7.8 Externe storingsmelding
De pomp bevat een signaaluitgang voor een potenti-
aalvrij signaal via klemmen 7 en 8.
Functies van signaaluitgang
Signaal
Beschrijving
uitgang
7
De voedingsspanning is uitgescha-
keld.
8
7
De pomp draait.
8
7
De pomp is uitgeschakeld.
8
De pomp is uitgeschakeld vanwege
7
een storing. Poging tot herstarten.
Het kan noodzakelijk zijn de pomp
8
handmatig te herstarten door de
storingsmelding te resetten.
De pomp was in bedrijf, maar werd
gestopt door een storing.
7
N.B.: Als er geen signaal is van de
drukverschil- of temperatuursensor,
8
zal de pomp blijven draaien op
basis van de max. curve.
7
De pomp heeft een stopcommando
gekregen als gevolg van een sto-
8
ring.
De storingssignaal uitgang is geactiveerd wanneer
de pomp een fout registreert. Het storingsignaalre-
lais wordt samen met het rode signaallampje op de
pomp geactiveerd.
Resetten van storingsmeldingen
Een storingsmelding kan op één van de volgende
wijzen gereset worden:
•
Druk kortstondig op
Dit heeft geen invloed op de pompinstellingen.
•
Schakel de voedingsspanning naar de pomp uit.
•
Met de R100. Zie paragraaf 8.3 R100.
Een storingsmelding kan niet worden gereset totdat
de oorzaak van de storing is verdwenen.
178
of
op de pomp.
7.9 Externe analoge 0-10 V regelaar
De pomp heeft een ingang voor een externe 0-10
VDC analoge signaaloverbrenger (klemmen 5 en 6).
Via deze ingang kan de pomp door een externe
regelaar bestuurd worden, als de pomp is ingesteld
op deze regelmodus:
•
Constante curve.
Het externe analoge signaal regelt de pompcurve
binnen het bereik van de min. curve tot de con-
stante curve geselecteerd op basis van de karak-
teristiek in afb. 13.
Bij een ingangsspanning lager dan 0,5 V, zal de
pomp draaien op basis van de min. curve.
Het setpoint kan niet worden gewijzigd.
De gewenste waarde kan alleen worden gewijzigd
als de ingangsspanning hoger is dan 0,5 V.
1
H
m
Min. curve
0
1
2
3
4
5
Afb. 13 Constante curve
Pos.
Beschrijving
Maximale opvoerhoogte/constante
1
curve
Ingestelde opvoerhoogte/ constante
2
curve
De min.curve ingang, klemmen 3 en 4,
N.B.
moeten worden kortgesloten.
2
6
7
8
9
10
U
V