WEERGAVE
I Knippen van alles voor of na een specifiek
beeld
1.
Druk op [SET] terwijl
de film die u wilt
monteren weergegeven
wordt.
• Hierdoor wordt de
weergave van een film
gepauzeerd.
2.
Druk op [ ].
• U kunt hetzelfde beeld ook weergeven terwijl de
weergavefunctie (PLAY) ingeschakeld is door op
[MENU] te drukken, de "PLAY" (weergave) tab te
selecteren, "Movie Editing" (filmmontage) te
selecteren en vervolgens op [ ] te drukken.
3.
Selecteer de bewerking die u wilt uitvoeren
m.b.v. [ ] en [ ].
Om dit te doen:
Alles voor een gespecificeerd
beeld knippen
Alles na een gespecificeerd
beeld knippen
Knipfunctie verlaten
Doe dit:
Cut (knippen)
Cut (knippen)
Cancel (annuleren)
135
4.
Toon het beeld waar de film moet worden
geknipt.
Om dit te doen:
Versnelde voorwaartse of
achterwaartse weergave
Filmweergave pauzeren en
voortzetten
Gepauzeerde weergave per
beeld doorbladeren
Annuleren van de
knipbewerking
• Het rode gedeelte van de
indicatorstaafindicator
geeft aan welk gedeelte
wordt geknipt.
Doe dit:
Druk op [ ] of [ ] drukken.
Druk op [SET].
Druk op [ ] of [ ] drukken.
Druk op [MENU].