42
Sleutels, portieren en ruiten
16. Til de spanboog (2) van de softtop
aan beide zijden op. Zet het
deksel van de softtop langzaam
ongeveer halfhoog open en laat
het dicht schuiven.
17. Laat de spanboog (2) van de soft‐
top zakken.
Let op
In deze stand kunt u naar de werk‐
plaats rijden om de softtop te laten
nakijken. De softtop is niet geheel
waterdicht en achteraan niet
vergrendeld.
Ga als volgt te werk om de softtop
geheel te vergrendelen.
18. Druk elke zijde van de spanboog
stevig omlaag. Trek het bandje
met een schroevendraaier dwars
in de lus tegelijkertijd langzaam
en ononderbroken naar voren.
Steun hierbij zo mogelijk met de
andere hand op het portierframe.
Doe dit aan beide zijden om de
softtop achteraan te vergrende‐
len.
Na de laatste stap kan het kofferdek‐
sel weer worden geopend. Laat de
bandjes door uw werkplaats verwij‐
deren.
De softtop mag niet met bevestigde
bandjes worden geopend.
Windgeleider
Er bevinden zich twee windgeleiders
in een zak achter de rugleuningen
van de achterbank. Klap de rugleu‐
ningen achter neer 3 74, open de
klittenbandsluitingen en haal de zak
uit de uitsparing.
● De kleine windgeleider past
tussen de hoofdsteunen achter.
● De grote windgeleider past
tussen de voorstoelen.
Geen voorwerpen op de windgeleider
leggen.
Open de softtop om de windgeleiders
te kunnen aanbrengen.