Menu 52 – Programmeren Zones
8 = Puls Aan
De zonefunctie Puls Aan beëindigt de uitgangstijd en schakelt het systeem direct in. Als een zone met de functie Puls
Aan tijdens de uitgangstijd wordt geactiveerd stopt de E/E signalering direct. Het systeem schakelt na 4 seconden in.
Deze periode dient om de zones in rust te laten komen. De zone blijft daarna non-actief tot de volgende
inschakelprocedure.
Het openen van een zone met de functie Puls Aan tijdens de uitgangstijd wordt door de GalaXy centrale niet op het
bediendeel display gerapporteerd als een geopende zone.
Blokken : Druk op de [*]-toets bij het programmeren van het Blok Attribuut om de zone met de functie Puls Aan aan
meer blokken toe te kennen. De uitgangstijd van alle toegekende blokken zal eindigen bij het sluiten van de zone.
NOOT : De Puls Aan zone mag van 1kΩ naar 2kΩ gaan of van 2kΩ naar 1kΩ, zie hiervoor ook de
installatiehandleiding voor meer details. De eerste activatie leert de normaal status aan het systeem.
9 = Sleutel
Een zone met de functie Sleutel wordt gebruikt om het GalaXy systeem of toegekende blokken in- en uit te schakelen.
Als een dergelijke zone geactiveerd wordt als het systeem in de dagstand staat, wordt de inschakelprocedure gestart, de
uitgangstijd begint. Staat het systeem ingeschakeld, dan schakelt het systeem direct uit na activatie van de zone, zonder
ingangstijd.
Deelbeveiliging : Het Deelbeveiligd attribuut van een zone met de functie Sleutel staat van de fabriek uit
uitgeschakeld. De sleutelschakelaar schakelt het systeem of de toegekende blokken volledig in. Als het Deelbeveiligd
attribuut is ingeschakeld dan schakelt het systeem of de toegekende blokken deelbeveiligd in.
Direct Inschakelen : Druk op de [#]-toets bij het programmeren van de functie Sleutel, zal bij activatie van de zone bij
een uitgeschakeld systeem de centrale direct (zonder uitgangstijd) inschakelen.
Geforceerd Inschakelen : Als de Overbrug Attribuut van een zone met de functie Sleutel is ingeschakeld, zullen bij
het inschakelen met de Sleutel openstaande overbrugbare zones worden overbrugd. Met andere woorden : het systeem
wordt geforceerd ingeschakeld.
Blokken : Druk op de [*]-toets bij het programmeren van het Blok Attribuut om de zone met de functie Sleutel aan
meer blokken toe te kennen. De zone heeft effect op alle toegekende blokken.
Nivo Sleutel : Het nivo van de sleutelschakelaar staat standaard op 4. Dit wil zeggen dat het gebruik van de
sleutelschakelaar hetzelfde effect heeft als het gebruik van een code op nivo 4. Het nivo van de sleutelschakelaar
wordt ingesteld in menu 51.14 Sleutel Reset Nivo.
Autoset : Als tijdens het automatisch inschakelen een zone met de functie Sleutel twee maal achter elkaar
bediend wordt gedurende de uitgangstijd (in- en uitschakelen), wordt de autoset procedure gestopt.
Bediening (inschakelen) tijdens het vooralarm van een autoset procedure zal het systeem geforceerd laten inschakelen.
Als de zone dan opnieuw wordt bediend (uitschakelen) voordat het paneel is ingeschakeld, zal het vooralarm binnen
10 seconden voortzetten.
Maak / Verbreek Schakelaar : Druk op de [*]-toets bij het programmeren van de functie Sleutel om een
maak/verbreek sleutelschakelaar te definiëren.
Een weerstandsovergang van 1kΩ naar 2kΩ bij een uitgeschakeld systeem start de inschakelprocedure, met een
ingeschakeld systeem gebeurt niets. Een weerstandsovergang van 2kΩ naar 1kΩ bij een ingeschakeld systeem laat
het systeem uitschakelen, met een uitgeschakeld systeem gebeurt niets.
Puls Schakelaar : Standaard is een puls schakelaar te gebruiken op een zone met de functie Sleutel. Druk
op de [*]-toets bij het programmeren van de functie Sleutel om een maak/verbreek sleutelschakelaar te definiëren.
Een weerstandsovergang van 1kΩ naar 2kΩ laat het systeem in- of uitschakelen. Bij de overgang van 2kΩ naar 1kΩ
gebeurt niets.
NOOT : Geactiveerde zones worden niet op het bediendeel display weergegeven als het systeem na een alarm met
de sleutelschakelaar wordt gereset.
GalaXy Grade 3 Programmeer Handleiding
72