ONDERHOUDSPROCEDURES
Trek de lamp eruit.
Installeer de verwijderde onderde-
len opnieuw correct in de omge-
keerde volgorde dan waarin u ze
heeft verwijderd.
Controleer de werking van de kop-
lampen.
Koplamp richten
Draai aan de regelschroef om de
straalhoogte naar wens in te stel-
len.
OPMERKING: Stel de koplampen
gelijk af.
1. Afstelschroef
Lampen van de achterlichten
vervangen
De achterlichten zijn gemaakt met
LED's (light emitting diode), een
beproefde en betrouwbare techno-
logie. Als ze om een of andere re-
den toch niet zouden werken, laat
ze dan nakijken of vervangen door
een erkende Can-Am dealer, repa-
ratieplaats of persoon van uw keu-
ze.
Vervangen
richtingaanwijzerlamp vooraan
1.
Verwijder de lampfitting van
de onderzijde van het spat-
bord.
134
DRAAI DE RICHTINGAANWIJZERFITTING
1. Borgschroeven
2.
Vervang de lamp.
3.
Monteer de fitting.
Vervangen
richtingsaanwijzerlamp achter
1.
Verwijder de borgschroef van
de lens van de richtingaanwij-
zer van de onderzijde van het
spatbord.
1. Borgschroef lens
2.
Verwijder de lampfitting.
3.
Vervang de lamp.
4.
Breng de fitting en andere
verwijderde onderdelen weer
aan in omgekeerde volgorde.
Lamp van het standlicht vooraan
vervangen
OPMERKING: De standlichten
vooraan kunnen niet worden gede-
monteerd. Zij moeten als geheel
worden vervangen.
1.
Koppel de elektriciteitsconnec-
tor los.