Installatie en montage Algemeen
2.1.4.3
Bevestigen van de regelaar
Fig. 2.2
De regelaar wordt bevestigd met drie schroeven (zie fig. 2.2). De bovenste schroef is
voor het ophangen van de regelaar en kan na het ophangen niet meer worden
aangedraaid. De twee onderste schroeven zorgen voor de fixatie.
Voor het positioneren van de gaten kan gebruik worden gemaakt van de kartonnen
boormal, die op de inlegkaart van de doos is afgedrukt. De maat van de boor op de
boormal komt overeen met die van de meegeleverde pluggen voor bevestiging op
een stenen muur. Voor bevestiging op ondergronden van niet-steenachtige materi-
alen zijn over het algemeen andere bevestigingsmaterialen en -technieken vereist.
Schakel bij montage in een schakelkast eerst de netspanning uit.
Handel als volgt:
1. Bepaal de exacte plaats van de regelaar en druk de boormal tegen de wand.
2. Boor de drie gaten op de plaatsen zoals aangegeven op de boormal.
3. Bevestig de bovenste schroef zodanig dat de regelaar zo spelingsvrij mogelijk kan
worden opgehangen.
Modulerende Cascaderegelaar Rematic MC
Bevestigen van de regelaar
CTR-NR
6314
A B S
7 8
9 10 11 12 13 14 15 16 17 18
19