen weer te geven en selecteer ID-kaart kopiëren (ID card copy) voor Indeling (Layout).
Pagina 674
Het voorbeeldscherm gebruiken om het afdrukresultaat van de voorzijde te controleren Als u op de middelste Functie (Function)-knop drukt voordat u het origineel op de glasplaat plaatst, wordt op het LCD-scherm weergegeven hoe u het origineel moet plaatsen. Als u het origineel volgens de instructies op het scherm plaatst en op de knop OK drukt, wordt het voorbeeldscherm weergegeven zodat u het afdrukresultaat van de voorzijde kunt controleren.
Pagina 675
Gesorteerd kopiëren U kunt gesorteerde afdrukken maken wanneer u meerdere kopieën maakt van een origineel met meerdere pagina's. Als u AAN (ON) selecteert voor Sorteren (Collate) bij Standaardkopie (Standard copy), kunt u gesorteerde afdrukken maken wanneer u meerdere kopieën maakt van een origineel met meerdere pagina's.
Pagina 676
Dubbelzijdig kopiëren voor dubbelzijdig kopiëren.
Pagina 677
Als u Canon PRINT Inkjet/SELPHY installeert op uw smartphone/tablet, kunt u kopieerinstellingen of bewerkingen uitvoeren vanaf uw smartphone/tablet. Canon PRINT Inkjet/SELPHY is een door Canon gemaakte toepassing die kan worden gedownload via de App Store en Google Play. Voor iOS Voor Android Zorg dat het apparaat is ingeschakeld.
Pagina 678
10. Als een scherm wordt weergegeven waarin u om een wachtwoord wordt gevraagd, voert u het wachtwoord in en tikt u op OK in de toepassing. Het apparaat begint met kopiëren. Belangrijk • Op het moment dat u het product koopt, wordt het wachtwoord ingesteld. Het wachtwoord is het serienummer van de printer.
Pagina 679
Scannen Scannen vanaf een computer (Windows) Scannen vanaf een computer (Mac OS) Scannen via het bedieningspaneel Scannen met een smartphone/tablet...
Pagina 680
Scannen vanaf een computer (Windows) IJ Scan Utility gebruiken Scannen met toepassingssoftware (ScanGear) Andere scanmethoden Het menu en instellingenvenster van IJ Network Scanner Selector EX2 Scantips Originelen plaatsen (scannen vanaf een computer) Scaninstellingen voor het netwerk...
Pagina 681
IJ Scan Utility gebruiken Wat is IJ Scan Utility (scannersoftware)? IJ Scan Utility starten Documenten scannen Basisbeginselen Foto's scannen Scannen met voorkeursinstellingen Originelen scannen die groter zijn dan de glasplaat (Afbeelding samenvoegen) Bijsnijdkaders aanpassen in het venster Afbeelding samenvoegen Tekst extraheren van gescande afbeeldingen (OCR) Gescande afbeeldingen via e-mail verzenden Meerdere originelen tegelijk scannen Meerdere documenten tegelijk scannen vanuit de ADF (automatische...
Pagina 682
Wat is IJ Scan Utility (scannersoftware)? IJ Scan Utility is een toepassing waarmee u op eenvoudige wijze documenten, foto's en dergelijke kunt scannen. U kunt in één handeling scannen en opslaan door op het bijbehorende pictogram in het hoofdscherm van IJ Scan Utility te klikken.
Pagina 683
Integreren met toepassingen U kunt onder andere gescande afbeeldingen gebruiken door middel van integratie met andere toepassingen, u kunt gescande afbeeldingen in uw voorkeurstoepassing weergeven, ze aan e-mails toevoegen en tekst uit afbeeldingen extraheren. Opmerking • Raadpleeg 'Dialoogvenster Instellingen' voor informatie over het instellen van de toepassingen waarmee geïntegreerd moet worden.
Pagina 684
Scaninstellingen voor het netwerk Volg de volgende stappen om IJ Scan Utility te starten. Windows 10: Selecteer in het menu Start achtereenvolgens Alle apps (All apps) > Canon Utilities > IJ Scan Utility. Windows 8.1/Windows 8: Selecteer IJ Scan Utility in het startscherm.
Pagina 685
Documenten scannen U kunt via dit scherm items die op de plaat zijn geplaatst scannen met instellingen die geschikt zijn voor documenten. 1. Plaats het item op de glasplaat. Originelen plaatsen (scannen vanaf een computer) IJ Scan Utility starten. 3. Klik op Instellingen (Settings...) en stel in het dialoogvenster Instellingen (Document scannen) (Settings (Document Scan)) het papierformaat, de resolutie en dergelijke naar...
Pagina 686
Foto's scannen U kunt via dit scherm foto's die op de plaat zijn geplaatst scannen met instellingen die geschikt zijn voor foto's. 1. Plaats de foto op de plaat. Originelen plaatsen (scannen vanaf een computer) IJ Scan Utility starten. 3. Klik op Instellingen (Settings...) en stel in het dialoogvenster Instellingen (Foto scannen) (Settings (Photo Scan)) het papierformaat, de resolutie en dergelijke naar wens in.
Pagina 687
Scannen met voorkeursinstellingen U kunt via dit scherm items die op de plaat zijn geplaatst scannen met uw voorkeursinstellingen die u eerder hebt opgeslagen. Dit is een gemakkelijke manier om veelgebruikte instellingen op te slaan of scaninstellingen in detail op te geven.
Pagina 688
Originelen scannen die groter zijn dan de glasplaat (Afbeelding samenvoegen) U kunt de linker- en rechterhelft van een item dat groter is dan de plaat scannen en deze tot één afbeelding samenvoegen. Items scannen die maximaal ongeveer twee keer zo groot zijn dan de glasplaat worden ondersteund.
Pagina 689
5. Zorg dat Links beginnen met scannen (Scan from Left) is geselecteerd in Richting selecteren (Scan Direction). 6. Plaats het item dat aan de linkerkant van het scherm moet worden weergegeven met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat. 7.
Pagina 690
Het eerste item wordt gescand en verschijnt in 1. Opmerking • Klik op Annuleren (Cancel) om het scannen te annuleren. 8. Plaats het item dat aan de rechterkant van het scherm moet worden weergegeven met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat. 9.
Pagina 691
Het tweede item wordt gescand en verschijnt in 2. Opmerking • Klik op Annuleren (Cancel) om het scannen te annuleren. 10. Pas de gescande afbeeldingen desgewenst aan. Gebruik de taakbalk om te draaien of in/uit te zoomen, of sleep de afbeeldingen om hun posities aan te passen.
Pagina 692
De gecombineerde afbeelding wordt opgeslagen. Opmerking • Raadpleeg 'Venster Afbeelding samenvoegen' voor meer informatie over het venster Afbeelding samenvoegen (Image Stitch). • U kunt geavanceerde instellingen opgeven in het dialoogvenster Instellingen (Scannen en samenvoegen) (Settings (Scan and Stitch)) dat wordt weergegeven door te klikken op Instellingen (Settings...).
Pagina 693
Bijsnijdkaders aanpassen in het venster Afbeelding samenvoegen Met bijsnijden selecteert u het gebied in een afbeelding dat u wilt behouden en verwijdert u de rest tijdens het scannen. In het venster Afbeelding samenvoegen (Image Stitch) kunt u een bijsnijdkader opgeven voor de afbeelding die in het voorbeeldgebied wordt weergegeven.
Pagina 694
Tekst extraheren van gescande afbeeldingen (OCR) Klik op OCR in het hoofdvenster van IJ Scan Utility om tekst in gescande tijdschriften en kranten te scannen en weer te geven in een opgegeven toepassing. Opmerking • U kunt ook tekst extraheren via Document, Aangepast (Custom) of ScanGear. IJ Scan Utility starten.
Pagina 695
• Documenten die tekst bevatten met een tekengrootte kleiner dan 8 of groter dan 40 punten (op 300 dpi) • Scheve documenten • Documenten die omgekeerd zijn geplaatst of documenten met een onjuiste afdrukstand (gedraaide tekens) • Documenten met speciale lettertypen, effecten, cursieve letters of met de hand geschreven tekst •...
Pagina 696
Gescande afbeeldingen via e-mail verzenden U kunt gescande afbeeldingen gemakkelijk per e-mail verzenden door te klikken op E-mail in het hoofdvenster van IJ Scan Utility. Opmerking • U kunt gescande afbeeldingen ook per e-mail verzenden via Document, Foto (Photo), Aangepast (Custom) of ScanGear.
Pagina 697
5. Geef de geadresseerde op, voer het onderwerp en de berichttekst in en verzend het bericht. Raadpleeg de handleiding van uw e-mailclient voor de e-mailinstellingen.
Pagina 698
Meerdere originelen tegelijk scannen U kunt twee of meer foto's (kleine items) die op de glasplaat zijn geplaatst tegelijk scannen en elke afbeelding apart opslaan. Belangrijk • De volgende typen items worden mogelijk niet goed gescand. In dat geval past u de bijsnijdkaders (scangebieden) aan in de volledige afbeeldingsweergave van ScanGear (scannerstuurprogramma) en voert u de scan opnieuw uit.
Pagina 699
5. Kies bij Bron selecteren (Select Source) het type items dat u wilt scannen. 6. Selecteer Automatisch scannen (Auto scan) bij Papierformaat (Paper Size) en klik vervolgens op OK.
Pagina 700
Het hoofdvenster IJ Scan Utility verschijnt. Opmerking • Raadpleeg de volgende pagina's voor meer informatie over de instellingsitems in het dialoogvenster Instellingen. Dialoogvenster Instellingen (Document scannen) Dialoogvenster Instellingen (Foto scannen) Dialoogvenster Instellingen (Aangepast scannen) Dialoogvenster Instellingen (OCR) Dialoogvenster Instellingen (E-mail) 7.
Pagina 701
• Gescande afbeeldingen worden opgeslagen in de map die is ingesteld voor Opslaan in (Save in) in het bijbehorende dialoogvenster Instellingen dat wordt getoond door te klikken op Instellingen (Settings...). In elk dialoogvenster Instellingen kunt u ook geavanceerde scaninstellingen opgeven.
Pagina 702
Meerdere documenten tegelijk scannen vanuit de ADF (automatische documentinvoer) Plaats meerdere documenten in de ADF (automatische documentinvoer) en scan deze tegelijkertijd. Opmerking • U kunt meerdere documenten tegelijkertijd scannen vanuit de ADF wanneer u scant via Document, Aangepast (Custom), ScanGear, OCR of E-mail. Raadpleeg 'Scannen met een toepassing die u gebruikt (ScanGear)' voor uw model vanaf de startpagina van de Online handleiding voor informatie over scannen met ScanGear (scannerstuurprogramma).
Pagina 703
5. Selecteer bij Bron selecteren (Select Source) het type documenten dat u wilt scannen. Als u alleen de voorzijde van elk document wilt scannen, selecteert u Document (ADF/glasplaat) (Document (ADF/Platen)) of Document (ADF enkelzijdig) (Document (ADF Simplex)). Als u zowel de voorzijde als de achterzijde van elk document wilt scannen, selecteert u Document (ADF handmatig dubbelzijdig) (Document (ADF Manual Duplex)).
Pagina 704
Klik op Instellingen scanstand document... (Document Scan Orientation Settings...) om de afdrukstand te selecteren van de documenten die u wilt scannen. In het weergegeven dialoogvenster kunt u de Afdrukstand (Orientation) en de Inbindzijde (Binding Side) opgeven. Hoe u de documenten moet plaatsen voor het scannen van de achterzijde, is afhankelijk van de Inbindzijde (Binding Side).
Pagina 705
Het scannen begint. Opmerking • Klik op Annuleren (Cancel) om het scannen te annuleren. Ga verder met stap 8 wanneer Document (ADF handmatig dubbelzijdig) (Document (ADF Manual Duplex)) voor Bron selecteren (Select Source) is geselecteerd. 8. Volg de instructies op het scherm voor het plaatsen van de documenten. Opmerking •...
Pagina 706
Als Korte zijde (Short edge) is geselecteerd voor Inbindzijde (Binding Side) bij Instellingen scanstand document... (Document Scan Orientation Settings...): Plaats de documenten zonder de afdrukstand van de uitvoerdocumenten te wijzigen. 9. Klik op OK. Het scannen begint. Opmerking • Klik op Annuleren (Cancel) om het scannen te annuleren. •...
Pagina 707
Opslaan na controle van de scanresultaten U kunt de scanresultaten controleren en de afbeeldingen vervolgens op een computer opslaan. Belangrijk • U kunt de scanresultaten niet controleren voordat u ze hebt opgeslagen wanneer u hebt gescand via het bedieningspaneel. Opmerking •...
Pagina 708
4. Schakel het selectievakje Scanresultaten controleren en opslaginstellingen opgeven (Check scan results and specify save settings) in en klik op OK. Het hoofdvenster IJ Scan Utility verschijnt. Opmerking • Raadpleeg de volgende pagina's voor meer informatie over de instellingsitems in het dialoogvenster Instellingen.
Pagina 709
Dialoogvenster Instellingen (Foto scannen) Dialoogvenster Instellingen (Aangepast scannen) Dialoogvenster Instellingen (Scannen en samenvoegen) Dialoogvenster Instellingen (ScanGear) Dialoogvenster Instellingen (OCR) Dialoogvenster Instellingen (E-mail) 5. Klik op Foto (Photo). Het scannen begint. Wanneer het scannen is voltooid, wordt het dialoogvenster Instellingen opslaan (Save Settings) geopend.
Pagina 710
Schermen van IJ Scan Utility Hoofdscherm van IJ Scan Utility Dialoogvenster Instellingen Dialoogvenster Instellingen (Document scannen) Dialoogvenster Instellingen (Foto scannen) Dialoogvenster Instellingen (Aangepast scannen) Dialoogvenster Instellingen (Scannen en samenvoegen) Dialoogvenster Instellingen (ScanGear) Dialoogvenster Instellingen (OCR) Dialoogvenster Instellingen (E-mail) Dialoogvenster Instellingen (Opslaan naar pc (document)) Dialoogvenster Instellingen (Opslaan naar pc (foto)) Dialoogvenster Instellingen (Toevoegen aan e-mail (document)) Dialoogvenster Instellingen (Toevoegen aan e-mail (foto))
Pagina 711
Hoofdscherm van IJ Scan Utility Volg de volgende stappen om IJ Scan Utility te starten. Windows 10: Selecteer in het menu Start achtereenvolgens Alle apps (All apps) > Canon Utilities > IJ Scan Utility om IJ Scan Utility te starten. Windows 8.1/Windows 8: Selecteer IJ Scan Utility op het startscherm om IJ Scan Utility te starten.
Pagina 712
Instellingen voor scannen/opslaan en de reactie na scannen kunnen worden opgegeven in het dialoogvenster Instellingen (Foto scannen) (Settings (Photo Scan)). Aangepast (Custom) Scant items met uw voorkeursinstellingen en slaat de afbeeldingen op een computer op. Het type item kan automatisch worden gedetecteerd. Instellingen voor scannen/opslaan en de reactie na scannen kunnen worden opgegeven in het dialoogvenster Instellingen (Aangepast scannen) (Settings (Custom Scan)).
Pagina 713
Dialoogvenster Instellingen Het dialoogvenster Instellingen bestaat uit drie tabbladen: (Scannen vanaf een computer), (Scannen vanaf het bedieningspaneel) en (Algemene instellingen). Als u op een tabblad klikt verandert de weergave in het rode kader en kunt u geavanceerde instellingen voor de functies op elk tabblad opgeven.
Pagina 714
(Scannen vanaf het bedieningspaneel) U kunt opgeven hoe moet worden gereageerd als er wordt gescand vanaf het bedieningspaneel. Dialoogvenster Instellingen (Opslaan naar pc (document)) Dialoogvenster Instellingen (Opslaan naar pc (foto)) Dialoogvenster Instellingen (Toevoegen aan e-mail (document)) Dialoogvenster Instellingen (Toevoegen aan e-mail (foto)) Tabblad (Algemene instellingen) U kunt het te gebruiken product, de beperking van de bestandsgrootte voor e-mailbijlagen, de taal om tekst in afbeeldingen te detecteren en de map waarin de afbeeldingen tijdelijk worden opgeslagen...
Pagina 715
Dialoogvenster Instellingen (Document scannen) Klik op Document scannen (Document Scan) op het tabblad (Scannen vanaf een computer) om het dialoogvenster Instellingen (Document scannen) (Settings (Document Scan)) weer te geven. In het dialoogvenster Instellingen (Document scannen) (Settings (Document Scan)) kunt u geavanceerde scaninstellingen opgeven om items als documenten te scannen.
Pagina 716
• Documenten scannen vanuit de ADF (automatische documentinvoer): Document (ADF enkelzijdig) (Document (ADF Simplex)), Document (ADF handmatig dubbelzijdig) (Document (ADF Manual Duplex)) of Document (ADF/glasplaat) (Document (ADF/Platen)) Opmerking • Wanneer Document (ADF/glasplaat) (Document (ADF/Platen)) is geselecteerd en documenten op de plaat en de ADF worden geplaatst, worden de documenten gescand die op de ADF zijn geplaatst.
Pagina 717
Belangrijk • Inbindzijde (Binding Side) kan niet worden opgegeven als alleen de voorzijde van elk document wordt gescand. Instellingen voor het verwerken van afbeeldingen (Image Processing Settings) Klik op (plus) om het volgende in te stellen. Opmerking • De weergegeven items hangen af van Bron selecteren (Select Source) en Kleurenmodus (Color Mode).
Pagina 718
Opmerking • Het scannen neemt meer tijd in beslag als u Moiré reduceren (Reduce moire) inschakelt. Schaduw van rugmarge reduceren (Reduce gutter shadow)/Schaduw van rugmarge reduceren (glasplaat) (Reduce gutter shadow (platen)) Reduceert schaduwen van rugmarges die tussen pagina's zichtbaar zijn wanneer geopende boekjes worden gescand.
Pagina 719
Belangrijk • Alleen tekstdocumenten die zijn geschreven in de taal die is geselecteerd voor Documenttaal (Document Language) in het dialoogvenster Instellingen (Algemene instellingen) (Settings (General Settings)) worden ondersteund. • De afdrukstand van de volgende typen instellingen of documenten wordt mogelijk niet gedetecteerd, aangezien de tekst niet correct kan worden gedetecteerd.
Pagina 720
Belangrijk • U kunt JPEG/Exif niet selecteren als Kleurenmodus (Color Mode) is ingesteld op Zwart-wit (Black and White). • Wanneer OCR starten (Start OCR) is geselecteerd in Instellingen voor de toepassing (Application Settings) kunt u PDF of PDF (meerdere pagina's) (PDF (Multiple Pages)) niet selecteren.
Pagina 721
• Er worden PDF-bestanden gemaakt die u kunt doorzoeken in de taal die u hebt geselecteerd bij Documenttaal (Document Language) op het tabblad (Algemene instellingen) van het dialoogvenster Instellingen. Wachtwoordbeveiliging instellen (Set up password security) Schakel dit selectievakje in om het dialoogvenster Instellingen voor wachtwoordbeveiliging (Password Security Settings) weer te geven.
Pagina 722
Geen toepassing starten (Do not start any application) De scan wordt opgeslagen in de map die is opgegeven in Opslaan in (Save in). Opmerking • Als u een toepassing of map wilt toevoegen aan het keuzemenu, selecteert u Toevoegen... (Add...) in het keuzemenu, klikt u op Toevoegen (Add) in het dialoogvenster Toepassing selecteren (Select Application) of Doelmap selecteren (Select Destination Folder) dat wordt weergegeven en geeft u de toepassing of map op.
Pagina 723
Dialoogvenster Instellingen (Foto scannen) Klik op Foto scannen (Photo Scan) op het tabblad (Scannen vanaf een computer) om het dialoogvenster Instellingen (Foto scannen) (Settings (Photo Scan)) weer te geven. In het dialoogvenster Instellingen (Foto scannen) (Settings (Photo Scan)) kunt u geavanceerde scaninstellingen opgeven om items als foto's te scannen.
Pagina 724
Opmerking • Klik op Standaard (Defaults) om de opgegeven instellingen te herstellen naar de standaardinstellingen. Resolutie (Resolution) Selecteer de resolutie van het item dat u wilt scannen. Hoe hoger de resolutie (waarde), hoe gedetailleerder de afbeelding. Resolutie Instellingen voor het verwerken van afbeeldingen (Image Processing Settings) Klik op (plus) om het volgende in te stellen.
Pagina 725
• Windows 10/Windows 8.1/Windows Vista: map Documenten (Documents) • Windows 8/Windows 7: map Mijn documenten (My Documents) Gegevensindeling (Data Format) Selecteer de gegevensindeling waarin de gescande documenten moeten worden opgeslagen. U kunt JPEG/Exif, TIFF of PNG selecteren. Belangrijk • U kunt JPEG/Exif niet selecteren als Kleurenmodus (Color Mode) is ingesteld op Zwart-wit (Black and White).
Pagina 726
Naar een map sturen (Send to a folder) Selecteer deze optie wanneer u de gescande afbeeldingen ook wilt opslaan in een andere map dan is opgegeven in Opslaan in (Save in). U kunt de map in het keuzemenu opgeven. Toevoegen aan e-mail (Attach to e-mail) Selecteer dit wanneer u de gescande afbeeldingen bij e-mails wilt verzenden.
Pagina 727
Dialoogvenster Instellingen (Aangepast scannen) Klik op Aangepast scannen (Custom Scan) op het tabblad (Scannen vanaf een computer) om het dialoogvenster Instellingen (Aangepast scannen) (Settings (Custom Scan)) weer te geven. In het dialoogvenster Instellingen (Aangepast scannen) (Settings (Custom Scan)) kunt u geavanceerde scaninstellingen opgeven om volgens uw voorkeuren te scannen.
Pagina 728
Belangrijk • Door Automatisch (Auto) ondersteunde typen items zijn foto's, ansichtkaarten, visitekaartjes, tijdschriften, kranten, documenten en BD's/dvd's/cd's. • Geef het type item of de grootte op om de volgende typen items te scannen. U kunt niet correct scannen met Auto. •...
Pagina 729
Opmerking • Alleen Automatisch (Auto) is beschikbaar wanneer Bron selecteren (Select Source) is ingesteld op Automatisch (Auto). • Klik op Standaard (Defaults) in het scherm waarin u het papierformaat kunt opgeven om de opgegeven instellingen te herstellen naar de standaardinstellingen. Resolutie (Resolution) Selecteer de resolutie van het item dat u wilt scannen.
Pagina 730
• Als Bron selecteren (Select Source) is ingesteld op Automatisch (Auto): Aanbevolen afbeeldingscorrectie toepassen (Apply recommended image correction) Past geschikte correcties automatisch toe op basis van het type item. Belangrijk • De kleurtint kan afwijken van de bronafbeelding nadat de correcties zijn toegepast. Schakel in dat geval het selectievakje uit en voer de scan uit.
Pagina 731
Opmerking • Het scannen neemt meer tijd in beslag als u Moiré reduceren (Reduce moire) inschakelt. Schaduw van rugmarge reduceren (Reduce gutter shadow) Reduceert schaduwen van rugmarges die tussen pagina's zichtbaar zijn wanneer geopende boekjes worden gescand. Belangrijk • Deze functie is alleen beschikbaar wanneer vanaf de glasplaat wordt gescand. Opmerking •...
Pagina 732
Belangrijk • Alleen tekstdocumenten geschreven in een taal die beschikbaar is voor selectie bij Documenttaal (Document Language) in het dialoogvenster Instellingen (Algemene instellingen) (Settings (General Settings)) worden ondersteund. • De afdrukstand van de volgende typen instellingen of documenten wordt mogelijk niet gedetecteerd, aangezien de tekst niet correct kan worden gedetecteerd.
Pagina 733
Belangrijk • U kunt JPEG/Exif niet selecteren als Kleurenmodus (Color Mode) is ingesteld op Zwart-wit (Black and White). • Wanneer OCR starten (Start OCR) is geselecteerd in Instellingen voor de toepassing (Application Settings) kunt u PDF of PDF (meerdere pagina's) (PDF (Multiple Pages)) niet selecteren.
Pagina 734
Opmerking • Er worden PDF-bestanden gemaakt die u kunt doorzoeken in de taal die u hebt geselecteerd bij Documenttaal (Document Language) op het tabblad (Algemene instellingen) van het dialoogvenster Instellingen. Wachtwoordbeveiliging instellen (Set up password security) Schakel dit selectievakje in om het dialoogvenster Instellingen voor wachtwoordbeveiliging (Password Security Settings) weer te geven.
Pagina 735
OCR starten (Start OCR) Selecteer deze optie als u tekst in de gescande afbeelding wilt omzetten in tekstgegevens. U kunt de toepassing in het keuzemenu opgeven. Geen toepassing starten (Do not start any application) De scan wordt opgeslagen in de map die is opgegeven in Opslaan in (Save in). Opmerking •...
Pagina 736
Dialoogvenster Instellingen (Scannen en samenvoegen) Klik op Scannen en samenvoegen (Scan and Stitch) op het tabblad (Scannen vanaf een computer) om het dialoogvenster Instellingen (Scannen en samenvoegen) (Settings (Scan and Stitch)) weer te geven. In het dialoogvenster Instellingen (Scannen en samenvoegen) (Settings (Scan and Stitch)) kunt u geavanceerde scaninstellingen opgeven om items te scannen die groter zijn dan de plaat.
Pagina 737
Opmerking • Als u moiré wilt verminderen, stelt u Bron selecteren (Select Source) in op Tijdschrift (Magazine) of schakelt u het selectievakje Moiré reduceren (Reduce moire) bij Instellingen voor het verwerken van afbeeldingen (Image Processing Settings) in. Kleurenmodus (Color Mode) Hier kunt u de kleurenmodus selecteren waarmee het item moet worden gescand.
Pagina 738
(2) Gebied Instellingen opslaan Bestandsnaam (File Name) Voer een bestandsnaam in voor de afbeelding die u wilt opslaan. Wanneer u een bestand opslaat, worden de datum en vier cijfers aan de ingestelde bestandsnaam toegevoegd in de indeling "_20XX0101_0001". Opmerking • Wanneer u het selectievakje Opslaan in een submap met de huidige datum (Save to a subfolder with current date) inschakelt, worden de datum en vier cijfers aan de ingestelde bestandsnaam toegevoegd.
Pagina 739
Belangrijk • Dit wordt alleen weergegeven als PDF of PDF (meerdere pagina's) (PDF (Multiple Pages)) is geselecteerd bij Gegevensindeling (Data Format). • Als Zwart-wit (Black and White) is geselecteerd in de Kleurenmodus (Color Mode), wordt deze optie niet weergegeven. JPEG-beeldkwaliteit (JPEG Image Quality) U kunt de beeldkwaliteit van JPEG-bestanden opgeven.
Pagina 740
(3) Gebied Instellingen voor de toepassing Met een toepassing openen (Open with an application) Selecteer dit wanneer u de gescande afbeeldingen wilt verbeteren of corrigeren. U kunt de toepassing in het keuzemenu opgeven. Naar een toepassing sturen (Send to an application) Selecteer deze optie wanneer u de gescande afbeeldingen ongewijzigd wilt gebruiken in een toepassing waarmee u door afbeeldingen kunt bladeren of ze kunt organiseren.
Pagina 741
Dialoogvenster Instellingen (ScanGear) Klik op ScanGear op het tabblad (Scannen vanaf een computer) om het dialoogvenster Instellingen (ScanGear) (Settings (ScanGear)) weer te geven. In het dialoogvenster Instellingen (ScanGear) (Settings (ScanGear)) kunt u instellen hoe afbeeldingen moeten worden opgeslagen wanneer items worden gescand door ScanGear (scannerstuurprogramma) te starten en hoe er na het opslaan moet worden gereageerd.
Pagina 742
Toevoegen (Add) in het dialoogvenster Doelmap selecteren (Select Destination Folder) dat wordt weergegeven en geeft u de doelmap op. Standaard worden de volgende mappen gebruikt als opslaglocatie. • Windows 10/Windows 8.1/Windows Vista: map Documenten (Documents) • Windows 8/Windows 7: map Mijn documenten (My Documents) Gegevensindeling (Data Format) Selecteer de gegevensindeling waarin de gescande documenten moeten worden opgeslagen.
Pagina 743
Belangrijk • Dit wordt alleen weergegeven als PDF of PDF (meerdere pagina's) (PDF (Multiple Pages)) is geselecteerd bij Gegevensindeling (Data Format). Opmerking • Er worden PDF-bestanden gemaakt die u kunt doorzoeken in de taal die u hebt geselecteerd bij Documenttaal (Document Language) op het tabblad (Algemene instellingen) van het dialoogvenster Instellingen.
Pagina 744
Naar een toepassing sturen (Send to an application) Selecteer deze optie wanneer u de gescande afbeeldingen ongewijzigd wilt gebruiken in een toepassing waarmee u door afbeeldingen kunt bladeren of ze kunt organiseren. U kunt de toepassing in het keuzemenu opgeven. Naar een map sturen (Send to a folder) Selecteer deze optie wanneer u de gescande afbeeldingen ook wilt opslaan in een andere map dan is opgegeven in Opslaan in (Save in).
Pagina 745
Dialoogvenster Instellingen (OCR) Klik op OCR op het tabblad (Scannen vanaf een computer) om het dialoogvenster Instellingen (OCR) (Settings (OCR)) weer te geven. In het dialoogvenster Instellingen (OCR) (Settings (OCR)) kunt u geavanceerde instellingen opgeven om tekst te extraheren uit gescande afbeeldingen. (1) Gebied Scanopties (2) Gebied Instellingen opslaan (3) Gebied Instellingen voor de toepassing...
Pagina 746
Kleurenmodus (Color Mode) Hier kunt u de kleurenmodus selecteren waarmee het item moet worden gescand. Papierformaat (Paper Size) Selecteer de grootte van het item dat u wilt scannen. Wanneer u Aangepast (Custom) selecteert, wordt een dialoogvenster geopend waarin u het papierformaat kunt opgeven.
Pagina 747
Belangrijk • Inbindzijde (Binding Side) kan niet worden opgegeven als alleen de voorzijde van elk document wordt gescand. Instellingen voor het verwerken van afbeeldingen (Image Processing Settings) Klik op (plus) om het volgende in te stellen. Opmerking • De weergegeven items hangen af van Bron selecteren (Select Source) en Kleurenmodus (Color Mode).
Pagina 748
Opmerking • Het scannen neemt meer tijd in beslag als u Moiré reduceren (Reduce moire) inschakelt. Schaduw van rugmarge reduceren (Reduce gutter shadow)/Schaduw van rugmarge reduceren (glasplaat) (Reduce gutter shadow (platen)) Reduceert schaduwen van rugmarges die tussen pagina's zichtbaar zijn wanneer geopende boekjes worden gescand.
Pagina 749
Belangrijk • Alleen tekstdocumenten geschreven in een taal die beschikbaar is voor selectie bij Documenttaal (Document Language) in het dialoogvenster Instellingen (Algemene instellingen) (Settings (General Settings)) worden ondersteund. • De afdrukstand van de volgende typen instellingen of documenten wordt mogelijk niet gedetecteerd, aangezien de tekst niet correct kan worden gedetecteerd.
Pagina 750
Belangrijk • U kunt JPEG/Exif niet selecteren als Kleurenmodus (Color Mode) is ingesteld op Zwart-wit (Black and White). Opmerking • Met een netwerkverbinding kan het scannen langer duren dan normaal als u TIFF of PNG instelt bij Gegevensindeling (Data Format). JPEG-beeldkwaliteit (JPEG Image Quality) U kunt de beeldkwaliteit van JPEG-bestanden opgeven.
Pagina 751
Dialoogvenster Instellingen (E-mail) Klik op E-mail op het tabblad (Scannen vanaf een computer) om het dialoogvenster Instellingen (E- mail) (Settings (E-mail)) weer te geven. In het dialoogvenster Instellingen (E-mail) (Settings (E-mail)) kunt u aangeven hoe er moet worden gereageerd wanneer u afbeeldingen aan een e-mail toevoegt nadat deze zijn gescand met de scannerknop. (1) Gebied Scanopties (2) Gebied Instellingen opslaan (3) Gebied Instellingen voor de toepassing...
Pagina 752
• Items die zijn afgedrukt op dun wit papier • Lange, smalle items, zoals panoramafoto's • Reflecterende disclabels worden mogelijk niet zoals verwacht gescand. • Plaats de items op de juiste manier op de plaat, afhankelijk van het type item dat u wilt scannen. Anders worden de items mogelijk niet goed gescand.
Pagina 753
Opmerking • Alleen Automatisch (Auto) is beschikbaar wanneer Bron selecteren (Select Source) is ingesteld op Automatisch (Auto). Instellingen scanstand document... (Document Scan Orientation Settings...) Dit wordt weergegeven wanneer u ADF of Automatisch (Auto) selecteert bij Bron selecteren (Select Source). Klik om het dialoogvenster Instellingen voor scanstand document (Document Scan Orientation Settings) weer te geven waarin u de afdrukstand en inbindzijde van de documenten die worden gescand vanuit de ADF kunt instellen.
Pagina 754
• Als Bron selecteren (Select Source) is ingesteld op Foto (Photo): Belangrijk • Wanneer Kleurenmodus (Color Mode) staat ingesteld op Zwart-wit (Black and White) is Instellingen voor het verwerken van afbeeldingen (Image Processing Settings) niet beschikbaar. Contouren scherper maken (Sharpen outline) Versterkt de contouren van onderwerpen om de afbeelding scherper te maken.
Pagina 755
Opmerking • Gebruik in ScanGear (scannerstuurprogramma) het tabblad Geavanceerde modus (Advanced Mode) om schaduwen van rugmarges te corrigeren wanneer u items met een niet-standaardgrootte of specifieke gebieden scant. Raadpleeg voor meer informatie 'Schaduwcorrectie van rugmarge' voor uw model vanuit de startpagina van de Online handleiding. •...
Pagina 756
Schakel in dat geval het selectievakje Scanresultaten controleren en opslaginstellingen opgeven (Check scan results and specify save settings) in en roteer de afbeelding in het dialoogvenster Instellingen opslaan (Save Settings). (2) Gebied Instellingen opslaan Bestandsnaam (File Name) Voer een bestandsnaam in voor de afbeelding die u wilt opslaan. Wanneer u een bestand opslaat, worden de datum en vier cijfers aan de ingestelde bestandsnaam toegevoegd in de indeling "_20XX0101_0001".
Pagina 757
Belangrijk • Dit wordt alleen weergegeven als JPEG/Exif of Automatisch (Auto) is geselecteerd bij Gegevensindeling (Data Format). PDF-compressie (PDF Compression) Selecteer het type compressie voor het opslaan van PDF-bestanden. Standaard (Standard) Deze instelling wordt aanbevolen. Hoog (High) Hiermee wordt het bestand gecomprimeerd tijdens het opslaan, waardoor u de netwerk-/ serverbelasting kunt verminderen.
Pagina 758
Scanresultaten controleren en opslaginstellingen opgeven (Check scan results and specify save settings) Hiermee wordt na het scannen het dialoogvenster Instellingen opslaan (Save Settings) weergegeven. Belangrijk • Dit verschijnt niet wanneer Bron selecteren (Select Source) is ingesteld op Automatisch (Auto). (3) Gebied Instellingen voor de toepassing E-mailclient (E-mail Client) Geef op welke e-mailclient u wilt gebruiken voor het toevoegen van gescande afbeeldingen.
Pagina 759
Dialoogvenster Instellingen (Opslaan naar pc (foto)) Klik op Opslaan naar pc (foto) (Save to PC (Photo)) op het tabblad (Scannen vanaf het bedieningspaneel) om het dialoogvenster Instellingen (Opslaan naar pc (foto)) (Settings (Save to PC (Photo))) weer te geven. In het dialoogvenster Instellingen (Opslaan naar pc (foto)) (Settings (Save to PC (Photo))) kunt u aangeven hoe er moet worden gereageerd als u afbeeldingen als foto's opslaat op een computer nadat u deze hebt gescand vanaf het bedieningspaneel.
Pagina 760
Opmerking • Wanneer u het selectievakje Opslaan in een submap met de huidige datum (Save to a subfolder with current date) inschakelt, worden de datum en vier cijfers aan de ingestelde bestandsnaam toegevoegd. Opslaan in (Save in) Hiermee wordt de map weergegeven waarin de gescande documenten moeten worden opgeslagen. Als u een map wilt toevoegen, selecteert u Toevoegen...
Pagina 761
Opmerking • Als u een toepassing of map wilt toevoegen aan het keuzemenu, selecteert u Toevoegen... (Add...) in het keuzemenu, klikt u op Toevoegen (Add) in het dialoogvenster Toepassing selecteren (Select Application) of Doelmap selecteren (Select Destination Folder) dat wordt weergegeven en geeft u de toepassing of map op.
Pagina 762
Dialoogvenster Instellingen (Opslaan naar pc (document)) Klik op Opslaan naar pc (document) (Save to PC (Document)) op het tabblad (Scannen vanaf het bedieningspaneel) om het dialoogvenster Instellingen (Opslaan naar pc (document)) (Settings (Save to PC (Document))) weer te geven. In het dialoogvenster Instellingen (Opslaan naar pc (document)) (Settings (Save to PC (Document))) kunt u aangeven hoe er moet worden gereageerd als u afbeeldingen als documenten opslaat op een computer nadat u deze hebt gescand vanaf het bedieningspaneel.
Pagina 763
Belangrijk • De kleurtint kan afwijken van de bronafbeelding nadat de correcties zijn toegepast. Schakel in dat geval het selectievakje uit en voer de scan uit. Opmerking • Het scannen neemt meer tijd in beslag als u deze functie inschakelt. Schaduw van rugmarge reduceren (glasplaat) (Reduce gutter shadow (platen)) Reduceert schaduwen van rugmarges die tussen pagina's zichtbaar zijn wanneer geopende boekjes worden gescand.
Pagina 764
• De afdrukstand van de volgende typen instellingen of documenten wordt mogelijk niet gedetecteerd, aangezien de tekst niet correct kan worden gedetecteerd. • Resolutie ligt buiten het bereik van 300 dpi tot 600 dpi • Tekengrootte ligt buiten het bereik van 8 punten tot 48 punten •...
Pagina 765
Opslaan in een submap met de huidige datum (Save to a subfolder with current date) Schakel dit selectievakje in om een map met de huidige datum te maken in de map die is opgegeven voor Opslaan in (Save in) en gescande afbeeldingen op te slaan in die map. Er wordt een map gemaakt met een naam als '20XX_01_01' (Jaar_Maand_Dag).
Pagina 766
Dialoogvenster Instellingen (Toevoegen aan e-mail (foto)) Klik op Toevoegen aan e-mail (foto) (Attach to E-mail (Photo)) op het tabblad (Scannen vanaf het bedieningspaneel) om het dialoogvenster Instellingen (Toevoegen aan e-mail (foto)) (Settings (Attach to E-mail (Photo))) weer te geven. In het dialoogvenster Instellingen (Toevoegen aan e-mail (foto)) (Settings (Attach to E-mail (Photo))) kunt u aangeven hoe er moet worden gereageerd als u afbeeldingen als foto's aan een e-mail toevoegt nadat u deze hebt gescand vanaf het bedieningspaneel.
Pagina 767
Opmerking • Wanneer u het selectievakje Opslaan in een submap met de huidige datum (Save to a subfolder with current date) inschakelt, worden de datum en vier cijfers aan de ingestelde bestandsnaam toegevoegd. Opslaan in (Save in) Hiermee wordt de map weergegeven waarin de gescande documenten moeten worden opgeslagen. Als u een map wilt toevoegen, selecteert u Toevoegen...
Pagina 768
Dialoogvenster Instellingen (Toevoegen aan e-mail (document)) Klik op Toevoegen aan e-mail (document) (Attach to E-mail (Document)) op het tabblad (Scannen vanaf het bedieningspaneel) om het dialoogvenster Instellingen (Toevoegen aan e-mail (document)) (Settings (Attach to E-mail (Document))) weer te geven. In het dialoogvenster Instellingen (Toevoegen aan e-mail (document)) (Settings (Attach to E-mail (Document))) kunt u aangeven hoe er moet worden gereageerd als u afbeeldingen als documenten aan een e-mail toevoegt nadat u deze hebt gescand vanaf het bedieningspaneel.
Pagina 769
Belangrijk • De kleurtint kan afwijken van de bronafbeelding nadat de correcties zijn toegepast. Schakel in dat geval het selectievakje uit en voer de scan uit. Opmerking • Het scannen neemt meer tijd in beslag als u deze functie inschakelt. Schaduw van rugmarge reduceren (glasplaat) (Reduce gutter shadow (platen)) Reduceert schaduwen van rugmarges die tussen pagina's zichtbaar zijn wanneer geopende boekjes worden gescand.
Pagina 770
• De afdrukstand van de volgende typen instellingen of documenten wordt mogelijk niet gedetecteerd, aangezien de tekst niet correct kan worden gedetecteerd. • Resolutie ligt buiten het bereik van 300 dpi tot 600 dpi • Tekengrootte ligt buiten het bereik van 8 punten tot 48 punten •...
Pagina 771
Opmerking • Er worden PDF-bestanden gemaakt die u kunt doorzoeken in de taal die u hebt geselecteerd bij Documenttaal (Document Language) op het tabblad (Algemene instellingen) van het dialoogvenster Instellingen. Opslaan in een submap met de huidige datum (Save to a subfolder with current date) Schakel dit selectievakje in om een map met de huidige datum te maken in de map die is opgegeven voor Opslaan in (Save in) en gescande afbeeldingen op te slaan in die map.
Pagina 772
Dialoogvenster Instellingen (Algemene instellingen) Klik op het tabblad (Algemene instellingen) om het dialoogvenster Instellingen (Algemene instellingen) (Settings (General Settings)) weer te geven. U kunt het te gebruiken product, de beperking van de bestandsgrootte voor e-mailbijlagen, de taal om tekst in afbeeldingen te detecteren en de map waarin de afbeeldingen tijdelijk worden opgeslagen instellen in het dialoogvenster Instellingen (Algemene instellingen) (Settings (General Settings)).
Pagina 773
Documenttaal (Document Language) U kunt de taal selecteren die wordt gebruikt om tekst in afbeeldingen te detecteren en om te zoeken wanneer een PDF-bestand wordt gemaakt dat zoeken op trefwoorden ondersteunt. Map voor de opslag van tijdelijke bestanden (Folder to Save Temporary Files) Hier wordt de map weergegeven waarin de afbeeldingen tijdelijk moeten worden opgeslagen.
Pagina 774
Dialoogvenster Instellingen opslaan Schakel het selectievakje Scanresultaten controleren en opslaginstellingen opgeven (Check scan results and specify save settings) bij Instellingen opslaan (Save Settings) in het dialoogvenster Instellingen in om na het scannen het dialoogvenster Instellingen opslaan (Save Settings) weer te geven. U kunt de gegevensindeling en de bestemming opgeven terwijl u de miniaturen van scanresultaten weergeeft.
Pagina 775
(2) Gebied Scanresultaten Hier worden de miniaturen van de gescande afbeeldingen weergegeven. U kunt de opslagvolgorde van afbeeldingen wijzigen door ze te verslepen. De bestandsnamen voor het opslaan verschijnen onder de miniaturen. Dubbelklik op een miniatuur om de weergave van de gescande afbeelding te vergroten. (3) Gebied Instellingen opslaan Meer scannen (Scan More) Hiermee scant u opnieuw, waarna de afbeelding wordt toegevoegd aan het gebied met...
Pagina 776
• Windows 10/Windows 8.1/Windows Vista: map Documenten (Documents) • Windows 8/Windows 7: map Mijn documenten (My Documents) Gegevensindeling (Data Format) Selecteer de gegevensindeling waarin de gescande documenten moeten worden opgeslagen. U kunt JPEG/Exif, TIFF, PNG, PDF of PDF (meerdere pagina's) (PDF (Multiple Pages)) selecteren.
Pagina 777
Een PDF-bestand maken dat zoeken op trefwoord ondersteunt (Create a PDF file that supports keyword search) Schakel dit selectievakje in als u tekens in afbeeldingen wilt converteren naar tekstgegevens en PDF- bestanden wilt maken die zoeken op trefwoorden ondersteunen. Belangrijk •...
Pagina 778
Dialoogvenster Instellingen voor wachtwoordbeveiliging U kunt wachtwoorden instellen voor het openen of afdrukken/bewerken van PDF-bestanden. U geeft het dialoogvenster Instellingen voor wachtwoordbeveiliging (Password Security Settings) weer op een van de volgende manieren. • Schakel het selectievakje Wachtwoordbeveiliging instellen (Set up password security) in het dialoogvenster Instellingen in en voer de scan uit •...
Pagina 779
Een wachtwoord vereisen om het document af te drukken of te bewerken (Require a password to print or edit the document) U kunt opgeven of er een wachtwoord is vereist om het PDF-bestand af te drukken of te bewerken. Schakel dit selectievakje in en voer tekens in bij Wachtwoord voor machtiging (Permissions Password).
Pagina 780
Venster Afbeelding samenvoegen Klik op Samenvoegen (Stitch) in het hoofdscherm van IJ Scan Utility om het venster Afbeelding samenvoegen (Image Stitch) weer te geven. U kunt de linker- en rechterhelft van een item dat groter is dan de plaat scannen en deze tot één afbeelding samenvoegen.
Pagina 781
Richting selecteren (Scan Direction) Links beginnen met scannen (Scan from Left) Geeft de eerste gescande afbeelding aan de linkerkant weer. Rechts beginnen met scannen (Scan from Right) Geeft de eerste gescande afbeelding aan de rechterkant weer. Afbeelding 1 scannen (Scan Image 1) Start het scannen van afbeelding 1 (Start Scanning Image 1) Scant het eerste item.
Pagina 782
Bijsnijdkaders aanpassen (Adjust cropping frames) U kunt het scangebied aanpassen in het voorbeeld. Wanneer geen gebied is geselecteerd wordt de afbeelding met het formaat dat is geselecteerd in Uitvoerformaat selecteren (Select Output Size) opgeslagen. Als er een gebied is opgegeven, wordt alleen de afbeelding in het bijsnijdkader gescand en opgeslagen.
Pagina 783
(Linksom roteren) De voorbeeldafbeelding wordt 90 graden tegen de klok in gedraaid. (180° draaien) De afbeelding wordt 180 graden gedraaid. (Rechtsom roteren) De afbeelding wordt 90 graden met de klok mee gedraaid. (Handleiding openen) Opent deze pagina. (3) Gebied Miniatuurweergave Hier worden de miniaturen van de gescande afbeeldingen weergegeven.
Pagina 784
Nadat het eerste item is gescand door te klikken op Start het scannen van afbeelding 1 (Start Scanning Image 1): De afbeelding wordt gescand in de richting die is opgegeven in Richting selecteren (Scan Direction), en 2 verschijnt ernaast. Nadat het tweede item is gescand door te klikken op Start het scannen van afbeelding 2 (Start Scanning Image 2): De twee gescande afbeeldingen worden weergegeven.
Pagina 785
Scannen met toepassingssoftware (ScanGear) Wat is ScanGear (scannerstuurprogramma)? Scannen met geavanceerde instellingen met ScanGear (scannerstuurprogramma) ScanGear (scannerstuurprogramma) starten Scannen in de Basismodus Scannen in de Geavanceerde modus Meerdere documenten tegelijk scannen vanuit de ADF (automatische documentinvoer) in de Geavanceerde modus Meerdere documenten tegelijk scannen met ScanGear (scannerstuurprogramma) Afbeeldingen corrigeren en kleuren aanpassen met ScanGear...
Pagina 786
Wat is ScanGear (scannerstuurprogramma)? ScanGear (scannerstuurprogramma) is software die nodig is voor het scannen van documenten. U kunt hiermee het uitvoerformaat opgeven en afbeeldingen corrigeren wanneer u documenten scant. ScanGear kan worden gestart vanuit IJ Scan Utility of toepassingen die compatibel zijn met de standaardinterface TWAIN.
Pagina 787
Geavanceerde modus Op het tabblad Geavanceerde modus (Advanced Mode) kunt u de kleurenmodus, uitvoerresolutie, helderheid, kleurtint en dergelijke voor de scan instellen.
Pagina 788
Scannen met geavanceerde instellingen met ScanGear (scannerstuurprogramma) ScanGear (scannerstuurprogramma) starten Scannen in de Basismodus Scannen in de Geavanceerde modus Meerdere documenten tegelijk scannen vanuit de ADF (automatische documentinvoer) in de Geavanceerde modus Meerdere documenten tegelijk scannen met ScanGear (scannerstuurprogramma)
Pagina 789
ScanGear (scannerstuurprogramma) starten Met ScanGear (scannerstuurprogramma) kunt u bij het scannen afbeeldingscorrecties en kleuraanpassingen aanbrengen. ScanGear kan worden gestart vanuit IJ Scan Utility of andere toepassingen. Opmerking • Installeer de netwerkomgeving als u meer dan één scanner of een netwerkscanner hebt, en de verbinding van een USB-verbinding in een netwerkverbinding hebt veranderd.
Pagina 790
Scannen in de Basismodus Via het tabblad Basismodus (Basic Mode) kunt u gemakkelijk scannen aan de hand van de weergegeven stappen. Raadpleeg 'Meerdere documenten tegelijk scannen met ScanGear (scannerstuurprogramma)' voor informatie over het scannen van meerdere documenten tegelijk op de glasplaat. Bij het scannen vanuit de ADF (automatische documentinvoer) worden de documenten gescand zonder eerst een voorbeeld weer te geven.
Pagina 791
Belangrijk • Het doorlopend scannen vanuit de ADF wordt niet door alle toepassingen ondersteund. Raadpleeg de handleiding van de toepassing voor meer informatie. Opmerking • Wanneer u tijdschriften scant die veel kleurenfoto's bevatten, selecteert u Tijdschrift (kleur) (Magazine (Color)). 3. Klik op Voorbeeld (Preview). Er verschijnt een scanvoorbeeld van het document in het voorbeeldgebied.
Pagina 792
Opmerking • De kleuren worden aangepast aan het documenttype dat bij Bron selecteren (Select Source) is geselecteerd. 4. Selecteer Doel (Destination). Opmerking • Ga verder met stap 7 als er onder Bron selecteren (Select Source) een ADF-type is geselecteerd. 5. Stel Uitvoerformaat (Output Size) in, afhankelijk van het doel. De beschikbare opties voor het uitvoerformaat zijn afhankelijk van wat u onder Doel (Destination) hebt geselecteerd.
Pagina 793
Scannen in de Geavanceerde modus Op het tabblad Geavanceerde modus (Advanced Mode) kunt u de kleurenmodus, uitvoerresolutie, helderheid, kleurtint en dergelijke voor de scan instellen. Raadpleeg 'Meerdere documenten tegelijk scannen met ScanGear (scannerstuurprogramma)' voor informatie over het scannen van meerdere documenten tegelijk. Raadpleeg 'Meerdere documenten tegelijk scannen vanuit de ADF (automatische documentinvoer) in de Geavanceerde...
Pagina 794
Opmerking • De instellingen blijven niet behouden als u schakelt tussen modi. 3. Stel Instellingen voor invoer (Input Settings) in, afhankelijk van het document of het doel. 4. Klik op Voorbeeld (Preview). Er worden voorbeelden van de afbeeldingen in het voorbeeldgebied weergegeven. 5.
Pagina 795
Verwant onderwerp Tabblad Geavanceerde modus...
Pagina 796
Meerdere documenten tegelijk scannen vanuit de ADF (automatische documentinvoer) in de Geavanceerde modus U kunt op het tabblad Geavanceerde modus (Advanced Mode) de helderheid, kleurtint, enzovoort, van afbeeldingen opgeven, en meerdere documenten tegelijk vanuit de ADF (automatische documentinvoer) scannen. Wanneer u een model gebruikt dat dubbelzijdig scannen vanuit de ADF ondersteunt, kunt u beide kanten van documenten automatisch vanuit de ADF scannen.
Pagina 797
5. Breng naar wens afbeeldingscorrecties en kleuraanpassingen aan. Instellingen voor afbeeldingen (Image Settings) Knoppen voor kleuraanpassing 6. Klik op Scannen (Scan). Het scannen begint. Opmerking • Klik op (Informatie) om een dialoogvenster te openen waarin u de huidige scan-instellingen (documenttype en dergelijke) kunt controleren. •...
Pagina 798
Meerdere documenten tegelijk scannen met ScanGear (scannerstuurprogramma) U kunt twee of meer foto's (kleine documenten) op de glasplaat tegelijk scannen via het tabblad Basismodus (Basic Mode) of Geavanceerde modus (Advanced Mode). In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u meerdere documenten kunt scannen vanaf het tabblad Basismodus (Basic Mode).
Pagina 799
3. Klik op Voorbeeld (Preview). In het voorbeeldgebied worden miniaturen van de voorbeeldafbeeldingen weergegeven. Bijsnijdkaders worden automatisch aangegeven op basis van het documentformaat. 4. Selecteer Doel (Destination). 5. Stel Uitvoerformaat (Output Size) in, afhankelijk van het doel. 6. Pas desgewenst de bijsnijdkaders aan en stel Afbeeldingscorrecties (Image corrections) Opmerking •...
Pagina 800
• U kunt in de miniaturenweergave maar één bijsnijdkader per afbeelding maken. Als u meerdere bijsnijdkaders in een afbeelding wilt maken, moet u de scan in de volledige afbeeldingsweergave uitvoeren. Meerdere documenten scannen in de volledige afbeeldingsweergave 7. Selecteer de afbeeldingen die u wilt scannen. Schakel de selectievakjes in voor de afbeeldingen die u wilt scannen.
Pagina 801
Opmerking • Als de volledige afbeelding wordt weergegeven, wordt het pictogram gewijzigd in (Volledige afbeelding). 2. Selecteer Doel (Destination). 3. Stel Uitvoerformaat (Output Size) in, afhankelijk van het doel. Verhouding omkeren (Invert aspect ratio) is beschikbaar wanneer een andere optie dan Aanpasbaar (Flexible) is geselecteerd bij Uitvoerformaat (Output Size).
Pagina 802
Afbeeldingen corrigeren en kleuren aanpassen met ScanGear (scannerstuurprogramma) Afbeeldingen corrigeren (Beeld verscherpen, Stof en krassen reduceren, Correctie van vervaging, enzovoort) Kleuren aanpassen met een kleurenpatroon Verzadiging en kleurbalans aanpassen Helderheid en contrast aanpassen Histogram aanpassen Tintcurve aanpassen Drempel instellen...
Pagina 803
Afbeeldingen corrigeren (Beeld verscherpen, Stof en krassen reduceren, Correctie van vervaging, enzovoort) Met de functies van Instellingen voor afbeeldingen (Image Settings) op het tabblad Geavanceerde modus (Advanced Mode) van ScanGear (scannerstuurprogramma) kunt u bij het scannen van afbeeldingen de contouren van het onderwerp verscherpen, stof en krassen verminderen en vervaagde kleuren corrigeren.
Pagina 804
De helderheid en kleurtint aanpassen Stel Beeldaanpassing (Image Adjustment) in op Automatisch (Auto), Foto (Photo), Tijdschrift (Magazine) of Document, afhankelijk van het documenttype. Geen (None) Automatisch (Auto) Doorschijneffecten reduceren in tekstdocumenten of de basiskleur lichter maken voor bijvoorbeeld gerecycled papier en kranten bij het scannen van documenten Stel Doorschijnendheid beperken (Reduce Show-through) in op AAN (ON).
Pagina 805
Opmerking • Afgedrukte foto's en afbeeldingen worden weergegeven als een verzameling kleine puntjes. Moiré is een verschijnsel waarbij ongelijkmatige gradatie of een streeppatroon zichtbaar is als foto's of afbeeldingen met fijne punten worden gescand. Moiré-reductie (Descreen) is de functie waarmee u dit effect kunt verkleinen.
Pagina 806
Schaduwen tussen pagina's corrigeren die zichtbaar zijn wanneer geopende boekjes worden gescand Stel Schaduwcorrectie van rugmarge (Gutter Shadow Correction) in op Laag (Low), Middel (Medium) of Hoog (High), afhankelijk van de grootte van de schaduwen. Geen (None) Middel (Medium)
Pagina 807
Kleuren aanpassen met een kleurenpatroon Met de functie Kleurenpatroon op het tabblad Basismodus (Basic Mode) van ScanGear (scannerstuurprogramma) kunt u voorbeelden van kleurwijzigingen bekijken en natuurlijke kleuren reproduceren. Kleuraanpassing Hiermee kunt u kleuren corrigeren die in de loop der tijd of als gevolg van overkleuring zijn vervaagd. Overkleuring' is het verschijnsel waarbij een bepaalde kleur de gehele foto beïnvloedt als gevolg van de weersomstandigheden of sterke omgevingskleuren.
Pagina 808
fotosituatie reproduceren door de te veel benadrukte kleur te verminderen en de complementaire kleur te verhogen. Het beste kunt u een gedeelte op de foto zoeken dat wit zou moeten zijn, en de kleuren zo aanpassen dat dit gedeelte wit wordt. Er verschijnt een scanvoorbeeld van het document in het midden.
Pagina 809
Verzadiging en kleurbalans aanpassen U kunt kleuren die in de loop van de tijd zijn vervaagd of verkleurd verbeteren met behulp van (Verzadiging/kleurbalans) op het tabblad Geavanceerde modus (Advanced Mode) in ScanGear (scannerstuurprogramma). Opmerking • Klik op Standaard (Defaults) om alle aanpassingen in het huidige venster ongedaan te maken. Verzadiging De verzadiging (levendigheid) van de afbeelding aanpassen.
Pagina 810
Opmerking • Als u de verzadiging te veel vergroot, kan de natuurlijke kleurtint van de originele afbeelding verloren gaan. Kleurbalans Afbeeldingen met overkleuring aanpassen. Overkleuring' is het verschijnsel waarbij een bepaalde kleur de gehele foto beïnvloedt als gevolg van de weersomstandigheden of sterke omgevingskleuren. Sleep (schuifknop) onder Kleurbalans (Color Balance) naar links of naar rechts om de bijbehorende kleur te benadrukken.
Pagina 811
Helderheid en contrast aanpassen U kunt afbeeldingen die te donker of te licht zijn of die te vlak zijn door een gebrek aan contrast, verbeteren met behulp van (Helderheid/contrast) op het tabblad Geavanceerde modus (Advanced Mode) in ScanGear (scannerstuurprogramma). Opmerking •...
Pagina 812
Opmerking • Alleen Grijswaarden (Grayscale) wordt weergegeven bij Kanaal (Channel) als de Kleurenmodus (Color Mode) is ingesteld op Grijswaarden (Grayscale). Helderheid Pas de helderheid van de afbeelding aan. Sleep (schuifknop) onder Helderheid (Brightness) naar links om de afbeelding donkerder te maken en naar rechts om deze lichter te maken.
Pagina 813
Opmerking • Door het contrast te verhogen, geeft u zachte afbeeldingen een meer driedimensionale uitstraling. Als u het contrast echter te veel verhoogt, kan dit ten koste gaan van lichte gebieden en schaduwgebieden.
Pagina 814
Histogram aanpassen U kunt de kleurtoon van een afbeelding via (Histogram) op het tabblad Geavanceerde modus (Advanced Mode) in ScanGear (scannerstuurprogramma) aanpassen met behulp van een grafiek (histogram) waarin de verdeling van de helderheid wordt aangegeven. Opmerking • Klik op Standaard (Defaults) om alle aanpassingen in het huidige venster ongedaan te maken. Kanaal Iedere punt van een afbeelding is een mengsel van rood, groen en blauw in verschillende verhoudingen (gradaties).
Pagina 815
(1) Helder gebied (2) Donker gebied (3) Hele afbeelding In het lichte gebied zijn meer ge- In het schaduwgebied zijn meer De gegevens zijn gelijk verdeeld tussen gevens verdeeld. gegevens verdeeld. het lichte gebied en het schaduwgebied. Histogrammen aanpassen (met de schuifknop) Selecteer een Kanaal (Channel) en versleep (schuifknop voor zwartpunt) of (schuifknop voor...
Pagina 816
Afbeeldingen waarin de gegevens gelijk zijn verdeeld Sleep de schuifknop zwartpunt naar het lichte gebied en de schuifknop witpunt naar het schaduwgebied. De schuifknop voor middenpunt verslepen Versleep de schuifknop voor middenpunt om het niveau op te geven dat moet worden ingesteld als het midden van het tintbereik.
Pagina 817
• Het punt waarop u klikt met (pipet voor zwartpunt) wordt het donkerste punt. U kunt ook een waarde invoeren (0 tot 245). • Het punt waarop u klikt met (pipet voor middenpunt) wordt het midden van het toonbereik. U kunt ook een waarde invoeren (5 tot 250).
Pagina 818
Tintcurve aanpassen U kunt de helderheid van een afbeelding aanpassen door via (Tintcurve-instellingen) op het tabblad Geavanceerde modus (Advanced Mode) in ScanGear (scannerstuurprogramma) het type grafiek (tintcurve) te selecteren dat de balans van de tooninvoer en -uitvoer aangeeft. Opmerking • Klik op Standaard (Defaults) om alle aanpassingen in het huidige venster ongedaan te maken. Kanaal Iedere punt van een afbeelding is een mengsel van rood, groen en blauw in verschillende verhoudingen (gradaties).
Pagina 819
Tintcurve aanpassen Selecteer in Tintcurve selecteren (Select Tone Curve) een tintcurve in Geen correctie (No correction), Overbelichting (Overexposure), Onderbelichting (Underexposure), Veel contrast (High contrast), Negatief/positief beeld omdraaien (Reverse the negative/positive image) en Aangepaste curve bewerken (Edit custom curve). Geen correctie (No correction) (geen aanpassing) Overbelichting (Overexposure) (bolle curve) De middentoongegevens van de invoerzijde worden naar het lichte gebied van de uitvoerzijde uitgerekt.
Pagina 820
Negatief/positief beeld omdraaien (Reverse the negative/positive image) (aflopende lijn) De invoer- en uitvoerzijden worden omgedraaid. Dit geeft een beeld met negatief en positief omgekeerd. Aangepaste curve bewerken (Edit custom curve) U kunt bepaalde punten op de tintcurve slepen, zodat u de helderheid van de bijbehorende gebieden naar wens kunt aanpassen.
Pagina 821
Drempel instellen U kunt de tekst in een document scherper maken en voorkomen dat tekst op de achterzijde van het papier doorschijnt door de drempel aan te passen via (Drempel) op het tabblad Geavanceerde modus (Advanced Mode) in ScanGear (scannerstuurprogramma). Opmerking •...
Pagina 822
Schermen van ScanGear (scannerstuurprogramma) Tabblad Basismodus Tabblad Geavanceerde modus Instellingen voor invoer (Input Settings) Instellingen voor uitvoer (Output Settings) Instellingen voor afbeeldingen (Image Settings) Knoppen voor kleuraanpassing Dialoogvenster Voorkeuren Tabblad Scanner Tabblad Voorbeeld Tabblad Scannen Tabblad Kleurinstellingen...
Pagina 823
Tabblad Basismodus In deze modus kunt u eenvoudig scannen door de instructies op het scherm te volgen. In dit gedeelte worden instellingen en functies beschreven die beschikbaar zijn op het tabblad Basismodus (Basic Mode). (1) Knoppen voor de instellingen en bewerkingen (2) Werkbalk (3) Voorbeeldgebied Opmerking...
Pagina 824
Document (kleur) ADF dubbelzijdig (Document (Color) ADF Duplex) (alleen voor modellen die dubbelzijdig scannen vanuit de ADF ondersteunen) Beide zijden van documenten in kleur scannen vanuit de ADF. Document (grijstinten) ADF dubbelzijdig (Document (Grayscale) ADF Duplex) (alleen voor modellen die dubbelzijdig scannen vanuit de ADF ondersteunen) Beide zijden van documenten in zwart-wit scannen vanuit de ADF.
Pagina 825
Afbeeldingsweergave (Image display) Selecteer deze optie om de gescande afbeelding weer te geven op het beeldscherm. Selecteer deze optie om de gescande afbeelding te gebruiken in combinatie met OCR-software. OCR-software is software waarmee een als afbeelding gescande tekst wordt geconverteerd naar een tekstbestand, zodat deze kan worden bewerkt in tekstverwerkers en andere programma's.
Pagina 826
In het dialoogvenster Uitvoerformaat toevoegen/verwijderen (Add/Delete the Output Size) kunt u meerdere uitvoerformaten opgeven en gelijktijdig opslaan. Opgeslagen items worden toegevoegd aan de lijst Uitvoerformaat (Output Size) en kunnen samen met de vooraf gedefinieerde items worden geselecteerd. Toevoegen: Voer Naam van uitvoerformaat (Output Size Name), Breedte (Width) en Hoogte (Height) in en klik daarna op Toevoegen (Add).
Pagina 827
Afbeeldingscorrecties (Image corrections) Hiermee kunt u correcties toepassen op afbeeldingen. Belangrijk • Automatische documentcorrectie toepassen (Apply Auto Document Fix) en Vervaging corrigeren (Correct fading) zijn beschikbaar als Aanbevolen (Recommended) is geselecteerd op het tabblad Kleurinstellingen (Color Settings) van het dialoogvenster Voorkeuren (Preferences).
Pagina 828
Opmerking • Wanneer het scannen begint, wordt de voortgang weergegeven. Klik op Annuleren (Cancel) om de scan te annuleren. Voorkeuren... (Preferences...) Hiermee opent u het dialoogvenster Voorkeuren (Preferences), waarin u instellingen voor scannen en voorbeeld kunt opgeven. Sluiten (Close) Hiermee sluit u ScanGear (scannerstuurprogramma). (2) Werkbalk U kunt voorbeeldafbeeldingen aanpassen of roteren.
Pagina 829
(Alle kaders selecteren) Beschikbaar wanneer twee of meer kaders worden weergegeven. De selectievakjes van de afbeelding in de miniaturenweergave worden ingeschakeld. (Selectie alle kaders opheffen) Beschikbaar wanneer twee of meer kaders worden weergegeven. De selectievakjes van de afbeelding in de miniaturenweergave worden uitgeschakeld. (Alle kaders selecteren) Beschikbaar wanneer twee of meer kaders worden weergegeven.
Pagina 830
Opmerking • Als er van meerdere afbeeldingen een voorbeeld wordt weergegeven, worden verschillende selectiestatussen met verschillende randen aangeduid. • Kader met focus (dikke blauwe rand): de weergegeven instellingen worden toegepast. • Geselecteerd kader (dunne blauwe rand): de instellingen worden gelijktijdig toegepast op het kader met focus en het geselecteerde kader.
Pagina 831
Opmerking • U kunt het bijsnijdkader opgeven in de weergegeven afbeelding. U kunt in de miniaturenweergave maar één bijsnijdkader per afbeelding maken. In de volledige afbeeldingsweergave kunt u meerdere bijsnijdkaders maken. Bijsnijdkaders aanpassen (ScanGear) Verwant onderwerp Scannen in de Basismodus...
Pagina 832
Tabblad Geavanceerde modus In deze modus kunt u geavanceerde scaninstellingen opgeven, zoals de kleurenmodus, uitvoerresolutie, helderheid van de afbeelding en kleurtint. In dit gedeelte worden instellingen en functies beschreven die beschikbaar zijn op het tabblad Geavanceerde modus (Advanced Mode). (1) Knoppen voor de instellingen en bewerkingen (2) Werkbalk (3) Voorbeeldgebied Opmerking...
Pagina 833
Voer Naam instelling (Setting Name) in en klik op Toevoegen (Add). De naam wordt weergegeven in Lijst met voorkeursinstellingen (Favorite Settings List). Wanneer u op Opslaan (Save) klikt, wordt het item weergegeven in de lijst Voorkeursinstellingen (Favorite Settings) en kan het worden geselecteerd, samen met de vooraf gedefinieerde items. Als u een item wilt verwijderen, selecteert u het item in de Lijst met voorkeursinstellingen (Favorite Settings List) en klikt u op Verwijderen (Delete).
Pagina 834
Opmerking • U kunt ook op een afbeelding inzoomen door op het kader te dubbelklikken. Dubbelklik opnieuw op het kader om terug te keren naar de weergave op de oorspronkelijke grootte. In de volledige afbeeldingsweergave: Hiermee scant u de afbeelding in het gebied dat is opgegeven met een bijsnijdkader opnieuw met een sterkere vergroting.
Pagina 835
• De verwerking van afbeeldingen kan enige tijd in beslag nemen als het totale formaat van de gescande afbeeldingen een bepaalde grootte overschrijdt. In dat geval wordt er een waarschuwingsbericht weergegeven; het wordt aanbevolen de totale grootte te beperken. Voer een scan uit in de volledige afbeeldingsweergave om door te gaan.
Pagina 836
(Linksom roteren) De voorbeeldafbeelding wordt 90 graden tegen de klok in gedraaid. • Het resultaat is zichtbaar in de gescande afbeelding. • Wanneer u de afbeelding opnieuw als voorbeeld weergeeft, wordt de oorspronkelijke staat hersteld. (Rechtsom roteren) De afbeelding wordt 90 graden met de klok mee gedraaid. •...
Pagina 837
(Handleiding openen) Opent deze pagina. (3) Voorbeeldgebied Hier wordt een testafbeelding weergegeven nadat u op Voorbeeld (Preview) hebt geklikt. U kunt ook de resultaten controleren van de instellingen (afbeeldingscorrecties, kleuraanpassingen en dergelijke) die zijn geconfigureerd in '(1) Knoppen voor de instellingen en bewerkingen'.
Pagina 838
Opmerking • U kunt het bijsnijdkader opgeven in de weergegeven afbeelding. U kunt in de miniaturenweergave maar één bijsnijdkader per afbeelding maken. In de volledige afbeeldingsweergave kunt u meerdere bijsnijdkaders maken. Bijsnijdkaders aanpassen (ScanGear) Verwant onderwerp Scannen in de Geavanceerde modus Meerdere documenten tegelijk scannen vanuit de ADF (automatische documentinvoer) in de Geavanceerde modus...
Pagina 839
Instellingen voor invoer Bij Instellingen voor invoer (Input Settings) kunt u de volgende opties instellen: Bron selecteren (Select Source) Het type document dat wordt gescand wordt weergegeven. Als u wilt scannen vanaf de glasplaat, selecteert u Plaat (Platen). Als u wilt scannen vanuit de ADF (Auto Document Feeder), selecteert u Document (ADF enkelzijdig) (Document (ADF Simplex)) of Document (ADF dubbelzijdig) (Document (ADF Duplex)).
Pagina 840
Opmerking • Als u niet zeker weet welk formaat u moet selecteren bij Papierformaat (Paper Size), stelt u het Papierformaat (Paper Size) in op Volledige plaat (Full Platen), meet u het formaat van het document en geeft u de waarden op bij (Breedte) en (Hoogte).
Pagina 841
Invoerformaat In de miniaturenweergave wordt de grootte van het bijgesneden document weergegeven nadat u een voorbeeld hebt bekeken. In de volledige afbeeldingsweergave wordt Papierformaat (Paper Size) weergegeven voordat u een voorbeeld hebt bekeken, en wordt het formaat van het bijsnijdkader (scangebied) weergegeven nadat u een voorbeeld hebt bekeken.
Pagina 842
Instellingen voor uitvoer Bij Instellingen voor uitvoer (Output Settings) kunt u de volgende opties instellen: Uitvoerresolutie (Output Resolution) Selecteer de resolutie waarmee u wilt scannen. Hoe hoger de resolutie (waarde), hoe gedetailleerder de afbeelding. Selecteer een van de weergegeven opties voor de resolutie door op de knop te klikken, of typ een waarde (in stappen van 1 dpi).
Pagina 843
In de miniaturenweergave: Sleep de muis over een miniatuur om een bijsnijdkader weer te geven. Wanneer een bijsnijdkader wordt weergegeven, wordt het gedeelte in het bijsnijdkader gescand. Als er geen bijsnijdkader wordt weergegeven, wordt elk kader afzonderlijk gescand. In de volledige afbeeldingsweergave: Wanneer er geen bijsnijdkader wordt weergegeven, wordt het hele voorbeeldgebied gescand.
Pagina 844
toegevoegde formaat wordt weergegeven in de Lijst van uitvoerformaten (Output Size List). Klik op Opslaan (Save) om de uitvoerformaten in de Lijst van uitvoerformaten (Output Size List) op te slaan. Verwijderen: Selecteer het uitvoerformaat dat u wilt verwijderen in Lijst van uitvoerformaten (Output Size List) en klik vervolgens op Verwijderen (Delete).
Pagina 845
Instellingen voor afbeeldingen Belangrijk • Gebruik deze functies niet voor afbeeldingen zonder moiré, stof/krassen of vervaagde kleuren. De kleurtint kan dan nadelig beïnvloed worden. • Resultaten van afbeeldingscorrecties worden mogelijk niet weergegeven in de voorbeeldafbeelding. Opmerking • Welke instellingen u kunt selecteren, is afhankelijk van de instellingen voor Kleurenmodus (Color Mode).
Pagina 846
Document Hiermee wordt Beeldaanpassing (Image Adjustment) voor tekstdocumenten toegepast. Belangrijk • U kunt Beeldaanpassing (Image Adjustment) instellen nadat u het voorbeeld hebt bekeken. • U kunt deze instelling selecteren wanneer u Aanbevolen (Recommended) selecteert op het tabblad Kleurinstellingen (Color Settings) van het dialoogvenster Voorkeuren (Preferences). Opmerking •...
Pagina 847
Opmerking • Zelfs wanneer Moiré-reductie (Descreen) is ingesteld op AAN (ON), is het mogelijk dat dit effect niet helemaal wordt verwijderd als Beeld verscherpen (Unsharp Mask) ook is ingesteld op AAN (ON). In dat geval moet u Beeld verscherpen (Unsharp Mask) instellen op UIT (OFF). Stof en krassen reduceren (Reduce Dust and Scratches) Een gescande foto kan witte puntjes bevatten.
Pagina 848
Correctie van korreligheid (Grain Correction) Gebruik deze functie om korreligheid (grofheid) te reduceren in foto's die met hoge snelheid of gevoelige film zijn genomen. Geen (None) Korreligheid wordt niet gereduceerd. Laag (Low) Selecteer deze instelling wanneer de foto iets korrelig is. Middel (Medium) Deze instelling wordt aanbevolen.
Pagina 849
• Afhankelijk van het document is het mogelijk dat schaduwen niet goed worden gecorrigeerd. Als de pagina geen witte achtergrond heeft, is het mogelijk dat schaduwen niet goed worden gedetecteerd of helemaal niet worden gedetecteerd. • Druk bij het scannen net zo hard op de rug als bij de voorbeeldscan. Als het boek niet gelijkmatig is gebonden, wordt de schaduw niet goed gecorrigeerd.
Pagina 850
Knoppen voor kleuraanpassing Met de knoppen voor kleuraanpassing kunt u fijne correcties aanbrengen in de helderheid en kleurtonen van de afbeelding, waaronder aanpassingen in de algehele helderheid of het contrast van de afbeelding en wijzigingen in de waarden voor lichte en schaduwgebieden (histogram) of de balans (tintcurve). Belangrijk •...
Pagina 851
(Helderheid/contrast) De helderheid en het contrast van een afbeelding aanpassen. Als de afbeelding te donker of te licht is of als de beeldkwaliteit te vlak is door gebrek aan contrast, kunt u de helderheid en het contrast aanpassen. Helderheid en contrast aanpassen (Histogram) In een histogram kunt u de gegevensconcentratie zien op elk helderheidsniveau van een afbeelding.
Pagina 852
(Drempel) Stel de grens (de drempel) in waar zwart en wit worden gescheiden. Door het drempelniveau aan te passen, kunt u de tekst in een document scherper maken en voorkomen dat tekst op de achterzijde van het papier doorschijnt (wat vooral bij en gebeurt). Drempel instellen Aangepast (Custom) U kunt een set met tintcurve- en drempelinstellingen voor de knoppen voor kleuraanpassing een naam...
Pagina 853
Dialoogvenster Voorkeuren In het dialoogvenster Voorkeuren (Preferences) kunt u geavanceerde instellingen voor de functies van ScanGear (scannerstuurprogramma) opgeven via de tabbladen Scanner, Voorbeeld (Preview), Scannen (Scan) en Kleurinstellingen (Color Settings). Klik op Voorkeuren... (Preferences...) in het scherm van ScanGear om het dialoogvenster Voorkeuren (Preferences) te openen.
Pagina 854
Tabblad Scanner Op het tabblad Scanner kunt u de volgende instellingen opgeven. Belangrijk • De beschikbare functies en instellingen hangen af van uw scanner of printer. Instellingen voor automatisch in-/uitschakelen (Auto Power Settings) U kunt instellen dat het apparaat automatisch wordt in- of uitgeschakeld. Klik op Instellingen...
Pagina 855
Belangrijk Afhankelijk van uw model wordt het apparaat niet automatisch uitgeschakeld wanneer dit is verbonden met een netwerk, ook al is Automatisch uitschakelen (Auto Power Off) ingesteld. Raadpleeg 'Lijst met ondersteunde functies per model (Automatisch uitschakelen)' om te controleren of uw model de functie Automatisch uitschakelen ondersteunt. Stille instellingen (Quiet Settings) Met de stille functie kunt u ervoor zorgen dat het apparaat minder geluid maakt.
Pagina 856
Map voor tijdelijke bestanden (Select Folder Where Temporary Files are Saved) Hier wordt de map weergegeven waarin de afbeeldingen tijdelijk moeten worden opgeslagen. Als u de map wilt wijzigen, klikt u op Bladeren... (Browse...) om een andere map op te geven. Geluidsinstellingen (Sound Settings) U kunt het apparaat zodanig instellen dat er een geluidsbestand wordt afgespeeld tijdens het scannen of wanneer het scannen is voltooid.
Pagina 857
Tabblad Voorbeeld Op het tabblad Voorbeeld (Preview) kunt u de volgende instellingen opgeven. Voorbeeld bij starten van ScanGear (Preview at Start of ScanGear) Selecteer wat u wilt doen met Voorbeeld wanneer ScanGear (scannerstuurprogramma) wordt gestart. Voorbeeld automatisch uitvoeren (Automatically execute preview) ScanGear begint automatisch met een voorbeeldweergave bij het opstarten.
Pagina 858
Geen (None) Nadat het voorbeeld is bekeken, wordt er geen bijsnijdkader weergegeven. Uitsnijdformaat voor filmminiatuur (Cropping Size for Thumbnail View) Hiermee kunt u het uitsnijdformaat selecteren voor miniaturen van gescande documenten. Groter (Larger) Hiermee wordt 105% (in breedte en hoogte) weergegeven van het gedeelte dat voor het standaardformaat wordt weergegeven.
Pagina 859
Tabblad Scannen Op het tabblad Scannen (Scan) kunt u de volgende instellingen opgeven. Status van het dialoogvenster ScanGear na het scannen (Status of ScanGear dialog after scanning) Selecteer wat u wilt doen met ScanGear (scannerstuurprogramma) nadat afbeeldingen zijn gescand. ScanGear automatisch sluiten (Close ScanGear automatically) Selecteer deze optie wanneer u na het scannen wilt teruggaan naar de oorspronkelijke toepassing.
Pagina 860
Tabblad Kleurinstellingen Op het tabblad Kleurinstellingen (Color Settings) kunt u de volgende instellingen opgeven. Kleuraanpassing Selecteer een van de volgende opties. Aanbevolen (Recommended) Gebruik deze optie om een levendige reproductie van de tint van een document weer te geven op het scherm.
Pagina 861
Geen (None) Selecteer deze optie om de kleurcorrectie van ScanGear (scannerstuurprogramma) uit te schakelen. Opmerking • Deze instelling is mogelijk niet beschikbaar wanneer u scant vanuit de ADF (automatische documentinvoer), afhankelijk van uw scanner of printer. • U kunt een instelling selecteren wanneer Kleurenmodus (Color Mode) is ingesteld op Kleur (Color) of Grijswaarden (Grayscale).
Pagina 862
Originelen plaatsen (scannen vanaf een computer) Informatie over hoe u items moet plaatsen op de plaat of ADF (automatische documentinvoer) van uw scanner of printer. Plaats de items op de juiste manier op de plaat, afhankelijk van het type item dat u wilt scannen.
Pagina 863
Belangrijk Belangrijk • Grote items (zoals foto's op A4-formaat) die alleen te- • Raadpleeg 'Originelen plaatsen' voor uw model gen de randen/pijl (positiemarkering) van de plaat kun- vanuit de startpagina van de Online handleiding nen worden geplaatst, worden mogelijk opgeslagen als voor meer informatie over de gedeelten waarbin- PDF-bestanden.
Pagina 864
Documenten plaatsen (ADF (automatische documentinvoer)) Belangrijk • Laat geen dikke items op de plaat liggen tijdens het scannen vanuit de ADF. Dit kan leiden tot papierstoringen. • Als u twee of meer documenten wilt scannen, moet u documenten van hetzelfde formaat plaatsen en uitlijnen.
Pagina 865
Bijsnijdkaders aanpassen (ScanGear) Met bijsnijden selecteert u het gebied in een afbeelding dat u wilt behouden en verwijdert u de rest tijdens het scannen. Op het tabblad Basismodus (Basic Mode) en Geavanceerde modus (Advanced Mode) kunt u bijsnijdkaders (scangebieden) opgeven voor de afbeelding(en) die in het voorbeeldgebied van het scherm wordt/worden weergegeven.
Pagina 866
Uitvoerformaat, afbeeldingscorrecties en andere instellingen op het tabblad Basismodus (Basic Mode) of Geavanceerde modus (Advanced Mode) worden op alle geselecteerde bijsnijdkaders toegepast. (2) Dun bijsnijdkader In de miniaturenweergave: Uitvoerformaat, afbeeldingscorrecties en andere instellingen op het tabblad Basismodus (Basic Mode) of Geavanceerde modus (Advanced Mode) worden toegepast. In de volledige afbeeldingsweergave: Dit geeft een niet geselecteerd bijsnijdkader weer.
Pagina 867
Meerdere bijsnijdkaders maken In de miniaturenweergave: U kunt maar één bijsnijdkader per afbeelding maken. In de volledige afbeeldingsweergave: Klik en sleep de muisaanwijzer buiten de grenzen van het bestaande bijsnijdkader om een nieuw bijsnijdkader in het voorbeeldgebied te maken. Het nieuwe bijsnijdkader wordt het actieve bijsnijdkader en het eerste bijsnijdkader wordt het niet-geselecteerde bijsnijdkader.
Pagina 868
Bijsnijdkaders verwijderen In de miniaturenweergave: Als u een bijsnijdkader wilt verwijderen, klikt u buiten het bijsnijdkader of op een afbeelding. In de volledige afbeeldingsweergave: U verwijdert een bijsnijdkader door het kader te selecteren en te klikken op (Bijsnijdkader verwijderen) op de werkbalk. U kunt ook op de toets Delete drukken. Als er meerdere bijsnijdkaders zijn, worden alle geselecteerde bijsnijdkaders (actief bijsnijdkader geselecteerd bijsnijdkader) gelijktijdig verwijderd.
Pagina 869
Algemene opmerkingen (scannerstuurprogramma) ScanGear (scannerstuurprogramma) kent de volgende beperkingen. Denk hieraan wanneer u het programma gebruikt. Beperkingen van het scannerstuurprogramma • Als u het NTFS-bestandssysteem gebruikt, wordt de TWAIN-gegevensbron wellicht niet opgeroepen. Dit komt doordat de TWAIN-module niet naar de winnt-map kan worden geschreven vanwege beveiligingsredenen.
Pagina 870
• Als u gescande afbeeldingen wilt importeren in Microsoft Office 2000, slaat u deze eerst op met IJ Scan Utility en importeert u vervolgens de opgeslagen bestanden via het menu Invoegen (Insert). • Wanneer u afbeeldingen ter grootte van de glasplaat scant naar Microsoft Office 2003 (Word, Excel, PowerPoint, enzovoort), klikt u op Aangepast (Custom Insert) in het scherm Afbeelding van scanner of camera invoegen<...
Pagina 871
Andere scanmethoden Scannen met WIA-stuurprogramma...
Pagina 872
Het scherm met scaninstellingen wordt geopend. Opmerking • Als u meer dan één scanner of printer hebt, wordt mogelijk een scanner selectiescherm weergegeven. Dubbelklik op de scanner die u wilt gebruiken. • Voor een USB-verbinding: Canon XXX series (waarbij 'XXX' de modelnaam is)
Pagina 873
• Voor een netwerkverbinding: XXX series MAC-adres (XXX series_MAC address) (waarbij 'XXX' de modelnaam is) 3. Geef de instellingen op. Scanner De momenteel ingestelde productnaam wordt weergegeven. Als u de scanner wilt wijzigen, klikt u op Wijzigen... (Change...) en selecteert u het product dat u wilt gebruiken. Profiel (Profile) Selecteer Foto (standaard) (Photo (Default)) of Documenten (Documents) afhankelijk van het type item dat u wilt scannen.
Pagina 874
• Als u meer dan één scanner of printer hebt, wordt mogelijk een scanner selectiescherm weergegeven. Dubbelklik op de scanner die u wilt gebruiken. • Voor een USB-verbinding: Canon XXX series (waarbij 'XXX' de modelnaam is) • Voor een netwerkverbinding: XXX series MAC-adres (XXX series_MAC address) (waarbij 'XXX' de modelnaam is) 3.
Pagina 875
Als u wilt scannen vanaf de glasplaat, selecteert u Flatbed bij Papierbron (Paper source). Als u vanuit de ADF wilt scannen, selecteert u Documentinvoer (Document Feeder). Selecteer het afbeeldingstype uit Afbeelding in kleur (Color picture), Afbeelding in grijstinten (Grayscale picture), Afbeelding in zwart-wit of tekst (Black and white picture or text) en Aangepaste instellingen (Custom Settings).
Pagina 876
De afbeelding wordt aan de rechterkant weergegeven. Versleep om het scangebied aan te geven. Belangrijk • Met een netwerkverbinding scant u zonder een voorbeeld weer te geven wanneer u documenten vanuit de ADF scant. Als u een voorbeeld weergeeft, plaatst u het document nogmaals en scant u.
Pagina 877
• Als het pictogram niet wordt weergegeven in het systeemvak op het bureaublad, volgt u de onderstaande procedure om te starten. • Windows 10: Klik in het menu Start op Alle apps (All apps) > Canon Utilities > IJ Network Scanner Selector EX2. • Windows 8.1/Windows 8: Klik in het Startscherm op IJ Network Scanner Selector EX2.
Pagina 878
Belangrijk • Wanneer u een model gebruikt waarmee u niet via een netwerk kunt scannen vanaf het bedieningspaneel, kunt u niet met het bedieningspaneel scannen, ook al is deze instelling geactiveerd. Instellingen... (Settings...) Het scherm Instellingen scannen-vanaf-pc wordt weergegeven. U kunt het model selecteren dat u wilt gebruiken.
Pagina 879
Scanners MAC-adressen van de scanners of printers die via het netwerk kunnen worden gebruikt, worden weergegeven. U kunt maximaal drie scanners en printers tegelijkertijd selecteren. Als u een scanner of printer selecteert, wordt scannen vanaf het bedieningspaneel automatisch mogelijk. Instructies (Instructions) Deze handleiding openen.
Pagina 880
• Meld u aan bij een gebruikersaccount met beheerdersrechten. 1. Klik op Configuratiescherm (Control Panel) > Programma's (Programs) > Programma's en onderdelen (Programs and Features). 2. Selecteer Canon IJ Network Scanner Selector EX2 en klik vervolgens op Verwijderen/ wijzigen (Uninstall/Change). Opmerking •...
Pagina 881
Scantips Resolutie Gegevensindelingen Kleurafstemming...
Pagina 882
Resolutie De gegevens in de door u gescande afbeelding zijn een verzameling puntjes die informatie over helderheid en kleur bevatten. De dichtheid van deze puntjes wordt 'resolutie' genoemd. De resolutie bepaalt hoeveel details de afbeelding bevat. De resolutie wordt uitgedrukt in het aantal puntjes per inch (dpi). Dpi is het aantal puntjes per inch (2,5 cm).
Pagina 883
Tekst scannen met OCR Kleur of grijswaarden 300 dpi Belangrijk • Als u de resolutie verdubbelt, wordt het gegevensformaat van de gescande afbeelding viermaal zo groot. Als het bestand te groot is, vermindert de uitvoersnelheid aanzienlijk en kan er bijvoorbeeld een gebrek aan geheugen ontstaan.
Pagina 884
Gegevensindelingen Bij het opslaan van gescande afbeeldingen kunt u een gegevensindeling kiezen. Geef de meest geschikte gegevensindeling op, in overeenstemming met het gebruik van de afbeelding in een bepaalde toepassing. De beschikbare gegevensindelingen zijn afhankelijk van de toepassing en het besturingssysteem (Windows of Mac OS).
Pagina 885
Kleurafstemming Kleurafstemming' is het aanbrengen van aanpassingen zodat de kleurtonen van het originele item, het monitorscherm en de kleurenafdruk met elkaar overeenkomen. Op uw scanner of printer worden de kleurtinten aangepast zoals hieronder wordt aangegeven. Voorbeeld: sRGB is geselecteerd als uitvoerprofiel (doel): De kleurruimte van de afbeelding wordt geconverteerd van de kleurruimte van de scanner naar sRGB door ScanGear.
Pagina 886
Originelen plaatsen (scannen vanaf een computer) Informatie over hoe u items moet plaatsen op de plaat of ADF (automatische documentinvoer) van uw scanner of printer. Plaats de items op de juiste manier op de plaat, afhankelijk van het type item dat u wilt scannen.
Pagina 887
Belangrijk Belangrijk • Grote items (zoals foto's op A4-formaat) die alleen te- • Zie Originelen plaatsen voor de gedeelten waarin gen de randen/pijl (positiemarkering) van de plaat kun- items niet kunnen worden gescand. nen worden geplaatst, worden mogelijk opgeslagen als PDF-bestanden.
Pagina 888
• Zie Ondersteunde originelen voor ondersteunde documentformaten bij scannen vanuit de ADF. 1. Open de documentlade. 2. Plaats de documenten op de ADF en stel de documentgeleiders in op de breedte van de documenten. Plaats de documenten met de bedrukte zijde omhoog totdat u een piepgeluid hoort.
Pagina 889
• Als het pictogram niet wordt weergegeven in het systeemvak op het bureaublad, volgt u de onderstaande procedure om te starten. • Windows 10: Klik in het menu Start op Alle apps (All apps) > Canon Utilities > IJ Network Scanner Selector EX2. • Windows 8.1/Windows 8:...
Pagina 890
Selector EX'. • Windows 7/Windows Vista: Klik in het menu Start op Alle programma´s (All Programs) > Canon Utilities > IJ Network Scanner Selector EX2 > IJ Network Scanner Selector EX2. Het pictogram wordt weergegeven in het systeemvak op het bureaublad en het scherm Instellingen scannen-vanaf-pc wordt weergegeven.
Pagina 891
• Als het pictogram niet wordt weergegeven in het systeemvak op het bureaublad, volgt u de onderstaande procedure om te starten. • Windows 10: Klik in het menu Start op Alle apps (All apps) > Canon Utilities > IJ Network Scanner Selector EX2. • Windows 8.1/Windows 8: Klik in het startscherm op IJ Network Scanner Selector EX2.
Pagina 892
2. Klik met de rechtermuisknop op het pictogram (IJ Network Scanner Selector EX2) in het systeemvak op het bureaublad en selecteer vervolgens Instellingen... (Settings...). Het scherm Instellingen scannen-vanaf-pc wordt weergegeven. 3. Klik op Instellingen scannen-vanaf-bedieningspaneel (Scan-from-Operation-Panel Settings). Het scherm Instellingen scannen-vanaf-bedieningspaneel wordt weergegeven. 4.
Pagina 893
Scannen vanaf een computer (Mac OS) IJ Scan Utility gebruiken Scannerstuurprogramma gebruiken Scantips Originelen plaatsen (scannen vanaf een computer) Scaninstellingen voor het netwerk...
Pagina 894
Scannen via het bedieningspaneel Gescande gegevens naar de computer sturen met het bedieningspaneel Basisbeginselen Gescande gegevens verzenden als e-mail vanaf een computer Gescande gegevens verzenden als e-mail vanaf het apparaat Gescande gegevens opslaan op een USB-flashstation Gescande gegevens naar een gedeelde map op de computer sturen Gescande gegevens verwijderen van een USB-flashstation Items instellen voor scannen met het bedieningspaneel Het bedieningspaneel instellen met IJ Scan Utility (Windows)
Pagina 895
◦ Voor Mac OS: Dialoogvenster Instellingen Bij Mac OS X 10.11 is opstarten van Canon IJ Scan Utility nodig om de gescande gegevens naar uw computer door te sturen. Volg onderstaande procedure om gescande gegevens naar de computer te sturen.
Pagina 896
3. Selecteer PC en druk op de knop OK. 4. Selecteer de computer waarnaar de gescande gegevens moeten worden doorgestuurd en druk op de knop OK. Selecteer Lokaal (USB) (Local (USB)) voor een computer die via USB is aangesloten of selecteer de pc om de gescande gegevens door te sturen naar een computer in het netwerk.
Pagina 897
Document Het origineel op de glasplaat of in de ADF wordt gescand als een document, waarbij de instellingen bij Scaninstelling. (Scan settings) worden toegepast. Foto (Photo) Het origineel op de glasplaat wordt gescand als foto, waarbij de instellingen bij Scaninstelling. (Scan settings) worden toegepast.
Pagina 898
Mogelijk wordt het venster voor programmaselectie weergegeven nadat u op de knop Kleur (Color) of Zwart (Black) drukt. Selecteer in dit geval Canon IJ Scan Utility en klik op OK. Als u originelen wilt scannen met geavanceerde instellingen of als u de gescande afbeeldingen wilt bewerken of afdrukken: Als u originelen scant vanaf een computer, kunt u de gescande afbeeldingen bewerken.
Pagina 899
◦ Voor Mac OS: Dialoogvenster Instellingen Bij Mac OS X 10.11 is opstarten van Canon IJ Scan Utility nodig om de gescande gegevens naar uw computer door te sturen. Volg de onderstaande procedure om de gescande gegevens als e-mail vanaf de computer te verzenden.
Pagina 900
3. Selecteer Toevoegen aan e-mail (Attach to E-mail) en druk op de knop OK. 4. Selecteer E-mail vanaf pc (E-mail from PC) en druk op de knop OK. 5. Selecteer de computer waarnaar de gescande gegevens moeten worden doorgestuurd en druk op de knop OK.
Pagina 901
De gescande gegevens worden doorgestuurd naar de computer en als bijlage aan een e-mail toegevoegd op basis van de instellingen die zijn opgegeven in Canon IJ Scan Utility. Raadpleeg de handleiding van de e-mailsoftware voor informatie over de instellingen of het verzenden van e-mail.
Pagina 902
Als het scherm voor programmaselectie wordt geopend (Windows): Mogelijk wordt het venster voor programmaselectie weergegeven nadat u op de knop Kleur (Color) of Zwart (Black) drukt. Selecteer in dit geval Canon IJ Scan Utility en klik op OK.
Pagina 903
Gescande gegevens verzenden als e-mail vanaf het apparaat Gescande gegevens verzenden als e-mail vanaf het apparaat Het e-mailadres van ontvangers registreren Ontvangers registreren voor groeps-e-mail Geregistreerde gegevens wijzigen Geregistreerde gegevens verwijderen Het e-mailadresboek importeren/exporteren...
Pagina 904
Gescande gegevens verzenden als e-mail vanaf het apparaat U kunt gescande gegevens vanaf de printer als e-mail verzenden. Controleer het volgende voordat u deze functie gaat gebruiken. • De printer is verbonden met een LAN. Controleer of de printer correct is verbonden met een LAN. •...
Pagina 905
A. Selecteer de ontvanger(s) in het adresboek. Druk op de knop OK om het adresboek weer te geven en selecteer de ontvanger(s). B. Voer het e-mailadres van de ontvanger in. Druk op de knop OK om het invoerscherm weer te geven en voer het adres in.
Pagina 906
4. Druk tweemaal op de knop OK om over te schakelen naar BCC. Opmerking • Als u CC of BCC wilt wijzigen in Aan, drukt u op de knop OK, selecteert u Wijzigen in Aan (Change to To) en drukt u nogmaals op de knop OK. C.
Pagina 907
• Als u het origineel in de ADF plaatst: De printer begint met scannen en de gescande gegevens worden als e-mail verzonden. • Als u het origineel op de glasplaat legt: ◦ Wanneer u JPEG selecteert voor Indeling (Format) op het scherm met scaninstellingen, begint de printer met scannen en worden de gescande gegevens als een e-mail verzonden.
Pagina 908
Het e-mailadres van ontvangers registreren Voordat u het adresboek van de printer kunt gebruiken, moet u het e-mailadres van de ontvangers registreren. Volg de onderstaande procedure om het e-mailadres van de ontvangers te registreren. Zorg dat de printer is ingeschakeld. 2.
Pagina 909
Opmerking • Als u de ontvangers al hebt geregistreerd, wordt de naam van de ontvanger naast het ID-nummer weergegeven. Als u de groepsmail al hebt geregistreerd, worden het pictogram en de groepsnaam naast het ID-nummer weergegeven. 7. Selecteer een niet-geregistreerd ID-nummer. Opmerking •...
Pagina 910
10. Voer de naam van de ontvanger in. 1. Verplaats de cursor naar het invoerveld voor de naam. 2. Voer de naam van de ontvanger in. 3. Druk op de knop OK. Opmerking • U kunt maximaal 16 tekens inclusief spaties opgeven voor de naam. Cijfers, letters en symbolen invoeren 11.
Pagina 911
Opmerking • Als u het nummer en de naam van een andere ontvanger wilt registreren, selecteert u een niet- geregistreerd ID-nummer. De procedure is vervolgens hetzelfde.
Pagina 912
Ontvangers registreren voor groeps-e-mail Als u twee of meer geregistreerde e-mailadressen registreert als groeps-e-mail, kunt u dezelfde mail verzenden aan alle ontvangers die voor de groeps-e-mail zijn geregistreerd. Zorg dat de printer is ingeschakeld. 2. Selecteer Scannen (Scan) op het HOME-scherm. LCD en bedieningspaneel Het scherm waarin u kunt selecteren waar de gegevens worden opgeslagen, wordt weergegeven.
Pagina 913
Opmerking • Als u de ontvangers al hebt geregistreerd, wordt de naam van de ontvanger naast het ID-nummer weergegeven. Als u de groepsmail al hebt geregistreerd, worden het pictogram en de groepsnaam naast het ID-nummer weergegeven. 7. Selecteer een niet-geregistreerd ID-nummer. Opmerking •...
Pagina 914
10. Registreer de geregistreerde ontvanger als een lid van de groeps-e-mail. 1. Controleer of Lid (Member) wordt weergegeven. 2. Druk op de linker Functie (Function)-knop. Het adresboek wordt weergegeven. 3. Kies het lid dat u wilt registreren. Weergave op naam Weergave op ID-nummer Als u met de numerieke toetsen de eerste letter in- Als u met de numerieke toetsen het ID-nummer in-...
Pagina 915
Herhaal de procedure als u nog een lid aan dezelfde groeps-e-mail wilt toevoegen. 11. Druk op de knop OK om de registratie te voltooien. Opmerking • Als u nog een groep wilt registreren, selecteert u een niet-geregistreerd ID-nummer. De procedure is vervolgens hetzelfde.
Pagina 916
Geregistreerde gegevens wijzigen Ga als volgt te werk om de geregistreerde gegevens voor ontvangers en groeps-e-mail te wijzigen. Zorg dat de printer is ingeschakeld. 2. Selecteer Scannen (Scan) op het HOME-scherm. LCD en bedieningspaneel Het scherm waarin u kunt selecteren waar de gegevens worden opgeslagen, wordt weergegeven. 3.
Pagina 917
cursor naar het invoerveld voor e-mailadres verplaatst. Om de gewijzigde ontvangernaam te registreren, drukt u nogmaals op OK. Als u het e-mailadres wilt wijzigen, verplaatst u de cursor naar het invoerveld voor het e-mailadres en wijzigt u het e-mailadres. Nadat u op de knop OK hebt gedrukt, wordt het gewijzigde adres geregistreerd.
Pagina 918
Geregistreerde gegevens verwijderen Ga als volgt te werk om de geregistreerde gegevens voor ontvangers en groeps-e-mail te verwijderen. Zorg dat de printer is ingeschakeld. 2. Selecteer Scannen (Scan) op het HOME-scherm. LCD en bedieningspaneel Het scherm waarin u kunt selecteren waar de gegevens worden opgeslagen, wordt weergegeven. 3.
Pagina 919
Het e-mailadresboek importeren/exporteren U kunt een e-mailadresboek importeren dat is opgeslagen op een USB-flashstation of het e-mailadresboek dat op de printer is opgeslagen exporteren naar een USB-flashstation. Het e-mailadresboek importeren Het e-mailadresboek exporteren Het e-mailadresboek importeren Volg de onderstaande procedure om het e-mailadresboek te importeren. Zorg dat de printer is ingeschakeld.
Pagina 920
Het adresboek dat op het USB-flashstation is opgeslagen, wordt geïmporteerd en het adresboek op de printer wordt overschreven. (De naam van het adresboek is 'EMAIL_ADDRESS.BIN'). Het e-mailadresboek exporteren Volg de onderstaande procedure om het e-mailadresboek te exporteren. Zorg dat de printer is ingeschakeld. 2.
Pagina 921
8. Controleer het bericht dat wordt weergegeven, selecteer Ja (Yes) en druk op de knop Het adresboek op de printer wordt opgeslagen op het USB-flashstation.
Pagina 922
USB-flashstation zijn opgeslagen, op een ander medium op te slaan om onverwacht verlies te voorkomen. • Canon is niet aansprakelijk voor enige schade aan of verlies van gegevens om welke reden dan ook, ook niet binnen de garantieperiode.
Pagina 923
6. Selecteer het documenttype. Document Hiermee wordt het origineel op de glasplaat of in de ADF gescand als een document, waarbij de instellingen bij Scaninstelling. (Scan settings) worden toegepast. Foto (Photo) Het origineel op de glasplaat wordt gescand als foto, waarbij de instellingen bij Scaninstelling. (Scan settings) worden toegepast.
Pagina 924
• Als u het origineel in de ADF plaatst: De printer begint met scannen en de gescande gegevens worden opgeslagen op het USB- flashstation. • Als u het origineel op de glasplaat legt: ◦ Wanneer u JPEG selecteert voor Indeling (Format) op het scherm met scaninstellingen, begint de printer met scannen en worden de gescande gegevens op het USB-flashstation opgeslagen.
Pagina 925
Controleer het volgende voordat u gescande gegevens naar de gedeelde map op de computer verstuurt: • MP Drivers en Canon Quick Utility Toolbox zijn geïnstalleerd. (Windows) Als MP Drivers en Canon Quick Utility Toolbox nog niet zijn geïnstalleerd, installeert u ze met de installatie-cd-rom of vanaf onze website.
Pagina 926
Opmerking • Wanneer in een bericht wordt weergegeven dat een bedieningsbeperking is ingeschakeld, neemt u contact op met de beheerder van de printer die u gebruikt. 4. Selecteer de map waarin u de gescande gegevens wilt opslaan en druk op de knop OK. Opmerking •...
Pagina 927
De gescande gegevens worden doorgestuurd naar de gedeelde map op de computer op basis van de instellingen die zijn opgegeven in Canon Quick Utility Toolbox. Verwijder het origineel van de glasplaat of uit de documentuitvoersleuf nadat het scannen is voltooid.
Pagina 928
Gescande gegevens verwijderen van een USB-flashstation U kunt gescande gegevens van het USB-flashstation verwijderen via het bedieningspaneel. Zorg dat de printer is ingeschakeld. 2. Selecteer Scannen (Scan) op het HOME-scherm. LCD en bedieningspaneel Het scherm waarin u kunt selecteren waar de gegevens worden opgeslagen, wordt weergegeven. Plaats het USB-flashstation in de poort voor het USB-flashstation.
Pagina 929
Wanneer u op de middelste Functie (Function)knop drukt, kunt u op het scherm schakelen tussen de lijst en de voorbeeldweergave. Wanneer de indeling voor PDF-gegevens is geselecteerd, wordt alleen de eerste pagina van de PDF-gegevens op het LCD-scherm weergegeven. 6. Selecteer het bestand dat u wilt verwijderen en druk op de knop OK. 7.
Pagina 930
Items instellen voor scannen met het bedieningspaneel U kunt de scaninstellingen, zoals scanformaat, resolutie of gegevensindeling, wijzigen. Wanneer het standby-scherm voor scannen wordt weergegeven, drukt u op de rechter Functie (Function)- knop om het instellingsitem weer te geven. Gebruik de knoppen om het instellingsitem te selecteren, gebruik de knoppen om de instelling op te geven en druk vervolgens op de knop OK.
Pagina 931
1. Scanfrmt (Scan size) Selecteer het formaat van het origineel. 2. Indeling (Format) Selecteer de gegevensindeling van de gescande gegevens. 3. Scanres. (Scan res) (Scanresolutie) Selecteer de resolutie voor scannen. 4. Voorbeeld (Preview) Geef aan of u een voorbeeld van de gescande gegevens wilt weergeven wanneer u de gegevens opslaat op een USB-flashstation of doorstuurt naar een gedeelde map.
Pagina 932
Het bedieningspaneel instellen met IJ Scan Utility (Windows) Met IJ Scan Utility kunt u opgeven hoe moet worden gereageerd als er wordt gescand vanaf het bedieningspaneel. Opmerking • In de volgende beschrijvingen worden de schermen voor het scannen van foto's vanaf het bedieningspaneel als voorbeeld gebruikt.
Pagina 933
Opmerking • Ga naar de volgende pagina's voor meer informatie. Dialoogvenster Instellingen (Opslaan naar pc (document)) Dialoogvenster Instellingen (Opslaan naar pc (foto)) Dialoogvenster Instellingen (Toevoegen aan e-mail (document)) Dialoogvenster Instellingen (Toevoegen aan e-mail (foto)) 4. Stel Scanopties (Scan Options) in. 5.
Pagina 934
6. Selecteer de toepassing die u na het scannen wilt starten in Instellingen voor de toepassing (Application Settings). 7. Klik op OK. De reacties worden volgens de opgegeven instellingen uitgevoerd wanneer u start met scannen vanaf het bedieningspaneel.
Pagina 935
Dit apparaat ondersteunt de volgende scanfuncties. PIXMA/MAXIFY Cloud Link PIXMA/MAXIFY Cloud Link is een webservice die wordt aangeboden door Canon. Sla gescande afbeeldingen op met services voor gegevensopslag via integratie met diverse cloudservices zonder dat u een computer moet gebruiken.
Pagina 936
PIXMA/MAXIFY Cloud Link gebruiken Als u PIXMA/MAXIFY Cloud Link gebruikt, kunt u uw printer verbinden met een cloudservice, zoals CANON iMAGE GATEWAY, Evernote of Twitter, en de volgende functies gebruiken zonder dat u een computer nodig heeft: • Afbeeldingen afdrukken vanaf een fotodeelservice •...
Pagina 937
Faxen Het faxen voorbereiden Faxen verzenden via het bedieningspaneel van de printer Ontvangers registreren Faxen ontvangen Overige nuttige faxfuncties Een fax verzenden vanaf een computer (Windows) Een fax verzenden vanaf een computer (Mac OS)
Pagina 938
Het faxen voorbereiden Sluit de printer op de telefoonlijn aan en stel de printer in voordat u de faxfuncties gebruikt. Geef vervolgens de basisinstellingen op, zoals informatie over de afzender, datum/tijd en zomertijd. Belangrijk • Als de stroom wordt onderbroken: Als u er een stroomstoring is opgetreden of als u de stekker per ongeluk uit het stopcontact haalt, worden de datum- en tijdinstellingen op het apparaat teruggezet.
Pagina 939
De telefoonlijn aansluiten De verbindingsmethode verschilt afhankelijk van uw telefoonlijn. • Wanneer u de printer rechtstreeks aansluit op de muuraansluiting/Wanneer u de printer aansluit met de xDSL-splitter: Basisverbinding • Als u de printer aansluit op een andere lijn, zoals een xDSL: Verschillende lijnen aansluiten Als de printer niet op de juiste manier is aangesloten, kan de printer geen faxen verzenden/ontvangen.
Pagina 940
Belangrijk • Zorg dat de telefoonlijn is aangesloten voordat de printer wordt ingeschakeld. Als u de telefoonlijn aansluit terwijl de printer is ingeschakeld, schakelt u de printer uit en haalt u de stekker uit het stopcontact. Wacht 1 minuut en sluit de telefoonlijn en de stekker weer aan. Opmerking •...
Pagina 941
D. Computer E. Telefoon of antwoordapparaat F. WAN-poort (Wide Area Network) G. LAN-poort (Local Area Network) H. TEL-poort I. LINE-poort * De poortconfiguraties en namen kunnen variëren afhankelijk van het product. Opmerking • Als u verbinding maakt met de xDSL-lijn, moet u hetzelfde lijntype selecteren als het type dat u gebruikt in Type telefoonlijn (Telephone line type).
Pagina 942
Het telefoonlijntype instellen Controleer of u het juiste telefoonlijntype voor uw telefoonlijn hebt ingesteld voordat u de printer gaat gebruiken. Als u niet zeker weet welk telefoonlijntype u gebruikt, neemt u contact op met uw telefoonmaatschappij. Neem contact op met uw telefoonmaatschappij of serviceprovider als u het lijntype voor xDSL- of ISDN-aansluitingen wilt controleren.
Pagina 943
Toonkiezen (Touch tone) Selecteer deze optie wanneer uw telefoonlijn geschikt is voor toonkiezen.
Pagina 944
De ontvangstmodus instellen Stel de ontvangstbewerking (ontvangstmodus) in. Meer informatie over het instellen van de ontvangstmodus: De ontvangstmodus instellen U kunt de juiste modus selecteren. Meer informatie over de te selecteren ontvangstmodus: Informatie over de ontvangstmodus Voor meer informatie over de geavanceerde instellingen van de ontvangstmodus: Geavanceerde instellingen van de ontvangstmodus Opmerking •...
Pagina 945
Voor meer informatie over de geavanceerde instellingen van de ontvangstmodus: Geavanceerde instellingen van de ontvangstmodus • Meer informatie over de ontvangstmodus: Informatie over de ontvangstmodus • DRPD is alleen beschikbaar in de VS en Canada. • Netwerkschakelaar (Network switch) is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van het land of de regio van aankoop.
Pagina 946
• Geavanceerde instelling in Modus Telefoonprioriteit (TEL priority mode) U kunt de volgende instellingsitems opgeven. ◦ Handmatig/automat. schakelen (Manual/auto switch) Als u AAN (ON) selecteert, worden faxen automatisch door de printer ontvangen nadat het externe apparaat een opgegeven tijd is overgegaan. U kunt opgeven na hoeveel tijd het apparaat automatisch begint met het ontvangen van faxen.
Pagina 947
DRPD-belpatroon instellen (alleen VS en Canada) ◦ Binnenkomend signaal (Incoming ring) U kunt opgeven hoe vaak het externe apparaat bij een inkomende fax overgaat. • Geavanceerde instelling in Netwerkschakelaar (Network switch) U kunt het volgende instellingsitem opgeven. ◦ Binnenkomend signaal (Incoming ring) U kunt opgeven hoe vaak het externe apparaat bij een inkomende fax overgaat.
Pagina 948
8. Selecteer het belpatroon dat uw telefoonmaatschappij heeft toegewezen aan uw faxnummer en druk vervolgens op de knop OK. 9. Druk op de knop Terug (Back). Het scherm Instellingen ontvangstmodus (Receive mode settings) wordt weergegeven. 10. Druk op de knop OK. Het scherm Functielijst (Function list) wordt weergegeven.
Pagina 949
Informatie over de afzender instellen U kunt informatie over de afzender instellen, zoals datum/tijd, toestelnaam en fax-/telefoonnummer van toestel. Informatie over de afzender De datum en tijd instellen Zomertijd instellen Gebruikersinformatie registreren Informatie over de afzender Als de naam en het fax-/telefoonnummer van het toestel zijn geregistreerd, worden deze samen met de datum en tijd afgedrukt als afzenderinformatie op de fax van de ontvanger.
Pagina 950
Gebruikersinstellingen apparaat De datum en tijd instellen In dit gedeelte wordt de procedure beschreven voor het instellen van de datum en tijd. Zorg dat de printer is ingeschakeld. 2. Selecteer Instellen (Setup) op het HOME-scherm. Het bedieningspaneel gebruiken 3. Selecteer Apparaatinstellingen (Device settings) en druk daarna op de knop 4.
Pagina 951
Zomertijd instellen In bepaalde landen wordt het zomertijdsysteem gebruikt. In dit systeem wordt de klok in bepaalde perioden van het jaar vooruitgezet. U kunt deze printer zo instellen dat de tijd automatisch wordt gewijzigd. Hiervoor moet u de datum en tijd registreren waarop de zomertijd begint en eindigt.
Pagina 952
2. Stel de tijd in (in 24-uursnotatie) wanneer de zomertijd begint. Gebruik de knop om de cursor onder de gewenste positie te plaatsen, gebruik de knop om de tijd in te voeren en druk vervolgens op de knop OK. Plaats een nul voor enkele getallen. 8.
Pagina 953
9. Druk op de knop HOME om terug te keren naar het HOME-scherm. Gebruikersinformatie registreren In dit gedeelte wordt de procedure beschreven voor het registreren van de gebruikersgegevens. Opmerking • Zorg ervoor dat u uw naam en fax-/telefoonnummer invoert bij Toestelnaam (Unit name) en Toestelnummer (Unit TEL) op het scherm Gebruikersgegevens instellen (User information settings) voordat u een fax verzendt (alleen VS).
Pagina 954
7. Voer een toestelnaam in. 1. Verplaats cursor naar Toestelnaam (Unit name). 2. Voer een toestelnaam in. 3. Druk op de knop OK. Opmerking • U kunt maximaal 24 tekens inclusief spaties opgeven voor de naam. • Voor meer informatie over het invoeren of verwijderen van tekens: Cijfers, letters en symbolen invoeren 8.
Pagina 955
• Voor meer informatie over het invoeren of verwijderen van tekens: Cijfers, letters en symbolen invoeren 9. Druk op de knop OK om de registratie te voltooien.
Pagina 956
Faxen verzenden via het bedieningspaneel van de printer Faxen versturen door een fax-/telefoonnummer in te voeren Een fax opnieuw verzenden (nummerherhaling van bezette nummers) Verzendingsinstellingen voor faxen Faxen verzenden met behulp van handige functies...
Pagina 957
Faxen versturen door een fax-/telefoonnummer in te voeren In dit gedeelte wordt beschreven hoe u faxnummers kiest en faxen direct verzendt door de fax-/ telefoonnummers in te voeren. Belangrijk • Het is mogelijk dat faxen bij een onbeoogde ontvanger terechtkomen doordat het verkeerde fax-/ telefoonnummer is gekozen of het nummer onjuist is geregistreerd.
Pagina 958
De datum en tijd worden weergegeven. C. Invoerveld voor fax- of telefoonnummers Hier worden de ingevoerde nummers weergegeven. D. Functielijst (Function list) U kunt elke faxfunctie gebruiken en de faxinstellingen wijzigen. E. Nummer herhalen (Redial) Selecteer deze optie om faxen te versturen met behulp van nummerherhaling. Een fax opnieuw verzenden (nummerherhaling van bezette nummers) F.
Pagina 959
Rechter Functie (Function)-knop: Hiermee wordt een spatie ingevoerd. Middelste Functie (Function)knop: Hiermee wordt het laatst ingevoerde teken verwijderd. Linker Functie (Function)knop: U kunt de huidige afdrukinstellingen als aangepaste instelling registreren. Favoriete instellingen (aangepaste profielen) registreren 5. Druk op de knop Kleur (Color) als u het document in kleur wilt verzenden of op de knop Zwart (Black) als u het in zwart-wit wilt verzenden.
Pagina 960
Opmerking • Als de printer is aangesloten op een PBX-systeem (Private Branch Exchange), raadpleegt u de bedieningsinstructies van dat systeem voor meer informatie over het kiezen van het fax-/ telefoonnummer van de ontvanger. • Als de printer een fax niet kan verzenden, bijvoorbeeld omdat de lijn van de ontvanger bezet is, kan het nummer na een ingestelde tijd automatisch opnieuw worden gekozen.
Pagina 961
Een fax opnieuw verzenden (nummerherhaling van bezette nummers) Er zijn twee methoden voor het herhalen van een nummer: Automatische nummerherhaling en Handmatige nummerherhaling. • Automatische nummerherhaling Als u een document verzendt en de lijn bezet is, probeert de printer het na een ingesteld periode automatisch opnieuw.
Pagina 962
Opmerking • Als u de automatische nummerherhaling wilt annuleren, wacht u totdat de printer opnieuw begint met kiezen en drukt u op de knop Stoppen (Stop). • Als u automatische nummerherhaling wilt annuleren, kunt u de niet-verzonden fax uit het printergeheugen wissen terwijl de printer wacht op de volgende poging.
Pagina 963
Opmerking • Voor handmatige nummerherhaling onthoudt de printer maximaal 10 nummers van ontvangers waarvoor het fax-/telefoonnummer is ingevoerd. Let op: de printer onthoudt geen nummers die zijn gekozen met nummerherhaling of die in het telefoonboek zijn geselecteerd. • Druk op de knop Stoppen (Stop) om handmatige nummerherhaling te annuleren. Als u het verzenden wilt annuleren terwijl de fax wordt verzonden, drukt u op de knop Stoppen (Stop) en volgt u de aanwijzingen op het LCD-scherm.
Pagina 964
Verzendingsinstellingen voor faxen U kunt verzendinstellingen zoals het scancontrast of de scanresolutie wijzigen op het stand-byscherm voor faxen. Selecteer de gewenste instelling met de knoppen en wijzig de instelling met de knoppen • Scanres. (ScanRes.) U kunt de volgende instellingen voor de scanresolutie selecteren. Standaard (Standard) Geschikt voor documenten die alleen tekst bevatten.
Pagina 965
Faxen verzenden met behulp van handige functies Een fax verzenden na een telefoongesprek Een fax naar de geregistreerde ontvanger verzenden Hetzelfde document naar verschillende ontvangers verzenden (Sequentiële uitzending) Verkeerd verzonden faxen voorkomen De functie voor het kiezen van nummers met de telefoon op de haak gebruiken...
Pagina 966
Een fax verzenden na een telefoongesprek Als u met de ontvanger wilt spreken voordat u een fax verzendt of als de ontvanger geen faxapparaat heeft dat automatisch faxen kan ontvangen, kunt u een fax handmatig verzenden nadat u via de telefoon met de ontvanger hebt gesproken om na te gaan of de ontvanger faxen kan ontvangen.
Pagina 967
Wanneer u hoge tonen hoort in plaats van de stem van de ontvanger, kunt u niet controleren of de ontvanger faxen kan ontvangen. Als u de verzending van de fax wilt stoppen, legt u de hoorn weer op de haak. Als u de fax wilt verzenden, gaat u naar stap 8. 8.
Pagina 968
Een fax naar de geregistreerde ontvanger verzenden Als u het fax-/telefoonnummer en de naam van de ontvanger in het telefoonboek van de printer registreert, kunt u heel eenvoudig faxen verzenden. Belangrijk • Het is mogelijk dat faxen bij een onbeoogde ontvanger terechtkomen doordat het verkeerde fax-/ telefoonnummer is gekozen of het nummer onjuist is geregistreerd.
Pagina 969
Als u met de numerieke toetsen de eerste letter in- Als u met de numerieke toetsen het ID-nummer in- voert, worden de geregistreerde ontvangers op naam voert, worden de geregistreerde ontvangers op ID- gesorteerd. nummer gezocht. Selecteer een ontvanger en druk daarna op de knop Selecteer een ontvanger en druk daarna op de knop Er wordt een scherm weergegeven waarin u een be- Er wordt een scherm weergegeven waarin u een be-...
Pagina 970
• Als de printer een fax niet kan verzenden, bijvoorbeeld omdat de lijn van de ontvanger bezet is, kan het nummer na een ingestelde tijd automatisch opnieuw worden gekozen. Automatische nummerherhaling is standaard ingeschakeld. Automatische nummerherhaling Als u de automatische nummerherhaling wilt annuleren, wacht u totdat de printer opnieuw begint met kiezen en drukt u op de knop Stoppen (Stop).
Pagina 971
Hetzelfde document naar verschillende ontvangers verzenden (Sequentiële uitzending) Met deze printer kunt u hetzelfde document naar maximaal 101 ontvangers tegelijk verzenden. U kunt de ontvangers opgeven door de fax-/telefoonnummers in te voeren en de geregistreerde ontvangers te selecteren (het nummer van de specifieke ontvanger en groepskiezen). U kunt het volgende aantal ontvangers gezamenlijk opgeven.
Pagina 972
Geef de eerste ontvanger op met een van de volgende manieren. • Door een ontvanger op te geven die op de printer is geregistreerd: Druk op de linker Functie (Function)-knop en geef de ontvanger op. Een fax naar de geregistreerde ontvanger verzenden •...
Pagina 973
A. U kunt met de linker Functie (Function)-knop de ontvanger uit de lijst met geregistreerde ontvanger toevoegen. B. U kunt een ontvanger toevoegen door het fax-/telefoonnummer in te voeren nadat u op de middelste Functie (Function)-knop hebt gedrukt als u een eerste ontvanger hebt opgegeven uit de lijst met geregistreerde ontvangers.
Pagina 974
Belangrijk • Verzenden in kleur is alleen mogelijk wanneer het ontvangende faxapparaat faxen in kleur ondersteunt. Opmerking • Druk op de knop Stoppen (Stop) om het verzenden te annuleren. Als u het verzenden wilt annuleren terwijl de fax wordt verzonden, drukt u op de knop Stoppen (Stop) en volgt u de aanwijzingen op het LCD-scherm.
Pagina 975
Verkeerd verzonden faxen voorkomen Deze printer heeft twee functies voor het voorkomen van verzendfouten in faxen. • Faxen verzenden nadat u het nummer tweemaal hebt ingevoerd Bij deze functie moet u het fax-/telefoonnummer tweemaal invoeren om te voorkomen dat u het verkeerde nummer kiest met de printer.
Pagina 976
Voer nogmaals het fax-/telefoonnummer van de ontvanger in. Fax verzenden na controle van gegevens (gegevens van de ontvanger controleren) Stel RX-faxinfo controleren (Check RX FAX information) in op AAN (ON) aan de hand van de volgende procedure. Belangrijk • Deze functie is niet beschikbaar wanneer u faxen handmatig verzend. Een fax verzenden na een telefoongesprek Zorg dat de printer is ingeschakeld.
Pagina 977
De functie voor het kiezen van nummers met de telefoon op de haak gebruiken Ga als volgt te werk om faxen te verzenden met de functie voor het kiezen van nummers met de telefoon op de haak. Belangrijk • Het is mogelijk dat faxen bij een onbeoogde ontvanger terechtkomen doordat het verkeerde fax-/ telefoonnummer is gekozen of het nummer onjuist is geregistreerd.
Pagina 978
• Door een ontvanger op te geven die op de printer is geregistreerd: Selecteer de geregistreerde ontvanger door op de linker Functie (Function)-knop te drukken. Een fax naar de geregistreerde ontvanger verzenden • Door de fax- of telefoonnummers in te voeren: Kies het fax-/telefoonnummer van de ontvanger met de numerieke toetsen.
Pagina 979
Ontvangers registreren Ontvangers registreren met het bedieningspaneel van de printer Ontvangers registreren met het hulpprogramma Snelkiezen2 (Windows) Ontvangers registreren met het hulpprogramma Snelkiezen2 (Mac OS)
Pagina 980
Ontvangers registreren met het bedieningspaneel van de printer Als u ontvangers van tevoren in het telefoonboek van de printer registreert, kunt u heel eenvoudig fax-/ telefoonnummers kiezen. De volgende methoden voor registreren zijn beschikbaar: • Ontvanger registreren Als u het fax-/telefoonnummer en de naam van de ontvanger in het telefoonboek registreert, kunt u een fax verzenden door een geregistreerde ontvanger in het telefoonboek van de printer te selecteren.
Pagina 981
Het fax-/telefoonnummer van ontvangers registreren Voordat u het telefoonboek van de printer kunt gebruiken, moet u fax-/telefoonnummers van ontvangers registreren. Volg de onderstaande procedure om de fax-/telefoonnummers van de ontvangers te registreren. Zorg dat de printer is ingeschakeld. 2. Selecteer FAX op het HOME-scherm.
Pagina 982
• Als u op de rechter Functie (Function)-knop drukt, wordt het eerstvolgende niet-geregistreerde ID-nummer geselecteerd. 7. Selecteer Ontvanger (Recipient) en druk daarna op de knop OK. 8. Selecteer registratiemethode en druk daarna op de knop OK. 9. Registreer het fax-/telefoonnummer van de ontvanger. Registreer het fax-/telefoonnummer van de ontvanger op basis van de registratiemethode die u hebt geselecteerd.
Pagina 983
Als u een fax-/telefoonnummer of naam selecteert en op de knop OK drukt, wordt het registratiescherm voor het fax-/telefoonnummer en de naam van de ontvanger weergegeven. Ga naar de volgende stap. Opmerking • Deze registratiemethode is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van het land of de regio van aankoop.
Pagina 984
Opmerking • U kunt voor het fax-/telefoonnummer maximaal 60 tekens (40 tekens in de VS, Canada, Korea en sommige regio´s van Latijns-Amerika) inclusief spaties invoeren. Cijfers, letters en symbolen invoeren • Als Type telefoonlijn (Telephone line type) in Gebruikersinstellingen FAX (FAX user settings) onder Faxinstellingen (FAX settings) is ingesteld op Pulskiezen (Rotary pulse), kunt u een toon (T) invoeren door te drukken op de toets Toon.
Pagina 985
Ontvangers registreren bij Groepskiezen Als u twee of meer geregistreerde ontvangers registreert als groepskiesnummer, kunt u hetzelfde document verzenden aan alle ontvangers die voor het groepskiesnummer zijn geregistreerd. Zorg dat de printer is ingeschakeld. 2. Selecteer FAX op het HOME-scherm. Het bedieningspaneel gebruiken Het stand-byscherm voor faxen wordt weergegeven.
Pagina 986
• Als u op de rechter Functie (Function)-knop drukt, wordt het eerstvolgende niet-geregistreerde ID-nummer geselecteerd. 7. Selecteer Groepskeuze (Group dial) en druk daarna op de knop OK. Het scherm voor het registreren van de groepsnaam en het groepslid wordt weergegeven. 8.
Pagina 987
Als u met de numerieke toetsen de eerste letter in- Als u met de numerieke toetsen het ID-nummer in- voert, worden de geregistreerde ontvangers op voert, worden de geregistreerde ontvangers op ID- naam gesorteerd. nummer gezocht. Selecteer een lid en druk daarna op de knop OK. Selecteer een lid en druk daarna op de knop OK.
Pagina 988
Herhaal de procedure om nog een lid aan hetzelfde groepskiesnummer toe te voegen. 10. Druk op de knop OK om de registratie te voltooien. Opmerking • Als u nog een groep wilt registreren, selecteert u een niet-geregistreerd ID-nummer. De procedure is vervolgens hetzelfde.
Pagina 989
Geregistreerde gegevens wijzigen Ga als volgt te werk om de geregistreerde gegevens voor ontvangers en groepskiesnummers te wijzigen. Zorg dat de printer is ingeschakeld. 2. Selecteer FAX op het HOME-scherm. Het bedieningspaneel gebruiken Het stand-byscherm voor faxen wordt weergegeven. 3. Selecteer Functielijst (Function list) en druk daarna op de knop OK. Het scherm Functielijst (Function list) wordt weergegeven.
Pagina 990
Geregistreerde gegevens verwijderen Ga als volgt te werk om de geregistreerde gegevens voor ontvangers en groepskiesnummers te verwijderen. Zorg dat de printer is ingeschakeld. 2. Selecteer FAX op het HOME-scherm. Het bedieningspaneel gebruiken Het stand-byscherm voor faxen wordt weergegeven. 3. Selecteer Functielijst (Function list) en druk daarna op de knop OK. Het scherm Functielijst (Function list) wordt weergegeven.
Pagina 991
Een lijst met geregistreerde nummers afdrukken U kunt een lijst met fax-/telefoonnummers afdrukken en deze lijst bij de printer bewaren als hulpmiddel bij het kiezen. Zorg dat de printer is ingeschakeld. Plaats papier. 3. Selecteer FAX op het HOME-scherm. Het bedieningspaneel gebruiken Het stand-byscherm voor faxen wordt weergegeven.
Pagina 992
Ontvangers registreren met het hulpprogramma Snelkiezen2 (Windows) Informatie over het hulpprogramma Snelkiezen2 Met het hulpprogramma Snelkiezen2 kunt u het telefoonboek dat op de printer is geregistreerd, doorsturen naar een computer en op de computer registreren/wijzigen. Daarnaast kunt u het telefoonboek dat op de computer is bewerkt, op de printer registreren.
Pagina 993
1. Zorg dat de printer is ingeschakeld. 2. Start het hulpprogramma Snelkiezen2. • Klik in Windows 10 op de Start-knop en selecteer alle apps (All apps), Canon Utilities en vervolgens hulpprogramma Snelkiezen2. • In Windows 8.1 of Windows 8 selecteert u Hulpprogramma Snelkiezen2 (Speed Dial Utility2) op het Startscherm om het hulpprogramma Snelkiezen2 te starten.
Pagina 994
Dialoogvenster Hulpprogramma Snelkiezen2 Het dialoogvenster Hulpprogramma Snelkiezen2 (Speed Dial Utility2) bevat de volgende items. 1. Printernaam: (Printer Name:) Hier selecteert u de printer waarvoor u het telefoonboek wilt bewerken met het hulpprogramma Snelkiezen2. Achter de printernaam wordt het MAC-adres van de printer weergegeven. Opmerking •...
Pagina 995
4. Lijst met geregistreerde gegevens Hier worden de geregistreerde gegevens weergegeven die zijn geselecteerd bij Lijst met instellingsitems: (Setting Item List:). Opmerking • U kunt de weergavevolgorde sorteren door op de itemnaam te klikken. 5. Bewerken... (Edit...)/Alles selecteren (Select All)/Verwijderen (Delete) Hiermee bewerkt u het item dat is geselecteerd onder Lijst met instellingsitems: (Setting Item List:), verwijdert u het item of selecteert u alle items.
Pagina 996
Het op de printer geregistreerde telefoonboek opslaan op de computer Volg de onderstaande procedure als u het telefoonboek (dat de naam en het fax-/telefoonnummer van de ontvangers, groepskiesnummers, de naam en het fax-/telefoonnummer van de gebruiker en geweigerde nummers bevat) dat op de printer is geregistreerd, wilt opslaan op de computer. Start het hulpprogramma Snelkiezen2.
Pagina 997
Fax-/telefoonnummers registreren met het hulpprogramma Snelkiezen2 Volg de onderstaande procedure als u fax-/telefoonnummers wilt registreren. Opmerking Voordat u fax-/telefoonnummers registreert met het hulpprogramma Snelkiezen2, moet u controleren of er geen faxbewerkingen worden uitgevoerd. Start het hulpprogramma Snelkiezen2. 2. Selecteer een printer in de keuzelijst Printernaam: (Printer Name:) en klik op Afdrukinstellingen weergeven (Display Printer Settings).
Pagina 998
1. Geef de groepsnaam op. 2. Selecteer het nummer dat u aan de groepskeuze wilt toevoegen en klik op Toevoegen >> (Add >>). Opmerking • U kunt alleen nummers toevoegen die al zijn geregistreerd. 6. Klik op OK. Herhaal stap 4 tot en met 6 als u nog meer fax-/telefoonnummers of groepskiesnummers wilt registreren. •...
Pagina 999
Fax-/telefoonnummers wijzigen met het hulpprogramma Snelkiezen2 Volg de onderstaande procedure als u fax-/telefoonnummers wilt wijzigen. Opmerking • Voordat u fax-/telefoonnummers wijzigt met het hulpprogramma Snelkiezen2, moet u controleren of er geen faxbewerkingen worden uitgevoerd. Start het hulpprogramma Snelkiezen2. 2. Selecteer een printer in de keuzelijst Printernaam: (Printer Name:) en klik op Afdrukinstellingen weergeven (Display Printer Settings).
Pagina 1000
1. Geef een nieuwe groepsnaam op. 2. Voeg een nummer toe aan de groepskeuze of verwijder een nummer. Een nummer toevoegen: Selecteer het nummer dat u aan de groepskeuze wilt toevoegen en klik op Toevoegen >> (Add >>). Een nummer verwijderen: Selecteer het nummer dat u uit de groepskeuze wilt verwijderen en klik op <<...
Pagina 1001
Fax-/telefoonnummers verwijderen met het hulpprogramma Snelkiezen2 Volg de onderstaande procedure als u fax-/telefoonnummers wilt verwijderen. Opmerking • Voordat u fax-/telefoonnummers verwijdert met het hulpprogramma Snelkiezen2, moet u controleren of er geen faxbewerkingen worden uitgevoerd. Start het hulpprogramma Snelkiezen2. 2. Selecteer een printer in de keuzelijst Printernaam: (Printer Name:) en klik op Afdrukinstellingen weergeven (Display Printer Settings).