Opbouw en functie
10. Eén persoon bedient nu de hefboom (Fig.
56/7) van de hydraulische-handpomp (Fig.
56/5) of (5).
→
Uit de openingen aan de plunjerzijde van de
hydraulische cilinders (10 - 13) komt
hydraulische olie naar buiten.
11. De tweede persoon draait de afsluitstoppen
aan de plunjerzijde er weer in (10 en 13),
zodra de hydraulische olie zonder blaasjes
uit de openingen komt.
12. Sluit de kogelblokkeerkranen (1 en 2).
13. Controleer, of de gevercilinders (10 en 11)
en de stuurcilinders (12 en 13) gelijkmatig
ver zijn uitgeschoven.
Als de gever- en/of de stuurcilinders
ongelijkmatig zijn uitgeschoven, moet de
gedwongen besturing opnieuw worden
uitgericht. Zie hoofdstuk "Uitrichten van de
gedwongen besturing", pagina 102.
14. Monteer de dragerplaat (Fig. 58/1) met de
gevercilinders.
15. Bevestig de bescherming voor de
gedwongen besturing (Fig. 55/6).
5.8.5
Tweeleiding-luchtdruk-reminrichting
104
Fig. 58
De machine is uitgerust met een reminrichting bestaande uit:
•
een geremde as met een twee-leiding- luchtdrukreminrichting
(Bedrijfsrem) en een parkeerrem voor een maximale snelheid
van 40 km/h,
•
een automatisch-lastafhankelijke-remkrachtregelaar (ALB-
regelaar) (Remkrachtberekening volgens EG-richtlijn 98/12/EG).
De ALB-regelaar regelt automatisch de benodigde remkracht
afhankelijk van de beladingtoestand van de aangekoppelde
machine.
De reminstallatie werkt op alle 4 wielen.
•
Houdt u aan de nationaal geldende wettelijke bepalingen en
verkeersregels.
•
Houdt er rekening mee, dat de geremde as gedurende de eerste
bedrijfsuren inloopt – de remvoeringen passen zich aan de
remtrommels aan. De volle remcapaciteit wordt pas bereikt na
deze inloopfase.
•
Test het functioneren van de reminrichting, voordat
transportritten worden uitgevoerd.
Het aanhouden van de onderhoudsintervallen is van groot belang
voor het juist functioneren van de tweeleiding-luchtdruk-reminrichting.
VS 2403 Stand 03.08