Menu 51 – Parameters
51.55 = Bevestiging
Met deze parameter kan worden ingesteld hoe de centrale moet omgaan met een Bevestig alarm. Het bepaalt de
werking van de Bevestig uitgangen en de doormelding van het Bevestig Alarm. Er zijn drie mogelijke opties :
1. Werking, Doormelding naar meldkamer
1.1 = Voor Inloop – Bevestig Alarmen kunnen alleen worden getriggerd voor de start van de ingangstijd.
1.2 = Behalve Inloop – Bevestig Alarmen kunnen op elk moment worden getriggerd, behalve gedurende
de ingangstijd.
1.3 = Altijd Toegang – Bevestig Alarmen kunnen op elk moment worden getriggerd.
2. Inloop Timeout, Uitgangszones kunnen bevestiging alarm veroorzaken
2.0 = Uitschakelen Uitgangen – Vertraagde zones kunnen alleen onbevestigde inbraak alarmen veroorzaken.
Zij maken geen deel uit van de twee activaties welke nodig zijn voor een Bevestig Alarm.
2.1 = Inschakelen Uitgangen – Na verloop van de ingangstijd, zal de activatie van een vertraagde zone
hetzelfde effect hebben als een Inbraak zone.
3. Reduceer Nivo, Gebruiker met lager nivo kan alarm resetten
3.0 = Uit – Een volledige reset is nodig om een inbraakalarm te resetten.
3.1 = Inschakelen Onbevestigd – Het systeem kan worden gereset door een gebruiker, als het alarm niet
bevestigd is. Als het alarm is aangeduid als Bevestigd, is een volledige reset noodzakelijk.
51.56 = Geforceerd Herstel
Deze parameter bepaalt wanneer inbraak herstel meldingen na een geforceerde inschakeling worden verstuurd naar de
meldkamer. Er zijn twee instellingen mogelijk :
1. Uitschakelen Onbevestigd, Inbraak Herstel meldingen worden verstuurd aan het eind van de bevestig tijd als
het alarm niet is bevestigd.
2. Systeem Reset, Inbraak Herstel meldingen worden verstuurd als het systeem volledig wordt gereset.
51.57 = Sirene Verlenging
Indien de GalaXy centrale door het open blijven staan van een zone niet kan inschakelen, kan de Sirenetijd worden
verlengd. De Sirene Verlenging kan worden ingesteld van 0 – 30 minuten en is standaard ingesteld op 0 minuten.
51.58 = Spanning Alarm
Geef met deze instelling aan of de GalaXy centrale in vol alarm moet gaan als een 230vac uitval of accustoring plaats
vindt. Er zijn twee instellingen mogelijk :
1. Uitgeschakeld, Indien een 230vac of accustoring plaats vind, zal de centrale dit alleen tonen als het systeem is
uitgeschakeld. De centrale gaat niet volledig in alarm (Standaard Instelling)
2. Ingeschakeld, Indien het systeem is ingeschakeld, zal bij een 230vac of accustoring het systeem vol in alarm gaan
(Sirene, Flitser, Luidspreker, E/E-signalering.
51.59 = Deel Toon
Bepaal met deze parameter of de bediendeel buzzers anders moeten klinken indien het systeem deelbeveiligd wordt
ingeschakeld. Er zijn twee instellingen mogelijk :
1. Uitgeschakeld, bij deelbeveiligd inschakelen zal de E/E-signalering (bediendeel buzzers) continu piepen, totdat
75% van de uitlooptijd verstreken is.
2. Ingeschakeld, indien de parameter Deel Toon is ingeschakeld, zal de E/E-signalering (bediendeel buzzers)
onderbroken piepen (2 seconden aan / 0.1 seconde uit), totdat 75% van de uitlooptijd verstreken is.
GalaXy Grade 3 Programmeer Handleiding
62