5.9
Beveiligingen en bewakingen
5.9.1
Setpointbewaking aanvoertemperatuur
De aanvoertemperatuur wordt bewaakt met gebruikmaking van een instelbare tijd en
een instelbare temperatuurafwijking.
Deze functie is alleen actief als er een aanvoertemperatuurvoeler aanwezig is.
Indien de aanvoertemperatuur niet binnen de ingestelde tijd hoger is dan de
gewenste aanvoertemperatuur minus de ingestelde temperatuurafwijking, volgt een
storingsmelding. De regeling blijft gewoon functioneren.
Indien de aanvoertemperatuur hoger wordt dan de gewenste aanvoertemperatuur
minus de ingestelde temperatuurafwijking, wordt de storing opgeheven.
MENU INSTELLINGEN
Diff aanvoertemp
storing
Tijd aanvoertemp
storing
5.9.2
Vorstbewaking ruimtetemperatuur
De ruimtetemperatuur wordt bewaakt om mogelijk bevriezen van bv. leidingen in de
installatie te voorkomen.
Deze functie is mogelijk alleen actief als tijdens de configuratie een ruimtetempera-
tuurvoeler of een OpenTherm kamerthermostaat is gekozen. In geval van een
OpenTherm kamerthermostaat moet de ruimtetemperatuur door de kamerthermo-
staat beschikbaar gesteld worden voor deze functie.
Er is sprake van vorstgevaar als de ruimtetemperatuur beneden 3 °C komt. De
regeling zorgt voor warmtevraag en schakelt de pomp in. Komt de ruimtetemperatuur
boven 5 °C dan vervalt het vorstgevaar.
5.9.3
Vorstbewaking aanvoertemperatuur
De aanvoertemperatuur wordt bewaakt om bevriezen van bv. leidingen in de instal-
latie te voorkomen.
Er is sprake van vorstgevaar als de aanvoertemperatuur beneden 5 °C komt. De
gewenste aanvoertemperatuur wordt minimaal gelijk aan de ingestelde minimumaan-
voertemperatuur vorstgevaar. Hierdoor wordt de pomp ingeschakeld. Wanneer de
aanvoertemperatuur vervolgens hoger wordt dan de ingestelde waarde minus 5 K,
vervalt het vorstgevaar.
MENU INSTELLINGEN
Min aanvoertemp
vorstgevaar 20°C
80
De toegestane (negatieve) afwijking van de gewenste
aanvoertemperatuur.
10K
De aanvoertemperatuur moet de gewenste waarde,
rekening houdend met de toegestane afwijking, binnen
60min
de ingestelde tijd bereiken.
De gewenste aanvoertemperatuur wordt, bij vorstge-
vaar, minimaal gelijk aan de ingestelde waarde.
Beveiligingen en bewakingen
Installatiehandleiding