3.2
Op de dieplader rijden
f
Ervoor zorgen dat er zich geen personen in de gevarenzone bevinden bij het laden.
OPMERKING
- Op de werksnelheid (schildpad) en met een laag motortoerental op de dieplader rijden.
Voorzichtig! Mogelijke botsing van onderdelen
- Bij het rijden op hellingen de rijspoorruimer op de boven-
ste positie vastzetten.
C 11 5