Onderhoud van de riemen van
de motor
De conditie en de spanning van alle riemen moeten na de
eerste gebruiksdag worden gecontroleerd en vervolgens om
de 100 bedrijfsuren.
Wisselstroomdynamo/ventilatorriem
1. Open de kap.
2. Controleer de spanning door de riem midden tussen de
poelies van de wisselstroomdynamo en de krukas in te
drukken met een kracht van ongeveer 98 N. De riem
moet een speling van 11 mm hebben. Als de speling
niet correct is, gaat u verder met stap 3. Als de speling
correct is, gaat u verder met maaien.
3. Draai de bout los waarmee de beugel is bevestigd aan
de motor, alsmede de bout waarmee de
wisselstroomdynamo is bevestigd aan de beugel.
4. Plaats een rolkoevoet tussen de wisselstroomdynamo en
de motor en wrik de wisselstroomdynamo los.
5. Als de juiste spanning is verkregen, draait u de bouten
van de wisselstroomdynamo en de beugel vast om de
afstelling te borgen.
1
Figuur 60
1. Wisselstroomdynamo/ventilatorriem
De Hydrostat aandrijfriem vervangen
1. Steek een dopschroevendraaier of een stukje buis in het
uiteinde van de spanveer van de riem.
Waarschuwing
Wees voorzichtig als u de veer ontspant omdat de
veerbelasting hoog is.
2. Druk het uiteinde van de veer omlaag en naar voren om
deze los te maken van de beugel en de veerspanning op
te heffen.
3. Vervang de riem.
4. Om de veer te spannen, moet u de procedure in de
omgekeerde volgorde uitvoeren.
Figuur 61
1. Hydrostat aandrijfriem
De gashendel afstellen
1. Zet de gashendel naar achteren zodat deze tegen de
gleuf in het bedieningspaneel aan komt.
2. Maak de klem van de gaskabel op de hefboomarm van
de injectiepomp los.
Figuur 62
1. Hefboomarm van injectiepomp
3. Houd de hefboomarm van de injectiepomp tegen de
regelschroef voor het stationair toerental en zet de
kabelklem vast.
4. Draai de schroeven los waarmee de gashendel is
bevestigd aan het bedieningspaneel.
5. Duw de gashendel helemaal naar voren.
43
2
1
2. Uiteinde van veer
1