5.5.2
Trekdissel aankoppelen
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
5.5.2.1
Trekhaak (Hitchhaak) en trekoog (Hitchring)
VS 2403 Stand 03.08
Er ontstaan grote risico´s voor beklemming, intrekken,
meegepakt worden, omgestoten worden, als de machine
onverwacht los raakt van de trekker!
•
Controleer, of de verbindingsinrichting op uw trekker is
toegelaten om de trekinrichting van de machine op aan te
sluiten.
Lees zonder meer het hoofdstuk "Voorwaarden voor het gebruik
van trekkers met aanhangers met starre dissels", pagina 113.
•
Koppel de machine volgens voorschrift op de trekker aan en
borg de verbinding.
•
Nooit beschadigde of verbogen aankoppelsystemen gebruiken.
Verwondingrisico's of het risico omgestoten te worden, ontstaan
als tijdens het naar de machine rijden van de trekker, personen
tussen de trekker en de machine staan!
Verwijder personen uit het gevarenbereik tussen de trekker en de
machine, voordat u naar de machine rijdt.
Aanwezige helpers mogen slechts naast de trekker en de werktuigen
aanwijzingen geven en pas bij stilstand van beide tussen de trekker
en de machine treden.
1. Beveilig de machine tegen wegrollen.
2. Verwijder personen uit het gevarenbereik tussen de trekker en
de machine, voordat u naar de machine rijdt.
3. Laat de trekhaak zakken.
4. Rijdt zo dicht naar de machine, tot de trekhaak het trekoog kan
opnemen.
5. Hef de trekhaak, om het trekoog te vangen.
→
Het trekoog is na het automatische inhaken tussen de trekhaak
en de sluiting (Neerhouder) gefixeerd.
6. Beveilig de trekker tegen ongecontroleerd starten en tegen
ongecontroleerd wegrollen.
7. Controleer, of de trekhaak juist is vergrendeld.
8. Sluit de verzorgingsleidingen aan.
9. Geef de parkeerrem vrij.
10. Breng de steunpoot in de transportstand.
Opbouw en functie
83