164
Rijden en bediening
de achterruitverwarming, uitgescha‐
keld of in een stroomspaarstand
gezet. De ventilatorsnelheid van het
aircosysteem wordt verlaagd om
stroom te besparen.
Herstarten van de motor door de
bestuurder
Auto's met handgeschakelde
versnellingsbak
Afhankelijk van de motor zijn er twee
herstart-versies beschikbaar. Zie de
motorgegevens voor informatie over
de motoridentificatiecode voor uw
auto 3 289.
Conventionele herstart
Trap op het koppelingspedaal om de
motor te herstarten. Bij motoren met
een late herstart is dit alleen mogelijk
zonder op het rempedaal te trappen.
Late herstart
● Trap het rempedaal in.
● Het koppelingspedaal intrappen.
● Selecteer de eerste versnelling.
● Laat het rempedaal opkomen om
de motor te herstarten.
Auto's met automatische versnel‐
lingsbak:
Laat het rempedaal los of verzet de
keuzehendel van D naar N of P om de
motor opnieuw te starten.
Herstarten van de motor door het
Stop/Start-systeem
Bij auto's met een handgeschakelde
versnellingsbak waarbij een conven‐
tionele Autostop is geactiveerd, moet
de versnellingshendel in de vrij staan
om een automatische herstart moge‐
lijk te maken.
Een handgeschakelde auto in een
vroege Autostop kan automatische
herstarten wanneer deze niet in de
neutraalstand staat op het moment
dat u op het rem- en op het koppe‐
lingspedaal trapt.
Bij auto's met een automatische
versnellingsbak moet de keuzehen‐
del op D staan om een automatische
herstart mogelijk te maken.
De motor wordt automatisch opnieuw
gestart door het Stop/Start-systeem
als tijdens een Autostop sprake is van
een van de volgende situaties:
● Het stop-startsysteem is manu‐
eel uitgeschakeld.
● De motorkap is open.
● De veiligheidsgordel van de
bestuurder is losgemaakt en/of
het bestuurdersportier is
geopend.
● De motortemperatuur is te laag.
● Het oplaadniveau van de accu is
onder een bepaald niveau.
● Het remvacuüm is niet
voldoende.
● De auto reed minstens stap‐
voets.
● Het klimaatregelsysteem vereist
het starten van de motor.
● De gewenste interieurtempera‐
tuur komt niet overeen met de
werkelijke temperatuur.
● De airconditioning wordt hand‐
matig ingeschakeld.
Als de motorkap niet volledig geslo‐
ten is, verschijnt een waarschuwings‐
bericht op het Driver Information
Centre.