7.3.1
Inwendige conservering bij een langdurige buitenbedrijfstelling
Al naar gelang de soort smering of asafdichting kunnen de volgende inwendige conserveringen worden
uitgevoerd:
7.3.1.1 Inwendige conservering met tandwielolie
Transmissie met spatsmering en aanrakende asafdichtingen kunnen met de gevulde soorten olie tot
net onder de ontluchtingsschroef worden gevuld.
7.3.1.2 Inwendige conservering met conserveringsmiddel
Transmissie met oliedruksmering, oliecirculatiekoeling of aanrakingsvrije asafdichtingen moeten met
conserveringsmiddel voor een langdurig opslaan onbelast in bedrijf worden gezet.
Duur van de
houdbaarheid
tot 6 maanden
tot 24 maanden
Bij opslagtijden van meer dan 24 maanden moet de transmissie opnieuw worden geconserveerd.
Bij opslagtijden van meer dan 36 maanden is vooraf overleg met FLENDER noodzakelijk.
Tabel 7.3: Conserveringsmaatregelen bij gebruik van minerale olie of synthetische olie op PAO-basis
Duur van de
houdbaarheid
tot 6 maanden
tot 36 maanden
Bij opslagtijden van meer dan 36 maanden is vooraf overleg met FLENDER noodzakelijk.
Tabel 7.4: Conserveringsmaatregelen bij gebruik van synthetische olie op PG-basis
1) geschikt voor de tropen, bestand tegen zeewater, omgevingstemperatuur max. 50 _C
7.3.1.3 Uitvoering van de inwendige conservering
S De transmissie buiten bedrijf stellen en zoals in hoofdstuk 10, "Onderhoud en instandhouding",
beschreven de olie aftappen
S Conserveringsmiddel overeenkomstig tabel 7.3 of 7.4 tot aan de bovenste streep van de oliepeilstok
of van het oliekijkglas via de ontluchtingsboring dan wel via de inspectie- of montagedekselopening
vullen
S Ontluchtingsboring dan wel inspectie- of montagedekselopening weer sluiten
S Transmissie even in de vrijloop in gebruik nemen
S Olieaftapplug eruit draaien en conserveringsmiddel in een geschikt vat aftappen en volgens de
voorschriften afvoeren.
S Olieaftapplug weer erin schroeven.
Let op!
Conserveringsmiddel
Castrol Alpha SP 220 S
Conserveringsmiddel
Speciale roestwerende olie
TRIBOL 1390
Door de uitlopende hete conserveringsmiddelen bestaat er gevaar voor
brandwonden. Veiligheidshandschoenen dragen!
Voor het weer in gebruik nemen van de transmissie moet de sluitschroef door
de ontluchtingsschroef of het luchtfilter worden vervangen.
Hiervoor moet ook punt 7.1.1 in acht worden genomen.
BA 5010 NL 06.03
Geen
Transmissie sluiten, ontluchtingsschroef
of luchtfilter door schroefdoppen (geel)
vervangen (bij de inbedrijfstelling moeten
deze weer worden vervangen)
Geen
Transmissie sluiten, ontluchtingsschroef
1)
of luchtfilter door schroefdoppen (geel)
vervangen (bij de inbedrijfstelling moeten
deze weer worden vervangen)
61 / 75
Bijzondere maatregelen
Bijzondere maatregelen