IEDERE
32.OOO
KM:
Motor
1
.
Grolf
ilter in
oliepa
n
rein
igen.
2.
Startmotor
en
dynamo controleren
(zie
blz.30).
3.
Carburator
en
benzinepomp reini-
gen.
Reductiekastje
Yoor
schakelas
Reductiekastje
onder
snelheidsmeter
met
enige
druppels
olie
(SAE
10)
smeren.
Draai
het
kastje
zodanig,
dat
de beide
kogelnippels
gemakkelllk
bereikbaa
r zijn.
Neem
hiervoor
zo
nodig
de
aandrijfkabel
en de
stroom-
kabel
los.
Wiellagers
Wielnaven
demonteren
en
wiellagers
schoonma
ken en
invetten.
Het
vet
goed
in de
lagers
kneden
en
een
derde
deel van
de
naaf
vullen.
Remmen
Remvoeringen, remtrommels
en
wiel-
remcilinders
controleren.
Koppeling
Sch
u if
bus
spaa
rzaam smeren
via
de
smeernippel
in het
koppelingshuis.
Rembekrachtiger
Rembekrachtiger
van trekkers
smeren
met
remvloeistof.
Brandstoltank
Aftappen
en
zeeÍ
reinigen.
NIEUWE
OF
GEREVIDEERDE ONDERDELEN
Motor
De
olie
van
een
nieuwe
of
gerevideerde
motor
moet ververst
worden na
in
totaal
afgelegd
te
hebben:
ó00
kr,
1400
k.,
2500
km,
4000
km.
Daarna volgens
de
normale verversingsperiode
(iedere 2000
krn).
Versnellingsbak
en
achteras
Tap
de
olie af
na de eerste
1400
km.
Vul
de
huizen met dunne
olie, crick de
achteras
op
en
laat de motor met
middel-
matig
toerental
ongeveer
één
minuut draaien,
terwijl
de tweede
of
derde
versnel-
ling is
ingeschakeld. Tup w'eer
af en zorg
er
voor
dat geen spoelolie
achterblilft.
Vu
I
daarna
tot
aan
de
niveau-plug
met
de
voorgeschreven
olie,
Bij
eerste
vulling van een
schakelas
dient
men ongeveer
th
liter olie
door
de
tweede
vu
lplug
(in
het pignon
hu
is)
te
gieten.
Afb.
23. Aanhaalvolgorde
cilinderkopbouten
Aa nhaa
lspa
n n
ing
1
3,8
m
kg,
6
o
,??
ig I
é
53
oo
"Oa
î3
oo"o
12 t0
t5
1.q
^o o,
a,o
15
ós ttò
o
FTMI|EF
44