Opbouw en functie
5.8.5.1
Geremde assen
(1) Membraanremcilinder
(2) Verstelstang voor de remnokkenas
(3) Remnokkenas
(4) Verbindingsstang voor parkeerrem
(5) Controleaansluiting voor manometer
5.8.5.2
Rem- en voorraadleiding aankoppelen
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
106
Fig. 60
Verwondingrisico: beklemd raken, meegetrokken worden,
snijden, in de machine getrokken of omgestoten worden. Dit
gevaar ontstaat als de bedrijfsreminrichting niet juist
functioneert!
•
Let er bij het aankoppelen van de voorraad- en remleiding op,
dat:
ο
de afdichtingen van de koppelingskoppen schoon zijn,
ο
de afdichtringen van de koppelingskoppen goed afdichten.
•
Beschadigde afdichtringen onmiddellijk vervangen.
•
Tap het vocht uit de luchtvoorraadtank dagelijks voor de eerste
rit af.
•
Begin met een aangekoppelde machine pas te rijden, als de
manometer van de luchtdrukreminrichting op de trekker 5,0 bar
aanduidt.
•
Controleer het verloop van de gekoppelde remleidingen! De
remleidingen mogen niet aanschuren.
Verwondingrisico: beklemd raken, meegetrokken worden,
snijden, in de machine getrokken of omgestoten worden. Dit
gevaar ontstaat als de machine niet op de rem staat en verrolt!
Koppel altijd eerst de koppelingskop van de remleiding (geel) aan en
daarna de koppelingskop van de voorraadleiding (rood).
De bedrijfs-reminrichting van de machine gaat direct uit de remstand,
als de rode koppelingskop is gekoppeld.
VS 2403 Stand 03.08